Engels Toets 1:

Present Simple Past Simple Present Perfect

Geeft een gewoonte of Iets is in het verleden
regelmaat aan. begonnen en is nu
afgelopen.
Ow + ww Ow + ww + ed
He studies 2 hours every She arrived last night.
day. She came home last night.
Iets is in het verleden
begonnen en is nog niet
afgelopen of heeft nog
steeds effect op het heden.
Een toestand of herhalende
handelingen. (FYNEJAS)
Ow + has / have + volt.
deelwoord
I have lived in the
Netherlands for one year.

Adjectives: Bijvoeglijke naamwoorden Adverbs: Bijwoorden

Zegt hoe iets of iemand is. Zegt hoe iets gedaan wordt of hoe iets
gebeurt. Kan ook wat over een bijwoord
zeggen. Bij zintuigen en uitzonderingen
komt er geen –ly achter het bijwoord.
John is a good player. John plays well.
The weather was terrible. John is a extremely good player.
John looks beautiful.
+ woordjes blz. 38 t/m 40
Nederlands Engels
1 Treffen, beïnvloeden To affect
2 Bewust Conscious ; aware
3 (Kijkers) trekken To draw (viewers)
4 Publiciteit Exposure
5 Producent Manufacturer
6 Beweegreden Motive
7 Opletten Pay attention
8 Winst Profit
9 Vertegenwoordiger Representative
10 Oprecht Sincere
11 Werkelijk Actual
12 Vergelijken To compare
13 Uitgebreid Comprehensive
14 Betrokken Concerned
15 Beschouwen To consider
16 Bevatten To contain
17 Verdwijnen To disappear
18 Helemaal Entirely
19 Schatting Estimate
20 Toekennen To grant
21 Inwoner Inhabitant
22 Kennis Knowledge
23 Middel Means
24 Eigenschap Property
25 Zeldzaam Rare
26 Kwetsbaar Vulnerable
27 Toekennen To award
28 Hinderen To bother
29 Opscheppen; pochen To brag
30 Ter sprake brengen To bring up
31 Zeer belangrijk Crucial; vital
32 Ontwikkelen To develop
33 Ervaring Experience
34 Negeren To ignore
35 Betekenis Meaning
36 Willekeurig Random
37 Blijven To remain
38 Martelen To torture
39 Waarde Value
40 Burger Citizen
41 Bezorger To deliver
42 Vaststellen To determine
43 Uitdrukking Expression
44 Namaak; nep Fake
45 Basis; fundament Foundation
46 Echt Genuine
47 Lezing Lecture
48 Verkondigen To proclaim
49 Vrijwillig Voluntary
50 Vrijgezel Bachelor
51 (Zelf)vertrouwen Confidence
52 Officieel Formal
53 Gelukkig Fortunate
54 Verzekeren To guarantee
55 Namens On behalf of
56 Stotteren To stammer
57 Baksteen Brick
58 Uitschakelen To eliminate
59 Verwachten To expect
60 Eigenschap; kenmerk Feature
61 Verbetering Improvement
62 Vernieuwing Innovation
63 Waarschijnlijk Likely
64 Omvangrijk Vast
65 Veelzijdig Versatile
66 Gewoon Common
67 Plezierig Enjoyable
68 Vertrouwd met Familiar with
69 Onmisbaar Indispensable
70 Soort Species
71 Operatie Surgery
72 Spanning Tension
73 Instrument Tool