You are on page 1of 1

Beoordelingsformulier pitch vwo-5 klas 5

Naam spreker:
Onderwerp: Cijfer:
Inhoud (40%) 1 2 3 4
Opening De leerling heeft een De leerling heeft een De leerling wijkt enigszins van de De leerling weet met een goede
saaie opening/geen standaardopening standaardopening af en trekt binnenkomer de aandacht van zijn
opening/’doen’ daarmee een beetje de aandacht publiek te trekken waardoor iedereen
van het publiek aan zijn lippen hangt
Argumenten Geen argumenten/zeer Zwakke argumenten, Sterke en een paar zwakke Zeer sterke en overtuigende
(2x) zwakke overtuigt niet/het product argumenten, overtuigt argumenten /het is een gat in de markt,
argumenten/onzin/een is niet voor iedereen enigszins/er is een markt voor, er iedereen wil dit product kopen.
koper zal dit product weggelegd zijn mensen die het product
nooit willen kopen willen kopen
Originaliteit (2x) Het product bevat geen Het product is een flauwe Het product bevat originele Het product is zeer origineel en valt op
eigenheid/bestaat al/is variant op een bestaand elementen, maar ook zeer door zijn originaliteit
een slap aftreksel van.. product/het is simpel herkenbare elementen
Opbouw De opbouw is zeer De opbouw is grotendeels De opbouw is logisch De opbouw is zeer logisch
chaotisch, er is geen chaotisch, maar hier en
touw aan vast te daar te begrijpen
knopen
Slot De leerling heeft geen De leerling sluit af met een De leerling wijkt een beetje van De leerling weet met een zeer originele
slot/’dat was het’ standaard slotzin de gebaande paden af met zijn uitsmijter de presentatie af te sluiten
slotzin, maar valt niet heel erg
op/is niet heel origineel
Spreken (30%) 1 2 3 4
Spraak De leerling spreekt De leerling spreekt De leerling spreekt duidelijk, hard De leerling spreekt duidelijk, in een
onduidelijk/ te snel, te duidelijk, maar te snel / te genoeg. Tempo is voldoende, is prettig tempo, hard genoeg. Spreekt
langzaam, te langzaam, te zacht/af en bij te houden met af en toe een met functionele pauzes waardoor hij de
zacht/dialect toe dialect/zonder pauzes pauze aandacht van het publiek vasthoudt
Intonatie De leerling spreekt zeer De leerling spreekt De leerling spreekt met De leerling spreekt met nadruk
monotoon, alles wordt overwegend monotoon, voldoende nadruk, maar weet waardoor hij de aandacht van het
op dezelfde toon gaat aan het einde van niet altijd de aandacht vast te publiek vasthoudt
verteld, is heel iedere zin omhoog/klinkt houden
opsommerig robotachtig
Verzorgd De leerling spreekt De leerling spreekt af en De leerling spreekt correct De leerling spreekt zeer vlot en correct
Nederlands hortend en stotend, toe moeizaam, gaat niet Nederlands met af en toe een Nederlands, maakt geen taalfouten
maakt zinnen niet af, geheel lekker, af en toe stopwoordje/euh/een verloren
storend euh of ander een stopwoordje, maar kromme formulering
stopwoordje, dialect. niet storend. Af en toe
De leerling verspreekt dialect. De leerling
zich constant. Hij verspreekt zich soms. Breit
gebruikt veel kromme zinnen aan elkaar (en…
formuleringen en…), maakt af en toe een
kromme formulering
Houding (30%) 1 2 3 4
Tekstkennis De tekst is hoorbaar uit De leerling heeft moeite De leerling maakt af en toe een De leerling presenteert spontaan en
het hoofd geleerd met formuleren van goede foutje bij het formuleren, vertelt geeft acht op het publiek, vertelt het
/wordt voorgelezen zinnen/klinkt onnatuurlijk af en toe verhaal

Houding De leerling staat niet De leerling staat rechtop / De leerling staat rechtop / maakt De leerling staat ontspannen rechtop /
stil / maakt geen maakt bijna geen gebaren gebaren maakt goede ondersteunende
gebaren/lijkt gebaren/voelt zich op zijn gemak, loopt
ongeïnteresseerd/leunt ontspannen, is enthousiast
Oogcontact De leerling kijkt het De leerling kijkt slechts De leerling maakt oogcontact met De leerling houdt contact met het
publiek niet aan / kijkt naar een deel van het het hele publiek/maar ‘kijkt’ niet, publiek, is zichtbaar enthousiast / kijkt
vaak of continu naar publiek / kijkt af en toe het is vluchtig, maakt geen echt niet naar het bord/blaadje, spreekt echt
het bord/zijn naar het bord/naar zijn contact/weet geen gevoel over te tegen individuen en houdt de aandacht
blaadje/de grond blaadje brengen vast
Enthousiasme De leerling heeft er De leerling is weinig De leerling is enthousiast/praat De leerling is zeer enthousiast en weet
duidelijk geen zin in enthousiast, met af en toe enthousiast dit over te brengen op het publiek
een opleving

Totaal =
Aftrek tijd: 0.40-0.50 = -0,5 <0.40 = -1 1.10-1.20 = -0,5 >1.20 = -1

You might also like