Professional Documents
Culture Documents
Samenvatting boekhouden
Boekhouden (Arteveldehogeschool)
Boekhouden: hoofdstuk 1
KOSTEN OPBRENGSTEN
OFFERS bedrijfsactiviteiten MEERWAARDE bedrijfsactiviteiten
Vereenvoudigde resultatenrekening
Bedrijfs- en niet reccurente opbrengsten
-bedrijfs-en niet recurrente kosten
=BEDRIJFSWINSTEN/BEDRIJFSVERLIES
+financiële-en niet recurrente opbrengsten
-Financiële-en niet recurrente kosten
=WINST/VERLIES voor belastingen
-belastingen op resultaat
=WINST/VERLIES VAN HET BOEKJAAR: BALANS
Bezit stijgt -> meer winst (eigen vermogen) rijker => meer bezittingen
Bezit daalt -> meer verlies (eigen vermogen) armer => minder bezittingen
WINST VERLIES
->Bedrijfsactiviteiten MEER ->Bedrijfsactiviteiten MEER
opbrengsten/winstgevend (resultatenrekening) kosten/verlieslatend (resultatenrekening)
= =
Onderneming meer bezittingen/rijker (balans) Onderneming minder bezittingen/armer
(balans)
Bij AANKOPEN van HG, hulp- of grondstoffen Bij VERKOPEN van HG, gereed product
=stijging voorraad =daling voorraad
Steeds impact op KOST, nooit ACTIEF of Steeds impact op OPBRENGST, nooit
voorraad ACTIEF of voorraad
AFSLUITEN boekjaar
->verschil tss eindvoorraad – beginvoorraad registreren
->enkel dan voorraadwijziging registreren
->enkel dan impact op ACTIEF
A+D K+D
A-C K-C Balans in evenwicht na verrichtingen&resultaatwerking? -> nee = fout in analyse
P-D O-D
P+C O+C
4. Proef- en saldibalans
=Ter controle!
PROEF-balans SALDI-balans
=debet en credit totaal per rekening =debet of credit saldo per rekening
Totaal alle debetbedragen = totaal alle ->als totaal debet > totaal credit : DEBET saldo
creditbedragen ->als totaal debet < totaal credit: CREDIT saldo
Totaal alle debetsaldi=totaal alle creditsaldi
Wanneer?
->op einde van een periode (=voorlopige p&s-balans)
->op einde van boekjaar om resultaat te bepalen (=definitieve p&s-balans= eindbalans)
Handig om resultaat te bepalen vh boekjaar!
->via balansrekeningen
Debetsaldo < creditsaldo = VERLIES
-Herstellen evenwicht door verlagen eigen vermogen -> P-D
Debetsaldo > creditsaldo = WINST
-Herstellen evenwicht door toename eigen vermogen -> P+C
5. Journaalpost
=impact die een verrichting heeft op het grootboek
Eerst in dagboek noteren = JOURNAAL = journaliseren
VB journaalpost!
CONCLUSIE
4
1
2 3 Voorlopige
Analyseren
Journaliseren Bijwerken PROEF –en
Verrichting
grootboek SALDIBALANS
Ter herinnering!
Niet elke aankoop = bedrijfskost!
Vb: aankoop materiële vaste activa zoals gebouwen, rollend materieel, meubilair,…
->Analyse blijft hetzelfde, enkel soort aankoop & soort rekening wijzigt
Resultatenrekening
->Aankopen HG, grond-en hulpstoffen (60)
->Diensten en diverse goederen (61)
Balans
->Aankopen vaste activa (21 tem 28)
->Soorten verkopen
-Verkopen en dienstprestaties (70000)
-Verkopen van andere goederen en diensten van ‘normale’ (74-rekening)
-Verkopen van vaste activa (70700)
=>opgelet! Later ook impact op balans
-Uitgaande creditnota
UCN= correctie van een verkoopfactuur
=klant goederen terugsturen aan ons
->retour: teruggestuurde goederen, niet aanvaarden van goederen
->foutief: opgemaakt VF of goederen niet geleverd
->Commerciële kortingen
Aankopen Verkopen
-Aankoopfactuur incl BTW (AF) -Verkoopfactuur incl BTW (VF)
-Soorten aankopen -Soorten verkopen
-BTW slechts 50% terugvorderbaar -Uitgaande creditnota (UCN)
-Inkomende of ontvangen creditnota (OCN/ICN) -Inning via bank of kas
-Betaling via bank of kas
D2: Factuurschema
-Berekening factuurbedrag
2. Bijkomende kosten door derden gepresteerd
o BIJKOMENDE kosten bij aankoop (KOST)
=transport, verzekering, opslag, keuring,… (verzekeringen niet onderhevig aan btw)
4. Commerciële korting
Handelskorting
->Prijsvermindering
->Hoeveelheidskorting
->korting wegens late levering
->Korting wegens zichtbare schade
->korting wegens kwaliteitsverlies
BIJ AANKOOP
Enkel de kostprijs van aangekochte goederen vermindert door korting
Bedrijfskost vermindert dus door korting
BIJ VERKOOP
Korting omdat klant bepaalde hoeveelheid afneemt; goede relatie, late levering, mindere
kwaliteit… van de verkochte goederen
BIJ VERKOOP
->Korting bij CONTANTE of SNELLE betaling
Idem voorbeeld
->Korting pas gegeven BIJ DE INNING dus VF zonder korting!
Enkel geregistreerd bij betaling!
OVERZICHT
Aankopen en verkopen inclusief factuurschema met:
->Bijkomende kosten (transport, verzekering…)
->Terugstuurbare verpakking
->Commerciële korting
->Financiële korting
Buiten EU Buiten EU
-geen btw -> btw douane document “invoer” -geen btw “uitvoer”
(uitzondering: aankopen met verlegging heffing:
AF (41100 terug te vorderen btw & 45100 Te
betalen btw
D4 Btw verrekening
Verrekening met de btw-administratie
• Maandelijks of per kwartaal (zie fiscaliteit)
• Enkel het verschil met de administratie wordt vereffend
D5 interne overboeking
= om liquide middelen TIJDELIJK boekhoudkundig te PARKEREN
58000 interne overboekingen
Om overdrachten of transferts tussen 5-rekeningen
Bank<->spaar
Kas<->bank
Kas A <-> Kas B of Bank A <-> Bank B
Schema!
->RSZ+bedrijfsvoorheffing: altijd
gegeven
Werkgevers
Bezoldigingstaat bevat info rond berekening van nettobezoldiging
Werkgever doet verplicht RSZ betalen (=RSZ-bijdrage werkgevers)
Werkgever houdt RSZ-bijdrage werknemer in van de brutobezoldiging en bezorgt dit aan RSZ
Werkgever houdt de bedrijfsvoorheffing in van de belastbare bezoldiging en bezorgt dit aan
de overheidsdienst financiën
Werkgever bezorgt werknemer de nettobezoldiging voor geleverde prestatie + eventuele
andere personeelskosten
Rekeningstelsel
Kosten (62xxx) = onder arbeidsovereenkomst Schulden (45xxx) = onder
arbeidsovereenkomst
Brutobezoldiging Werknemersbijdrage RSZ (schuld aan RSZ)
62010 Bezoldigingen directiepersoneel 45400 Rijksdienst voor sociale zekerheid
62020 Bezoldigingen bedienden Bedrijfsvoorheffing (schuld aan FOD
62030 Bezoldigingen arbeiders Financiën)
Andere personeelskosten 45300 Ingehouden bedrijfsvoorheffing
62300 Andere personeelskosten Nettobezoldiging( schuld aan WN)
Werkgeversbijdrage RSZ 45520 Bezoldigingen bedienden
62100 Werkgeversbijdrage RSZ 45530 Bezoldigingen arbeiders
Eigenaar-handelaar
Natuurlijk persoon
Voorafname op het resultaat vh boekjaar
Geen kost maar een vordering (=tegoed)
Geen inhouding bedrijfsvoorheffing
Geen RSZ bijdrage werkgever
Geen inhouding RSZ bijdrage werknemer
->Boekhoudkundig
Fase 1: bezoldiging staat registreren
Fase 2: herklasseren beslaglegging
Fase 3: uitbetaling RSZ, BV, beslaglegging en resterende netto bezoldiging
Voorschotten
->Werkgever kan voorschotten geven aan werknemer
->Vaak toegepast binnen arbeidscontract
->Boekhoudkundig
Fase 1: bankafschrift met bevestiging storting voorschot (FK)
Fase 2: bezoldigingsstaat registreren (DIV)
Fase 3: salderen voorschot (DIV)
Fase 4: uitbetaling RSZ, BV, resterende netto bezoldiging (FK)
Dia 55!