Professional Documents
Culture Documents
Vragen Bij H 5.3 Sociale Kwestie
Vragen Bij H 5.3 Sociale Kwestie
3 De sociale kwestie
9. De regering kon wat voor arbeiders doen via sociale wetten, maar de
arbeiders konden ook voor zichzelf opkomen om hun situatie te
verbeteren. Hoe?
Door te demonstreren en zich tegen de regering te keren konden ze
misschien een overeenkomst maken over op een goede manier werken. Want
ze wilden allemaal gelijke rechten net zoals nu met black live Matters.
10. Er waren ook politieke partijen die opkwamen voor de arbeiders,
bijvoorbeeld de SDAP. Dit is een socialistische partij. Wat was het doel
van de socialisten?
De SDAP streefde op democratische wijze naar een socialistische
maatschappij waarin voor de arbeidersklasse beter levensvoorwaarden
zouden bestaan dan onder het kapitalisme.
11. De Strijd voor Algemeen Kiesrecht. Wie mag kiezen en wie niet?
In 1848 werd het Censuskiesrecht = kiesrecht voor de rijke mannen ingevoerd.
Vooral na 1870 begonnen allerlei mensen dit onrechtvaardig te vinden.
2 machthebbers
a. Toon met behulp van twee elementen uit de tekening aan dat Albert
Hahn een voorstander is van algemeen kiesrecht.
In de prent laat hij zien dat arbeiders echt de machthebbers weggeschopt
hebben en dat ze voor zichzelf durven op te komen voor gelijke rechten
b. Van welke partij zal Albert Hahn waarschijnlijk lid zijn geweest. Antwoord
uitleggen.
Van de socialisten, hij was tegen harde arbeid voor weinig levensmiddelen en
geld.