Professional Documents
Culture Documents
Examenjaar 2022-23
2
Inhoud
Inleiding................................................................................................................4
Welke stappen moet je zetten................................................................................5
Fase 1 Keuze- en voorbereidingsfase in het voorexamenjaar.................................6
1. PWS-middag bezoeken..........................................................................7
2. Keuze voor onderwerp, vak(ken) en partner.........................................7
3. Vaststellen van het onderwerp...............................................................8
4. Hoofdvraag & deelvragen formuleren...................................................8
5. Plan van aanpak...................................................................................10
6. Logboek bijhouden..............................................................................11
Fase 2 Onderzoeks- en verwerkingsfase in het examenjaar..................................13
1. Informatie ordenen..............................................................................14
2. Eerste hoofdstuk schrijven...................................................................15
3. Bespreking eerste hoofdstuk en het tweede hoofdstuk schrijven........15
4. Overige hoofdstukken schrijven..........................................................16
Fase 3 Verslag- en presentatiefase in het examenjaar............................................18
1. Controle van de tekst en literatuurverwijzingen..................................19
2. Je eindverslag......................................................................................19
3. Inleveren van het eindverslag..............................................................20
4. Presenteren van het profielwerkstuk....................................................21
Bijlagen...............................................................................................................22
A. Beoordeling van het profielwerkstuk...............................................................23
B. Beoordelingsformulier van de presentatie......................................................24
C. Hoe vind ik goede literatuur?.............................................................................25
D. Voetnoten in de tekst............................................................................................27
E. De literatuurlijst.....................................................................................................31
F. Plan van aanpak.....................................................................................................32
G. Logboek...................................................................................................................33
H. Beoordelingsformulier.........................................................................................34
I. Bronverwijzing via WORD................................................................................35
J. Rubric voor het eindverslag................................................................................38
3
Inleiding
Eén van de onderdelen van het examendossier is het profielwerkstuk. Het
profielwerkstuk is duidelijk méér dan een praktische opdracht. Niet alleen wat
betreft de tijd die je er aan dient te besteden, maar ook wat betreft de zwaarte:
1. De tijd
Voor Havo- en Vwo-leerlingen geldt: het is de bedoeling dat je er ongeveer 80
klokuren aan werkt.
2. De eisen
Het profielwerkstuk moet voldoende niveau en diepgang hebben.
Verder doe je bij het profielwerkstuk veel meer zelf: je verzamelt zelf de
gegevens, je voert zelf een onderzoek uit en je houdt een presentatie. Kortom je
bent van het begin tot het eind zelfstandig bezig en past de verkregen inzichten
en vaardigheden bij het werken aan je profielwerkstuk toe.
Als je het profielwerkstuk tot een goed einde hebt gebracht, heb je bewezen dat
je tot een zelfstandig onderzoek in staat bent.
Vandaar dat sommige mensen het profielwerkstuk ook wel de 'meesterproef'
noemen. Wanneer je de meesterproef met goed gevolg hebt afgelegd, ben je echt
geslaagd.
4
Welke stappen moet je zetten
Onderstaand schema laat zien welke fasen het profielwerkstuk kent en welke
stappen jij moet zetten.
Voorexamenjaar
PWS-middag bezoeken
1. Keuze- en Keuze voor onderwerp, vak(ken) en partner
voorbereidingsfase Vaststellen van je onderwerp
Probleemstelling & deelvragen formuleren
Plan van aanpak opstellen
Examenjaar
Informatie ordenen
Eerste hoofdstuk schrijven
2. Onderzoeks- en
Bespreking eerste hoofdstuk & tweede
verwerkingsfase
hoofdstuk schrijven
Overige hoofdstukken schrijven
3. Verslag- en Definitieve versie inleveren, 9 januari 2023
presentatiefase Presenteren van profielwerkstuk.
5
Fase 1 Keuze- en
voorbereidingsfase in het
voorexamenjaar
PWS-middag bezoeken
Keuze voor onderwerp, vak(ken) en partner
Vaststellen van je onderwerp
Probleemstelling & deelvragen formuleren
Plan van aanpak opstellen
Logboek bijhouden
6
1. PWS-middag bezoeken
Binnenkort bezoek je de presentatiemiddag van het profielwerkstuk. Tijdens
deze middag krijg je een goede indruk van de mogelijkheden en de eisen die aan
het profielwerkstuk gesteld worden. Van de presentaties die je hebt gevolgd,
maak je een verslag en je levert dat op Moodle in.
Als jouw onderwerp niet te specifiek is, is het aan te bevelen om het werkstuk
met een medeleerling samen te schrijven. Voordeel van samenwerking met een
7
medeleerling is dat je de voortgang van het profielwerkstuk regelmatig met
elkaar bespreekt en elkaar aan het werk houdt.
Zorg ervoor dat je een open vraag formuleert, niet een gesloten vraag
Voorbeeld van open vraag:
In hoeverre kan een uitgebreider medisch dossier medische missers met
8
blijvend letsel voorkomen?
Met de hoofdvraag en deelvragen maak je duidelijk wat je wél en wat je níet aan
de orde stelt. Bovendien kun je met een duidelijke onderzoeksvraag beter
conclusies formuleren.
9
5. Plan van aanpak
Door het plan van aanpak te schrijven wordt duidelijk waarop je het onderzoek
zich precies richt. Tot het volledige plan van aanpak behoren de
probleemstelling en de deelvragen, maar vooral ook hóe je je onderzoek wilt
gaan uitvoeren.
b) Tijdsplanning
Je maakt ook een tijdsplanning: je maakt een inschatting wannéér je de
activiteiten wilt gaan uitvoeren en hoeveel tijd dat in beslag zal nemen. Ga uit
van een tijdsplanning per maand; verwerk daarin ook de deadlines voor het
inleveren van onderdelen van je profielwerkstuk (1e hoofdstuk 2 september, 2e
hoofdstuk 7 oktober, 3e hoofdstuk 2 december etc.).
c) Taakverdeling
10
Als je het profielwerkstuk samen schrijft, moet je duidelijke afspraken maken
met elkaar, maar ook met je begeleidende docent. Je beschrijft welke afspraken
dat zijn en legt die vast in je plan van aanpak.
6. Logboek bijhouden
Bij het profielwerkstuk gaat het niet alleen om het eindresultaat, maar ook om
het proces. Je zult verslag moeten doen van de manier waarop je gewerkt hebt.
Het is daarom verplicht dat je tijdens het gehele traject een logboek bijhoudt (zie
bijlage).
Als je het profielwerkstuk samen schrijft, houdt elke leerling een eigen logboek
bij.
11
Begeleiding in het voorexamenjaar
In mei en juni zijn er drie begeleidingsmomenten voor het opzetten van je
profielwerkstuk. De pws-docent is dan beschikbaar om je te begeleiden. In het
schema zie je welke weken daarvoor zijn ingeroosterd en wat er in die week van
je verwacht wordt.
Pws-week Huiswerk
1e 5 april 2022
Opstart PWS op 5 april, 1e uur: Formuleer een probleemstelling en
Je pws-begeleider helpt je op weg deelvragen bij het onderwerp dat je
bij de eerste stap: de vaststelling van wilt gaan uitzoeken.
je onderwerp, de probleemstelling Je levert die uiterlijk 9-13 mei bij je
en deelvragen pws-docent in.
2e 9-13 mei 2022
Je zoekt je pws-docent op. Stel een plan van aanpak op:
Je bespreekt met hem/haar je zoek relevante literatuur/ bronnen.
onderwerp, probleemstelling en Onderbouw waarom deze bronnen
deelvragen. relevant voor je zijn (10 regels per
Stel na dit gesprek een plan van bron).
aanpak op. Maak een reële tijdsplanning.
3e 6 juni - 10 juni 2022
Boordeling van je plan van aanpak! Leerlingen die een onvoldoende
behalen, moeten ná de toetsweek
hun werk op school over doen
(4-7 juli 2022).
12
Fase 2 Onderzoeks- en
verwerkingsfase in het
examenjaar
Informatie ordenen
Eerste hoofdstuk schrijven
Bespreking eerste hoofdstuk & tweede
hoofdstuk schrijven
Overige hoofdstukken schrijven
13
1. Informatie ordenen
Het PWS is een werkstuk waarin je laat zien dat je verschillende vaardigheden
kunt toepassen, zoals:
Plannen en organiseren (afspraken maken én nakomen)
Onderzoeken: verzamelen en ordenen van materiaal
Analyseren en reflecteren op het materiaal
Schriftelijk communiceren/vastleggen
Presenteren
In het examenjaar start je met het onderzoek zelf: het verzamelen en ordenen
van de gevonden informatie.
Het is van groot belang dat je de bronnen die je onderzoekt, op de juiste waarde
schat. Je moet je steeds afvragen of de bron bruikbaar is voor het beantwoorden
van je hoofd- en deelvragen. Bedenk dat je slechts zelden een bron vindt die je
hoofd- en deelvragen allemaal geheel beantwoordt.
14
2. Eerste hoofdstuk schrijven (!)
Vervolgens geef je per hoofdstuk een uitwerking van de deelvraag.
15
4. Overige hoofdstukken schrijven
Als het tweede hoofdstuk is ingeleverd, ontvang je een beoordeling en krijg je
van je pws-docent aanwijzingen voor het vervolg van je onderzoek.
Tip: let bij het maken van het schriftelijk verslag op literatuurverwijzingen en op
de literatuurlijst (zie bijlage in deze handleiding).
16
Begeleiding in het examenjaar 2022-23
In het rooster van de docent wordt een pws-uur ingezet, waarop je je docent
wekelijks kunt spreken over de voortgang van je onderzoek. Het is ook mogelijk
om een moment in de week met de docent af te spreken.
In onderstaand schema zie je enkele deadlines voor het inleveren van onderdelen
van je profielwerkstuk in het examenjaar. Neem die ook in je tijdsplanning op en
noteer ze in je agenda.
Deadlines PWS-uur
1e Je maakt hoofdstuk 1 af! Bespreking van het 1e hoofdstuk
Je levert het eerste hoofdstuk tijdens een pws-uur.
2 september (uiterlijk!) in. Werk Je werkt verder aan hoofdstuk 2.
daarna door aan de volgende
deelvragen.
2e Pas, zo nodig, je 1e hoofdstuk aan. Bespreking van het 2e hoofdstuk
Je levert het 2e hoofdstuk op tijdens een pws-uur.
7 oktober in. Je werkt aan de volgende
deelvragen.
3e Je maakt je profielwerkstuk af. Je Je bereidt je voor op je
levert het gehele document op 9 presentatie.
januari 2023 op Moodle in.
4e Presentatiemiddag- en avond Ondertekening
Februari 2023 beoordelingsformulier.
Je bent klaar!
17
Fase 3. Verslag- en
presentatiefase in het
examenjaar
18
1. Controle van de tekst en literatuurverwijzingen
Beoordeel alles wat je tot nu toe hebt gemaakt met kritische ogen. Het zal
voorkomen dat je teksten zult moeten herschrijven.
Je kunt het beste alles lezen en notities maken van wat je wilt aanpassen.
Je kunt het ook door iemand anders laten nalezen om bijvoorbeeld spelfouten
eruit te halen en om te kijken of het lekker weg leest.
Het is ook belangrijk om te controleren of je overal de juiste bronvermelding
bij hebt gezet en of de paginanummering overeenkomt met de
inhoudsopgave.
Tot slot moet je je logboek inleveren bij je profielwerkstuk, hieruit moet
blijken hoe het proces van het maken van je profielwerkstuk is verlopen en
hoe de eventuele samenwerking is gegaan.
2. Je eindverslag
Gebruik de volgende indeling voor je werkstuk:
Voorwoord
Noem je onderwerp en motiveer de keuze van je onderwerp.
Vermeld de hoofdvraag en hoe je deze hoofdvraag wilt gaan uitwerken
a.d.h.v. de deelvragen.
Hoofdtekst
Geef per hoofdstuk een uitwerking van de deelvraag.
Leg per hoofdstuk een relatie tussen de betreffende deelvraag en de
hoofdvraag.
Beschrijf per deelvraag hoe je aan de informatie bent gekomen en waarom
het voor deze deelvraag van belang is.
Als je citeert uit boeken/bronnen laat je dat zien in literatuurverwijzingen (zie
bijlage: Voetnoten in de tekst).
19
Aan het einde van ieder hoofdstuk geef je een korte samenvatting van +/- 10
zinnen. Ook leg je alvast een relatie met de deelvraag van het volgende
hoofdstuk.
Slot
In het slothoofdstuk formuleer je het antwoord op de hoofdvraag. Je baseert
je daarbij op de uitkomsten van alle deelvragen. Het antwoord op de
hoofdvraag is de conclusie van je onderzoek.
Indien mogelijk doe je suggesties over mogelijk vervolgonderzoek, of je
werkt je conclusie(s) uit in de richting van advies.
Literatuurlijst (bronnenlijst)
Let op de juiste wijze van bronvermelding (Zie bijlage: Literatuurlijst)!
Bijlagen
Plan van aanpak, logboek, tabellen, interviewverslagen e.d.
20
4. Presenteren van het profielwerkstuk
Je hebt je werkstuk ingeleverd. Daarna volgt de presentatie van het werkstuk.
Ook de presentatie telt in de beoordeling mee.
21
Bijlagen
22
A. Beoordeling van het profielwerkstuk
Gedurende het proces zijn er 5 momenten waarop je een beoordeling ontvangt
en punten verdient, die meetellen bij de berekening van het eindcijfer.
In de voorexamenklas:
Verslag presentatiemiddag
probleemstelling en deelvragen
plan van aanpak. 1x
In de examenklas:
Tussentijdse beoordeling van hoofdstuk 1 en 2 1x
Inhoudelijke beoordeling van het gehele profielwerkstuk 5x
Het schriftelijk verslag (volgens de rubrics tekstopbouw) 2x
De mondelinge presentatie 1x
Beoordelingsformulier
Bij de beoordeling van de verschillende onderdelen maakt de docent gebruik
van het beoordelingsformulier dat je achterin dit boekje vindt. Op dit formulier
kun je zien waar de docent op let bij de eindbeoordeling. Houd daar dus
rekening mee bij het onderzoek en in het schriftelijke verslag.
Als de docent alle onderdelen van het profielwerkstuk beoordeeld heeft, vindt er
een eindgesprek plaats. In dat gesprek kan de docent je vragen stellen over
zaken die hem nog niet duidelijk zijn betreffende jouw aanpak. Verder zal hij
het eindcijfer meedelen en zijn beoordeling toelichten.
23
Waarom heeft de leerling voor dit onderwerp gekozen?
2 Wat is de probleemstelling?
3 Hoe heeft de leerling zijn onderzoek aangepakt?
Welke belangrijke bronnen zijn gebruikt?
4 Wat is het antwoord op de probleemstelling?
Welke ontdekking heeft de leerling gedaan?
Vormgeving
5 De ppt is overzichtelijk en met zinvolle illustraties
6 De uitleg is duidelijk en ter zake.
7 De leerling maakt contact met het publiek.
8 De leerling geeft voorbeelden en/of verhalen om de aandacht te trekken.
24
C. Hoe vind ik goede literatuur?
In de mediatheek kun je méér doen dan alleen maar boeken halen:
de medewerkers aan de balie kunnen je verder helpen met het zoeken en vinden
van informatie over je PWS. Zij weten precies waar ze boeken kunnen vinden
over jouw onderwerp. Ze hebben ook allerlei tips voor het zoeken van
informatie via het Internet.
25
Als je de zoekterm intikt op Google, kun je er ook het bestandstype achter
zetten.
B.v. kleurenblind filetype:ppt . Je krijgt dan alleen de Powerpoint-presentaties
over dit onderwerp.
Of: kleurenblind filetype:pdf . Je krijgt dan alle pdf -bestanden hierover.
Op de website van de mediatheken (te vinden via de ELO) staan ook nog
verschillende sites waar je wat aan hebt voor je PWS.
26
D. Voetnoten in de tekst
Wanneer je in je profielwerkstuk verwijst naar gebruikte bronnen of literatuur
spreken we over literatuurverwijzingen, bronvermeldingen of voetnoten.
27
Volledige titel: M.E.H.N. Mout, Bohemen en de Nederlanden in de zestiende
eeuw (Leiden 1975) 26.
Verkorte titel: Mout, Bohemen en de Nederlanden, 26.
Als je direct na elkaar uit hetzelfde werk citeert: Idem, 26.
Voor verwijzingen kun je ook gebruik maken van WORD. Hoe dat precies
moet, vind je in de bijlage achterin dit boekje.
APA
Als hulpmiddel bij het maken van een bronnenlijst heeft de American
Psychological Association regels gepubliceerd over de wijze waarop
literatuurverwijzingen vermeld moeten worden.
Deze APA-richtlijnen worden inmiddels door veel universiteiten, hogescholen en
andere instellingen gehanteerd.
Als je meer informatie wilt over het gebruik van bronnen, kun je terecht op de
website https://www.scribbr.nl/bronvermelding/handleiding-bronvermelding-
met-word/
28
Voetnoten bij elektronische bronnen.
Verwijzen naar bronnen op het World Wide Web (www) in feite niet anders dan
het verwijzen naar papieren bronnen, met dit verschil dat er een webadres aan de
verwijzing wordt toegevoegd.
Je vermeldt eerst de auteur en de titel van het document; omdat het document
te vergelijken is met een artikel uit een tijdschrift, wordt de titel tussen
‘aanhalingstekens’ geplaatst.
Je plaatst het webadres (URL: uniform resource locator) tussen haakjes < >
erachter.
Als een URL niet op één regel past, breek dan af met een spatie, dus niet met
een afbreekteken.
Bij vermelding van webadressen kan het vaste voorvoegsel ‘http://’ worden
weggelaten.
Vuistregels:
Verwijs naar bestendige bronnen, zoals langlopende weblocaties en
elektronische archieven.
Verwijs indien mogelijk altijd ook naar de papieren publicatie van de bron.
Verwijs niet naar pagina’s die binnen een kader worden getoond. Veelal zijn
adressen van dit soort pagina’s verborgen. Verwijs liever naar de
hoofdpagina, met een uitleg erbij hoe de lezer de desbetreffende bron
vandaar kan vinden.
Verwijs niet naar pagina’s met een moeilijk en/of lang adres (bijvoorbeeld
met meer dan vijftien karakters die niet als woorden uit te spreken zijn).
Verwijs liever naar de hoofdpagina en leg uit hoe de lezer de desbetreffende
bron van daaruit kan vinden.
Verwijs niet naar pagina’s die je met een zoekopdracht gevonden hebt.
Veelal staan deze onder ‘tijdelijke adressen’.
29
Controleer voor het inleveren van je werkstuk of de e-verwijzingen nog
kloppen. Zo niet, pas dan de vermelding aan of verwijder de bron
vermelding.
Voorbeelden:
H.J. de Kluiver e.a., Vereenvoudiging van het Nederlands BV-recht. Rapport
van de expertgroep ingesteld door de Minister van Justitie, Den Haag 2004
<www.justitie.nl/imagees/11_50335.doc>
30
E. De literatuurlijst
Aan ieder werkstuk wordt – behalve de voetnoten in de tekst – ook een lijst van
geraadpleegde boeken, artikelen en websites toegevoegd. Bij het weergeven van
titels in een literatuurlijst gelden eveneens een aantal regels (in onderscheid van
de regels die gelden bij voetnoten in de tekst).
31
Probleemstelling
Deelvragen
Literatuur: boeken, kranten en tijdschriften, organisaties, inclusief
toelichting: 10 regels per boek, bron, organisatie
Tijdsplanning met deadlines van inleveren.
Taakverdeling
Tijdsplanning
Datum Activiteit opmerkingen
32
G. Logboek
Datum Tijdsduur Activiteit Opmerkingen
H. Beoordelingsformulier
33
34
I. Bronverwijzing via WORD
Nadat je een tekst hebt getypt is het belangrijk te verwijzen naar je bron. Dit kan je in Word op de volgende manier doen:
Je gaat naar Verwijzingen en klikt op Bronnen beheren.
Je klikt op Nieuw.
35
Vul vervolgens zoveel mogelijk met betrekking tot je bron in en klik vervolgens op ok.
36
Wanneer je de literatuurverwijzing/bronverwijzing aan je tekst wilt toevoegen, dan klik je op het pijltje naast Citaat invoegen en
klik je vervolgens op de bron(nen) die je wilt toevoegen.
37
J. Rubric voor het eindverslag
1 2 3 4 niveau 4F
Opbouw van Inleiding is voldoende Inleiding is wegwijzer bij de tekst Opzet van de tekst wordt goed Opzet van de tekst wordt goed
de tekst uitgelegd in de inleiding uitgelegd in de inleiding
Inleiding maakt duidelijk waarom het Inleiding maakt duidelijk waarom het
onderwerp van belang/interessant is onderwerp van belang/interessant is
Hoofd- en deelvragen zijn voldoende Hoofd- en deelvragen zijn goed Goede hoofd- en deelvragen Goede hoofd- en deelvragen
geformuleerd Deelvragen geven antwoord op Deelvragen geven antwoord op
hoofdvraag hoofdvraag
In ieder hoofdstuk wordt een deelvraag
beantwoord Per hoofdstuk is een deelvraag goed Per hoofdstuk is een deelvraag goed Per hoofdstuk is een deelvraag goed
verwerkt verwerkt verwerkt
Er ontbreekt een deelconclusie aan het
einde van de hoofdstukken Aan het einde van elk hoofdstuk wordt Aan het einde van elk hoofdstuk wordt Aan het einde van elk hoofdstuk wordt
een deelconclusie geformuleerd een deelconclusie geformuleerd een deelconclusie geformuleerd
De tekst vertoont enige structuur, soms
wordt er nog een zijspoor ingeslagen Zinnen binnen de alinea's sluiten aan. Verbanden in- en tussen zinnen zijn Verbanden in- en tussen zinnen zijn
De alinea’s zijn voldoende verbonden: correct aangegeven correct aangegeven
Alinea’s zijn verbonden tot een Alinea’s zijn verbonden tot een
In de conclusie wordt de hoofdvraag Conclusie vormt een goede coherent betoog coherent betoog
beantwoord beantwoording van de hoofdvraag en
een samenvatting van de tekst Conclusie vormt een goede Conclusie vormt een goede
beantwoording van de hoofdvraag beantwoording van de hoofdvraag
Conclusie geeft duidelijk inzicht hoe Conclusie geeft duidelijk inzicht hoe
tot beantwoording van de hoofdvraag tot beantwoording van de hoofdvraag
is gekomen is gekomen
1 2 3 4 niveau 4F
Gericht op Past woordgebruik en toon aan Kan schrijven in een stijl die past bij de Kan schrijven voor publiek in eigen
38
lezerspubliek publiek aan gegeven situatie omgeving als ook voor algemeen
lezerspubliek
Uitgebreidere zinsopbouw
Is in staat in een persoonlijke stijl te
schrijven
Varieert het woordgebruik Vaktaalwoorden zijn juist Vaktaalwoorden zijn juist verwerkt Vaktaalwoorden zijn juist verwerkt
verwerkt
Kan overtuigen, motiveren of Kan overtuigen, motiveren of verklaren Kan overtuigen, motiveren of verklaren
verklaren
Geeft een tekst een heldere structuur Geeft een tekst een heldere structuur
(d.m.v. witregels, marges en kopjes) (d.m.v. witregels, marges en kopjes)
Verwijzing naar literatuur in Verwijzing naar literatuur in Verwijzing naar literatuur in voetnoten is Verwijzing naar literatuur in voetnoten is
voetnoten ontbreekt soms voetnoten is voldoende en voldoet uitstekend en voldoet aan alle eisen uitstekend en voldoet aan alle eisen
meestal aan de eisen
Er is in de literatuurvermelding duidelijk
onderscheid gemaakt tussen
verschillende soorten bronnen en
literatuur (denk aan beeld-, digitale-,
primaire bronnen)
39
1 2 3 4 niveau 4F
Bijlage/logboek Indien van toepassing: de bijlage is Indien van toepassing: de bijlage is Indien van toepassing: de bijlage is Indien van toepassing: de bijlage is
voldoende verwerkt voldoende verwerkt uitstekend verwerkt uitstekend verwerkt
Bijlage wordt vermeld in Bijlage wordt vermeld in inhoudsopgave Bijlage wordt vermeld in inhoudsopgave
inhoudsopgave
Logboek geeft een voldoende Logboek geeft een voldoende indruk Logboek geeft een accurate indruk van Logboek geeft een accurate indruk van
indruk van de taakverdeling, maar van de taakverdeling/ tijdverdeling de taakverdeling en tijdverdeling de taakverdeling en tijdverdeling
niet van de tijdverdeling
Logboek geeft korte reflectie weer op
gehanteerde werkwijze
Lay-out + Lay-out is verzorgd en gedeeltelijk Lay-out is verzorgd, afgestemd op Lay-out is mooi en passend bij doel en Lay-out ts mooi en passend bij doel en
verzorging afgestemd op doel en publiek doel en publiek publiek publiek
40