Professional Documents
Culture Documents
BA WI Getallen en Ordenen
BA WI Getallen en Ordenen
bachelor kleuteronderwijs
ADMINISTRATIEVE GEGEVENS
datum: 20 mei 2021 stageschool: VBS Westakker
naam kleuter-
naam student: Laura Peremans Eline en Monique
onderwijzer:
Aantal + leeftijd
OF: □ OF1 X OF2 □ OF3 kleuters:
5 kls – 5 jaar
THEMA ACTIVITEIT
X thema vanuit KO: verkeer □ Klassikale activiteit:
□ vanuit kls:
□ zonder thema: X Begeleide activiteit: WI ordenen: sorteren en
seriëren van verkeersborden
BEGINSITUATIE
Het thema verkeer is actueel omdat het de verkeersweek is. Daarbij horen ook de verkeersborden en regels. Er
zijn verschillende regels en borden die we nodig hebben om te functioneren in het verkeer. Het is een sterke
klas.
DOELSTELLINGEN ZILL Nr
Vergelijken en ordenen zonder maateenheid WDmm1
Wiskundige gegevens correct en nauwkeurig interpreteren en wiskundige redeneringen op verschillende WDlw5
manieren weergeven
Logisch en algoritmisch denken WDlw7
Inzichten verwerven in hoeveelheden WDgk1
Inzichten verwerven in tellen WDgk2
Inzicht verwerven in breuken, kommagetallen, procenten en hun onderlinge relatie WDgk4
Inzicht verwerven in de wiskundige gelijkheid en de basisbewerkingen WDlw6
MATERIALEN
- verkeersborden Kastje
doekje symboolkaartjes
GERAADPLEEGDE BRONNEN
Cursus wiskunde Ordenen
SAMENWERKING MET
/
KO biedt het materiaal aan en legt de bedoeling uit. KO herhaalt nog eens kort
wat ze vertelde tijdens het keuzeproces (=doel). De kleuters maken kennis met de mand
borden.
Differentiatie:
- Er kunnen meerdere borden aangeboden worden.
- Voor kls voor wie het tellen nog moeilijk verloopt, kunnen de borden op een rij
gelegd worden. De stenen kunnen dan makkelijker vastgenomen en verlegd worden
om het synchroon tellen te ondersteunen.
- Ook meer gevorderde technieken kunnen aan bod komen: bv verkort tellen (2, 4, 6,
8) of zien van dubbelen (4 en 4 is 8).
1
Welke begrippen komen aan bod? | Hoe ondersteun je wat je zegt? |
(indien van toepassing) Hoe ondersteun je de taalproductie van de kleuters?
Differentiatie: Indien nodig helpt de KO de eigenschappen verwoorden. Als bepaalde
eigenschappen niet ontdekt worden, stelt de KO bijkomende vragen.
De kls ontdekten dat er telkens twee dezelfde sokken zijn. Die worden samen gelegd.
Differentiatie: Wanneer dit vlot lukt kunnen ook gelijke verkeersborden maar van een
verschillende maat erbij gelegd worden. Kls moeten dan de verkeersborden
afmeten/tegen elkaar leggen voor ze weten welke bij elkaar horen.
KO legt uit (informatie geven) dat ze de kleine verkeersborden thuis niet op een hoop
in de kast legt, maar ze netjes sorteert want anders moet ze de hele doos doorzoeken
om het verkeersbord dat ze zoekt te zoeken. De KO vraagt of de kls ideeën hebben van
hoe ze de sokken kan sorteren. Kls zoeken naar mogelijkheden om de verkeersborden te
sorteren. De KO stimuleert om verschillende manieren te zoeken om de borden te
sorteren. De KO stimuleert de kls om hun ideeën te tonen en te verantwoorden aan
elkaar.
Nu de materialen per soort liggen, wijst de KO erop dat deze ook op rijtjes gezet kunnen
worden. De KO doet voor met enkele borden die ze zet van groot naar klein en wijst op
het steeds kleiner worden van de borden. De KO vraagt aan de kls of ze ook zo’n rijtjes
kunnen maken. De KO laat de kls per 2 werken en heeft hen voldoende tijd. Daarna
kunnen de kls de gevonden rijtjes een elkaar tonen en verantwoorden waarom de
materialen ‘goed’ op een rijtje staan.
Differentiatie: Als dat goed lukt, stimuleert de KO ook om meerdere rijtjes te zoeken
met dezelfde materialen door naar een andere eigenschap te kijken of om langere rijtjes
(minder duidelijke, visuele verschillen) te maken.
Conservatiebegrip
De kleuters hebben nu allemaal evenveel borden. De KO legt de borden van dezelfde
grootte van 2 kleuters naast elkaar in 2 rijtjes (1-1 relatie) en zal testen welke kleuters
conservatiebegrip hebben door 1 rijtje verder uit elkaar te schuiven. Sowieso worden de
beide rijtjes daarna terug naast elkaar gelegd als controle.
Variatie:
- De KO kan het conservatiebegrip ook testen en oefenen met verandering in
eigenschap (=grootte) ipv in schikking.
Vermeerderen
De KO vertelt dat de kleuters nog enkele borden mogen bijnemen. Ze mogen kiezen: nog
1, 2 of 3 borden. De kleuters achterhalen hoeveel borden ze dan samen hebben, in
eerste instantie zonder dat ze de extra borden gezien hebben.
De KO heeft de kleuters al hun borden onder een doekje gelegd. De kleuters leggen de
extra borden erbij. Daarna mogen ze achterhalen hoeveel borden ze nu samen hebben
zonder de extra stenen erbij te zien. Daarna controleren we door het doek weg te halen.
De KO stimuleert om verschillende manieren te zoeken om de borden te tellen. De
gevonden manieren worden aan elkaar getoond en verwoord.
Differentiatie:
- In plaats van de hoeveelheid borden die ze hebben, met minder borden werken als
eerste hoeveelheid.
- Als kleuters niet toe zijn aan het vermeerderen waarbij een deel niet zichtbaar is,
laat ze de kleuters de extra stenen nemen en laat ze het totaal aantal tellen.
KO legt uit (informatie geven) hoe zij thuis de borden sorteert. Ze toont hierbij
symboolkaartjes (aanvullende materialen ter beschikking stellen) en zoekt samen
met de kls naar de mogelijke betekenis ervan en welke borden erbij horen. Ze legt uit dat
ze thuis op haar kast zo’n kaartjes kleeft, zodat ze weet waar ze de borden moet leggen
en ze ook snel terugvindt.
Differentiatie: Als dit vlot loopt kan de KO ook eens 3 symboolkaarten samen nemen of
ook werken met niet-symboolkaarten
Rangtelwoorden
De kleuters leggen de borden op een rij. De KO oefent met hen nog even op de
rangtelwoorden. De KO beklemtoont dat de rangtelwoorden afhangen vanaf waar je start
met tellen. De KO stimuleert de kleuters om luidop te tellen en te verwoorden op welke
plaats de aangeduide parel staat.
AFRONDING 2’
KO bespreekt met de kls de gesorteerde borden en vraagt naar hun ervaringen met het
sorteren. Kls verwoorden hun ervaringen.
Tijdens de ganse activiteit krijgen de kls meerdere probleempjes voorgelegd en worden ze gestimuleerd om na te
denken en oplossingen te zoeken. Ze krijgen hiervoor ook de tijd. De KO stimuleert de kls eveneens om
oplossingen te tonen, toe te lichten, erop te reflecteren.
Tijdens de ganse activiteit let de KO erop dat ze de kls waardeert voor hun denkwerk, ook als de oplossing van
de opdracht uiteindelijk fout was. In dat geval vertelt ze aan de kls dat fouten maken mag, dat het belangrijker is
dat je probeert en dat je leert uit fouten.
Beter: beter eerst verdelen en dan laten sorteren want nu waren ze ruzie aan maken voor de borden