Professional Documents
Culture Documents
Opgave 01
Geef de vergelijkingen voor de volgende reacties. Geef daarbij van de
koolstofverbindingen de structuurformules.
a. het kraken van 2,3-dimethylbutaan, waarbij twee stoffen met evenveel C-atomen
ontstaan.
b. de bereiding van ethanol uit etheen en water.
c. broom met methylpropeen in het donker
d. overmaat chloor met ethaan in het licht
e. broom met propaan in de molverhouding 2 : 1. De reactie wordt uitgevoerd in het
licht. Geef de structuurformules van de mogelijke reactieproducten.
Opgave 02
Men laat een mengsel van alle alkenen met formule C4H8 reageren met water.
a. Geef de structuurformules en de namen van de eindproducten.
Opgave 03
2-penteen reageert in het donker met broom.
a. Geef de reactievergelijking in molecuulformules.
b. Geef de structuurformule en naam van de gevormde stof.
c. Leg uit hoe dit reactietype heet.
Opgave 04
De alkenen dienen als grondstoffen voor een groot aantal chemische producten.
Door behandeling met waterstofhalogenide kan men halogeenkoolwaterstoffen maken.
Bijvoorbeeld: uit etheen en HCl (g) ontstaat chloorethaan:
Opgave 05
Opgave 06
Een koolwaterstof X heeft de molecuulformule C4H6. We gaan de juiste formule van deze
stof onderzoeken. Zoals je uit de molecuulformule kunt afleiden komen drie soorten
stoffen in aanmerking en wel alkynen, alkadienen en cycloalkenen.
In totaal zijn er zeven isomere stoffen, die deze molecuulformule zouden kunnen hebben.
a. Geef de structuurformules en de namen van deze zes isomeren.
Nu laten we stof X met waterstofgas reageren. Er vindt additie plaats onder de vorming
van stof Y. Vervolgens laten we stof Y korte tijd in het zonlicht met chloorgas reageren.
Er vindt een substitutiereactie plaats.
d. Geef de vergelijking met behulp van molecuulformules van de substitutiereactie,
waarbij stof Y en chloorgas reageren in de molverhouding 1:1.
Er kan in werkelijkheid een mengsel van mono-, di-, tri- enz. Chloorsubstitutieprodukten
ontstaan. Wat echter hier opvalt is dat in het mengsel maar één monochloorverbinding
voorkomt.
e. Wat is de juiste structuurformule van X. Licht kort toe.