Professional Documents
Culture Documents
§1.2 De atoombinding
Moleculaire stoffen:
Moleculaire stoffen zijn opgebouwd uit moleculen, ze bestaan uit niet metaal atomen onderling. De
moleculen bevinden zich in een normaal patroon, het molecuulrooster. Tussen de moleculen heersen
er krachten, de van der Waals krachten, de cohesiekrachten of intermoleculaire krachten of de
molecuulbinding
Tussen de atomen heerst de atoombinding of covalente binding.
De molecuulbinding wordt verbroken bij bepaalde fase overgangen, oplossen van een stof.
De atoombinding wordt verbroken bij chemische reacties vb ontledingen, verbrandingen etc. h.u.v dat
de atoom binding sterker is dan de molecuulbinding.
De atoom binding in een atoom ontstaat door het bij elkaar houden van atoomresten door een
gemeenschappelijk electronenpaar. Dit noemen we een covalente binding. Elk niet metaal kan een
bepaald aantal covanlente bindingen maken, dit heet de covalentie van het atoom:
hoofdgroep covalentie
7 1, (uitz H
waterstof)
6 2
5 3
4 4
Hoofdstuk 1. Hoofdgroepen.
§ 1.1. Alkanen. 1e hoofdgroep.
Eigenschappen: - verzadigd
- alifatisch
- algemene formule: CnH2n + 2
- niet erg reactief; doen kraken, verbranding en subst.
- reactie type: substitutie reacties met halogenen o.i.v. licht.
- apolair
1
molecuulformule: structuurformule:
1. CH4 : methaan
2. C2H6 : ethaan CH3 – CH3
3. C3H8 : propaan CH3 – CH2 – CH3 etc.
4. C4H10 : butaan
5. C5H12 : pentaan
6. C6H14 : hexaan
7. C7H16 : heptaan
8. C8H18 : oktaan
9. C9H20 : nonaan
10. C10H22 : decaan
(v.a C4H10 isomerie)
§1.4 Alkenen.
Eigenschappen: - onverzadigd
- alifatisch
- algemene formule : CnH2n
- erg reactief
- reactie type: additie reacties met o.a. halogenen.
- karakteristiek : één dubbele binding in de koolstofketen.
- isomeer met de hoofdgroep cycloalkanen.
- apolair
2
molecuulformule: structuurformule:
1. C2H4 : etheen CH2 = CH2
2. C3H6 : propeen CH2 = CH – CH3
3. C4H8 : 1-buteen en 2-buteen CH2 = CH – CH2 – CH3 en CH3 – CH = CH – CH3 etc
4. C5H10 : 1-penteen en 2-penteen etc.
(v.a C4H8 isomerie)
Alkynen.
Eigenschappen: - onverzadigd
- alifatisch
- algemene formule : CnH2n – 2
- erg reactief
- reactie type: additie reacties
- karakteristiek: één drievoudige binding in de koolstofketen.
- isomeer met de hoofdgroep cycloalkenen en alkadiënen.
molecuulformule: structuurformule:
1. C2H2 : ethyn
2. C3H4 : propyn
§ 1.6 Cycloalkanen.
Eigenschappen: -verzadigd - isomeer de hoofdgroep alkenen
- cyclisch - algemene formule CnH2n
molecuulformule structuurformule:
1. C3H6 : cyclopropaan
2. C4H8 : cyclobutaan
3. C5H10 : cyclopentaan etc
4. C H
6 12 : cyclohexaan
Cycloalkenen.
Eigenschappen: - onverzadigd
- cyclisch
- algemene formule : CnH2n – 2
- isomeer met de hoofdgroep alkynen en alkadiënen.
molecuulformule: structuurformule:
3
1. C3H4 : cyclopropeen
2. C4H6 : cyclobuteen
3. C5H8 : cyclopenteen etc
O,M P
molecuulformule: structuurformule:
1. CH3OH : methanol CH3OH
2. C2H5OH : ethanol (alcohol) CH3 – CH2OH
Alkaandiolen hebben twee hydroxyl groepen. vb. 1,2-ethaandiol (glycol) CH 2OH – CH2OH
Alkaantriolen hebben drie hydroxyl groepen. vb. 1,2,3- propaantriol (glycerol) CH 2OH – CH-
OH – CH2OH
___________________________________________________________________________
Alkaanzuren of carbonzuren.
Eigenschappen: - karakteristiek : één ~C = O groep
- verzadigd OH
- alifatisch
- polaire carboxylgroep
- algemene formule : CnH2n + 1 ~COOH
- isomeer met de hoofdgroep esters.
4
molecuulformule: structuurformule:
1. HCOOH : methaanzuur (mierezuur)
2. CH3COOH : ethaanzuur (azijnzuur) CH3 – COOH
3. C H
2 5 COOH: propaanzuur (propionzuur) CH 3 – CH2 – COOH
Alkaandizuren hebben twee carboxylgroepen in het molecuul. vb. ethaandizuur HOOC –
COOH
___________________________________________________________________________
Aminen.
Eigenschappen: - karakteristiek : ~ NH2 of amino-groep
- alifatisch
- polaire amino-groep
- algemene formule CnH2n + 1 ~NH2
molecuulformule: structuurformule:
1. CH3NH2 : methylamine of methaanamine CH3 – NH2
2. C2H5NH2 : ethylamine of ethaanamine CH3 – CH2 – NH2
Diaminen hebben twee amino-groepen in het molecuul. vb. H2N – CH2 – CH2 – NH2
Substitutie : vervanging
Alkanen:
Doen alleen substitutie reacties o.i.v licht met halogenen.
Alkaan + halogeen halogeenalkaan + waterstofhalogenide
vb. methaan + chloor monochloormethaan + waterstofchloride
Reactie mechanisme :
Initiatie : Cl2 licht 2Cl (radikaal)
Kraken.
5
Katalytisch kraken: grote alkaanmoleculen “breken” in kleinere stukjes o.i.v een katalysator.
Hierbij ontstaan verzadigde en onverzadigde koolwaterstoffen.
v.b. C10H22 C6H14 + C4H8
Additie : toevoeging
Bij additie reacties is de regel van Markovnikoff belangerijk: het waterstofatoom wordt
geaddeerd aan het koolstofatoom met ongepaarde electronen dat de meeste waterstof-
atomen bezit.
Alkenen:
Doen vrnl. additie reacties met : 1. halogenen; er ontstaan dihalogeenalkanen.
(kunnen ook subst. doen) : 2. water; er ontstaan alkanolen
: 3. waterstofhalogeniden; er ontstaan halogeenalkanen.
Alkynen:
Doen additie met 1: halogenen; er ontstaan tetra-halogeenalkanen.
2 : waterstof; er ontstaan alkanen.
3: waterstofhalogeniden; er ontstaan halogeenalkanen.
Eliminatie:
Een klein molecuul wordt aan een groot molecuul onttrokken. Omgekeerde van additie.
6
- alkanol alkeen + water
vb. ethanol etheen + water
Polymerisatie: verveelvoudiging.
Synthese van een groot aantal kleine identieke moleculen tot hele grote (makro) moleculen.
Het molecuulsoort dat aan één gekoppeld wordt noemt men het monomeer.
Een polymeer ontstaat uit een groot aantal monomeren, soms wel 50.000.
Additie polymerisatie:
Het aan elkaar koppelen van onverzadigde moleculen d.m.v. additie reacties.
Het onverzadigde molecuul noemt men het monomeer en het product van de additie
polymerisatie het polymeer.
Let erop dat bij de polymerisatie de moleculen koppelen met de koolstofatomen
waartussen de dubbele binding aanwezig was.
n propeen (propeen)n