Professional Documents
Culture Documents
Schrijf-
Basis van
vaardig-
coaching
heden
Persoonlijke
en
professionele
Communi
catie en
ontwikkeling
sociale
Samen-
vaardighe werken
den
Informati
Kritisch
evaardig
denken
heden
Creatief
denken
2
Inhoud
1. Globale feedback thuisopdracht les 4
2. Onderzoekende houding
3. Kritisch zijn & denken
4. Argumenteren
5. Informatievaardigheden - Dipster
6. Uitleg thuisopdracht les 5
Inhoud
1. Globale feedback thuisopdracht les 4
2. Onderzoekende houding
3. Kritisch zijn & denken
4. Argumenteren
5. Informatievaardigheden - Dipster
6. Uitleg thuisopdracht les 5
Globale feedback
Onvolledige opdrachten!
Niet elke stap wordt besproken. Maak gebruik van het voorziene
sjabloon en de titeltjes
5
Globale feedback
6
Inhoud
1. Globale feedback thuisopdracht les 4
2. Onderzoekende houding
3. Kritisch zijn & denken
4. Argumenteren
5. Informatievaardigheden - Dipster
6. Uitleg thuisopdracht les 5
Onderzoekende houding
4 basiskenmerken:
1. Opmerkzaam zijn
2. Nieuwsgierig zijn
3. Bedachtzaam zijn
4. Kritisch zijn
+ Informatie delen
8
1. Opmerkzaam zijn
Voorbeeld:
Opmerken dat een groepsgenoot niet tevreden is met de manier waarop het werk in de groep
verdeeld wordt
9
2. Nieuwsgierig zijn
Nieuwsgierigheid uiten:
1. Vragen stellen
voorbeeld:
"Je bent blijkbaar niet zo enthousiast over hoe we het werk verdelen, hoe zie jij het?"
10
3. Bedachtzaam zijn
Nadenken
Niet meteen oordelen
Situatie vanuit verschillende perspectieven bekijken
Voorbeeld:
Je groepsgenoot reageert: "Ik doe hier eigenlijk gewoon alles en jij bijvoorbeeld weeral
niets". Je denkt na over hoe het kan komen dat hij dit zo ziet en verplaatst zich in zijn
perspectief om te situatie verder te onderzoeken.
11
4. Kritisch zijn
= Niet uitgaan van vaste patronen en routines, maar dingen in twijfel trekken
Voorbeeld: Je begrijpt het perspectief van je groepsgenoot, maar bekijkt het ook kritisch. Je
trekt het gevoel dat je had dat jullie evenveel werk uitvoeren in twijfel, om kritisch te zijn voor
jezelf.
12
Informatie delen
Deze informatie in professionele context ook delen, gezien die relevant kan zijn voor stage-
of werkplek, medestudenten, collega's,…
13
Zelfscan onderzoekende houding
Doel:
beeld vormen van eigen kwaliteiten in verband met een onderzoekende houding, om er ook
in te kunnen groeien
Leidt tot nuttig inzicht, dat je kan omzetten in leerdoelen voor jezelf.
Voor thuisopdracht: 4 leerdoelen voor jezelf opstellen - 1 per basiskenmerk.
14
Inhoud
1. Globale feedback thuisopdracht les 4
2. Onderzoekende houding
3. Kritisch zijn & denken
4. Argumenteren
5. Informatievaardigheden - Dipster
6. Uitleg thuisopdracht les 5
Enkele basisbegrippen
Fake news
Een mening
Framing
Een feit
Desinformatie
Misinformatie
27/10/2022 Voettekst 16
Enkele basisbegrippen
•Een mening is persoonlijk. Je kan een mening ondersteunen met argumenten (ik vind dit, want,...) .
Een mening is subjectief. Je hebt een mening over iets, je neemt er een standpunt over in.
•Een feit kan je bewijzen en controleren. Je ken een feit niet weerleggen. Het is objectief.
•Fake news of nepnieuws zijn leugens verhuld als nieuws, die verspreid worden via websites, sociale
media en traditionele media, met als doel het maken van winst of het beïnvloeden van de publieke
opinie.
•Framing is een overtuigingstechniek waarbij je slechts enkele zeer bewust gekozen aspecten van een
onderwerp belicht en andere niet. Zo toon je slecht een deel van de waarheid en probeer je mensen
te overtuigen zonder hen het volledige plaatje te tonen.
17
Enkele basisbegrippen
•Desinformatie is informatie die opzettelijk foutief gecreëerd wordt met als doel om mensen, een
organisatie of instelling opzettelijk te schaden. Desinformatie is dus eigenlijk leugenachtige
informatie met het opzet om schade toe te brengen
18
Kritisch denken
= het hebben van een onderzoekende, zelfstandige en open houding
= basisvaardigheid die je moet hebben om informatie te kunnen beoordelen
De basisprincipes:
✓ Proberen om niet onmiddellijk een oordeel te hebben, maar na te denken bij de informatie die je
leest
19
Kritisch denken en kritiek hebben
= NIET hetzelfde!
Kritiek ontstaat meestal vanuit een persoonlijk standpunt dat je niet ter discussie stelt. Je bent
bijvoorbeeld overtuigd dat iets niet gaat zoals het moet gaan en dus lever je kritiek.
Kritisch denken daarentegen komt voort uit het voortdurend vragen stellen waarom de dingen zijn
zoals ze zijn. Je neemt dus een onderzoekende houding aan en probeert een onderwerp vanuit alle
perspectieven te bekijken.
➔ Hoewel je prima respectvol kritiek kunt uiten, is die kritiek meestal niet het resultaat van kritisch
denken.
20
Wat is kritisch denken?
• Vooroordelen en subjectiviteit herkennen
21
Wat is kritisch denken?
• Jezelf vragen stellen over beweringen en conclusies, definities en bewijzen,
meningen en overtuigingen
• Tegenstellingen waarnemen
22
Kritisch denken is ook vragen stellen
• Is dit waar?
• Waarom is dat zo?
• Is dat een feit of een mening?
• Zijn de feiten verifieerbaar?
• Hoe komt de auteur tot zijn conclusie?
• Waarom is dit belangrijk?
• Hoe werkt dat dan?
• Komt deze informatie van een betrouwbare bron? Wat zeggen andere bronnen
daarover?
• Is het taalgebruik van de auteur neutraal of emotioneel geladen?
•…
Probeer de vragen zelf te beantwoorden, op basis van de informatie in de opgezochte
bron en informatie van andere bronnen.
23
Waarom kritisch denken tijdens (bij)leren?
Uit onderzoek is een correlatie (= verband) gebleken tussen kritisch denken, begrijpend
lezen en schoolprestaties:
Je leert beter als je regelmatig stilstaat om na te denken over de leerstof dan wanneer je
alles achter elkaar leest.
Als je kritisch nadenkt over de leerstof dan zul je het beter begrijpen.
24
Kritisch kijken naar bronnen
= kan ik de informatie die ik gevonden heb wel vertrouwen?
Betrouwbaarheid van bronnen beoordelen via de CRAAP-test adhv 5 vragen:
CRAAP-test
C Currency Is de bron voldoende Is de bron niet te verouderd? Probeer altijd na te gaan wanneer de
actueel? informatie is gepubliceerd.
R Relevance Is de bron wel geschikt Is de informatie geschikt voor wat jij wilt
voor jouw onderzoeken/bewijzen/uitschrijven/… Gaat het om dezelfde
onderzoeksvraag/doel? doelgroep? Is de informatie niet te simpel of te moeilijk voorgesteld? …
A Autority Wie publiceerde deze Ga na wie of welke organisatie de informatie deelt. Is die wel geschikt
informatie? om dat te doen? Neem niets voor waarheid, vooraleer je weet vanwaar
de informatie komt.
A Accuracy Is de informatie Maakt je bron ook gebruik van andere betrouwbare bronnen? Kan je de
inhoudelijk correct en informatie bevestigen via andere betrouwbare bronnen? Staat de bron
voldoende betrouwbaar? vol taalfouten? Is die dan wel betrouwbaar?
P Purpose Waarom zet iemand deze Wat wil de auteur bereiken met de informatie? Zijn er commerciële
25
informatie online? bijbedoelingen? Is het standpunt van de auteur onpartijdig?
Inhoud
1. Globale feedback thuisopdracht les 4
2. Onderzoekende houding
3. Kritisch zijn & denken
4. Argumenteren
5. Informatievaardigheden - Dipster
6. Uitleg thuisopdracht les 5
Argumenteren
= onderbouwen van je mening aan de hand van feiten
DOEL: overtuigen
Mening = standpunt = een opvatting, een persoonlijk gekleurde houding tegenover een onderwerp.
Mening en standpunt
“Je hebt een mening” en “Je neemt een standpunt in”
.
27
Standpunt - mening
28
Argument
= een taaluiting waarmee een spreker of schrijver zijn standpunt verdedigt tegen kritiek
.
29
Argumenteren
Argumenten moeten:
- geldig zijn = het gaat over het onderwerp van de discussie
- waar zijn = het klopt wat je zegt
30
Argumenteren volgens AUB-model
Stap 1: Argument
Je begint met het noemen van het argument.
= duidelijk maken
Stap 2: Uitleg
Je geeft aan wat je met dat argument bedoelt. Dit is het belangrijkste onderdeel van een goede
argumentatie! In de uitleg maak je de link tussen het standpunt en het argument en benadruk hoe
belangrijk het argument is.
= overtuigen
Stap 3: Bijvoorbeeld
Tot slot geef je (een) voorbeeld(en) waarmee je je argument zo tastbaar en concreet mogelijk
maakt. Hiermee worden de argumenten extra geloofwaardig gemaakt. En dit is wat je wilt
bereiken! Cijfermateriaal kan je voorbeeld krachtiger maken.
= herkenbaar maken
31
Voorbeeld AUB-model
Stap 1: A(rgument)
= Een hond eist tijd.
Stap 2: U(itleg)
= Training, verzorging, aandacht en liefde... Pas als je echt een hond wilt, zal je die tijd met veel
toewijding aan hem schenken.
Stap 3: B(ijvoorbeeld)
= Werk je van 's morgens vroeg tot 's avonds laat? Dan is het niet de beste periode om een
hond in huis te halen. Ga je graag en veel op reis? Bekijk dan ook de mogelijkheden voor je
hond. Je hond meenemen op het vliegtuig kan duur worden, maar hem naar een hondenhotel
brengen is ook een hap uit je budget. Bovendien is je hond het liefst thuis.
32
Voorbeeld AUB-model
Stap 1: A(rgument)
=
Stap 2: U(itleg)
=
Stap 3: B(ijvoorbeeld)
=
33
Voorbeeld AUB-model
Stap 1: A(rgument)
= Roken is ongezond
Stap 2: U(itleg)
= Roken brengt veel schadelijke stoffen in je lichaam waar je longen minder goed van
werken en waar je ernstige ziektes van kunt krijgen. Nicotine zorgt ervoor dat je verslaafd
raakt aan roken en daardoor krijg je veel van die schadelijke stoffen binnen. Doordat veel
mensen verslaafd raken aan roken, worden veel mensen dus zieker .
Stap 3: B(ijvoorbeeld)
= De ziektes die je kunt krijgen van roken zijn hart- en vaatziekten, longziekten en kanker.
Ieder jaar gaan er 25.000 mensen dood als een direct gevolg van roken
34
Inhoud
1. Globale feedback thuisopdracht les 4
2. Onderzoekende houding
3. Kritisch zijn & denken
4. Argumenteren
5. Informatievaardigheden - Dipster
6. Uitleg thuisopdracht les 5
Informatievaardigheden
= vaardigheden die nodig zijn om informatie in betrouwbare bronnen te kunnen zoeken en vinden,
informatie kritisch te beoordelen en verwerken en op een geschikte manier verwijzen naar die
gebruikte bronnen.
Probleem?
Het is moeilijker geworden betrouwbare informatie
te selecteren uit de overweldigende en vele
informatie die op ons afkomt.
36
Informatievaardigheden
Concreet:
• Hoe zoek ik informatie op het internet?
• Hoe formuleer ik een goede zoekvraag?
• Welke zoekwoorden gebruik ik?
• Wat is een goede zoekstrategie?
• Wat staat er in de tekst?
• Wat is de afkomst van de tekst?
• Hoe weet ik of de informatie betrouwbaar is?
• Hoe verwijs ik naar bronnen? (bijv. via APA-methode)
•…
37
Nuttige tool/cursus: Dipster
38
DEMO
39
Bibliotheek Howest
40
Informatie zoeken via databanken Howest
Overzicht databanken:
https://www.howest.be/nl/studeren/studentenvoorzieningen/bibliotheek/databanken
41
Informatie zoeken in tijdschriften Howest
42
Inhoud
1. Globale feedback thuisopdracht les 4
2. Onderzoekende houding
3. Kritisch zijn & denken
4. Argumenteren
5. Informatievaardigheden - Dipster
6. Uitleg thuisopdracht les 5
Thuisopdracht les 5
Laatste opdrachten!
44
Vragen?
VEEL SUCCES MET DE EXAMENS!