Rubric voor OLR 11 samenwerking

Algemeen beheersingsniveau

onvoldoende voldoende goed Excellent Expert

onvoldoende voldoende goed Excellent Expert

Je staat open voor de Je toetst regelmatig

Actief luisteren Je luistert te Je laat de ander Je kan je inleven in
mening en ideeën of je goed begrijpt
weinig naar wat uitspreken. Je bent de gevoelens van
van anderen. Je wat de ander zegt.
de ander niet met andere zaken de ander. Je kan
vraagt door op Je geeft een goede
inhoudelijk wil bezig. Je vraagt tussen de lijnen de
gegeven informatie. (inhoudelijke)
vertellen. verduidelijking als je onderliggende
samenvatting van
de ander niet goed gevoelens bij de
Je maakt oogcontact. wat is gezegd.
begrijpt. Je laat zien of ander lezen en
horen dat je luistert deze verwoorden.
(knippen, ja-zeggen,…) Je komt terug op
wat eerder door
anderen is gezegd.

Je werkt naast Je maakt duidelijk wat Je maakt duidelijke Je weet een conflict In elk team ben jij
Effectief team
de anderen. je wil bereiken. en concrete om te vormen in de spil die ervoor
afspraken met de groei voor het team. zorgt dat er goede
Je staat open voor anderen. resultaten worden
tegengestelde Je formuleert gehaald.
Je besteedt meningen. Je bespreekt de werkpunten van
weinig aandacht samenwerking tussen anderen. Je stimuleert
aan Je steunt de anderen. jou en de andere anderen om
samenwerking. teamleden. Je vraagt bij je zichzelf en hun
Je bent bereid de groepsleden na hoe werk te evalueren.
anderen te Je plant momenten in zij ‘het werken in
vertrouwen. om het functioneren groep’ ervaren.
van de groep te
Je neemt bespreken.
verantwoordelijkheid
voor het eindresultaat
van het team.