You are on page 1of 4

Les 2 – Prof Nijs

AO classificatie van fracturen:


Elk bot een nummer geven (niet allemaal kennen), worden over heel de wereld gebruikt

Eerste cijfer: welk bot is aangetast


Tweede cijfer: welk deel van het bot is aangetast
Metafyse: vierkanten waarvan de max breedte de zijde/hoogte bepaald
Letters:
A niet in het gewricht (puur doorheen metafyse)
B gedeeltelijk door het gewricht (deel is afgebroken en deel nog steeds in continuïteit
C volledig los van de schaft (combinatie van B en A)

A eenvoudig
B vlinderfragment (2 delen van de breuk die een gewricht bevatten, toch nog
rechtstreeks contact maken)
C verbrijzeling: geen rechtstreeks contact meer na aan elkaar zetten

Fractuurheling: (gelijkaardig aan wondheling)


1) Bloedstelping
2) Fibreuze verbinding met inflammatie
3) Proliferatie
4) Regeneratie

Bot is een levend weefsel, past zich constant aan in functie van de belasting
Bot heeft zuurstof nodig -> vascularisatie
In metafysaire zone: veel bv, dringen via het kapsel de metafyse binnen

Periostale bv aan buitenkant 15%


Nurtrient artery bv aan de binnenkant 85%
Bij breuk zullen periostale bv een veel groter deel van het bot bevloeiien

Botvorming:
Gans je leven breedtegroei (intramembraneuze botvorming)-> bejaarde mensen hebben
veel bredere botten: reden: pijp w breder gemaakt als gevolg van osteoporose (femur en
tibia)
 Rechtstreekse vorming van bot (niet eerst kraakbeen vorming)

Enchondrale botvorming: lengtegroei -> eerst vorming kraakbeen en dan pas vorming bot
Lengtegroei stopt na puberteit (clavicula sluit als laatste)

Bot remoddeling: bot afbreken door osteoclasten en nieuwe botstructuren aanmaken door
osteoblasten (= cutting cones) -> proces constant bezig in ons lichaam

Pseudogewricht: los en vast (ene met kapsel en andere zonder???)


Indien niet genoeg doorbloeding/ stabiliteit -> vertraagde heling -> pseudartrose (bot zal niet
aan elkaar groeien)

Hematoom triggert periostium om te gaan groeien -> osteoblasten (uit mergkanaal en


binnenkant periost) komen in hematoom terecht -> fibreuzevorming -> zachte callus w
omgevormd in harde callus -> callus blijft als litteken over op bot (= harde callus)

Maar bot kan je ook laten genezen zonder callusvorming -> botstructuren op elkaar plaatsen
onder drukt -> ‘bot denkt dat het niet gebroken is’ -> cutting cones zorgen voor remodellatie
bot -> gebroken bot verandert in intact bot
 Reden waarom pos : littekens in gewrichten zorgen voor wrijving -> artrose
 Littekens thv schacht is littekenvorming minder erg, zolang de gewrichten maar juist
staan tov elkaar
 Bij schaftfracturen zo snel mogelijke heling nodig (indirect)
 Bij gewrichtsfracturen wil je zo’n goed mogelijke heling, trager (direct)

Indien teveel beweging: extracell matrix w overbelast -> te hoge strain -> heling stopt ->
pseudartrose (= pseudo-gewricht)

Microbeweging: indirecte heling (relatieve stab) -> strain 2-10%


Instabiliteit: geen heling -> strain > 10%
Stabiliteit: directe heling -> strain 0%

Gewrichtsfractuur: basisprincipes: dia heel goed kennen!!!

Oefenstabiel, maar niet belastingsstabiel -> geen belasting uitoefenen, maar wel oefenen om
kraakbeen te genereren?

Schaftfractuur: basisprincipes: dia heel goed kennen!!

Absolute stabiliteit creëren:


 Fractuur is niet verplaatst -> geen operatie
 Verplaatsing van fractuur is zodanig beperkt zodat de vormafwijking geen invloed
heeft op functionaliteit -> geen operatie
 Vormafwijking heeft een invloed op de functie van de patient die de kwaliteit van
leven van de pat beïnvloedt -> operatieve behandeling om stabiliteit te bekomen
(afhankelijk van persoon tot persoon)

Schroef: kop, kern, schroefdraad (continue spiraal)


 Kern van de schroef zal een gat opvullen (gat en kern moeten zelfde diameter
hebben, zodat er geen beweging mogelijk is)
 Kop blijft buiten materiaal
 Winding draait als spiraal in materiaal (winding kan zelf traject snijden)
 2 planken stabiliseren tov van elkaar -> 2 schroeven nodig
 2 planken op elkaar persen -> principe van tractie-schroef: gat groter maken dan
draad (enkel interactie met B plank en niet met plank A -> B w naar boven getrokken
tegen A, en A kan niet weg aangezien het niet meedraait en het door de kop w
tegengehouden -> B compresseert op A

Lag screw: links voor operatie, midden direct na operatie, rechts 1 jaar later -> geen verschil
tussen midden en rechts -> je weet dat er goede genezing is doordat pat geen klachten meer
heeft

Maar bij korte schuine fracturen kan je slechts 1 schroef plaatsen -> probleem met
torsie/rotatie -> oplossen door er een plaat op te leggen -> trekschroef + neurtralisatieplaat

Andere problemen:
 lag screw techniek niet goed om oudere mensen te behandelen
 lag screw techniek niet toepasbaar in dwarse en korte schuine fract
o oplossing: dwarse fracturen behandelen door dynamic compression unit:
ovalen gat met een schuine rand waarvan de schuinheid overeenstemt met
schuinheid van (de kop van) schroef + 2e schroef plaatsen -> compressieplaat
w weggeduwd ? (zie filmpje)
o nadeel: chroom/nikkel platen en ong 10% van de pat is er allergisch aan +
micropartikels komen vrij -> bij te hoge conc in lymfeknoop -> kan
kankerverwekkend zijn (zeer langzaam) -> platen moeten na genezing (ong
1,5 jaar) moeten verwijderd worden -> opnieuw breuk: reden: bij aanvijzen
plaat tegen bot -> compressie -> periostium w dichtgeknepen -> BV w
dichtgeknepen -> infarct -> onder plaat creër je een zone van dood bot, en is
veel breekbaarder dan levend bot -> oplossing: plaat met gaten -> slechts op
bepaalde punten necrose (= low contact dynamic compression unit?)

andere manier om absolute stab te bereiken met een plaat : afsteunplaat (buttressing)
plaat die je zo positioneert dat de verplaatsing die het fragment niet kan maken zodat het
terug tegen het originele aanleunt (voorbeeld Jules en Cedric)

nog een andere manier om stab te bereiken met een plaat: tension band
plaat vijzen die dichtklappen voorkomt -> compressie ??? (aan spanningszijden van bot ->
aan apex waar verplaatsing naartoe wil gaan -> verplaatsing naar ander kant proberen
trekken -> denk aan tekening )

5 manier om absolute stabiliteit te genereren:


1) tractieschroef
2) tractieschroef met neutralisatieplaat
3) compressieplaat
4) afsteunplaat
5) tension band

vanaf nu: 2e pwp

menselijk lichaam heeft een absolute hekel aan xenotransplanten -> enorme inflammatie na
transplant van kalkoen => later: metalen pinnen in mergkanaal brengen om het mergkanaal
uit te lijnen ->geen translatie en angulatie -> indirecte heling (Kuntscher en Rush) -> probl:
mergkanaal is niet uniform in diameter: breed-smal-breed
 oplossing: vergrendelschroeven: vergrendelen hoofdfragmenten op de nagel ->
stabilisatie van fractuurfragmenten (Maar zo’n nagel doorheen bot brengen met
kromming, zal zorgen voor een kromming van de nagel, bij dist stuk is kromming te
groot) -> gat in nagel een beetje groter maken dan diameter van schroef -> translatie
in diafyse (meer vrijheid ten koste van stabiliteit)
 ????

reamen = uitvrezen (diameter meer uniform maken?) -> langere zone van contact -> betere
stabiliteit
nadelen van reamen:
 Cellen beschadigen door warmte vrijzetting van reamen -> ischemisch materiaal dat
minder weerstandig is aan bact (niet mogelijk om te reamen bij open fractuur)
 Vet w losgemaakt en naar beneden geduwd -> vetdruppels in aders -> komen terecht
in hart -> longen -> ontsteking/ inflammatie in long -> oedemen -> ARDS
 Stijging ICP (doordat vetdruppels verdergaan naar hersenen????)
 Vet-embool

You might also like