You are on page 1of 15

Uitgebreide Modelbeantwoording van het tentamen BKB1030 Ondernemingsrecht 9

maart 2020.
NB: de vraagnummers vermelden eerst versie 1 en dan versie 2. Het juiste alternatief is
vetgedrukt.

Als in de opgave niet anders is aangegeven mag u ervan uitgaan dat de vragen over
kapitaalvennootschappen (NV en BV) ‘gewone’ vennootschappen betreffen; als het gaat om
structuurvennootschappen of beursvennootschappen is dit uitdrukkelijk aangegeven.

Ga bij beantwoording van de vragen uit van de wettelijke regeling; indien in de statuten, een
overeenkomst, besluit of reglement anders is bepaald, wordt dat in de vraag vermeld.

Vraag 1/1
Artikel 2:23a lid 1 BW bevat

a. een bepaling van regelend recht.


b. een bepaling van dwingend recht.
c. een bepaling van zowel dwingend als regelend recht.

Toelichting: Artikel 2:23a lid 1 BW: Een vereffenaar heeft, tenzij de statuten anders bepalen,
dezelfde bevoegdheden, plichten en aansprakelijkheid als een bestuurder, voor zover deze
verenigbaar zijn met zijn taak als vereffenaar.
Dwingend recht zijn regels waar partijen zich aan moeten houden; ze mogen die niet vervangen
door een eigen regeling. Regelend recht zijn regels die gelden als partijen zelf niet iets anders
hebben geregeld. Zie de toelichting op college 1. Zie ook art. 2:25 BW.

Vraag 2/2
Welke rechterlijke instantie stelt als hoogste rechterlijke instantie de feiten vast?

a. Rechtbank.
b. Gerechtshof.
c. Hoge Raad.

Toelichting:
Rechtbank en Hof zijn feitelijke instanties, daar kunnen partijen alle hun feiten en argumenten
aandragen,
De Hoge Raad gaat uit van de feiten zoals die zijn vastgesteld door het Hof en kijkt alleen of het
recht juist is toegepast.
Dus je kunt twee keer je verhaal vertellen, waarbij het belangrijk is dat je de feiten goed vertelt
want na de tweede keer staan die vast zoals ze zijn verteld en kijkt de Hoge Raad alleen nog of
de juridische regels goed zijn toegepast.
Het gerechtshof is hoger dan de rechtbank. (Zie pwp college 1 slide 8)

Vraag 3/3
De rem van de fiets van Jordi is kapot. Hij spreekt met de fietsenmaker af dat deze de rem
repareert. Na de reparatie blijkt dat de rem niet goed gerepareerd is en dit veroorzaakt een
botsing met een andere fietser. Jordi scheurt door de val uit zijn broek.
Wat kan Jordi vorderen van de fietsenmaker?

a. Schadevergoeding.
b. Ontbinding van de overeenkomst.
c. Schadevergoeding en ontbinding.

Toelichting: Jordi kan de overeenkomst met de fietsenmaker ontbinden. De onjuiste reparatie


is wanprestatie van de fietsenmaker. Jordi krijgt dan zijn geld terug. Daarnaast kan hij
schadevergoeding eisen.

Toelichting op college 1, slide 14-15.

Vraag 4/18
Hermans en Stoffels hebben een idee voor een onderneming en vragen zich af voor welke
rechtsvorm ze moeten kiezen voor het drijven van hun onderneming. Ze hebben één specifieke
wens: ze willen niet verplicht worden om hun jaarrekening openbaar te maken.
Voor welke van onderstaande rechtsvormen kunnen ze kiezen?

a. BV en vof.
b. vof en maatschap.
c. maatschap en BV.

Toelichting: Op grond van art. 2:394, lid 1 BW moeten de rechtspersonen waarop Titel 2.9 BW
van toepassing is, hun jaarstukken openbaar maken. De BV komt dus niet in aanmerking.
Omdat de publicatieplicht niet geldt voor personenassociaties komen maatschap en vof wel in
aanmerking.

Vraag 5/19
Kees en Jesse willen een kledingwinkel beginnen: Mingo BV. Kees koopt namens Mingo BV i.o.
een kassa bij Shopkeep BV. Afgesproken wordt dat de kassa na drie maanden door de
vennootschap zal worden betaald. Twee dagen na de aanschaf van de kassa, krijgen Jesse en
Kees ruzie. Mingo BV wordt nooit opgericht.
Welke stelling is juist?

a. Jesse en Kees moeten ieder de helft van de koopsom betalen aan Shopkeep BV.
b. Jesse en Kees zijn hoofdelijk aansprakelijk voor de koopsom jegens Shopkeep BV.
c. Alleen Kees is aansprakelijk voor de koopsom jegens Shopkeep BV.

Toelichting: Mingo B.V. is nooit opgericht. Hierdoor kan er ook geen sprake zijn van
bekrachtiging. Daarom is alleen Kees als handelende persoon aansprakelijk. Zie art. 2:203, lid 2
BW. Kern p. 35/36.

Vraag 6/20
Anja en Chris willen een copyshop beginnen onder de naam Control-C BV. Namens Control-C
BV i.o. kopen Anja en Chris zes kopieermachines bij Printer BV. Na het oprichten van Control-C
BV neemt de vennootschap de kopieermachines in gebruik. Na acht maanden gaat Control-C
BV failliet. De kopieermachines zijn op dat moment nog niet betaald.
Wie kan/kunnen door Printer BV worden aangesproken tot betaling van de koopprijs en/of
vergoeding van de schade?

a. Anja en Chris.
b. Control-C BV.
c. Anja, Chris en Control-C BV.
Toelichting: Door het in gebruik nemen van de kopieermachines is de koopovereenkomst uit
de voorperiode stilzwijgend bekrachtigd. Art. 2:203, lid 3 BW: als de vennootschap de
verplichtingen uit de bekrachtigde overeenkomst niet nakomt, zijn de handelende personen
jegens de wederpartij aansprakelijk voor de schade , als die handelende personen zagen (of
konden zien) aankomen dat de vennootschap niet zou nakomen. Die wetenschap wordt
aangenomen als de vennootschap, zoals hier het geval is, binnen een jaar na oprichting failliet
gaat. Anja en Chris zijn dus hoofdelijk aansprakelijk voor de schade. Control-C B.V. is ook nog
steeds aansprakelijk voor betaling van de hoofdsom, ook al is de vennootschap failliet. Kern p.
35-36.

Vraag 7/21
Corsa BV heeft een geplaatst kapitaal ter waarde van 300.000 euro. Alle aandelen zijn
volgestort. De vennootschap heeft een pand ter waarde van 400.000 euro, 40.000 euro aan
voorraden en 50.000 euro in de kas. Voorts heeft de BV nog 60.000 euro te vorderen van
debiteuren.
Op grond van een statutaire bepaling is 50.000 euro gereserveerd. De agioreserve bedraagt
150.000 euro en de herwaarderingsreserve is 10.000 euro. Er is tot slot nog een winstreserve.
Hoeveel dividend mag Corsa BV maximaal uitkeren?

a. 40.000 euro.
b. 190.000 euro.
c. 490.000 euro.

Toelichting:

Activa Passiva

Vaste activa Eigen vermogen


Onroerend goed 400 geplaatst+gestort kapitaal 300
Statutaire reserve 50
Agioreserve 150
Winstreserve 40
Herwaarderingsreserve 10
Vlottende activa
Voorraden 40 Vreemd vermogen n.v.t.
Debiteuren 60 Crediteuren
Kas 50

Totaal 550 550

Het gaat hier om een BV; dus op grond van art.2:216 BW moet een eenvoudige balanstest
worden gedaan.
Hoofdregel: BV mag uitkeringen doen voor zover het eigen vermogen groter is dan de reserves
die krachtens de wet of statuten moeten worden aangehouden. Met andere woorden: het hele
eigen vermogen mag in beginsel worden uitgekeerd, behalve de gebonden reserves.
Dus:
Eigen vermogen > Wettelijke /statutaire reserves.
550.000 > 60.000 (statutaire reserve + herwaarderingsreserve)

Dus het maximumbedrag van de dividenduitkering is 490.000 euro.

Let op! Na de balanstest moet er ook nog een uitkeringstest komen. Het bestuur moet
goedkeuring verlenen aan het dividendbesluit van de AV. Het bestuur weigert dit als zij weet, of
redelijkerwijs moet voorzien, dat de vennootschap na uitkering niet zal kunnen doorgaan met
betalen van schulden. De casus biedt hier geen aanknopingspunten voor.

Vraag 8/22
Bierhaven BV heeft één aandeelhouder, Traa, en twee bestuurders, Kieft en Zemman. De
algemene vergadering, feitelijk Traa dus, besluit dat de vennootschap een winstuitkering zal
doen van alle vrije reserves, voor en bedrag van in totaal 600.000 euro. De beide bestuurders
Kieft en Zemman geven hun goedkeuring aan dit besluit. Na de uitkering blijkt Bierhaven BV
niet meer in staat te zijn de openstaande rekeningen van haar schuldeisers te betalen. Kieft en
Zemman hadden dit kunnen voorzien.
Kan Bierhaven BV haar bestuurders aansprakelijk houden voor het tekort dat door de uitkering
is ontstaan?
a. Ja, Bierhaven BV kan Kieft en Zemman aansprakelijk houden, elk voor het gehele
tekort.
b. Ja, Bierhaven BV kan Kieft en Zemman aansprakelijk houden, elk voor de helft van het
tekort.
c. Nee, Bierhaven BV kan haar bestuurders niet aansprakelijk houden.

Toelichting: De algemene vergadering beslist over een dividenduitkering, art. 2:216, lid 1 BW.
Het bestuur van de vennootschap moet goedkeuring verlenen aan de dividenduitkering, art.
2:216, lid 2 BW. Het bestuur weigert (slechts) goedkeuring indien het weet of redelijkerwijze
moet voorzien dat de vennootschap na de uitkering niet zal kunnen blijven voortgaan met het
betalen van haar opeisbare schulden. Als het bestuur desondanks goedkeuring aan het
dividendbesluit geeft, zijn de bestuurders hoofdelijk aansprakelijk voor het tekortart. 2:216, lid 3
BW.

Vraag 9/23
Omega NV heeft een maatschappelijk kapitaal van 900.000 euro, opgedeeld in 9.000 aandelen
op naam, van 100 euro nominaal.
Wat is het minimum gestort kapitaal van Omega NV?

a. 45.000 euro.
b. 90.000 euro.
c. 180.000 euro.

Toelichting: Bij de NV moet ten minste 1/5 deel van het maatschappelijk kapitaal zijn geplaatst,
art. 67, lid 4 BW.
Art 80, lid 1 BW: bij aandelen op naam moet ten minste een vierde deel van het nominale
bedrag van het geplaatst kapitaal op de geplaatste aandelen worden gestort.
Aandelen aan toonder moeten bij uitgifte worden volgestort, art. 2: 82, lid 3 BW. Kern par. 3.3.

In dit geval: Aandelen op naam


Maatschappelijk kapitaal: 900.000
Geplaatst kapitaal (min.) (1/5:180.000
Gestort kapitaal (min.) (1/4): 45.000

Vraag 10/24
Van Food NV, een beurs NV, zijn de navolgende balansgegevens bekend:
Het geplaatst en gestort kapitaal van de vennootschap bedraagt 1.000.000 euro, de waarde van
het onroerend goed bedraagt 800.000 euro, er zijn voorraden ter waarde van 480.000 euro, er
zit 10.000 euro in de kas en de vennootschap heeft nog 10.000 euro aann vorderingen. Zelf is
de vennootschap 100.000 euro verschuldigd aan diverse crediteuren. Ten slotte heeft de
vennootschap de volgende reserves: agioreserve van 30.000 euro, een herwaarderingsreserve
van 30.000 euro en een statutaire reserve van 20.000 euro. Er is tot slot nog een winstreserve.
Wat is het maximumbedrag dat de vennootschap aan dividend kan uitkeren?

a. 120.000 euro.
b. 150.000 euro.
c. 950.000 euro.

Activa Passiva

Vaste activa Eigen vermogen


Onroerend goed 800 Geplaatst+gestort kapitaal 1.000
Statutaire reserve 20
Agioreserve 30
Herwaarderingsreserve 30
Winstreserve 120
Vlottende activa
Voorraden 480
Debiteuren 10 Vreemd vermogen
Kas 10 Crediteuren 100

Totaal 1.300 1.300

Toelichting: Bij een NV zijn dividenduitkeringen slechts toegestaan voor zover het eigen
vermogen groter is dan de som van het gestorte en opgevraagde deel van het kapitaal,
vermeerderd met de wettelijke en statutaire reserves; art. 2:105 lid 2 BW.
Uitkeringen zijn dus alleen mogelijk voor zover het eigen vermogen groter is dan het gebonden
vermogen, met andere woorden: uitkeringen zijn alleen mogelijk uit het vrije vermogen.
Eigen vermogen > gebonden vermogen
1.200 > 1.050 (GK, statutaire reserve, herwaarderingsreserve)

Dus het maximumbedrag van de dividenduitkering is 150.000.

Vraag 11/25
Power BV voldoet sinds tien jaar aan de voorwaarden van art. 2:263 lid 2 BW.
Welke organen moet deze vennootschap hebben?

a. Algemene vergadering.
b. Algemene vergadering en bestuur.
c. Algemene vergadering, bestuur en raad van commissarissen.

Toelichting: Omdat Power BV aan de voorwaarden van art. 2:263 lid 2 BW voldoet is het een
structuurvennootschap. Een structuurvennootschap heeft, naast de altijd verplichte organen
algemene vergadering en bestuur, ook verplicht een raad van commissarissen (art. 2:268 lid 1
BW). De ondernemingsraad is geen orgaan van de vennootschap, art. 2:189a BW. Kern, par.
5.1.

Vraag 12/26
Welke stelling over een one-tier board is juist?

a. Een uitvoerend bestuurder kan geen voorzitter van een one-tier board zijn.
b. Een vennootschap kan tegelijkertijd een one-tier board en een raad van commissarissen
hebben.
c. Uitvoerende bestuurders in een one-tier board zijn vergelijkbaar met commissarissen in een
two-tier board.

Toelichting: Uit art. 2:239a lid 1 BW blijkt dat een uitvoerend bestuurder geen voorzitter van
een one-tier board kan zijn. Op grond van art. 2:250 lid 1 BW kan slechts een raad van
commissarissen ingesteld worden wanneer aan art. 2:239a BW geen toepassing is gegeven. Er
kan dus niet tegelijkertijd in dezelfde vennootschap een raad van commissarissen en een one-
tier board zijn. Juist de niet uitvoerende bestuurders in een one-tier board zijn vergelijkbaar met
commissarissen in een two-tier board. Kern, par. 5.1.

Vraag 13/27
Tuilman en Ulut zijn bestuurders van Meerhoven BV; de vennootschap heeft een raad van
commissarissen bestaande uit Geervliet, Aslan en Stijns. Als Geervliet Tuilman betrapt op
fraude ontslaat hij hem op staande voet.

Dit ontslag is:


a. geldig.
b. vernietigbaar.
c. nietig.
Toelichting: De algemene vergadering benoemt, ontslaat en schorst bestuurders (art.
2:132/242 en art. 2:134/244 BW). De commissaris is dus niet bevoegd om de bestuurder te
ontslaan.

Vraag 14/28
Medicus BV is een groothandel in medische apparatuur en verbandmiddelen. De statuten van
deze BV bevatten de volgende bepalingen:
Artikel 8: Alleen artsen mogen aandeelhouder zijn van Medicus BV.
Artikel 9: Alle aandeelhouders zijn verplicht tot het afnemen van 1000 euro aan producten bij
Medicus BV.
Welke van deze bepalingen is of zijn geldig?

a. Geen van beide.


b. Alleen artikel 8.
c. Artikel 8 en 9.

Toelichting: Het uitgangspunt is dat een aandeelhouder tot niet meer gehouden is dan de
volstorting van zijn aandelen (zie art. 2:64/175 BW). Voor de BV bepaalt art. 2:192, lid 1 onder a
BW dat de statuten verplichtingen van verbintenisrechtelijke aard kunnen verbinden aan het
aandeelhouderschap (o.a. extra verplichtingen en eisen) en onder b. dat eisen kunnen worden
verbonden aan het aandeelhouderschap. Kern p. 56/57.

Vraag 15/29
Joep is enig bestuurder van Tuin BV en hij houdt 25% van de aandelen in het geplaatst kapitaal
van Tuin BV. De overige aandeelhouders zijn: Matthijs (50%) en Jessie (25%). Joep wil de
strategie van de BV veranderen. De statuten bepalen dat de aandeelhouders dergelijke
strategiewijzigingen moeten goedkeuren. Jessie verleent haar goedkeuring. Matthijs verleent
geen goedkeuring. Volgens Joep is deze houding schadelijk voor de vennootschap. Jessie wil
geen verdere actie ondernemen.
Welke stelling is juist?

a. Joep kan een beroep doen op de uitstotingsregeling.


b. Joep kan een beroep doen op de uitkoopregeling.
c. Joep kan geen beroep doen op de uitkoopregeling en/of de uitstotingsregeling.

Toelichting: Art. 2:335 e.v. BW regelen de geschillenregeling


Artikel 2:336 BW bevat de uitstotingsregeling. Een of meer houders van aandelen die
gezamenlijk ten minste 1/3 van het geplaatste kapitaal verschaffen, kunnen een
uitstotingsvordering instellen. Zij kunnen dan van een aandeelhouder vorderen dat hij zijn
aandelen overdraagt (art. 2:335 lid 1 BW). Deze vordering kan alleen worden ingesteld als de
aandeelhouder het belang van de vennootschap zodanig schaadt dat het voorduren van het
aandeelhouderschap in redelijkheid niet kan worden geduld.
Joep heeft minder dan 1/3 van het geplaatste kapitaal.

Voor een beroep op de uitkoopregeling is vereist dat de aandeelhouder ten minste 95% van het
geplaatste kapitaal aan de vennootschap verschaft, art. 2:201a BW. Joep heeft niet genoeg
aandelen. Kern par. 4.3.
Vraag 16/30
Hendriks, Polat en Kurt houden alle drie een derde van de aandelen in Derma BV en zijn tevens
de bestuurders van deze vennootschap. Door een ruzie tussen Polat en Kurt wordt de BV
stuurloos. Hendriks verzoekt de Ondernemingskamer een onderzoek in te stellen naar het
beleid en de gang van zaken bij Derma BV. Hij verzoekt de Ondernemingskamer Polat en Kurt
ten tijde van het onderzoek te schorsen als bestuurder.
Op grond van welk(e) artikel(len) is de Ondernemingskamer bevoegd om tot schorsing van
Polat en Kurt over te gaan?

a. Art. 2:356 BW.


b. Art. 2:349a BW.
c. Zowel art. 2:356 BW als art. 2:349a BW.

Toelichting: Cruciaal zijn hier de woorden ‘Ten tijde van het onderzoek’, art. 2:349a. Hendriks
wil een voorlopige maatregel die de OK kan treffen gedurende de loop van het geding.
Op grond van dit artikel kunnen tijdens de procedure al maatregelen kunnen worden genomen
om het probleem op te lossen, bijvoorbeeld door een bestuurder te schorsen. Art. 2:356 gaat
om andere voorzieningen, niet ten tijde van de procedure, maar na afloop. Kern par. 7.1.

Vraag 17/4

Een besluit van een orgaan van een rechtspersoon is vernietigbaar als het:
a. in strijd is met de redelijkheid en billijkheid die door artikel 2:8 BW worden geëist.
b. qua inhoud of strekking in strijd is met de wet of statuten.
c. is genomen zonder voorafgaande handeling of mededeling.

Toelichting: Zie de artikelen 2:14 en 2:15 BW. Kern par. 5.5.


Vuistregel, waar enige uitzonderingen op bestaan:
Nietigheid als de inhoud in strijd is met de wet of statuten;
Vernietigbaarheid als de wijze waarop het besluit tot stand is gekomen in strijd is met de wet of
statuten (procedurele strijd).

Vraag 18/5
Peter en Beatrice zijn de aandeelhouders van PeBe BV. Bart is de enig bestuurder van de
vennootschap. In de statuten van de vennootschap is opgenomen dat een nieuwe bestuurder
slechts kan worden benoemd op voordracht van het zittende bestuur (zie art. 2:243 BW).
Niettemin besluiten Peter en Beatrice, zonder dat een voordracht daartoe is gedaan door het
bestuur (oftewel Bart), tot de benoeming van Henk als bestuurder van PeBe BV. Met de
benoeming van Henk heeft Bart geen probleem. Peter, Beatrice en Bart willen dat Henk
bestuurder wordt, maar willen voorkomen dat daarvoor een nieuw besluit moet worden
genomen.
Moet een nieuw besluit worden genomen om Henk tot bestuurder te benoemen wanneer Peter,
Beatrice en Bart deze benoeming alle drie willen?

a. Ja, want het besluit is nietig.


b. Ja, want het besluit is vernietigbaar.
c. Nee, mits het besluit wordt bekrachtigd.
Toelichting: Voor de benoeming van een bestuurder kan een bindende voordracht in de
statuten vereist worden (art. 2:243 BW). In casu is dit ook het geval. Nu die voordracht niet
gedaan is, is het benoemingsbesluit in beginsel nietig (art. 2:14 lid 1 BW). Omdat het besluit
nietig is vanwege het ontbreken van een voorafgaande handeling van een ander orgaan, het
bestuur, kan dit laatste orgaan het besluit bekrachtigen (art. 2:14 lid 2 BW). Dan hoeft géén
nieuw besluit te worden genomen. Kern, par. 5.4.

Vraag 19/6
Femke houdt 2% van de aandelen in Museum BV. Femke wil dat een algemene vergadering
bijeen wordt geroepen. Het bestuur weigert een algemene vergadering bijeen te roepen. Er is
geen zwaarwichtig belang van de vennootschap dat zich verzet tegen het bijeenroepen van de
vergadering.
Kan Femke iets doen om een algemene vergadering bijeen te (laten) roepen?

a. Ja, zij kan een schriftelijk verzoek aan het bestuur of de RvC richten.
b. Nee, voor een verzoek tot het bijeenroepen van een algemene vergadering is een
aandelenbezit van minstens 10% vereist.
c. Nee, de andere aandeelhouders moeten instemmen met een verzoek tot het bijeenroepen
van een algemene vergadering.

Toelichting: Een aandeelhouder kan een schriftelijk verzoek aan het bestuur of de RvC richten
om een algemene vergadering bijeen te roepen. Art. 2:220 lid 1 BW vereist hiervoor dat de
aandeelhouder(s) minimaal 1% van de aandelen houdt. Hiervan is sprake. Het bestuur kan het
verzoek afwijzen wanneer een zwaarwichtig belang van de vennootschap zich tegen het
bijeenroepen van de vergadering verzet. Daarvan is geen sprake. De grens van 10% geldt voor
de NV (art. 2:110 BW). Kern, par. 5.2.

Vraag 20/7
Frans, Douwe en Esmee zijn de bestuurders van Freem BV. In de statuten van de
vennootschap is opgenomen dat de vennootschap slechts kan worden vertegenwoordigd door
twee gezamenlijk handelende bestuurders. Dit is in het handelsregister ingeschreven. Frans
koopt in zijn eentje namens Freem BV een bedrijfswagen bij Lepo BV. Lepo BV weet niet van
de beperking van de vertegenwoordigingsbevoegdheid en heeft ook niet in het handelsregister
gekeken.
Kan Freem B.V. nog onder de koopovereenkomst uit?

a. Ja, want de beperking van de vertegenwoordigingsbevoegdheid vloeit voort uit de wet.


b. Nee, want de bevoegdheid tot vertegenwoordiging is onbeperkt en onvoorwaardelijk.
c. Nee, want Lepo B.V. wordt beschermd tegen het gebrek (art. 2:16 lid 2 BW).

Toelichting: De tweehandtekeningenclausule is een wettelijk toegelaten of voorgeschreven


beperking in de zin van art. 2:240 lid 2 BW. Zie art. 2:240 lid 3 BW. De clausule beperkt de
vertegenwoordigingsbevoegdheid van Frans. Frans was vertegenwoordigingsonbevoegd en de
vennootschap kan een beroep doen op deze onbevoegdheid, nu deze is ingeschreven in het
handelsregister. Het is niet relevant of Lepo BV daadwerkelijk in het handelsregister heeft
gekeken. Kern, par. 6.1.
Vraag 21/8
Enig bestuurder van Ogel BV is Karel. Karel stuurt ‘spookfacturen’ aan de vennootschap, dat wil
zeggen: hij laat de vennootschap aan hem in privé geld overmaken zonder dat hij daar iets voor
doet. Hij neemt dit niet op in de boekhouding om te voorkomen dat de aandeelhouders van de
vennootschap erachter komen. Op de agenda van de jaarlijkse algemene vergadering plaatst hij
zijn eigen decharge (‘kwijting’). Tijdens de vergadering zegt hij uiteraard niets over de
spookfacturen. Door de algemene vergadering wordt achtereenvolgens de jaarrekening
vastgesteld en aan Karel decharge verleend. Wanneer Karels opvolger Hans enige tijd later
achter de fraude komt, wil hij Karel namens Ogel BV aansprakelijk stellen op grond van art. 2:9
BW.
Kan Hans namens de vennootschap Karel aanspreken voor de schade als gevolg van de
fraude?

a. Ja, de decharge heeft geen betrekking op de door Karel gepleegde fraude.


b. Ja, een dechargebesluit kan niet op dezelfde vergadering als het vaststellingsbesluit van de
jaarrekening worden genomen.
c. Nee, de decharge staat daaraan in de weg.

Toelichting: Decharge strekt zich uit tot zaken die in de jaarrekening zijn opgenomen of die
expliciet zijn besproken op de algemene vergadering. Iets wat niet is opgenomen in de
jaarstukken en verzwegen is voor de aandeelhouders tijdens de algemene vergadering, kan
daar dus niet onder vallen. Kern, par. 7.1.

Vraag 22/9
Interne bestuurdersaansprakelijkheid bij een BV is aansprakelijkheid van de bestuurder jegens
de

a. aandeelhouders.
b. vennootschap.
c. gezamenlijke schuldeisers.

Toelichting: Interne bestuurdersaansprakelijkheid is aansprakelijkheid jegens de


rechtspersoon (i.c. de vennootschap). Zie art. 2:9 BW. Aandeelhouders zullen slechts bij hoge
uitzondering een eigen aansprakelijkheidsvordering hebben (art. 6:162 BW). In dat geval is
sprake van externe aansprakelijkheid van de bestuurder. Veelal zal hun vordering afstuiten op
de (in Poot/ABP ontwikkelde) leer rondom het leerstuk van afgeleide schade. Kern, par. 7.2.

Vraag 23/10
Welke stelling is juist?

a. Bij aansprakelijkheid op grond art. 2:248 BW moet de aansprakelijke bestuurder de


overeenkomst van de vennootschap zelf nakomen.
b. Art. 2:248 BW vestigt een hoofdelijke aansprakelijkheid van alle bestuurders van de
vennootschap.
c. Een decharge staat in de weg aan aansprakelijkstelling op grond van art. 2:248 BW.

Toelichting: Als een bestuurder aansprakelijk wordt gehouden op grond van art. 2:248 BW
moet hij het tekort in de boedel vergoeden. Hij is niet gehouden om zelf de overeenkomsten van
de vennootschap na te komen.
Een geldige decharge staat niet in de weg aan de aansprakelijkheid jegens schuldeisers van de
rechtspersoon op grond art. 2:248 BW, zie lid 6. Kern, par. 7.3.

Vraag 24/11
Klaarman BV is bestuurder van De Honingraat BV. Philip Klaarman is bestuurder van Klaarman BV.
Op 1 maart 2018 gaat De Honingraat BV failliet. De curator ontdekt dat de jaarrekeningen over 2015
en 2016 niet zijn gepubliceerd.
Wie kan de curator met succes aansprakelijk stellen tot betaling van het boedeltekort?
a. Klaarman BV.
b. Klaarman BV. en Philip Klaarman.
c. Philip Klaarman.

Toelichting: de bestuurder is aansprakelijk voor het tekort in dat faillissement als hij in de periode
van drie jaar voor het faillissement zijn taak kennelijk onbehoorlijk heeft uitgevoerd en aannemelijk is
dat dit, dus die kennelijk onbehoorlijke taakvervulling een belangrijke oorzaak van het faillissement is
geweest. Art. 2:248 BW. Klaarman BV is als bestuurder aansprakelijk. Art. 2:11 BW bepaalt dat de
aansprakelijkheid van een rechtspersoon-bestuurder tevens rust op degene die bestuurder is van
die rechtspersoon-bestuurder. Philip Klaarman is dus tevens aansprakelijk. Kern par. 7.3.

Vraag 25/12
Tembo BV heeft 50 aandeelhouders, die elk één aandeel houden dat recht geeft op één stem in
de algemene vergadering. Om de continuïteit op de lange termijn te waarborgen, is in de
statuten van Tembo BV opgenomen dat de statuten niet gewijzigd kunnen worden. Op een
gegeven moment wil een groep aandeelhouders toch een wijziging doorvoeren in de statuten.
Dit komt aan de orde in een vergadering waar alle aandeelhouders aanwezig zijn.
Hoeveel aandeelhouders moeten vóór de statutenwijziging stemmen om de statuten
daadwerkelijk te kunnen wijzigen?

a. 26 aandeelhouders.
b. 34 aandeelhouders.
c. 50 aandeelhouders.

Toelichting: De statuten van Tembo BV bepalen dat statutenwijziging niet mogelijk is.
Niettemin is dan een wijziging van de statuten mogelijk met algemene stemmen in een
vergadering waarin het gehele geplaatste kapitaal is vertegenwoordigd (art. 2:231 lid 1 BW).
Kern, par. 8.4.

Vraag 26/13
De statuten van InsoLED BV bevatten geen bijzondere bepalingen omtrent de uitgifte van
aandelen. De aandeelhoudersvergadering heeft de emissiebevoegdheid niet overgedragen. Om
de ontwikkeling van een nieuwe technologie te kunnen financieren, besluit het bestuur om
nieuwe aandelen uit te geven.
Dit besluit van het bestuur is

a. geldig.
b. nietig.
c. vernietigbaar.
Toelichting: De statuten van de vennootschap bevatten geen bijzondere bepalingen omtrent
de uitgifte van aandelen, hetgeen betekent dat de hoofdregel van art. 2:206 lid 1 BW geldt: de
algemene vergadering is bevoegd om te besluiten tot aandelenuitgifte. Het bestuur is dus
onbevoegd om te besluiten tot de uitgifte, en daarom is het besluit nietig (art. 2:14 lid 1 BW).
Kern, par. 8.2, en par. 5.4.

Vraag 27/14
Peter houdt 10% van de aandelen in Crisco BV. Op een dag kondigt het bestuur van Crisco BV
een juridische fusie met Black BV aan. Het is de bedoeling dat Crisco B.V. daarbij als
verkrijgende vennootschap optreedt. Peter onderzoekt de mogelijkheden om zich tegen de
voorgenomen fusie te verzetten.
Op welke wijze kan Peter invloed uitoefenen op het fusiebesluit?

a. Hij kan het bestuur verzoeken de algemene vergadering bijeen te roepen om over de
fusie te besluiten.
b. Hij kan te zijner tijd tegen de fusie stemmen. De algemene vergadering moet uiteindelijk altijd
tot fusie besluiten.
c. Hij kan het fusiebesluit ontbinden.

Toelichting: in beginsel is de algemene vergadering bevoegd om het fusiebesluit te nemen


(art. 2:317 BW). Nu Crisco B.V als verkrijgende vennootschap optreedt, kan het bestuur tot de
fusie besluiten (art. 2:331 lid 1 BW). Peter kan wel een verzoek indienen om toch de algemene
vergadering te laten besluiten (art. 2:331 lid 3 BW). Kern, par. 8.6.

Vraag 28 /15

Ria en Corrie zijn de enige twee bestuurders en tevens de enige aandeelhouders van
Kookzusters BV. In hun hoedanigheid van aandeelhouders hebben zij een
aandeelhoudersovereenkomst gesloten. Kookzusters BV wil nieuwe aandelen uitgeven.
Daarvoor blijkt een verhoging van het maatschappelijk kapitaal noodzakelijk te zijn.
Noodzakelijk voor een verhoging van het maatschappelijk kapitaal is een

a. statutenwijziging.
b. wijziging van de aandeelhoudersovereenkomst.
c. besluit van het bestuur.

Toelichting: De wijziging van het maatschappelijk kapitaal betreft een statutenwijziging. Artikel
2:178 lid 1 BW en art. 2:231, lid 1 BW. Kern par. 3.3, 8.2, 8.4.

Vraag 29/16
Aslan, Pietersen, Tahiri en Beukelaar vormen een maatschap. In de maatschapsovereenkomst
zijn de volgende bedingen opgenomen:
1. Beukelaar zal niet deelnemen in de winst.
2. Aslan zal niet deelnemen in het verlies.

Welk alternatief is juist?

a. Beding 1 is ongeldig, beding 2 is geldig.


b. Beding 1 is geldig, beding 2 is ongeldig.
c. Beide bedingen zijn geldig.
Toelichting: Zie art. 7A:1672 BW.
Lid 1 bepaalt dat een beding waarbij aan een vennoot alle voordelen worden toegezegd, nietig
is; lid 2 bepaalt dat een beding waarbij op grond waarvan alle verliezen door een of meer
vennoten worden gedragen, geldig is.

Vraag 30/17
Jansen en Aziz zijn vennoten van vof FlatTire. Deze vof legt zich toe op het uitvoeren van
reparaties van fietsen. Jansen koopt op naam van vof FlatTire onderdelen voor een bedrag van
500 euro. Aziz is hier niet van op de hoogte.
Is Jansen bevoegd om vof FlatTire te vertegenwoordigen?

a. Nee, de vennoten in een vennootschap mogen slechts tezamen handelen de


vennootschap vertegenwoordigen.
b. Ja, bij een vof ontleent iedere vennoot vertegenwoordigingsbevoegdheid aan de
wet.
c. Nee, bij een vof mag een vennoot slechts de vennootschap vertegenwoordigen voor
zover hij van andere vennoten een volmacht heeft.

Toelichting: Bij een vof ontleent iedere vennoot aan de wet (art. 17 lid 1 K).
vertegenwoordigingsbevoegdheid. Bij een maatschap is een vennoot alleen
vertegenwoordigingsbevoegd voor zover hij van de andere vennoten een volmacht heeft om in
naam van de maatschap te handelen (art. 7A:1679 BW). De volmacht is geregeld in art. 3:60
e.v. BW. Kern par. 6.4.

Open vragen:
Beantwoord de volgende drie casus binnen het daartoe aangegeven kader. Motiveer uw
antwoord en vermeld waar mogelijk het wetsartikel(lid) waarop u uw antwoord heeft
gebaseerd.
Vraag 1 6 punten
Clemens en Mustafa willen hun onderneming onderbrengen in een NV met een geplaatst
kapitaal van EUR 45.000. Om aan hun stortingsplicht te kunnen voldoen, brengen zij in de NV
kantoormeubels in. De waarde van deze meubels wordt door Clemens en Mustafa geschat op
EUR 50.000, maar dit wordt niet door een accountant gecontroleerd.
Kan de vennootschap worden opgericht?

Antwoord
Hier is sprake van inbreng in natura/inbreng op aandelen anders dan in geld (2 pnt)
Zie art. 2:94a, lid 2 BW (2 pnt)
Nu de accountantsverklaring ontbreekt kan de vennootschap niet worden opgericht (2 pnt)
(Alternatief: De rechter kan eventueel ontbinden wegens een oprichtingsgebrek (2 pnt, maar
niet extra).
Toelichting: Art. 2:94a, lid 2 BW bepaalt dat bij inbreng in natura op door een NV uitgegeven
aandelen een accountant een verklaring moet afleggen dat de waarde van wat wordt ingebracht
minstens het bedrag is van de stortingsplicht. Kern p. 59.

Vraag 2 8 punten
Het bestuur van Noorder BV bestaat uit drie personen; ook is er een raad van commissarissen
bij de vennootschap ingesteld. In de statuten is bepaald dat het bestuur voor de aan- en verkoop
van onroerend goed toestemming van de raad van commissarissen nodig heeft. Zonder
toestemming van de raad van commissarissen verkoopt het bestuur van Noorder BV namens de
vennootschap een appartementencomplex aan Venik NV.

Is Noorder BV gebonden aan de koopovereenkomst?

Antwoord
Art. 2:240 BW (2 pnt)
lid 3: (2 pnt)
De statutaire voorwaarde van goedkeuring door de raad van commissarissen is geen wettelijk
toegelaten voorwaarde: (2 pnt)
Noorder BV is dus gebonden aan de overeenkomst: (2 pnt)

Toelichting: De bevoegdheid is volgens lid 3 onbeperkt en onvoorwaardelijk, voor zover uit de


wet niet anders voortvloeit. De statutaire voorwaarde van goedkeuring door de raad van
commissarissen is geen wettelijk toegelaten voorwaarde en kan dus niet worden tegengeworpen
aan Venik NV. Noorder BV. is dus gebonden aan de overeenkomst. Kern, par. 6.1.

Vraag 3 6 punten
Van Dam en Van het Hof willen een fietsenhandel beginnen. Omdat het hun aan de benodigde
middelen ontbreekt, doet Zwartjes mee als commanditaire vennoot. Hij stelt een bedrag van
25.000 euro ter beschikking. De onderneming wordt gedreven onder de naam ‘Van Dam, Van
het Hof en Zwartjes’. Van Dam koopt namens de onderneming een partij fietsen voor EUR
30.000.

Kan de verkoper Zwartjes aanspreken tot betaling?

Antwoord
Nu Zwartjes’ naam in de firmanaam wordt gebezigd, is hij hoofdelijk aansprakelijk: (2 pnt)
art. 20 WvK (2 pnt)
21 WvK. (2 pnt)

Toelichting: De commanditaire vennoot deelt niet verder in de verliezen dan tot het bedrag van
zijn inbreng en mag geen rechtshandelingen namens de cv verrichten, dat is omdat hij dan
tegenover derden de indruk zou wekken dat hij een volledig aansprakelijke vennoot is.
Overtreedt hij het verbod en treedt hij wel namens de cv op dan wordt hij jegens derden
aansprakelijk voor alle schulden van de cv. Hetzelfde geldt als zijn naam in de naam van de
commanditaire vennootschap voorkomt. Art. 20 en 21 Wetboek van Koophandel. Kern 1.5, 3.7,
5.7.

You might also like