You are on page 1of 2

Deel 4: Materie

TEST JEZELF

1 Massadichtheid

1) Zet om:

a) 5,00 g/L = _______________________ kg/m³

b) 3,45.10³ g/cm³ = _______________________ kg/m³

c) 15.10-2 g/cm³ = _______________________ kg/m³

d) 0,0045 g/L = _______________________ kg/m³

2) Een voorwerp van 10,0 kg heeft een volume van 1,2 m³. Bereken de massadichtheid
van het voorwerp.

3) De mahoniehouten balk heeft deze afmetingen: lengte 4,00 m, breedte 25 cm en


dikte 10 cm. De massadichtheid van het mahoniehout bedraagt 854 kg/m³. Bereken
de massa van de balk.

4) De zuilen van het Parthenon in Athene zijn gemaakt uit Pentelisch marmer. Elke zuil
heeft een diameter van 1,90 m en een hoogte van 10,4 m. Bereken de massa van
één zuil als je weet dat de massadichtheid van het Pentelisch marmer 2,75 g/cm³
bedraagt.

5) Welke grafiek geeft het correcte verband weer tussen de massadichtheid van een stof
en de massa van een voorwerp uit die stof.

A B C D

6) Punt P stelt de massa en het volume voor van een voorwerp in pvc en punt B van een
voorwerp in beukenhout. Noteer of volgende uitdrukkingen juist of fout zijn.

De massadichtheid van pvc is groter dan


die van beukenhout.

Het volume van pvc is groter dan die van


beukenhout.

Beide stoffen hebben dezelfde massa.

Beide stoffen hebben dezelfde


massadichtheid.

Deel 4 – Test jezelf 1/2 Fysica 3.1


2 Thermische uitzetting
7) Welke grafiek geeft het verband weer tussen de lengte van een ijzeren staaf en de
temperatuur?

A B C D

8) Wat gebeurt er met de massadichtheid van een stof als de temperatuur stijgt?
Verklaar.

9) Bovengrondse elektriciteitskabels die in de zomer geplaatst worden, mogen niet te


strang aangespannen worden. Waarom niet?

Deel 4 – Test jezelf 2/2 Fysica 3.1

You might also like