You are on page 1of 3

Een voegwoord (of: conjunctie) is een verbindingswoord dat woorden, woordgroepen

en zinnen met elkaar kan verbinden in een nevenschikkend of een onderschikkend


verband. Voegwoorden worden dan ook onderscheiden in nevenschikkende en
onderschikkende voegwoorden.

Nevenschikkende voegwoorden verbinden gelijkwaardige elementen (woorden,


woordgroepen en zinnen) en kunnen daarbij de volgende betekenisverhoudingen
uitdrukken: aaneenschakelend (bijvoorbeeld en), tegenstellend (bijvoorbeeld maar),
redengevend (want), gevolgaanduidend (dus).

Onderschikkende voegwoorden leiden bijzinnen in en verbinden daarmee afhankelijke


(of: ondergeschikte) mededelingen met de hoofdzin. Onderschikkende voegwoorden
kunnen allerlei betekenisverhoudingen uitdrukken: tijd (bijvoorbeeld terwijl), reden
(bijvoorbeeld omdat), oorzaak (bijvoorbeeld doordat), gevolg (bijvoorbeeld zodat)
enzovoort.

(https://taaladvies.net/taal/advies/term/96/voegwoord/)

1.1. Met bijzin

als, toen, nadat, voordat, sinds, zodra, totdat, terwijl, tenzij, indien, mits,
wanneer, nu, zolang, alvorens, in het geval dat, stel dat, op voorwaarde dat,
behalve dat, hoewel, terwijl, ofschoon, omdat, zodat, doordat, aangezien,
opdat, als, net als, alsof, zoals, net zoals, evenmin als, evenals, net zo min
als, naarmate, hoe ... hoe..., hoe ... des te ..., zonder dat, voor zover, behalve
als, laat staan dat

1.2. Met hoofdzin (meestal inversie)

eerst, dan, daarna, vervolgens, ten slotte, bovendien, ten eerste, ten tweede,
kortom, tevens, eveneens, daarnaast, toch, alleen, anders, weliswaar, echter, juist,
enerzijds ... anderzijds, desalniettemin, niettemin, daarom, daardoor, dus,
hierdoor, blijkbaar, kennelijk, namelijk, immers

1.3. Met substantief

sinds, van ... tot ..., om, op, in, over, voor, na, tijdens, ondanks, door, dankzij,
wegens, vanwege, gezien

2. Structuur

Met bijzin 1: Voegw S O V, V S O Terwijl ik in de winkel was, kocht ik een


radio.
Met bijzin 2: S V O, voegw S O V Ik kocht een radio terwijl ik in de winkel was.
Met hoofdzin: Voegw V S O Eerst kocht ik een radio, ...
Met substantief: voegw substantief Ik kocht een radio tijdens mijn bezoek aan Mol.

3. Oefeningen
3.1. Vul aan
Vul de zinnen aan met een passend voegwoord. Leiden de voegwoorden een bijzin of
een hoofdzin in?

maar – voor zover – zolang – dus – hoewel – indien – tenzij – of – omdat – want

1. We gaan volgende week op vakantie, ........ oma die week geopereerd wordt.
2. Ik ben voor niemand bang, ........ kom maar op!
3. We stoppen met voetballen, ........ de bal is lek.
4. Je zegt dat wel, ........ is het ook zo?
5. ......................... ik weet, is Batman nog nooit in Hasselt geweest.
6. ........ je bezwaren hebt, moet je dat nu zeggen.
7. ........ de voorraad strekt, kun je je spaarpunten inwisselen.
8. ........ het nu mag of niet, we doen het!
9. ........ het hevig stormde, ging het schip van wal.
10. Ik doe er niet aan mee, ........ ik het zaakje niet vertrouw.

(Naar: https://leestrainer.nl/Begrijpend%20lezen/groep%207%20en/voeg/woorden.htm)

3.2. Vul aan

als en hoewel maar of omdat toch toen zodra

1. ......................... het mooi weer is, gaan we wandelen.


2. ............... ik klaar ben, kunnen we vertrekken.
3. Ze was boos, ............... ze liet het niet merken.
4. Hij gaat naar de les ............... hij beter Nederlands wil leren spreken.
5. Ze was heel moe, ............... bleef ze doorwerken.
6. ............... hij nog bij de politie was, moest hij vaak in het weekend werken.
7. Ze danst graag ............... ze zingt ook graag.
8. Het is niet zeker ............... de les doorgaat.
9. ............... hij heel dik is, kan hij toch sierlijk dansen.
(http://hotpot.snt.be/hotpothtm/N/5/G/5/index.htm)

3.3. Vul de tekst aan

De afwas was ............. best een klusje, en ................. kwam het elke dag weer
terug. ............. meer mensen er uit huis gingen, ............. vaker ik, de nakomer, aan
de beurt was. ................... kwam er ook steeds minder afwas. .............. heb ik heel
goede herinneringen aan dat afwassen. .......... ik met mijn broer aan de beurt was,
maakte hij me voortdurend aan het lachen en hadden we ontzettend veel
lol. ................ de afwas zongen we met z’n allen liedjes, geen idee meer wat, maar
gezellig was het wel. .................. we samen de afwas deden, was er een gevoel van
verbondenheid.

(Naar: https://www.margriet.nl/persoonlijk/alexandra-het-was-best-een-klusje-en-bovendien-kwam-
het-elke-dag-weer-terug/)

You might also like