You are on page 1of 31

Module 2 ∙ Vraag en aanbod

Inhoud module 7 – Economische groei

Hoofdstuk 1 Bruto binnenlands product


§1 Micro-economie en macro-economie
§2 Berekenen van het bbp: de objectieve methode
§3 Berekenen van het bbp: de subjectieve methode

Hoofdstuk 2 Economische kringloop


§1 Wederzijds afhankelijke markten
§2 Berekenen van het bbp: de bestedingsmethode
§3 Betalingsbalans

Hoofdstuk 3 Economische groei


§1 Groei van het bbp
§2 Arbeidsaanbod
§3 Aanbod van kapitaal
§4 Factorproductiviteit
§5 Internationale economische betrekkingen
Module 7 Economische groei
Inhoud module 7 – Economische groei

Hoofdstuk 4 Welvaart
§1 Bbp en welvaart
§2 Brede welvaartsindicatoren

Hoofdstuk 5 Ongelijkheid
§1 Verdeling van inkomen en vermogen
§2 Belastingen en toeslagen
§3 Het Nederlandse belastingstelsel

Module 7 Economische groei


Inhoud hoofdstuk 1 – Bruto binnenlands product

Hoofdstuk 1 Bruto binnenlands product

§1 Micro-economie en macro-economie
§2 Berekenen van het bbp: de objectieve methode
§3 Berekenen van het bbp: de subjectieve methode

Module 7 Economische groei


Inhoud hoofdstuk 1 – Bruto binnenlands product

Leerdoelen hoofdstuk 1

Paragraaf 1 Paragraaf 3
• Je kunt het onderscheid tussen micro- • Je kunt de berekening van het bbp met de
economie en macro-economie toelichten. subjectieve methode uitleggen.
• Je kunt de definitie van geaggregeerde • Je kunt de AIQ toelichten.
waarden uitleggen.

Paragraaf 2
• Je kunt de berekening van het bbp met de
objectieve methode uitleggen.
• Je kunt het verschil tussen het bbp en het
nbp toelichten.

Module 7 Economische groei


Inhoud hoofdstuk 1 – Bruto binnenlands product

Begrippen

Afschrijvingen Macro-economische kengetallen


Arbeidsinkomen Micro-economie
Arbeidsinkomensquote (AIQ) Nationaal inkomen
Bestedingsmethode Netto binnenlands inkomen (nbi)
Bruto binnenlands inkomen (bbi) Netto binnenlands product (nbp)
Bruto binnenlands product (bbp) Netto toegevoegde waarde
Bruto toegevoegde waarde Objectieve methode
Geaggregeerde waarden Pacht
Interest Primair inkomen
Loonquote Subjectieve methode
Macro-economie Toegevoegde waarde

Module 7 Economische groei


Inhoud hoofdstuk 1 – Bruto binnenlands product

Formules

Module 7 Economische groei


Hoofdstuk 1 – Bruto binnenlands product – Warming-up

Waar denken jullie aan bij het begrip


bruto binnenlands product?

Module 7 Economische groei


Hoofdstuk 1 – Bruto binnenlands product – Warming-up

We kunnen het BBP op drie manieren meten:

1. Objectieve methode = optelsom van alle toegevoegde waarden


Toegevoegde waarde particuliere sector = omzet – inkopen
Toegevoegde waarde overheid = ambtenarensalarissen
2. Subjectieve methode = optelsom van de primaire inkomens
Dus loon, rente, huur, pacht en winst + afschrijvingen
3. Bestedingenmethode = optelsom van alle binnenlandse bestedingen, dus
Y = C + I + O + (E – M)  hoofdstuk 2

Module 7 Economische groei


Hoofdstuk 1 – Bruto binnenlands product

§1 Micro-economie en macro-economie

Module 7 Economische groei


§1 Micro-economie en macro-economie

Wat is het verschil tussen micro-economie en macro-economie?

Micro-economie
Gaat over vraag en aanbod van individuele markten.
 Denk bijvoorbeeld de markt voor aardbeien.

Macro-economie
Gaat over vraag en aanbod van een economie als geheel.
 Denk bijvoorbeeld aan vraag en aanbod op de arbeidsmarkt.

Module 7 Economische groei


§1 Micro-economie en macro-economie

Bij macro-economie wordt gekeken naar geaggregeerde waarden.


Dit is de optelsom van alle onderliggende individuele waarden.

Stel dat de export in tuinbouwsector € 70 miljard euro bedraagt en in


de industriële sector € 200 miljard. Dan bedraagt dit geaggregeerd
(opgeteld) € 70 + € 200 = € 270 miljard.

Tellen we ook alle overige sectoren daarbij op, dan komen we


daarmee op de totale export van een land.

Module 7 Economische groei


§1 Micro-economie en macro-economie

Vraag
Behoren tankstations volgens jullie tot de micro-economie of
macro-economie?

Module 7 Economische groei


§1 Micro-economie en macro-economie – Lesafsluiting

Check leerdoelen §1

• Ik kan het onderscheid tussen micro-economie en


macro-economie toelichten.

• Ik kan de definitie van geaggregeerde waarden uitleggen. 

Module 7 Economische groei


Hoofdstuk 1 – Bruto binnenlands product

§2 Berekenen van het bbp: de objectieve methode

Module 7 Economische groei


§2 Berekenen van het bbp: de objectieve methode – Kennisquiz §1

Vraag 1
Noem een voorbeeld van een macro-economische grootheid.

Vraag 2
Wat wordt bedoeld met geaggregeerde waarden?

Module 7 Economische groei


§2 Berekenen van het bbp: de objectieve methode

Het bbp kan op drie verschillende manieren berekend worden.


In deze paragraaf leren we de objectieve methode.

Objectieve methode gaat uit van de optelsom van alle toegevoegde


waardes in een land.

Bruto toegevoegde waarde = TO – kosten ingekochte goederen en diensten

Er wordt nog geen rekening gehouden met de afschrijvingen,


de waardevermindering van duurzame productiemiddelen.

Module 7 Economische groei


§2 Berekenen van het bbp: de objectieve methode

In bovenstaand plaatje zie je hoe de toegevoegde waarde van een brood is opgebouwd.

Stap 1: De boer heeft geen ingekochte goederen en diensten, maar genereert wel omzet met de verkoop
van graan. De toegevoegde waarde bedraagt dus € 0,20 - € 0,00 = € 0,20.
Stap 2: De meelfabriek koopt graan in bij de boer voor € 0,20 en verkoopt dit voor € 0,50 aan de bakker.
Toegevoegde waarde bedraagt € 0,50 - € 0,20 = € 0,30.
Stap 3: De bakker koopt meel in bij de meelfabriek voor € 0,50 en verkoopt een brood voor € 1,70
Toegevoegde waarde bedraagt € 1,70 - € 0,30 = € 1,20.

Module 7 Economische groei


§2 Berekenen van het bbp: de objectieve methode

Hoe berekenen we dan het netto binnenlands product?

netto toegevoegde waarde = bruto toegevoegde waarde – afschrijvingen

Waarom worden de afschrijvingen hier van afgehaald?


 Wanneer een bedrijf een machine vervangt, leidt dat niet automatisch tot
extra productie, wel tot extra kosten.

Module 7 Economische groei


§2 Berekenen van het bbp: de objectieve methode

Hoe zit het dan met de overheid?


Zij produceren toch ook, en voegen ook waarde toe?

De toegevoegde waarde van de overheid is gelijk aan de


optelsom van alle ambtenarensalarissen.
 Ambtenarensalarissen worden besteed, en komen op die manier in de reële
economie terecht.

Module 7 Economische groei


§2 Berekenen van het bbp: de objectieve methode

Hoe berekenen we dus het bruto binnenlands product volgens de


objectieve methode?

Stap 1:
Bereken de totale bruto toegevoegde waarde van alle bedrijven.
Stap 2:
Tel hier de ambtenarensalarissen (toegevoegde waarde overheid) bij op.

Module 7 Economische groei


§2 Berekenen van het bbp: de objectieve methode – Lesafsluiting

Check leerdoelen §2

• Ik kan de berekening van het bbp met de objectieve


methode uitleggen.

• Ik kan het verschil tussen het bbp en het nbp toelichten. 

Module 7 Economische groei


Hoofdstuk 1 – Bruto binnenlands product

§3 Berekenen van het bbp: de subjectieve methode

Module 7 Economische groei


§3 Berekenen van het bbp: de subjectieve methode – Kennisquiz §2

Vraag 1
Hoe berekenen we het bbp met de objectieve methode?

Vraag 2
Hoe ontstaat het verschillen tussen bbp en nbp?

Module 7 Economische groei


§3 Berekenen van het bbp: de subjectieve methode

In de vorige paragraaf heb je geleerd hoe we het bbp berekenen door de


toegevoegde waarde van bedrijven en overheid op te tellen.

Vraag
Wat doen bedrijven met de waarde die zij toevoegen?

Module 7 Economische groei


§3 Berekenen van het bbp: de subjectieve methode

Let op: rente en interest zijn hetzelfde.

Module 7 Economische groei


§3 Berekenen van het bbp: de subjectieve methode

Omzet € 5.000
Inkoopwaarde € 2.000 -
Toegevoegde waarde (bruto) € 3.000

Toegevoegde waarde €3.000

Bedrijven keren de
toegevoegde waarde uit
als primair inkomen, in de
vormen hier rechts.

Module 7 Economische groei


§3 Berekenen van het bbp: de subjectieve methode

Hoe berekenen we het bbp volgens de subjectieve methode?

Stap 1:
Weet dat het bruto binnenlands product en bruto binnenlands
inkomen aan elkaar gelijk zijn.
Stap 2:
Wil je het nbp weten, dan tel je alle primaire inkomens bij elkaar op
Stap 3:
Wil je het bbp weten, tel bij het nbp de afschrijvingen op.

Module 7 Economische groei


§3 Berekenen van het bbp: de subjectieve methode

De subjectieve methode om het bbp te berekenen laat ook zien hoe


het nbi verdeeld is over de verschillende productiefactoren.

 Loonquote = loon / nbi × 100%

Niet alleen mensen in loondienst verdienen een inkomen. Ook


zelfstandigen met een eenmanszaak verdienen loon door hun winst
uit te keren aan zichzelf, voor geleverde arbeid in het bedrijf.
 Arbeidsinkomen = looninkomen + winst zelfstandigen met een
eenmanszaak.

Arbeidsinkomensquote (AIQ): = arbeidsinkomen / nbi × 100%

Module 7 Economische groei


§3 Berekenen van het bbp: de subjectieve methode – Lesafsluiting

Check leerdoelen §3

• Ik kan de berekening van het bbp met de subjectieve


methode uitleggen.

• Ik kan de AIQ toelichten. 

Module 7 Economische groei


§3 Berekenen van het bbp: de objectieve methode – Kennisquiz §3

Vraag 1
Hoe bereken ik het bbp volgens de subjectieve methode?

Vraag 2
Hoe bereken ik de AIQ?

Module 7 Economische groei

You might also like