Professional Documents
Culture Documents
Radical change: de hele organisatie transformeren. Nieuwe structuur. Nieuwe producten op nieuwe
markten.
Deze 4 zijn onderling afhankelijk van elkaar. Als een ding verandert, moet iets anders mee
veranderen.
Ideeën: nieuwe manier van doen. Kan van alles zijn. Hierbij is interne creativiteit belangrijk.
Behoefte: er moet wel behoefte zijn voor het idee. Managers doen vaak de gedachte wekken
dat iets belangrijk is.
Adoption: wanneer managers een idee kiezen. Hiervoor moeten managers en medewerkers
het wel met elkaar eens zijn.
Implementatie: wanneer leden van organisatie het nieuwe idee gebruiken. Hiervoor kunnen
medewerkers voor getraind worden.
Middelen: menselijke energie en activiteiten zijn belangrijkste om verandering te maken.
Hiervoor kunnen dus 2 afdelingen gemaakt worden. De ene met een organische structuur en de
ander met een mechanistische structuur.
Technieken om een ambidextrous approach te krijgen:
Switchen van structuur: van een mechanistische organisatie een organische organisatie
maken.
Creatieve afdelingen: aparte creatieve afdelingen inrichten. Hierbij is de afdeling organisch.
Voorbeeld is idea incubator: dit is een plek waar medewerkers vrijuit hun ideeën kunnen
laten uiten. Hierin is er geen bureaucratie.
Venture teams: dit is een aparte locatie en aparte faciliteiten waardoor ze niet lastig worden
gevallen door organisatieprocedures. Het is een soort klein bedrijf in een groot bedrijf. Dus
idee incubator is een afdeling binnenin het bedrijf, terwijl venture teams echt een apart
bedrijf is.
Een soort venture teams is skunkworks: dit is een kleine informele, aparte groep die zich
alleen focust op ideeën voor het bedrijf.
Een ander concept is de new-venture fund: deze geeft financiële middelen aan medewerkers
om ideeën te bedenken.
Corporate entrepreneurship: deze probeert een interne spirit te creëren in een bedrijf.
Hierdoor wordt creatieve energie losgelaten bij medewerkers. Een belangrijke uitkomst zijn
idea champions: dit zijn mensen die vrijwillig tijd en energie erin steken in een idee. Ze
moedigen het dus aan. Ze zorgen ervoor dat het idee geen weerstand krijgt. Ze hoeven niet
in de organisatie te zitten. Het kunnen namelijk ook willekeurige klanten zijn. Een idea
champion kan 2 vormen aannemen:
- Technical champion of product champion: deze persoon adopteert een idee for
technologische innovaties.
- Management champion: dit is een supporter en sponsor om een idee te beschermen. Zoals
een verandering in structuur. Deze management champion heeft een bepaalde autoriteit
waardoor het idee gehoord wordt door heel het bedrijf.
Fast cycle teams: dit support belangrijke producten en het brengen van producten en services dan
concurrenten. Het is een team die werkt onder strenge deadlines.
Producten moeten ook wereldwijd succesvol verkopen. Daarom zijn veel development teams
wereldwijde teams.
Large groep interventie: dit is voor bedrijven in complexe situaties. Het brengt deelnemers
vanuit elk deel bij elkaar. Het kan paar dagen duren en bevat 50 tot 100 mensen. Het is vaak
in een off-site setting. Dit is een locatie buiten het kantoor.
Team building: activiteiten om het samenwerken met mensen te stimuleren.
Interdepartmental activities: de belangrijkste mensen van verschillende afdelingen komen
bij elkaar op een locatie om problemen te bespreken.
Transformational leadership: deze leiders benadrukken innovatie door een milieu te maken waarin
wordt geëxperimenteerd, risico’s worden genomen en informatie en ideeën met elkaar gedeeld
worden.
Preperation (voorbereiding): medewerkers horen van de geplande verandering via het werk.
Acceptance: leiders moeten hun medewerkers laten begrijpen waarom de verandering
positieve uitkomsten heeft.
Commitment: hierin zitten 2 stappen:
- Installation: het geeft leiders de mogelijkheid om problemen aan bod te brengen.
- Institutionalisatie: medewerkers zien de verandering niet als iets nieuws, maar juist als iets
wat deel is van de organisatie.
Er zijn 5 barrières die bij medewerkers zijn als er een verandering komt:
Te veel focus op kosten: te veel focus is op de kosten van een verandering, zelfs als die
verandering noodzakelijk is.
Falen in het zorgen voor voordelen.
Tekort aan coördinatie en coöperatie.
Het vermijden van onzekerheid: er moet constant gecommuniceerd worden om
onzekerheid bij medewerkers te vermijden.
Angst van verlies: managers en medewerkers kunnen bang zijn voor verlies van kracht en
status, of zelfs verliezen van hun baan. Daarom moeten alle medewerkers betrokken zijn bij
een verandering.
Een urgentie creëren: het moet bij medewerkers overkomen dat er een nood is voor
verandering.
Een coalitie vormen om een verandering te leiden: deze moeten genoeg autoriteit hebben.
Een visie en strategie maken voor de verandering.
Vind een idee die voldoet aan de behoeftes.
Maak plannen die ervoor zorgen dat er geen weerstand is:
- Er moet een echte behoefte zijn voor verandering. Veel managers doen een idee
implementeren terwijl het niet eens nodig is.
- Communicatie en training.
- Een milieu die psychologische veiligheid biedt: mensen moeten vertrouwen voelen dat ze
niet voorschut staan. Mensen moeten zich dus zeker voelen.
- Participatie en betrokkenheid: iedereen betrekken.
- Forceren: managers moeten soms medewerkers dreigen met bijvoorbeeld ontslag. Dit is
alleen nodig bij veranderingen die snel moeten gebeuren, bijvoorbeeld crisis.
Maak change teams: dus teams zoals aparte afdelingen.
Foster idea champions: dit is een effectieve manier waarbij een vrijwilliger sterk betrokken is
bij het idee.