Oplossingen Veeltermen

VEELTERMEN
4
210 4 VEELTERMEN
4.1 Veeltermen
1 Studiewijzers
Leerdoelen
1 Veeltermen herkennen.
2 In een eenterm de coëfficiënt en het letterdeel aanduiden.
3 Een veelterm rangschikken.
4 De getalwaarde van een lettervorm berekenen.
2
Studietips
t )FSIBBMEFCFUFLFOJTWBOCFOBNJOHFOBMTDPÑGmDJÑOU MFUUFSEFFM FYQPOFOU
t /PUFFSFFOUFSNFOWPMHFOTEFHFNBBLUFBGTQSBLFO
t -FUPQEFQMBBUTWBOIFUNJOUFLFOCJKIFUCFSFLFOFOWBOEFHFUBMXBBSEFWBOFFOWFFMUFSN
t #JKIFUCFSFLFOFOWBOEFPNUSFLWBOFFOSFDIUIPFLNFUFFOMFOHUFWBODNFOFFOCSFFEUF
)
WBODN CFSFLFOKFEFHFUBMXBBSEFWBOEFWFFMUFSN 2 (l + b
Opdrachtentabel
5 1 2 3 4 5 6 7 8 9
4.1 VEELTERMEN 211
Opdrachten blz. 122-126

1 Noteer de coëfficiënt en het letterdeel van de eentermen.
1
Eenterm Coëfficiënt Letterdeel
−4a3 -4 a3
ab 2 1 ab2
−x 2 y 3 -1 x2y3
10 2 x 3 y 102 x3y
5x 3 5 x3 2
8 8 x0
2 Rangschik de veeltermen naar dalende machten.
3x 2 − 2 x 3 + 4 x − 5 + x 4 x4 - 2x3 + 3x2 + 4x - 5
a2 + 4 − 4a a2 - 4a + 4
−2 y − y 3 + y 2 -y3 + y2 - 2y
3b 3 − 2 b + 3b 2 − 2 3b3 + 3b2 - 2b - 2
3
3 + x 2 − 2 x x2 - 2x + 3
a4 − 2 a2 + a3 − a a4 + a3 - 2a2 - a
5
212 4 VEELTERMEN
3 Bereken de getalwaarde.
Vul de tabel in.
1 a 2 0,1 –3 0 2
3
-8
−4a -8 -0,4 12 0
3
4
3a 2 12 0,03 27 0
3
-5
2a − 3 1 -2,8 -9 -3
3
-2
2
a2 − a 2 -0,09 12 0
9
-20
a2 + 2 a − 4 4 -3,79 -1 -4
9
38
a 3 − 2 a 2 + 3a 6 0,281 -54 0
27
4 Bereken de getalwaarde van de veeltermen voor de gegeven waarde van de letters.
2 a − 3b voor a = 2 en b = −2
3
2 · 2 - 3 · (-2)
= 4 + 6
= 10
a2 + 2 b 2 voor a = 2 en b = −2
22 + 2 · (-2)2
= 4 + 2 · 4
4 = 4 + 8 = 12
3ab − 1 voor a = −2 en b = 5
3 · (-2) · 5 - 1
= -30 - 1
= -31
5
4.1 VEELTERMEN 213
−2 a2 b + 5 voor a = −2 en b = 5

-2 · (-2)2 · 5 + 5
= -2 · 4 · 5 + 5
1
= -40 + 5 = -35
2 x 2 + 3 y voor x = 10 en y = − 4
2 · 102 + 3 · (-4)
= 2 · 100 - 12
= 200 - 12 = 188
2
2 ( x − 3 y ) voor x = 10 en y = − 4
(
2 · 10 - 3 · (-4) )
= 2 · (10 + 12)
= 2 · 22 = 44
( 2 p + 0, 5q )
3
2
voor p = −1, 5 en q = −6
(2 · (-1,5) + 0,5 · (-6))

2

= (-3 - 3)2
= (-6)2 = 36
3 pq − 2 ( q − p ) voor p = −1, 5 en q = −6
3 · (-1,5) · (-6) - 2 · -6 - (-1,5) ( )

4
= 27 - 2 · (-6 + 1,5)
= 27 + 9 = 36
2
2 a ( 5 − 3b ) voor a = en b = −3
3
2·
2
3
(
· 5 - 3 · (-3) )
4
= · (5 + 9)
3
=
4
3
· 14 =
56
3 5
214 4 VEELTERMEN
2
9a − 4b 2 voor a = en b = −3
3
1 9·
2
3
- 4 · (-3) 2
= 6 - 4 ·9
= 6 - 36 = -30
5 Vul de tabel in met de getalwaarde van de eentermen.
2
Rond het resultaat af op 0,1.
5
r = 0,6 r = 1, 2 r=
3
2π r 3,8 7,5 10,5
3 πr2 1,1 4,5 8,7
4 3
πr 0,9 7,2 19,4
3
5
4.1 VEELTERMEN
6 De snelheid van het licht is groter dan de snelheid van het

geluid.
Zo zie je een bliksemflits onmiddellijk terwijl de donder-
slag meestal later te horen is. De snelheid van het geluid
is ongeveer 340 meter per seconde. Hiermee kun je bere-
1
kenen hoe ver een onweer van je verwijderd is.
De gebruikte formule is: s = v ⋅ t . Hierbij is s de afstand in
meter, v de snelheid van het geluid en t het tijdsverschil
tussen donder en bliksem in seconden.
Hoe ver is het onweer van je verwijderd als het 10 seconden duurt voor je de donder-
slag hoort na het zien van de bliksemflits?
s = v · t = 340 · 10 = 3 400
Het onweer is 3 400 m verwijderd.

2
Hoe ver is het onweer verwijderd als het tijdsverschil tussen donder en bliksem
3 seconden is?
s = v · t = 340 · 3 = 1 020
Het onweer is 1 020 m verwijderd.
Hoe ver bij een tijdsverschil van 1 seconde?
s = v · t = 340 · 1 = 340
3
Het onweer is 340 m verwijderd.
5
216 4 VEELTERMEN
7 Het Viaduct de Millau, de hoogste brug ter wereld, ligt in Frankrijk.

De langste pijler heeft een lengte van 343 m.
2 Een steen valt van op het hoogste punt van het wegdek van de brug naar beneden en
raakt de grond op het laagste punt in het dal van de rivier de Tarn.
Als de hoogte van het wegdek 245 meter is, kun je met de formule h = 245 − 4, 9t 2
berekenen op welke hoogte de vallende steen zich bevindt na 1, 2, 3 … seconden.
Maak de berekeningen en noteer ze in de tabel.
Rond af op 1 m.
Tijd (s) 1 3 4,5 5,5 6,5 7
3 Hoogte (m) 240 201 146 97 38 5
Teken met de gegevens uit de tabel een grafiek.

hoogte (m)
250
200
150
4 100
50
0
1 2 3 4 5 6 7 tijd (s)
5
4.1 VEELTERMEN
8 Als je één uur loopt met een snelheid van 12 km/h kun je je energieverbruik berekenen
met de formule E = 51, 4 ⋅ m.
Hierbij wordt de energie E uitgedrukt in kilojoule en je massa m in kilogram.
Bij een snelheid van 15 km/h wordt de formule E = 64, 3 ⋅ m.
Bereken je energieverbruik bij beide snelheden.

1

Een reep chocolade van 75 g levert 1692 kJ energie.

Bereken hoe lang je moet lopen met een snelheid van 15 km/h om de energie van de
chocolade te verbruiken.
2

9 De zwaartekracht die op een voorwerp op aarde inwerkt, wordt berekend met de formule
G = 9, 81 ⋅ m. Hierbij is m de massa van het voorwerp uitgedrukt in kilogram terwijl de
zwaartekracht G uitgedrukt wordt in newton.
Op de maan is de zwaartekracht G = 1, 63 ⋅ m.
Bereken op 0, 01 nauwkeurig.
m ( kg ) G op aarde ( N ) G op de maan ( N )
3
55 539,55 89,65
70,23 689 114,48
78,53 770,36 128
5
4 VEELTERMEN
Herhaling: inoefenopdrachten
1 Opdrachtentabel
1 2 3 4 5 6
1 Schrijf elke eenterm zo eenvoudig mogelijk.
x2
1 ⋅ x 2 = 2 ⋅ y 3 ⋅ x 2 2x2y3
2

−5 ⋅ a0 -5 −1 ⋅ y 1 ⋅ b1 = -by
x1 ⋅ 3 ⋅ y 2 3xy2 r 2 ⋅ π ⋅ 4 4πr2
2 Noteer de coëfficiënt en het letterdeel van de eenterm.
Lettervorm Coëfficiënt Letterdeel
1 4 a3 4 a3
3 2
3
−2 b 3 -2 b3
xy 2 1 xy2
4 −x 3 y 2 -1 x3y2
52 b 2 y 3 52 b2y3
2 2
6 ax ax
5 5
4 3 Bereken de getalwaarde van de eentermen als x = −4 , v = 120 , k = 2 000 en r = 0, 3 .
k ⋅ 5 ⋅7
3x 3 3x 2
15
v
4r 2 −2r 3
15 zie bijlage 1
5
B
Bijlage 1: opdracht 3 blz. 218
1 3x3 4 4r2
3 · (-4)3 4 · 0,32
= 3 · (-64) = 4 · 0,09
= -192 = 0,36
v
2 5 3x2
15
3 · (-4)2
120
15 = 3 · 16
= 8
= 48
3 k ·5 ·7 6 -2r3
15
1 -2 · 0,33
2 000 · 5 · 7
15 3 = -2 · 0,027
14 000 = -0,054
=
3
INOEFENOPDRACHTEN
4 Bereken de getalwaarde.
1
1
( x + 5)
x=3
4
x = −3
1
1
2
2 7−x 4 10
3 x2 − 1 8 8
4 x 2 − 7x -12 30
x2 − 4 x + 4 1 25
6 2 x 2 + 3x − 4 23 5
2
5 Bereken de getalwaarde als a = −4 en b = 1 .
5⋅ ( a − b ) −2 ⋅ ( a − b ) −2a − b
5a − 5b −2 a − 2 b −2 a + 2 b
zie bijlage 2
6 Bereken de getalwaarde als x = 2 en y = −3 .
(x + y)⋅(x − y)
x 2 − y 2
( x + y )2
x 2 + 2 xy + y 2
( x − y )2
x 2 − 2 xy + y 2
zie bijlage 3
3
5
B
1 5 · (a - b) 4 -2a - 2b
5 · (-4 - 1) -2 · (-4) - 2 · 1
= 5 · (-5) = 8 - 2
= -25 = 6
2 5a - 5b 5 -2a - b
5 · (-4) - 5 · 1 -2 · (-4) - 1
= -20 - 5 = 8 - 1
= -25 = 7
3 -2 · (a - b) 6 -2a + 2b
-2 · (-4 - 1) -2 · (-4) + 2 · 1
= -2 · (-5) = 8 + 2
= 10 = 10
C
1 (x + y) · (x - y) 4 x2 + 2xy + y2
(2 + (-3)) · (2 - (-3)) 22 + 2 · 2 · (-3) + (-3)2
= -1 · 5 = 4 - 12 + 9
= -5 = 1
2 x2 - y2 5 (x - y)2
(2 - (-3))
2
22 - (-3)2
= 4 - 9 = 52
= -5 = 25
3 (x + y)2 6 x2 - 2xy + y2
(2 + (-3))
2
22 - 2 · 2 · (-3) + (-3)2
= (-1)2 = 4 + 12 + 9
= 1 = 25
220 4 VEELTERMEN
4.2 Optellen
1 Studiewijzers
Leerdoelen
1 Gelijksoortige eentermen herkennen.

2 Veeltermen herleiden.
3 Veeltermen optellen.
2 t
Studietips
-FUPQBMTFSFFONJOUFLFOWPPSEFIBBLKFTTUBBU
t /PUFFSCJKIFUXFHXFSLFOWBOIBBLKFTEFWFSTDIJMMFOEFTUBQQFOFOOJFUFOLFMIFUSFTVMUBBU
t )FSMFFTJOKFMFFSCPFLPPLEFPQNFSLJOHFOJOA/PHFWFOEJU
t #FTUVEFFSEFWPPSCFFMEFOJOKFMFFSCPFL
t .BBLPFGFOJOHFOPQOJFVXFODPOUSPMFFSEFPQMPTTJOH
Opdrachtentabel
5
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12
4.2 OPTELLEN 221

1 Vink de gelijksoortige eentermen aan.
5x 2 en 7x 9 6 x en 40 x a2 b 2 en a3 b 3
1
− 4t en − 4s 27 y 3 en 9 y 2 9 5xy en xy
7 −6 2 5 −3 3 5 2 5
9 2 x 2
en
7
x 9 6 x y en3
5
x y
3
x y en xy 2
3
b 2 en k 2 4 x 2 y en 3xy 2 9 0, 25x 2
y en x 2 y
2 Herleid.
5a + 9a 14a
5x − 8x -3x
2
4 1 2 8 - 1 - 4 3
y− y− y y = y
5 10 5 10 10
b − 3b + 8b 6b
−2 x 2 − 4 x 2 + 7x 2 x2
8 y 2 − 7 y 2 + 3 y 2 − 8 y 2 -4y2
3
x + x 2x
4 y 2 − 4 y 2 0
15 2 1 2 3 2 15 - 4 - 3 2
b − b − b b = b2
8 2 8 8
− y + 5y + y 5y
2, 8a2 − 0, 5a2 − 0, 3a2 + 1, 8a2 3,8a2 4

−1, 2 x 3 + 0, 4 x 3 − 7x 3 -7,8x3
5
222 4 VEELTERMEN
3 Herleid.
1
3xy + 2 xy + 5xy 10xy
− ay + 5ay − 3ay ay
5a2 b 3 − 3a2 b 3 − 3a2 b 3 -a2b3
9a2 b − a2 b + 8a2 b 16a2b
−3 1 1 -9 + 2 - 3 -5
az + az − az az = az
2 3 2 6 3
2
1 2 1 1- 4 + 5 1
pq − pq + pq pq = pq
10 5 2 10 5
−3mn + 4mn + 3mn 4mn
− x 2 y 2 + 2 x 2 y 2 − x 2 y 2 0
1, 5a2 b − 0, 3a2 b − 0,7a2 b 0,5a2b
− 0, 2 bx 2 + 0, 6bx 2 − 0, 8bx 2 -0,4bx2
3
5 2 3 2 2 2
4
px − px + px
2 3
15 - 18 + 8 2
12
px =
5
12
px 2
2 1 1 20 + 15 + 6 41
ax + ax + ax ax = ax
3 2 5 30 30
4 Herleid.
5am − 3am + 7am 9am
−2 x n + 5x n − x n 2xn
4
7 m 1 m
5
a − a
4
28 - 5
20
am =
23
20
am
− 0, 5y 2 p + y 2 p − 0, 9 y 2 p -0,4y2p
5x m − 1, 5x m − 0, 5x m 3xm
5 2m 1 2m 10 - 3 2m 7 2m
a − a a = a
6 4 12 12
5
4.2 OPTELLEN 223
5 Herleid.
1
8 + 8a − 2 6 + 8a
2 b − 6 + 3b 5b - 6
5 2 1 20 - 3 2 2 17 2 2
a + a2 − a a + a = a + a
3 5 4 12 5 12 5
3x + 2 − 5x + 7 -2x + 9
3, 2 x 2 − 0, 3x + 2,1x 2 + 0, 3x 5,3x2
7, 6a2 − 8,1 − 7, 6 + 8,1a2 15,7a2 - 15,7
y + 2 y + 3 + 5y
2 2 2
8y2 + 3
2
7a2 − 3 + 8 − 8a2 -a2 + 5
−4 2 2 2 2 -4 + 10 2 2 2 2 2
b + b − b - = b -
15 3 5 15 5 5 5
5y 2 + 2 y 2 + 3 − y 2 6y2 + 3
2 b 2 − 6 + 3b 2 − b − 4 + 2 b 5b2 - 10 + b
3
−2 x − 1 + 5x + 3x 2 + 2 − 3x 2 3x + 1
6 Herleid.
3a − 2 b + 5 + 3b + 2 a − 4
5a + b + 1

4
3a3 + 2 a2 b − 4ab 2 + 5b 3 − 4a3 + 3ab 2
-a3 + 2a2b - ab2 + 5b3
3ay − 4ay 2 + 5ay − 2 ay 2 + 5ay − 4a2 y
5
13ay - 6ay2 - 4a2y

224 4 VEELTERMEN
−7a + 8a2 + 6 − 10 a + a2 − 2
1

-17a + 9a2 + 4
1 + 3x 2 − 2 x 3 + 3x 3 − 8x 2 + 5x − 1 + 2 x
-5x2 + x3 + 7x
−3ab + 5a2 b 2 + ab − 4a2 b 2
2 -2ab + a2b2
1 2
2 a + 3b − a+ b
4 5
8 - 1 15 + 2
a + b
4 5
7 17
= a + b
4 5
3
3 2 1
4b − 3 + a − b + 2a + a
5 5 5
20 - 2 3 + 10 + 1
b - 3 + a
5 5
18 14
= b - 3 + a
5 5
3 2 1
− a2 + 3 y − + a2 + 5 y
4 3 2
9 - 8 -2 + 1
+ a2 + 8y
12 2
1 1
4
= - a2 + 8y
12 2
2, 2 a + 0, 6 + 0, 4 − 0, 3b + 1, 3a − 1, 2 b
3,5a + 1 - 1,5b
1,1az − 3a2 z − 0, 3a3 + 1, 3a3 − 0,1az 2 − az
0,1az - 3a2z + a3 - 0,1az2
5
4.2 OPTELLEN
−3, 3xy 2 − 5, 5x 2 y + xy + 11x 2 y + 2 xy − 1,7xy 2

-5xy2 + 5,5x2y + 3xy
1
7 Herleid.
8x m − 2 x m−2 + 5x m
13xm - 2xm-2
2

−5am + am+1 − am + 5am+1
-6am + 6am+1
2 y n − 6 y + 6 − y n + 8 y − 6
3
y n + 2y
2 n+1 2 n−1 1 n+1 1 n−1

x − x + x − x
9 9 3 6
2 + 3 -4 - 3
x n +1 + x n −1
9 18
5 7
= x n+1 - x n-1
9 18
4
0,1a2 p − 0, 2 a p+2 − 0,11a p+2 − 0,19a2 p
-0,09a2p - 0,31ap +2
0, 25x m − 2, 25x + 1,75x m − 0,75 + 1, 25x
2xm - x - 0,75
5

226 4 VEELTERMEN
8 Werk uit.
( a + 7) + ( 4a − 5)
1 a + 7 + 4a - 5
= 5a + 2
( 8x − 1) + ( 8x + 1)
8x - 1 + 8x + 1
= 16x
2

( ) (
x 2 − 1 − 2 x 2 + 2 )
x2 - 1 - 2x2 - 2
= -x2 - 3
( ) (
a2 + a − 2 a2 − 5 )
a2 + a - 2a2 + 5
3 = -a2 + a + 5
( ) (
− y 2 + 5 − 3 y 2 − 7 + y 2 )
-y2 - 5 - 3y2 + 7 + y2
= 2 - 3y2
(
x 2 − x − x 2 − x )
4 x2 - x + x2 - x
= 2x2 - 2x
⎛ −3 3⎞
− ( 4 x + 3) − ⎜ x+ ⎟
⎝ 2 4⎠
3 3
-4x - 3 + x -
2 4
-8 + 3 -12 - 3 -5 15
= x + = x -
5 2 4 2 4
4.2 OPTELLEN
⎛ 2⎞ 1 ⎛ 3 ⎞
− b − ⎜ 2 b 2 + ⎟ − b + ⎜ 5 − b 2 ⎟
1
⎝ 3⎠ 3 ⎝ 8 ⎠
2 2 1 3
-b - 2 b - - b + 5 - b2
3 3 8
-3 - 1 -16 - 3 -2 + 15 -4 19 13
= b + b2 + = b - b2 +
3 8 3 3 8 3

1
5
( )
⎛2 1 ⎞
− x 2 + 3 x − ⎜ − x 2 ⎟ + 5x
⎝3 2 ⎠
1 2 1
- x 2 - 3x - + x 2 + 5x
5 3 2
3 - 10 -2 + 1 -7 1
= + x 2 + 2x = - x 2 + 2x
15 2 15 2
( ) (
− 1, 2 a2 + 2, 6 − 1, 4 − − 0, 2 a2 + 1, 4a − 1, 4a ) 2
-1,2a2 - 2,6 - 1,4 + 0,2a2 - 1,4a - 1,4a
= -a2 - 4 - 2,8a
( ) (
0,75x − 2, 5x 2 − 0, 25x 3 − 3, 25x 3 − 0, 5x 2 − x )
0,75x - 2,5x2 + 0,25x3 - 3,25x3 + 0,5x2 + x
= 1,75x - 2x2 - 3x3

3
( ) (
− − 0, 4b 2 − 0, 5b + 0,1 − 1, 2 b 2 + 1, 4 − 0,7b )
0,4b2 + 0,5b - 0,1 - 1,2b2 - 1,4 - 0,7b
= -0,8b2 - 0,2b - 1,5
5
4 VEELTERMEN
9 Schrijf de omtrek van de figuren als een veelterm.
1

3
x 2x +
3x
x+3 x+2
O = 2 (l + b) O = z1 + z2 + z3
= 2 (x + 3 + x) = x + 2 + 3x + 2x + 3
= 2 (2x + 3) = 6x + 5
2 = 4x + 6
3a – 4
3 2a + 5
1_
1_ x + 1_
2 3
x +4
_
5 3
3a + 4
O = b1 + b2 + 2z O = 2 (b + z)
⎛1 4 1 1⎞
= 3a - 4 + 3a + 4 + 2 (2a + 5) = 2 ⎜⎜ x + + x + ⎟⎟
⎝5 3 2 3⎠
⎛2 + 5 5 ⎞
= 6a + 4a + 10 = 2 ⎜⎜ x + ⎟⎟
4 = 10a + 10
⎝ 10
⎛7
= 2 ⎜⎜
⎝10
x + ⎟⎟
5
3⎠
⎞
3⎠
7 10
= x +
5 3
5
4.2 OPTELLEN
10 Werk uit.
( x + 2 y ) + (4 y − 2 x )
1

x + 2y + 4y - 2x
= -x + 6y
( −3 p − 4q ) − (7 p + 6q )
-3p - 4q - 7p - 6q

= -10p - 10q
2
( ) (
3x 2 + y 2 − 1 − −2 x 2 + 3 y 2 )
3x2 + y2 - 1 + 2x2 - 3y2
= 5x2 - 2y2 - 1
( ) (
− 5x 2 + a + −2 a + 6 x 2 − 1 ) 3
-5x2 - a -2a + 6x2 - 1
= x2 - 3a - 1
( ) (
− −3 y 2 − 2 a − y 2 − 5a + y 2 )

3y2 + 2a - y2 + 5a + y2
= 3y2 + 7a
4

( ) (
4a2 + b − a2 + 1 − 2 − b − a2 )
4a2 + b - a2 + 1 - 2 + b + a2
= 4a2 + 2b - 1

5
230 4 VEELTERMEN
⎛ −2 1 ⎞
( a − b ) − ⎜ a + b⎟ + 2a
1
⎝ 5 4 ⎠
2 1
a - b + a - b + 2a
5 4
5 + 2 + 10 -4 - 1
= a + b
5 4
17 5
= a - b
5 4
⎛ 1⎞ ⎛ 3 ⎞
− y + ⎜ 2 a − ⎟ + 2 a − ⎜ 5y − a⎟
⎝ 4⎠ ⎝ 2 ⎠
2 -y + 2a -
1
4
+ 2a - 5y +
3
2
a
4 + 4 + 3 1
= -6y + a -
2 4
11 1
= -6y + a -
2 4

1
5
( ⎛2 1 ⎞
)
b − − a 2 + 3b − ⎜ − a 2 ⎟ − 3b
⎝3 2 ⎠
3
1 2 1
b + a2 - 3b - + a2 - 3b
5 3 2
1 - 15 - 15 2 + 1 2
= b + a2 -
5 2 3
-29 3 2
= b + a2 -
5 2 3
( ) (
− x 2 + 1, 5 − 1, 5y − 2, 5x 2 + 1, 5 − 1, 5y )
-x2 - 1,5 - 1,5y - 2,5x2 - 1,5 - 1,5y
4 = -3,5x2 - 3 - 3y
( ) (
6, 5b − 3, 5b 2 + 8, 5y 3 − 3, 5y 3 − 0, 5b 2 − 0, 5b )
6,5b - 3,5b2 - 8,5y3 - 3,5y3 + 0,5b2 + 0,5b
= 7b - 3b2 - 12y3
5
4.2 OPTELLEN 231
( ) ( )
12 − − 0,13x 2 − 5, 55y 2 + 0,12 − 1, 21y 2 + 1, 46 x 2 − 4, 66
0,13x2 + 5,55y2 - 0,12 - 1,21y2 - 1,46x2 - 4,66
= -1,33x + 4,34y - 4,78

2 2
1
11 De tweede zijde van een driehoek is dubbel zo lang als de eerste en de derde is 20 centimeter
langer dan de eerste.
1 Noteer de omtrek van deze driehoek met behulp van een veelterm.
x
De lengte van de eerste zijde is x.
+
20
O = x + 2x + x + 20 = 4x + 20 2x
2 Hoe groot is de omtrek van deze driehoek als de eerste zijde achtereenvolgens 15 cm,
20 cm, 25 cm en 28, 5 cm is?
2]dx = 15, dan O = 4 · 15 + 20 = 60 + 20 = 80
2]dUVVVcdeVkZ[UV"&T^ZdUR_ZdUV`êcV\)!T^
3
x = 20 O = 4 · 20 + 20 = 80 + 20 = 100
2]dUVVVcdeVkZ[UV#!T^ZdUR_ZdUV`êcV\"!!T^
x = 25 O = 4 · 25 + 20 = 100 + 20 = 120
2]dUVVVcdeVkZ[UV#&T^ZdUR_ZdUV`êcV\"#!T^
x = 28,5 O = 4 · 28,5 + 20 = 114 + 20 = 134
2]dUVVVcdeVkZ[UV#)&T^ZdUR_ZdUV`êcV\"$%T^
3 Onder welke voorwaarde is de omtrek van deze driehoek precies 200 cm?
200 = 4x + 20 180 = 4x
4
45 = x
5V`êcV\Zd#!!T^R]dUV]V_XeVgR_UVVVcdeVkZ[UV%&T^Zd
5
232 4 VEELTERMEN
12 Werk uit.
( ) ( )
1
− 5am + 3am+1 − 2 am − 4am+1
-5am - 3am+1 -2am + 4am+1
= -7am + am+1
( ) (
y n − 3 y n+1 + 4 − −3 y n + 9 y n+1 − 6 )
2 y n - 3y n+1 -4 + 3y n - 9y n+1 - 6
= 4y n - 12y n+1 - 10
1 n+1 ⎛ 7 n−1 1 n+1 ⎞ 3 n−1

x −⎜ x + x ⎟− x
4 ⎝ 20 6 ⎠ 2
1 7 1 3
3
x n+1 - x n-1 - x n+1 - x n-1
4 20 6 2
3 - 2 -7 - 30
= x n+1 + x n-1
12 20
1 37
= x n+1 - x n-1
12 20
( ) (
− 0, 4a p+2 − 0, 4a2 p − 0, 9a p+2 − 0,1a2 p + 0,1a p+2 − 0, 9a2 p )
-0,4ap+2 - 0,4a2p + 0,9ap+2 - 0,1a2p + 0,1ap+2 - 0,9a2p
4 = 0,6ap+2 - 1,4a2p
5 Los 11.3 op met behulp van een vergelijking.

INOEFENOPDRACHTEN 233
Opdrachtentabel
1
1 2 3 4 5 6
1 Vink de gelijksoortige eentermen aan.
9
5x 3
en 3x 3 −2 a2 en − 2 b 2 9
9x en − 9x
5a3 en 5a5
−7b 2 en 7a2
x 4 en y 4
9
4 y en − 4 y
9
3xy en − 9xy
2
4a3 x 2 en 4a2 x 3
2
2
− 4b en − 4b
2 3
b6 en 6a6 −xy 3 en x 3 y
2 Herleid.
4a + 3a = 7a 4 y − 3 y = y y − 5y = -4y
2 5b − 2 b == 3b −7b 2 + 6b 2 -b2 2 x 4 − 5x 4 − 2 x 4 -5x4
4
−2 a2 + 5a2 = 3a2
7x − 12 x == -5x
3 3 3

−3x 3 + 3x 3 0
10 y − y = 9y
2 2 2

−7b 2 + 8b 2 + b 2 = 2b2
4a − a + 5a 8a
2 2 2 2
3
3 Herleid.
− 4a2 + 3 + 10 a2 − 2 = 6a2 + 1 3 + y + 5 + 2 y = 8 + 3y
7b 2 − 7 + 5 − 5b 2 = 2b2 - 2 −5a2 − 5a2 + 3 − 10 = -10a2 - 7
6 − 4 x 3 + 9 + 2 x 3 = 15 - 2x3 2 x 2 + 3 − 5x 2 − 9 = -3x2 - 6
4

4 Herleid.
7x − 2 x 3 + 3x + 6 x 3 = 10x + 4x3 − a2 − 3 + 5a2 + 3a = 4a2 - 3 + 3a
a2 − 3a + 10 a2 − 3a = 11a2 - 6a 3x 2 − 5x + 1 + 4 x − 3 = 3x2 - x - 2
4b 2 − 2 b + 5 − b 2 + 2 = 3b2 - 2b + 7 1 + a2 − 4a3 − 4 + 3a2 = -3 + 4a2 - 4a3
5
234 4 VEELTERMEN
5 Werk uit.
(6 x ) ( ) ( ) ( )
1
2
+ 1 + 3x 2 + 5 − 6 x 2 + 1 − 3x 2 + 5
= 6x2 + 1 + 3x2 + 5 = -6x2 - 1 - 3x2 - 5
= 9x2 + 6 = -9x2 - 6
(6 x 2
) (
+ 1 − 3x 2 + 5 ) (6 x 2
) (
− 1 − 3x 2 − 5 )
= 6x2 + 1 - 3x2 - 5 = 6x2 - 1 - 3x2 + 5
= 3x2 - 4 = 3x2 + 4
) ( ) ) ( )
2
(
− 6 x 2 + 1 + 3x 2 + 5 (
− 6 x 2 − 1 − 3x 2 − 5
= -6x2 - 1 + 3x2 + 5 = -6x2 + 1 - 3x2 + 5
= -3x2 + 4 = -9x2 + 6
6 Werk uit.
( ) (
3 + 4 − 2 b 2 − 6 − 3b 2 ) ( )
− 2 a + 3a2 − 4a − −5a2 + 6 + 7a( )
= 3 + 4 - 2b2 - 6 + 3b2 = -2a - 3a2 - 4a + 5a2 - 6 + 7a
3 = 1 + b2
( ) (
−2 − 5y + y 2 + − 4 y 2 + 1 )
= a + 2a2 - 6
( ) (
−3 + x + x 2 − 1 − 6 − 5x 2 − x )
= -2 - 5y - y 2 - 4y 2 + 1 = -3 + x + x2 - 1 - 6 + 5x2 - x
= -1 - 5y - 5y 2 = -10 + 6x2
( ) (
− 3x − 3x 2 + 5 − − 8x − 3x 2 + 2 ) ( ) (
b 3 − b 2 − b − b 2 − b + b 3 − 7 )
= -3x + 3x2 + 5 + 8x + 3x2 - 2 = b3 - b2 - b + b2 - b - b3 - 7
4 = 5x + 6x2 + 3 = -2b - 7
5
4.3 VERMENIGVULDIGEN EN DELEN
4.3 Vermenigvuldigen en delen

Studiewijzers 1
Leerdoelen
1 Het product van eentermen berekenen.

2 Het product van een eenterm met een veelterm berekenen.
3 Het product van veeltermen berekenen.
4 De macht van een eenterm berekenen.
5
6
De macht van een lettervorm zoals 3x −2 berekenen.
Het quotiënt van eentermen berekenen.

2
Studietips
t %FSFLFOUFDIOJFLFOWPPSCFXFSLJOHFONFUWFFMUFSNFONPFUKFGPVUMPPTLVOOFOUPFQBTTFO
t "MTKFCJKIFUNBLFOWBOFFOPQESBDIUUXJKGFMU IFSMFFTEBOFFSTUEFXFSLXJK[FJOKFMFFSCPFLFO
CFTUVEFFSEFWPPSCFFMEFO
t #JKDPNQMFYFSFPFGFOJOHFOXFSLKFTUBQWPPSTUBQFODPOUSPMFFSKFUFMLFOTWPPSKFWFSEFSXFSLU
3
t #JKIFUCFSFLFOFOWBOEFNBDIUWBOFFOFFOUFSNCFQBBMKFFFSTUIFUUFLFO
4
Opdrachtentabel
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20
21 22 23 24 25
5
236 4 VEELTERMEN
Zoekwerk 1 blz. 137
1 s Schrijf eerst als een product en vervolgens als een macht.
( 5x )
3
2
= 5x 3 ⋅ 5x 3 = 52.................... ⋅ x 3 ( )
2
....................
(2a )
3
2 2a · 2a ·...............................
2 2
= ............................................... 2a
2
2 · (a ) ...............................
3 2 3
= ...............................................
( −3a )
4
2
-3a2 · (-3a...............................
= ............................................... 2
) · (-3a
2) · (-3a2) = ...............................................
(-3)4 · (a2............................... )4
( 0,2ay )
2
2
0,2ay 2 · 0,2ay
= ............................................... 2
............................... 0,22 · a2 .·
= ............................................... (y2)2
..............................
5

1 Werk uit.
−3 ⋅ 2a -6a
1
1 4
4 ⋅ p p
3 3
6 x 2 ⋅ ( −3) -18x2
− 0, 4a ⋅ ( −5) 2a
− p ⋅ 4 p 2 -4p 3
1
2

−1
2
x ⋅ − x3 ( ) x 4
y 4 ⋅ 5y 5y 5
3,1a ⋅ 0, 2 a2 0,62a3
4b ⋅ 3 ⋅ 2 b 24b2

1
6
⋅ 2 y 3 ⋅ 5y 2
5
3
y5 3
−2 a ⋅ ( − a ) ⋅ 5a2 10a4
0,1x 2 ⋅ −3x 3 ⋅ 2 x ( ) -0,6x6
2 Schrijf de inhoud van de figuren als een eenterm.

r

3a
4
2a
5a 3x2
I = b · d · h
...................................................................................... I = z3
....................................................................................... I = π · r2 · h
......................................................................................
= 5a · 2a · 3a
...................................................................................... = 3x2 · 3x2 · 3x2
....................................................................................... = π · r 2 · 3r
......................................................................................
= 30a3 = 27x6 = 3πr 3
5
...................................................................................... ....................................................................................... ......................................................................................
...................................................................................... ....................................................................................... ......................................................................................

4 VEELTERMEN
3 Werk uit.
1
3bc ⋅ 2 bc 6b2c2
−2 pq ⋅ ( −5 pq ) 10p 2q 2
5a ⋅ 0, 2 ab a2b
5 10
x ⋅2y xy
7 7
−3 2
12 xy ⋅ x -9x 3y
4
2 − x 3 y 2 ⋅ x 4 y -x 7y 3
2 a2 b ⋅ 5a2 b 3 10a4b4
( )
4 xy ⋅ −5x 2 y 3 -20x 3y 4
4a3 b ⋅ ( −2 ab ) ⋅ 6ab 2 -48a5b4
−2 3 -1
xy ⋅ x 3 y ⋅ xy 4 x 5y 6
3 8 4
3
1 2 −2 3 −3 4
2
ab ⋅
3
a b⋅
7
ab
1 5 7
7
a b
( )
− 0, 2 pq ⋅ −3 p 2 q ⋅ ( −5q ) -3p 3q 3
4 Bereken.
3am ⋅ 2 a2 6am+2
0, 4 x p ⋅ 1, 5x 3 0,6x p+3
4 − 0, 3am ⋅ 0, 2 a -0,06am+1
−5 m+1 −1 2 5 m+3
a ⋅ a a
3 2 6
( )
5a2 m ⋅ − 4am -20a3m
1 1 3m
am−1 ⋅ a2 m+1 a
2 2
5
5 Werk uit.
2 ⋅ ( x − 3)
1
2x - 6
−3 ⋅ ( y + 4 ) -3y - 12
( 2 a − 3) ⋅ ( −2 ) -4a + 6
1 -3 1
( −3a + 2 ) ⋅ a +
4 4 2
(
− 0,1 ⋅ − x 2 + 3x − 2 0,1x2 - 0,3x + 0,2)
(
− y 2 − y + 1 -y2 + y - 1
x ⋅ ( x − 3)
)
x2 - 3x
2
3 1
( 1
3 + x 2 ⋅ x
5
) 5
x +
5
x3
( )
y 3 − 2 y 2 ⋅ ( −2 y ) -2y 4 + 4y 3
(
3b ⋅ b 2 − 2 b + 1 3b3 - 6b2 + 3b )
( )
y 2 − 0, 3 y + 1, 2 ⋅ y 2 y 4 - 0,3y 3 + 1,2y 2
3
⎛ 1 ⎞ −1 -1 3 1 2
⎜ x 2 − x ⎟ ⋅ x x + x
⎝ 2 ⎠ 2 2 4
6 Werk uit.
4 ⋅ ( x + 1) − 3 4x + 4 - 3
= 4x + 1
8 − 3 ⋅ a2 − 1 ( ) 8 - 3a2 + 3
= 11 - 3a2
4
y − y ⋅ (1 − y ) + 3 y - y + y 2 + 3
= y2 + 3
− a ⋅ ( a − 2 ) − 2 ⋅ ( a − 2 ) -a2 + 2a - 2a + 4
= -a2 + 4
5
240 4 VEELTERMEN
(
5 ⋅ x 2 − 3x − 6 + 2 x − 7x 2 ) ( ) 5x2 - 15x - 30 + 2x - 7x2
1 ( )
− x 2 + 3x − 6 − 3x ⋅ ( x + 2 ) -x2 - 3x + 6 - 3x2 - 6x
= -2x2 - 13x - 30
= -4x2 - 9x + 6
7 Schrijf de oppervlakte van de figuren als een veelterm.

1
1
–x 5x – 3x
3
2 A = l · b
x+3
......................................................................................................................................... A=
b ·h
2x + 1
.........................................................................................................................................
2
1 (2x + 1) · 3x
= (x + 3) · x
......................................................................................................................................... =
.........................................................................................................................................
3 2
1 6 x 2 + 3x
= x2 + x
......................................................................................................................................... =
.........................................................................................................................................
3 2
3
= 3x 2 + x
3
......................................................................................................................................... .........................................................................................................................................
8 Werk uit.
2a ⋅ ( a + b ) 2a2 + 2ab
(
2 x − y 2 ⋅ −3 y 2 )( ) -6xy 2 + 3y 4
4 2 ab ⋅ ( 3a + 5b − 5ab ) 6a2b + 10ab2 - 10a2b2
(
− 4a2 b ⋅ 2 a2 + 3ab − 5b 2 -8a4b - 12a3b2 + 20a2b3 )
9 2 2
(
16ab − 12 ab 2 − 3a ⋅ ) −3 2
4
2 3 2 4
ab -12a b + 9a b +
4
a b
5
4.3 VERMENIGVULDIGEN EN DELEN 241
( 1
12 x 2 + 6 y 3 ⋅ x 2 y 4x 4y + 2x2y 4
3
)
1
(
7ab ⋅ 3a2 b − 3 21a3b2 - 21ab )

−3x 2 y ⋅ ( 2 x − 5y ) -6x 3y + 15x 2y 2
2

( 2 x − 2 y + 1) ⋅ 5xy 2 10x 2y 2 - 10xy 3 + 5xy 2
(
0, 4a2 b − 0, 3a3 + 10 ab ⋅ 0,1ab 3 0,04a3b4 - 0,03a4b3 + a2b4 )

3
3 3 ⎛ −2 3 1 ⎞ -3 1
a x⋅⎜ a x + a2 x 2 ⎟ a6 x 2 + a5 x 3
4 ⎝ 5 3 ⎠ 10 4
⎛ −4 2 3 5 ⎞
12 x 3 y 2 ⋅ ⎜ x y + xy 2 − y 3 ⎟ -16x 5y 3 + 9x 4y 4 - 30x 3y 5
⎝ 3 4 2 ⎠
9 Bereken de oppervlakte van de figuren. a+b

h

4a 4
a a+3 2a + b
( b1 + b2 ) · h
A = b · h
......................................................................................................................................... A=
.........................................................................................................................................
2 2
( a + b + 2a + b) · 4 a
= (a + a + 3) · h
......................................................................................................................................... =
.........................................................................................................................................
2 1
= (2a + 3) · h
......................................................................................................................................... = (3a + 2b) · 2a
.........................................................................................................................................
= 2ah + 3h
......................................................................................................................................... = 6a2 + 4ab
.........................................................................................................................................
5
242 4 VEELTERMEN
10 Werk uit.
( )
1
am + 5 ⋅ a am+1 + 5a
(x m+1
)
− x m ⋅ x x m+2 - x m+1
( )
x n ⋅ x n − x n−1 x 2n - x 2n-1
)
2
(
am+1 − am ⋅ a2 am+3 - am+2
( )
−2 x n+1 ⋅ x n+1 + 2 x n − 3x n−1 -2x 2n+2 - 4x 2n+1 + 6x 2n
( )
a2 n ⋅ an+1 − an + an−1 a3n+1 - a3n + a3n-1
3 11 Werk uit.
x ⋅ ( y − 5) + y ⋅ ( x − 3) xy - 5x + xy - 3y
= 2xy - 5x - 3y
2 a ⋅ ( 2 a + 4b ) − 4b ⋅ ( 2 a + 4b ) 4a2 + 8ab - 8ab - 16b2
4 = 4a2 - 16b2
−1 ⎛ 1 ⎞ -1 2 1 1 2
a ⋅ ( a + b ) − b ⋅ ⎜ a + b⎟ a - ab - ab - b
2 ⎝ 3 ⎠ 2 2 3
-1 -1 - 2 1
= a2 + ab - b2
2 2 3
-1 3 1
= a2 - ab - b2
5
2 2 3
4.3 VERMENIGVULDIGEN EN DELEN 243
( ) ( )
3x ⋅ x 2 − xy + 2 y 2 − 5 ⋅ − x 3 − 4 x 2 y 3x 3 - 3x 2y + 6xy 2 + 5x 3 + 20x 2y
= 8x 3 + 17x 2y + 6xy 2
1

( ) (
2 a ⋅ 2 x − 7x 2 + x ⋅ −5ax + 2 x 2 ) 4ax - 14ax 2 - 5ax 2 + 2x 3
= 4ax - 19ax 2 + 2x 3

2
3
( )
⎛5
⎝3
⎞
⎠
2
⋅ 3b 2 − 9by − ⎜ y 2 + 2 by − b 2 ⎟ 2 b - 6by -
5 2
3
y - 2by + b2 2
5
= 3b2 - 8by - y2
3
12 Werk uit.
3
( a + 2 ) ⋅ ( a + 3) a2 + 3a + 2a + 6
= a2 + 5a + 6
( x + 4 ) ⋅ ( 3 + x ) 3x + x 2 + 12 + 4x
= 7x + x 2 + 12
⎛ 2⎞ ⎛ 1⎞ 3 1 2 2 1
⎜ b 2 + ⎟ ⋅ ⎜ b − ⎟ b - b + b -
⎝ 3⎠ ⎝ 4⎠ 4 3 6
( )(
− a2 − 1 ⋅ − a2 − 1 ) a4 + a2 + a2 + 1 4
= a4 + 2a2 + 1
(
( y − 3) ⋅ y 2 + 2 ) y 3 + 2y - 3y 2 - 6
( )(
0, 3x 2 − 0,1 ⋅ x 2 + 0, 5 ) 0,3x 4 + 0,15x2 - 0,1x2 - 0,05
5
= 0,3x 4 + 0,05x 2 - 0,05
244 4 VEELTERMEN
( −2 y − 1) ( −3 − 3 y ) 6y + 6y 2 + 3 + 3y
1 = 9y + 6y 2 + 3
( 3b + 2 ) (1 − 2 b ) 3b - 6b2 + 2 - 4b
= -b - 6b2 + 2
⎛1 ⎞⎛ 1⎞ 1 1
⎜ x 2 + 4⎟ ⎜ x − ⎟ x3 - x2 + 4x - 2
⎝5 ⎠⎝ 2⎠ 5 10
2 ( )
3 − 2 y 2 ( y + 2 ) 3y + 6 - 2y 3 - 4y 2
(
−3b 2 + 1 1 + 2 b − b 2 )( ) -3b2 - 6b3 + 3b4 + 1 + 2b - b2
= -4b2 - 6b3 +3b4 + 1 + 2b
( )( )
3
3a2 − 4a + 2 a + 3a2 3a3 + 9a4 - 4a2 - 12a3 + 2a + 6a2
= -9a3 + 9a4 + 2a2 + 2a
13 Schrijf de oppervlakte van de figuren als een veelterm.

x–2 1
x––
2
4
x+5
1
x+–
3
A = l · b
......................................................................................................................................... A = b · h
.........................................................................................................................................
⎛ 1⎞ ⎛ 1⎞
= (x + 5) · (x - 2)
......................................................................................................................................... = ⎜⎜ x + ⎟⎟ · ⎜⎜ x - ⎟⎟
.........................................................................................................................................
⎝ 3⎠ ⎝ 2⎠
1 1 1
= x2 - 2x + 5x - 10
......................................................................................................................................... = x2 - x + x -
.........................................................................................................................................
2 3 6
1 1
5
= x2 + 3x - 10
......................................................................................................................................... = x2 - x -
.........................................................................................................................................
6 6
14 Vermenigvuldig de veeltermen.
( xy + 2 ) ( xy − 5) x 2y 2 - 5xy + 2xy - 10
= x 2y 2 - 3xy - 10 1

⎛ 3⎞ ⎛ 4⎞ 4 3 6
⎜ a − ⎟ ⎜ b + ⎟ ab + a - b -
⎝ 2⎠ ⎝ 5⎠ 5 2 5
2

( − 4 x − 7 y ) ( −5x − 3 y ) 20x 2 + 12xy + 35xy + 21y 2
= 20x 2 + 47xy + 21y 2
(6a − b ) ( 3b − 2 a ) 18ab - 12a2 - 3b2 + 2ab
= 20ab - 12a2 - 3b2
⎛ 1 ⎞⎛ 1 ⎞ 2
⎜ a − b ⎟ ⎜ − a − b ⎟ -a -
1
ab +
1
ab +
1 2
b
3
⎝ 3 ⎠⎝ 5 ⎠ 5 3 15
-3 + 5 1
= -a2 + ab + b2
15 15
2 1
= -a2 + ab + b2
15 15
( 2 ab + 5) ( −3ab + 1) -6a2b2 + 2ab - 15ab + 5

= -6a2b2 - 13ab + 5
4
( )
3x 2 + xy ( x − y ) 3x 3 - 3x 2y + x 2y - xy 2
= 3x 3 - 2x 2y - xy2
5
246 4 VEELTERMEN
⎛1 ⎞⎛2 ⎞ 1 4 1 2 2 4 2 2
⎜ a2 − 2 b 2 ⎟ ⎜ a2 + b 2 ⎟ a + a b - a b - 2b4
1
⎝2 ⎠⎝3 ⎠ 3 2 3
1 3 - 8
= a4 + a2 b2 - 2b4
3 6
1 5
= a4 - a2 b2 - 2b4
3 6
( )
x 2 − x + 1 ( ax − a ) ax 3 - ax 2 - ax 2 + ax + ax - a
= ax 3 - 2ax 2 + 2ax - a
2 ( )( )
x 2 + 3xy 2 x 2 + xy − 3 y 2 2x 4 + x 3y - 3x 2y 2 + 6x 3y + 3x 2y 2 - 9xy 3
= 2x 4 + 7x 3y - 9xy 3
⎛2 1 ⎞⎛3 1 ⎞ 3 4 2 3 3 1 3 3 1 2 6
⎜ a2 − ab 3 ⎟ ⎜ a2 + ab 3 ⎟ a + a b - a b - a b
⎝5 3 ⎠⎝2 5 ⎠ 5 25 2 15
3 4 - 25 1
= a4 + a3 b3 - a 2 b6
5 50 15
3 =
3
5
a4 -
21
50
a3 b3 -
1
15
a 2 b6
( 0, 2 a 2
)(
− 3ab 0, 4a3 − 2 a2 b + 5ab 2 ) 0,08a 5
- 0,4a4b + a3b2 - 1,2a4b + 6a3b2 - 15a2b3
= 0,08a5 - 1,6a4b + 7a3b2 - 15a2b3
15 Werk uit.
4 ( )( )
am + 3 am − 5 a2m - 5am + 3am - 15
= a2m - 2am - 15
( )( )
x m+1 + x 3x m − 5 3x 2m+1 - 5x m+1 + 3x m+1 -5x
= 3x 2m+1 -2xm+1 - 5x
3 p +2 5 p +1 5
⎛1 1⎞
⎜ a p + ⎟ 3a2 − 5a
⎝2 3⎠ 2
a (-
2
a )
+ a2 -
3
a
5
( )(
x 2 m − 2 x x m−1 + x 2 ) x 3m-1 + x 2m+2 - 2x m - 2x 3
1
( )
am+1 − am−1 ( 3a + 1) 3am+2 + am+1 - 3am - am-1
⎛1 ⎞⎛1 1 ⎞ 1 2 p +3 1 3p 2 1+p
⎜ a2 p − 2 a⎟ ⎜ a3 − a p ⎟ a - a - a4 + a
⎝2 ⎠⎝2 5 ⎠ 4 10 5
16 Werk uit.
2
3x ( x + 2 ) + ( x + 3) ( x − 6 ) 3x 2 + 6x + x 2 - 6x + 3x - 18
= 4x 2 + 3x - 18
( )
x 2 + 3 ( x − 4 ) − ( x + 5) ( x − 1) x 3 - 4x 2 + 3x - 12 - (x 2 - x + 5x - 5)
= x 3 - 4x 2 + 3x - 12 - x 2 + x - 5x + 5 3
= x 3 - 5x 2 - x - 7
65x 2 − (7x + 8 y ) ( 8x − 3 y ) − 5 ( 8x − 7 y )
65x 2 - (56x 2 - 21xy + 64xy - 24y 2) - 40x + 35y
4
= 65x 2 - 56x 2 + 21xy - 64xy + 24y 2 - 40x + 35y
= 9x - 43xy + 24y - 40x + 35y

2 2
⎛1 ⎞ 3 7
4 ⎜ x − 5 y ⎟ ( 4 x + 2 y ) − x ( 5x − 3 y ) + y 2
⎝2 ⎠ 4 3
2 2 15 9 7
2 x + xy - 20 xy - 10y - x2 + xy + y2
4 4 3
8 - 15 4 - 80 + 9 -30 + 7
= x2 + xy + y2
5
4 4 3
-7 67 23
= x2 - xy - y2
4 4 3
4 VEELTERMEN
(
0, 2 xy + ( 0, 3x − 5y ) ( 0, 3x + 5y ) − 7, 2 x 2 − 5xy − 1, 2 y 2 )
1

0,2xy + 0,09x 2 + 1,5xy - 1,5xy - 25y 2 - 7,2x 2 + 5xy + 1,2y 2
= 5,2xy - 7,11x 2 - 23,8y 2
( ) ( )
( 2 x − 3) 4 x 2 − 3x + 5 − 1 − 7x 2 ( − x + 1)
8x 3 - 6x 2 + 10x - 12x 2 + 9x - 15 - (-x + 1 + 7x 3 - 7x 2)
= 8x 3 - 6x 2 + 10x - 12x 2 + 9x - 15 + x - 1 - 7x 3 + 7x 2
2 = x 3 - 11x 2 + 20x - 16
17 Bereken.
⎛1 ⎞
3
1
( 5x ) 25x2 x6
2
⎜ x 2 ⎟
⎝4 ⎠ 64
3
-1 3
⎛ −1 ⎞
( )
4
⎜ y⎟ y 2 y 2 16y 8
⎝ 3 ⎠ 27
3
-8
( ) ⎛ −2 4 ⎞
2
−2 a3 4a6 ⎜ a ⎟ a12
⎝ 3 ⎠
3
27
18 Werk uit.
3
8
( ) ⎛2 ⎞
3
2 ab 2 8a3b6 − ⎜ a4 b 5 ⎟ - a12 b15
⎝7 ⎠ 343

( ) ( )
4 3
−3a2 b 81a8b4 − −3xy 2 27x 3y 6
4

4
16
⎛2 ⎞
( )
3
⎜ xy 2 ⎟ x 4y 8 −3x 3 y 4 -27x 9y 12
⎝5 ⎠ 625

( ) ( )
2 4
− 5xy 4 = -25x 2y 8 − 0,1ab 2 = 0,000 1a4b8

5
3
27
( ) ⎛ −3 2 ⎞
5
−2 a2 b -32a10b5 − ⎜ x y⎟ x 6y 3
1
⎝ 2 ⎠ 8

( ) ( )
3 2
− 4 x 2 y 3 -64x 6y 9 − −5a2 b 3 -25a4b6

19 Werk de haakjes weg en schrijf met een positieve exponent.
2
1 1 1 1 1 1
( )
−6
( 2 ab )
−3
· · 2 ab 2 · ·
6
8 a3 b3 64 a b12
1 1
= =
8a3 b3 64 a 6 b12
−5
1 1 1 ⎛ −1 ⎞ 1
( −3ab )
−4 15
· · ⎜ a −3 b ⎟ -100 000 · a ·
81 a 4
b 4 ⎝ 10 ⎠ b5
1 -100 000a15
= =
81a 4 b4 b5
1 1 1
( ) ( )
−3 6 −4
− x −2 y -x · − 0, 5xy 3 -16 · ·
3 4
y x y 12
=
-x 6
y 3
=
-16
x 4 y 12 3
20 Werk uit.
3
1
⎛1 ⎞
( )
4
⎜ am ⎟ a3m −5x m−1 625x 4m-4
⎝2 ⎠ 8
2
9
( ) ⎛3 ⎞
m
x 6m
4
3a3 b 3ma3mbm ⎜ x 3m ⎟
⎝4 ⎠ 16
2
25
⎛5 ⎞
( )
5
⎜ am b 3 ⎟ a 2 m b6 3a4m 243a20m
⎝3 ⎠ 9
5
4 VEELTERMEN
21 Een rechthoek heeft 8x 4 en 2 x 2 als afmetingen.
1
Bereken de zijde van een vierkant dat dezelfde oppervlakte heeft als de rechthoek.
8x 4
2x 2
AcVTYeY`V\ = l · b = 8x 4 · 2x 2 = 16x 6
AgZVc\R_e = z2 = 16x 6
z = 4x 3
2 5VkZ[UVgR_YVegZVc\R_eZd%x 3.
22 Werk uit.
6 · x6 9 · a 4 · b5 3
( )
6 x6 : 2 x 3
2 ·x 3
= 3x 3 (
9a4 b 5 : 12 a2 b 3 ) 2
12 · a · b 3
=
4
a2 b2
4 · a2 −6bc 2 6 · b · c2
4a2 : ( 2 a ) = 2a = c
2 ·a −6bc 6 ·b ·c
−5 · b3 -5 -35 · a3 · x 2
(
5b 3 : −2 b 2 ) = b −35a3 x 2 : 5ax 2 ( ) = -7a2
3
2
2 ·b 2
2 5 ·a ·x
-6 · a 8
-4 · x 3 · y 2 -4

−6a8
3a 4

3 · a4
= -2a 4 (
− 4 x 3 y 2 : 7x 2 y ) 7 · x2 · y
=
7
xy
2
· b3 10 · x 5 · y 3
(
15a2 b 3 : − ab 2 ) -15 · a =-15ab
(
−10 x 5 y 3 : −5x 4 y 3 ) 5 · x4 · y3
= 2x
a · b2
3 · a3 · b 3 −12 x 5 y -12 · x 5 · y
3a3 b : ( 4ab ) = a2 3
= -4x 2y
3
4 ·a ·b 4 3x 3 ·x
23 De hoogte van een balk is a en de diepte is 2a .
4 Bereken de breedte van de balk als de inhoud 6a3 is.
2a
I = b · d · h 6a3 : (2a2) = b
6a3 = b · 2a · a 3a = b
6a3 = 2a2· b
5 5VScVVUeVgR_UVSR]\Zd$a.
24 Bereken het quotiënt van de eentermen.
−10 p 5 q 3 : 0, 4 p 2 q 2

-10 · p 5 · q3
( )
= -25p q 3
0, 64 x 2 y 2 : ( −1, 6 xy )

-0, 64 · x 2 · y 2
= -0,4xy
1
0, 4 · p 2 · q 2 1, 6 · x · y
⎛1 ⎞ −1 4 3 ⎛ −3 2 2 ⎞
5a2 x 2 : ⎜ a2 x ⎟ p q :⎜ p q ⎟
⎝5 ⎠ 2 ⎝ 5 ⎠
5 · 5 · a2 · x 2 1 · 5 · p4 · q3 5
= = 25x = = p 2q
2 2 2
a ·x 2 ·3 · p · q 6
3 4 2 ⎛1 3 2⎞ 2 3 4 ⎛ 4 4⎞
x y :⎜ x y ⎟ x y : ⎜ xy ⎟
4 ⎝5 ⎠ 3 ⎝7 ⎠

3 · 5 · x4 · y2
4 · x ·y 3 2
=
15
4
x
2 · 7 · x3 · y 4
3 ·4 · x ·y 4
=
7
6
x2
2
25 Werk uit.
2 a2 ⋅ 5a2 b 10a4b
(
8xy 3 : −2 xy 2 ) -4y
3
−3x 2 y ⋅ −2 xy 2( ) 6x 3y 3
(
2, 5a3 b 4 : − 0, 5ab 2 -5a2b2 )
5a2 b ⋅ 4ab 2( )
2
5a2b · 16a2b4
4
= 80a4b5
-1 2
(4xy ) −1 2
2 2 4
2
⋅ x y 16 x y · x y
3 3
-16
= x 4y 5
3
5
4 VEELTERMEN
( )
( −3ax ) : 5a2 x 9a2x 2 : (5a2x)
2
1 =
9
5
x
( ) : ( 4 xy )
3
2 x 2 y 8x 6y3 : (4xy)
= 2x 5y 2
( −2 xy ) ⋅ (2 x y )
3 2
2 2
-8x 3y 6 · 4x 4y2
= -32x 7y 8
2 ( −20 x y ) : ( −2 xy )
4 3
2 3
400x 8y 6 : (-8x 3y 3)
= -50x 5y 3
( −2a b )
2
2 5
⋅ 2 ab 2 ⋅ b 3 4a4b10 · 2ab2 · b3
= 8a5b15
3 2
⎛ −2 3 2 ⎞ ⎛ −1 3 ⎞ -8 1
3
⎜ a b ⎟ ⋅⎜ b ⎟ a 9 b6 · b6
⎝ 7 ⎠ ⎝ 3 ⎠ 343 9
-8
= a 9 b12
3 087
5
Respecteer de afspraak in verband met de volgorde van de bewerkingen.
Werk volgens de volgorde van de bewerkingen.
Bereken eerst de machten van de eentermen.
INOEFENOPDRACHTEN
Opdrachtentabel
1
1 2 3 4 5 6 7 8 9
1 Werk uit.
9 ⋅ y ⋅ 5 45y −7a2 ⋅ ( −2 ) 14a2
−5m ⋅ 4 -20m
3x ⋅ ( −5) -15x

−r 3 ⋅ 4 -4r 3
(
−3a2 ⋅ −5a3 15a5 )
2
−5a ⋅ ( − 4 ) 20a ( )
2 x 3 ⋅ − x 2 -2x 5
4 x 3 ⋅ ( −1) -4x 3 −7b 3 ⋅ 4b 3 ⋅ 3b -84b7
6 y 2 ⋅ 6 36y 2 ( )
8 y 2 ⋅ 4 y ⋅ − y 3 -32y 6
2
3
Werk uit.
3 ⋅ ( y − 5) 3y - 15 (
5 ⋅ 3b 2 − 2 b 15b2 - 10b )
(
− 4 ⋅ − x 2 − 2 4x 2 + 8 ) (
−1 ⋅ −3x − 2 x 2 ) 3x + 2x 2
3 ⋅ ( − b + 7) -3b + 21 (
4 ⋅ 6 y 3 − y 2 ) 24y 3 - 4y 2
(a 3
)
− 6 ⋅ 4 4a3 - 24 ( 5x 2
)
− 5x ⋅ ( −1) -5x 2 + 5x
(x 2
)
+ 4 ⋅ ( −3) -3x2 - 12 ( −b 2
)
+ 4b ⋅ ( −2 ) 2b2 - 8b
(b 2
)
− 1 ⋅ ( −1) -b2 + 1 ( −2a + 4a ) ⋅ 3 3
-6a + 12a3
4

3 Werk uit.
(
−2 x ⋅ −2 x 2 − 3 ) ( −3a + a ) ⋅ 3a3
( −b 2
)
+ 3 ⋅ ( −5b ) (
x ⋅ − x 2 − 2 x )
(
5y ⋅ 2 y 3 − 1 ) ( −b 2
)
+ b ⋅ ( −b)
zie bijlage 1
5
B
1 -2x · (-2x 2 - 3)
= 4x 3 + 6x
2 (-b2 + 3) · (-5b)
= 5b3 - 15b
3 5y · (2y 3 - 1)
= 10y 4 - 5y
4 (-3a + a3) · 3a
= -9a2 + 3a4
5 x · (-x 2 - 2x)
= -x 3 - 2x 2
6 (-b2 + b) · (-b)
= b 3 - b2
4 VEELTERMEN
4 Werk uit.
( ) ( −2b )( )
1
3 y 2 ⋅ 4 y 3 − 5 3
+ 4b ⋅ −3b 2
(
− 4 x 2 ⋅ −2 x 4 + 4 ) ( −a 3
+ a2 − a ⋅ a2 )
( −5b 2
)( )
+ 1 ⋅ − b3 (
3x 3 ⋅ −3x 2 − 2 x + 1 )
zie bijlage 2
5 Werk uit.
3 ⋅ ( y − 5) + 1 (b 3
− 4b ⋅ 5 − 2 )
1 + 5 ⋅ x 2 − 3( ) 4 − 2 ⋅ − a2 + a − 1 ( )
2 ( −b 2
)
+ 4 ⋅ ( −2 ) − 5 6 − 5x ⋅ −2 x 2 + 3 ( )
zie bijlage 3
6 Werk uit.
( x + 4 ) ⋅ ( x + 5) ( −3x + 2 ) ⋅ ( −2 x + 3)
( b + 3) ⋅ ( b − 3) (2 b + 3) ⋅ (2 b − 1)
( y + 1) ⋅ ( y + 4 ) ( −a + 2 ) ⋅ (a + 2 )
zie bijlage 4
3 7 Werk uit.
(y 3
)(+ 3 ⋅ y2 + 2 ) ( 3b 3
− 4b 2 ⋅ 5b 2 − 2 b )( )
( x + 3) ⋅ ( x
2 2
−2 ) ( −a 2
+ 2 a − 1 ⋅ −2 a2 + 1 )( )
(b 2
)(
+ 4 ⋅ b2 − 4 ) ( −3x 2
)(
+ 5 ⋅ −3x 2 + 5 )
zie bijlage 5
8 Bereken.
(2 a)2 ( −2 x )
2
4a2 3
4x 6
4 (3a)3 27a3 ( −3x ) 2

3
-27x6
( −2 x )2 ( )
2
4x2 − 2 b 3 -4b6
( −3x )3 ( )
3
-27x3 − 3b 2 -27b6
(2a ) ( )
2 2
3
4a6 − −2 b 3 -4b6
( 3a ) ( )
3 3
2
27a6 − −3b 2 27b6
5
B
1 3y 2 · (4y3 - 5)
= 12y 5 - 15y 2
2 -4x 2 · (-2x 4 + 4)
= 8x 6 - 16x 2
3 (-5b2 + 1) · (-b3)
= 5b5 - b3
4 (-2b3 + 4b) · (-3b2)
= 6b5 - 12b3
5 (-a3 + a2 - a) · a2
= -a5 + a4 - a3
6 3x 3 · (-3x 2 - 2x + 1)
= -9x 5 - 6x 4 + 3x 3
C
1 3 · (y - 5) + 1
= 3y - 15 + 1
= 3y - 14
2 1 + 5 · (x 2 - 3)
= 1 + 5x 2 - 15
= -14 + 5x 2
3 (-b2 + 4) · (-2) - 5
= 2b2 - 8 - 5
= 2b2 - 13
4 (b3 - 4b) · 5 - 2
= 5b3 - 20b - 2
5 4 - 2 · (-a2 + a - 1)
= 4 + 2a2 - 2a + 2
= 6 + 2a2 - 2a
6 6 - 5x · (-2x 2 + 3)
= 6 + 10x 3 - 15x
D
1 (x + 4) · (x + 5)
= x · x + x · 5 + 4 · x + 4 · 5
= x 2 + 5x + 4x + 20
= x 2 + 9x + 20
2 (b + 3) · (b - 3)
= b · b - b · 3 + 3 · b - 3 · 3
= b2 - 3b + 3b - 9
= b2 - 9
3 (y + 1) · (y + 4)
= y · y + y · 4 + 1 · y + 1 · 4
= y 2 + 4y + y + 4
= y 2 + 5y + 4
4 (-3x + 2) · (-2x + 3)
= 3x · 2x - 3x · 3 - 2 · 2x + 2 · 3
= 6x 2 - 9x - 4x + 6
= 6x 2 - 13x + 6
5 (2b + 3) · (2b - 1)
= 2b · 2b - 2b · 1 + 3 · 2b - 3 · 1
= 4b2 - 2b + 6b - 3
= 4b2 + 4b - 3
6 (-a + 2) · (a + 2)
= -a · a - a · 2 + 2 · a + 2 · 2
= -a2 - 2a + 2a + 4
= -a2 + 4
E
1 (y 3 + 3) · (y 2 + 2)
= y 5 + 2y 3 + 3y 2 + 6
2 (x 2 + 3) · (x 2 - 2)
= x 4 - 2x 2 + 3x 2 - 6
= x4 + x2 - 6
3 (b2 + 4) · (b2 - 4)
= b4 - 4b2 + 4b2 - 16
= b4 - 16
4 (3b3 - 4b2) · (5b2 - 2b)
= 15b5 - 6b4 - 20b4 + 8b3
= 15b5 - 26b4 + 8b3
5 (-a2 + 2a - 1) · (-2a2 + 1)
= 2a4 - a2 - 4a3 + 2a + 2a2 - 1
= 2a4 + a2 - 4a3 + 2a - 1
6 (-3x 2 + 5) · (-3x 2 + 5)
= 9x 4 - 15x 2 - 15x 2 + 25
= 9x 4 - 30x 2 + 25
INOEFENOPDRACHTEN
9 Bereken.
⎛4 ⎞
2
16
( 0,1x )3
1
0,001x 3 ⎜ b 4 ⎟ b8
⎝5 ⎠ 25
1 6
3
( ) ⎛ −1 ⎞
2
− − 0, 03b 3
-0,000 9b
6
− ⎜ a2 ⎟ a
⎝ 3 ⎠ 27
36 6
2
( ) ⎛ −6 3 ⎞
3
− 0 , 2 a2 -0,008a6 ⎜ x ⎟ x
⎝ 7 ⎠ 49
5
4 VEELTERMEN
Europese Kangoeroe
1 1
Reken- en wiskundewedstrijd
We beschouwen zes opeenvolgende even natuurlijke getallen.
Het derde getal noemen we x.
Waaraan is de som van de zes getallen gelijk?
A 6x + 4 B 6x − 2 C 6x + 6 D 6x − 6 E 6x + 2
2 In de vermenigvuldiging hieronder stelt elk van de letters K, L, M, N en P een cijfer voor.
2
Dezelfde letters stellen dezelfde cijfers voor. Welk cijfer stelt M voor?
4 = KLMNP4 4KLMNP
A 0 B 1 C 2 D 5 E 6
3 Vijf papegaaien zitten in een kooi. Gemiddeld hebben ze 50 euro gekost. Tijdens het voe-
deren gaat één van de duurdere papegaaien vliegen. Nu zijn ze nog met vier en gemiddeld
kosten die vier papegaaien 40 euro.
Wat was de prijs van de weggevlogen papegaai?
3
A 60 euro B 70 euro C 80 euro D 90 euro E 100 euro
4 In de hoeken van driehoek ABC zijn de getallen 1, 3 en 5 geschreven. We maken een

nieuwe driehoek door in elke hoek de som van de getallen te schrijven die in de twee
andere hoeken stonden. Zo ontstaat de driehoek met de getallen 8, 4 en 6 in de hoeken.
We doen dit hierna nog 1001 keer. Daarna trekken we het getal dat in hoek B staat af
van het getal dat in hoek A staat.
Welk getal vinden we?
C
1
4 C
8
A
3 5
B
6 4
A B ...
A −2004 B −2 C 2 D 1002 E 2004
5
VRAGEN EN ANTWOORDEN
Vragen en antwoorden
Met deze vragen en antwoorden kun je de leerstof over dit hoofdstuk herhalen. Het is
voor jou een goede test om te weten of je de leerstof kent. 1
Begin bij nummer 1.
1 Welke van de volgende lettervormen zijn geen veeltermen?
−4 x 3 0, 25ab
a −x 2 9
x −2
y
9

5a
3b
9
2
2a
Controleer je antwoord in 23.
2 Goed zo!
Ga naar 6.
3 Vul in.
In de eenterm −4 x 3 is −4 de coëfficiënt en x 3 het letterdeel.
Ga naar 18.
4 Vul in.
3a2 + a3 − 7 + 2 a is een veelterm van de derde graad in a .
Rangschik deze veelterm naar de dalende machten van a .
a3 + 3a2 + 2a - 7
3
5 Welke van de volgende eentermen zijn gelijksoortige eentermen?
9
3a 2
en 2 a2
2 b 3 en 2b 2
9
2 ab 3
en 3ab 3
p 4 q en 3pq 4
9
8x y
4 3
en − 3x 4 y 3
Ga naar 12.
6 Bereken. 4
( ) ( )

2 a 3 ⋅ 3a 4 15ax 2 ⋅ − 4a3 x 36a4 b 3 : 9ab 2
6a7 -60a4x 3 4a3b
( ) ( )

2 x ⋅ 3x 2 ⋅ −5x 3 8b6 : (2b 2 ) −24 x 9 y 7 : −3x 5 y 7

-30x 6 4b4 8x 4
5
4 VEELTERMEN
7 Je antwoord is juist.
1
Ga naar 25.
8 Bereken.
3 ⋅ ( −2 − b )

(a 2
)
+ 3a − 5 ⋅ ( −2 a ) ( 3 x − 4 ) ( 2 + 5x )
= − 6 − 3b = −2 a3 − 6a2 + 10 a = 6 x + 15x 2 − 8 − 20 x
= −14 x + 15x 2 − 8
Ga naar 17.
9 Je antwoord is fout.
Het minteken voor de haakjes slaat op beide termen.
2
Ga terug naar 20.
10 Rangschik deze veelterm naar de dalende machten van a .
a 3 + 3a 2 + 2 a − 7
Ga naar 14.
Vermenigvuldig elke term van de eerste tweeterm met elke term van de tweede.
Ga terug naar 21.
12
3
Herleid.
1 1
−c + 3c − 5c − 4m + 3n − 2n − 3m p + 7q − p − 4 q
4 4
= -3c -7m+n 3q
a 2 − 3a 2
= 1a2 − 3a2
4 = (1 − 3) a2
-2a2
Ga terug naar 20.
14 Bereken de getalwaarde van de veelterm 3a2 + 2 ab − b 3 voor a = 3 en b = −1.
3 · 32 + 2 · 3 · (-1) - (-1)3
= 3 · 9 - 6 - (-1)
= 27 - 6 + 1
5 = 22
VRAGEN EN ANTWOORDEN
Let op de tekens.
16 Je antwoord is juist.
Ga terug naar 21.
1
Einde.
17 Vink de juiste oplossing aan.

4
⎛ −2 2 ⎞
⎜⎝ 3 a b ⎟⎠ =
−16 8 4

2
a b Ga naar 22.
81
16 6 5
a b Ga naar 29.
81
16
9

81
a b 8 4
Ga naar 16.
18 Vul in.
3a2 + a3 − 7 + 2 a is een veelterm van de derde graad in a.
19 Welke van de volgende eentermen zijn gelijksoortige eentermen? 3

9
3a 2
en 2 a2
2 b 3 en 2b 2 9
2 ab 3
en 3ab 3
p 4 q en 3pq 4
9 8x 4 y 3 en − 3x 4 y 3
(a 2
) (
− 1 − 3a 2 + 7 )
4
= a 2 − 1 − 3a 2 − 7
= −3a2 − 8 Ga naar 13.
(a 2
) (
− 1 − 3a 2 + 7 )
= a − 1 − 3a + 7
2 2
= −2 a2 + 6 Ga naar 9.
(a
9 2
) (
− 1 − 3a 2 + 7 )
= a − 1 − 3a − 7
2 2
= −2 a2 − 8 Ga naar 2.
5
260 4 VEELTERMEN
( 3a − 5 ) ( 2 a + 3 )
1

= 6a2 − 15 Ga naar 11.
( 3a − 5 ) ( 2 a + 3 )
9
= 6a2 + 9a − 10 a − 15
= 6a2 − a − 15 Ga naar 7.
( 3a − 5 ) ( 2 a + 3 )
= 6a2 + 9a + 10 a + 15
= 6a2 + 19a + 15 Ga naar 15.
2 22 Je antwoord is fout.
Bepaal bij een negatieve coëfficiënt eerst het teken.
Ga terug naar 17.
23 Welke van de volgende lettervormen zijn geen veeltermen?
−4 x 3 0, 25ab
9
x −2
y
5a a −x2
9

3b
9
2a
3 Veeltermen zijn lettervormen waarbij geen letters voorkomen onder het wortelteken, de
letters komen alleen voor in een teller en ze hebben een natuurlijke exponent.
Ga naar 26.
24 Bereken de getalwaarde van de veelterm 3a2 + 2 ab − b 3 voor a = 3 en b = −1 .
3 ⋅ 32 + 2 ⋅ 3 ⋅ ( −1) − ( −1)
3
= 3 ⋅ 9 − 6 − ( −1)
= 27 − 6 + 1
= 22 Ga naar 19.
4 25 Bereken.
3 ⋅ ( −2 − b )

(a 2
)
+ 3a − 5 ⋅ ( −2 a ) ( 3 x − 4 ) ( 2 + 5x )
= -6 - 3b -2a3 - 6a2 + 10a 6x + 15x 2 - 8 - 20x

= Controleer
-14x + je15x 2
- 8
antwoord in 8.
26 Vul in.
In de eenterm −4 x 3 is −4 de coëfficiënt
en x 3 het letterdeel.
5
VRAGEN EN ANTWOORDEN 261
27 Herleid.
1 1
1
−c + 3c − 5c − 4m + 3n − 2n − 3m p + 7q − p − 4 q
4 4
= −3c = −7m + n
= 3q
Ga naar 20.
28 Bereken.
2 a 3 ⋅ 3a 4

(
15ax 2 ⋅ −4a3 x ) (
36a4 b 3 : 9ab 2 )
= 6a 7
= −60 a4 x 3 = 4 a3 b
(
2 x ⋅ 3x 2 ⋅ −5x 3 ) 8b6 : (2b 2 ) (
−24 x 9 y 7 : −3x 5 y 7 )
= −30 x 6
= 4b 4
= 8x 4
Ga naar 21.
2
Om een macht tot een macht te verheffen, behoud je het grondtal en vermenigvuldig
je de exponenten.
Ga terug naar 17.
5
262 4 VEELTERMEN
Herhaling: voor wie iets meer wil

1 Opdrachtentabel
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20
21 22
2 1 Bereken de getalwaarde en vul het rooster in.
Horizontaal Verticaal
a b x y
1 2 a + 9b –5 3 1 x4 y 2 − 7 –1 5
1 2
2 a3 − b 3 3 –1 2 x − xy + 5y 2 4 –6
2
2 a 2 b − 7b 3 − 1
3
3 –1 –2 3 − xy + 1,1y 2 –0,3 7
(a 2
) 4
+ 2b ⋅ b + 2
3
1 7,5 4 x 2 − 2 y − 3xy 8 –2,5
6 5a2 b 2 − 2 ab 2 + ab –3 –2 3x 2 − 5xy + 2 y 3 –5 1
− a3 − 2 ab 3 + 7b 4 –5 –1 x2 y 3 − 5 4 1
1
1 7
4 2
2 8
5
3
5
4
1
1 1 6 2
6 7
2 1 0 9
8
1 2 2
5
VOOR WIE IETS MEER WIL 263
2 De lengte van een rechthoekig terras is 5 meter langer dan het dubbel van de breedte.
1
Schrijf een formule voor de omtrek van het terras.
Werk de haakjes weg en herleid.
Schrijf een formule voor de oppervlakte van het terras.

Werk de haakjes weg en herleid.
Bereken de omtrek en de oppervlakte van het terras als de breedte 7 meter is.
Bereken de omtrek en de oppervlakte van het terras als de breedte 13 meter is.
Bereken de oppervlakte van het terras als de omtrek 46 meter is.

zie bijlage 1
3 Een machine die tennisballen afschiet, is zodanig afgesteld dat de hoogte die het balletje
bereikt, kan berekend worden met de formule h = 1 + 0, 9vt − 4, 9t 2 . Hierbij is h de hoogte
in meter, v de snelheid bij het afschieten in meter per seconde en t de tijd in seconden.
Een balletje wordt afgeschoten met een snelheid van 20 m/s . Hoe hoog is het balletje
na 1 s , 2 s , 3 s ?
2
Een balletje heeft na 2 s een hoogte van 12 m . Met welke snelheid werd het balletje
afgeschoten?
Verklaar waarom een balletje, dat met een snelheid van 20 m/s wordt afgeschoten,
minder dan 4 s in de lucht is.
zie bijlage 2
4 Herleid.
7a − 3 − 12 a + 8

1 2 7
x − x+
1
x − x2
5,1y 2 + 3, 2 − 7,1y + 1,7 y 2 − 5

−2 5
t + 2t 2 − 8 − t 2 + t −
1
3
2 5 10 3 4 8
−3,7b 2 − 1, 9b 3 + 4b 2 + 2, 6b 3 − 0, 3b 2 −2 z 2 − 11z + z 3 + 3z − z 3 + 13z 2

zie bijlage 3
5 Herleid.
1 1 4 5
x + 2y − 4 + x − y − x
3 2 5 6
1, 5x + 1,7 − 2, 4 y + 2, 5x − 0,7 y + 2, 4
2 a2 + 5b + 3 − a2 + 3b − 5 4
2 pq 2 − 3 p 2 q − 4 p 3 + p 3 − p 2 q − 3 p 2 q
−1 1 1 1 1 5
+ ax − a2 x 2 − ax + a2 x 2 +
9 10 4 3 5 6
4, 3a2 b − 1,7ab 2 + 2, 2 ab − 5,1ab 2 − 0, 9a2 b − ab

zie bijlage 4
5
263a
l = 2b + 5
1 O = 2 · (l + b)
= 2 · (2b + 5 + b)
= 2 · (3b + 5)
= 6b + 10
2 A = l · b
= (2b + 5) · b
= 2b2 + 5b
3 b = 7 O = 6 · 7 + 10 = 42 + 10 = 52
en A = 2 · 72 + 5 · 7 = 2 · 49 + 35 = 98 + 35 = 133
5V`êcV\Zd&#^V_UVàaVcg]R\eV"$$^2.
b = 13 O = 6 · 13 + 10 = 78 + 10 = 88
en A = 2 · 132 + 5 · 13 = 2 · 169 + 65 = 338 + 65 = 403
5V`êcV\Zd))^V_UVàaVcg]R\eV%!$^2.
4 O = 46 6b + 10 = 46 6b = 36
b = 6
b = 6 A = 2 · 62 + 5 · 6
= 2 · 36 + 30
= 72 + 30
= 102
5VàaVcg]R\eVZd"!#^2.
C
1 h = 1 + 0,9 · 20t - 4,9t2
= 1 + 18t - 4,9t2
t = 1 h = 1 + 18 · 1 - 4,9 · 12
= 1 + 18 - 4,9 = 14,1
t = 2 h = 1 + 18 · 2 - 4,9 · 22
= 1 + 36 - 19,6 = 17,4
t = 3 h = 1 + 18 · 3 - 4,9 · 32
= 1 + 54 - 44,1 = 10,9
Na 1 s is het balletje 14,1 m hoog, na 2 s 17,4 m en na 3 s 10,9 m.
2 h = 1 + 0,9vt - 4,9t2
t = 2 en h = 12 12 = 1 + 0,9 · v · 2 - 4,9 · 22
12 = 1 + 1,8v - 19,6
12 - 1 + 19,6 = 1,8v
30,6 = 1,8v
30,6 : 1,8 = v
17 = v
De snelheid van het balletje is 17 m/s.
3 h = 1 + 0,9vt - 4,9t2
v = 20 en t = 4 h = 1 + 0,9 · 20 · 4 - 4,9 · 42
= 1 + 72 - 4,9 · 16
= 73 - 78,4
= -5,4
?R%dZdUVY``XeVgR_YVeSR]]Ve[V\]VZ_VcUR_!^
5fdkR]YVeSR]]Ve[VUVXc`_UcR\V__R^Z_UVcUR_%d
D
1 7a - 3 - 12a + 8
= -5a + 5
1 7 1
2 x2 - x + x - x2
2 5 10
1- 2 -14 + 1
= x2 + x
2 10
-1 13
= x2 - x
2 10
3 -3,7b2 - 1,9b3 + 4b2 + 2,6b3 - 0,3b2
= 0,7b3
4 5,1y 2 + 3,2 - 7,1y + 1,7y 2 - 5
= 6,8y2 - 1,8 - 7,1y
-2 5 1
5 t + 2t 2 - 8 - t 2 + t -
3 4 8
-8 + 15 -64 - 1
= t + t2 +
12 8
7 65
= t + t2 -
12 8
6 -2z2 - 11z + z3 + 3z - z3 + 13z2
= 11z2 - 8z
E
1 1 4 5
1 x + 2y - 4 + x - y - x
3 2 5 6
2 + 3 - 5 10 - 4
= x + y - 4
6 5
6
= y - 4
5
2 1,5x + 1,7 - 2,4y + 2,5x - 0,7y + 2,4
= 4x + 4,1 - 3,1y
3 2a2 + 5b + 3 - a2 + 3b - 5
= a2 + 8b - 2
4 2pq 2 - 3p 2q - 4p 3 + p 3 -p 2q - 3p 2q
= 2pq 2 - 7p 2q - 3p 3
-1 1 1 1 1 5
5 + ax - a2 x 2 - ax + a2 x 2 +
9 10 4 3 5 6
-2 + 15 3 - 10 -5 + 4
= + ax + a2 x 2
18 30 20
13 7 1
= - ax - a2 x 2
18 30 20
6 4,3a2b - 1,7ab2 + 2,2ab - 5,1ab2 - 0,9a2b - ab
= 3,4a2b - 6,8ab2 + 1,2ab

264 4 VEELTERMEN
6 Herleid.
1
6an − 3an−4 + 7an
−9x p + x p −3 − x p + 17x p −3
−2 + 3b m − 8b + 11 − b m − 9 + 13b
−2 m+2 1 m 1 m+2
a − a + a − am
3 8 6
1, 5x 3m − 2, 2 x m+3 − 1, 9x m+3 − 2,7x 3m
1,75a2 p − 3, 5a3 + 2,75a2 p − 1, 25 + 3, 5a3

zie bijlage 5
2
De letters A, B en C stellen veeltermen voor.
A 3 x 3 − 5x 2 + 2 x − 7
B 2, 5x 3 − 0, 25x + 0, 5
−2 2 1 1
C x + x+
3 4 3
Bereken.
3
A + B − B + C A + B + C
A − B C − A C − A + B
zie bijlage 6
8 Werk uit.
( 3x 2
) (
− 2 xy + 3 y 2 − 3 y 2 − x 2 + 5xy )
( ) (
− 0, 5ab − a2 + 1, 5 + −2 + a2 − 3, 5ab )
⎛ −1 3 1 2 3 ⎞ ⎛ −3 2 3 1 2 ⎞
⎜ y − x y + xy 2 ⎟ − ⎜ + y − xy + x 2 y ⎟
⎝ 3 2 4 ⎠ ⎝ 4 3 4 ⎠
4 ( ) ( ) (
− 0, 3a3 b + 0, 2 ab 2 − −0, 5ab 2 + 0, 6a3 b + 0, 4a3 b − ab 3 )
(6xy 2
) ( ) (
− 4 x 2 y + − xy 2 − 3x 2 y − −5x 2 y + 3xy 2 )
⎛1 1 ⎞ 3 ⎛ −1 1 ⎞ ⎛ −1 ⎞
− ⎜ a3 + ab 2 − b ⎟ + ab 2 + ⎜ b + a3 ⎟ − ⎜ a3 + 4b ⎟
⎝2 2 ⎠ 4 ⎝ 3 4 ⎠ ⎝ 2 ⎠
zie bijlage 7
5
264a
1 6an - 3an-4 + 7an
= 13a n - 3a n-4
2 -9x p + x p-3 -x p + 17x p-3
= -10x p + 18x p-3
3 -2 + 3bm - 8b + 11 - bm - 9 + 13b
= 2bm + 5b
-2 1 1
4 a m+2 - am + a m+2 - a m
3 8 6
-4 + 1 -1 - 8
= a m+2 + am
6 8
-1 9
= a m+2 - am
2 8
5 1,5x3m - 2,2xm+3 - 1,9xm+3 - 2,7x3m
= -1,2x 3m - 4,1x m+3
6 1,75a2p - 3,5a3 + 2,75a2p - 1,25 + 3,5a3
= 4,5a2p - 1,25
264b
1 A + B = 3x 3 - 5x 2 + 2x - 7 + 2,5x 3 - 0,25x + 0,5
= 5,5x 3 - 5x 2 + 1,75x - 6,5
2 A - B = 3x 3 - 5x 2 + 2x - 7 - (2,5x 3 - 0,25x + 0,5)
= 3x 3 - 5x 2 + 2x - 7 - 2,5x 3 + 0,25x - 0,5
= 0,5x 3 - 5x 2 + 2,25x - 7,5
-2 1 1
3 -B + C = -(2,5x 3 - 0,25x + 0,5) + x2 + x +
3 4 3
-5 1 1 2 1 1
= x3 + x - - x2 + x +
2 4 2 3 4 3
-5 1+ 1 -3 + 2 2
= x3 + x + - x2
2 4 6 3
-5 1 1 2
= x3 + x - - x2
2 2 6 3
-2 1 1
4 C - A = x2 + x + - (3x 3 - 5x 2 + 2x - 7)
3 4 3
-2 1 1
= x2 + x + - 3x 3 + 5x 2 - 2x + 7
3 4 3
-2 + 15 1- 8 1 + 21
= x2 + x + - 3x 3
3 4 3
13 7 22
= x2 - x + - 3x 3
3 4 3
-2 1 1
5 A + B + C = 3x 3 - 5x 2 + 2x - 7 + 2,5x 3 - 0,25x + 0,5 + x2 + x +
3 4 3
-15 - 2 -42 + 3 + 2
= 5,5x 3 + x 2 + 2x +
3 6
17 37
= 5,5x 3 - x 2 + 2x -
3 6
D
Vervolg bijlage 6: opdracht 7 blz. 264
-2 1 1
6 C - A+ B = x2 + x + - (3x 3 - 5x 2 + 2x - 7) + 2,5x 3 - 0,25x + 0,5
3 4 3
-2 1 1
= x2 + x + - 3x 3 + 5x 2 - 2x + 7 + 2,5x 3 - 0,25x + 0,5
3 4 3
-2 + 15 2 + 42 + 3
= x2 + - 0,5x 3 - 2x
3 6
13 47
= x2 + - 0,5x 3 - 2x
3 6
E
1 (3x 2 - 2xy + 3y 2) - (3y 2 - x 2 + 5xy)
= 3x 2 - 2xy + 3y 2 - 3y 2 + x 2 - 5xy
= 4x 2 - 7xy
2 -(0,5ab - a2 + 1,5) + (-2 + a2 - 3,5ab)
= -0,5ab + a2 - 1,5 - 2 + a2 - 3,5ab
= -4ab + 2a2 - 3,5
⎛ -1 ⎞ ⎛ ⎞
3 ⎜ y 3 - 1 x 2y + 3 xy 2 ⎟ - ⎜ -3 + 2 y 3 - 1 xy 2 + x 2y ⎟
⎜ ⎟ ⎜ ⎟
⎝3 2 4 ⎠ ⎝4 3 4 ⎠
-1 1 3 3 2 1
= y3 - x 2y + xy 2 + - y3 + xy 2 - x 2y
3 2 4 4 3 4
-1 - 2 3
= -y 3 + x 2y + xy 2 +
2 4
3 3
= -y 3 - x 2y + xy 2 +
2 4
4 -(0,3a3b + 0,2ab2) - (-0,5ab2 + 0,6a3b) + (0,4a3b - ab3)
= -0,3a3b - 0,2ab2 + 0,5ab2 - 0,6a3b + 0,4a3b - ab3
= -0,5a3b + 0,3ab2 - ab3
5 (6xy 2 - 4x 2y) + (-xy 2 - 3x 2y) - (-5x 2y + 3xy 2)
= 6xy 2 - 4x 2y - xy 2 - 3x 2y + 5x 2y - 3xy 2
= 2xy 2 - 2x 2y
⎛1 1 2 ⎞ 3 ⎛ -1 1 3⎞ ⎛ -1 3 ⎞
6 - ⎜ a3 + ab - b⎟ + ab2 + ⎜ b + a ⎟ - ⎜ a + 4b⎟
⎝2 2 ⎠ 4 ⎝ 3 4 ⎠ ⎝ 2 ⎠
1 1 3 1 1 1
= - a3 - ab2 + b + ab2 - b + a3 + a 3 - 4b
2 2 4 3 4 2
-2 + 3 3 - 1 - 12 1
= ab2 + b + a3
4 3 4
1 10 1
= ab2 - b + a3
4 3 4
VOOR WIE IETS MEER WIL
9 Werk uit.
( ) ( )
1
− 7x n−1 + 5x n+2 − 4 x n+2 − 2 x n−1
( ) (
a p − −5a2 p − 1 − 7 − 8a2 p + 4a p )
⎛1 2 ⎞ 1 ⎛1 ⎞
⎜ b m+3 − b m ⎟ − b m+3 − ⎜ b m − 5b m+3 ⎟
⎝7 3 ⎠ 2 ⎝6 ⎠
( ) ( )
1, 6 y m − 1, 6 y 2 m − 1, 3 y m + 2, 4 y m − 0,7 y 2 m − 3, 4 y m
zie bijlage 8
10 Vul de tabel in.
A B A2 −3AB B2 A3 B3
−3a −2 a2 9a2 -18a3 4a4 -27a3 -8a6 2

−0, 5y 2y 0,25y 2 3y 2 4y 2 -0,125y 3 8y 3
1 3 −2 1 4 1 -8
b b b6 b4 b2 b9 b3
2 3 4 9 8 27
−4x 2 x4 16x 2 24x 5 4x 8 -64x 3 8x 12
3
−1 1 2 1 3 1 -1 1
t t t2 t3 t4 t3 t6
4 2 16 8 4 64 8
0,1z 3 −0, 4z 2 0,01z 6 0,12z 5 0,16z 4 0,001z 9 -0,064z 6
11 Vul in.
3
⋅ a2 −0, 32 a3
5
1 3
a3
4
a -0,2a3
5 25
= 0,12a3
⋅10a
25 -5
a6 a4 -2a4
9 3
−5 2 1
⋅ a + a4
3 3
5
B
1 -(7x n-1 + 5x n+2) - (4x n+2 - 2x n-1)
= -7x n-1 - 5x n+2 - 4x n+2 + 2x n-1
= -5x n-1 - 9x n+2
2 ap - (-5a2p - 1) - 7 - (8a2p + 4ap)
= ap + 5a2p + 1 - 7 - 8a2p - 4ap
= -3ap - 3a2p - 6
⎛1 2 m ⎞⎟ 1 m+3 ⎛1 ⎞
3 ⎜⎜ bm+3 - b ⎟ - b - ⎜⎜ bm - 5bm+3 ⎟⎟
⎝7 3 ⎠ 2 ⎝6 ⎠
1 2 1 1
= bm+3 - bm - bm+3 - bm + 5bm+3
7 3 2 6
2 - 7 + 70 -4 - 1
= bm+3 + bm
14 6
65 5
= bm+3 - bm
14 6
4 1,6y m - (1,6y 2m - 1,3y m) + (2,4y m - 0,7y 2m) - 3,4y m
= 1,6y m - 1,6y 2m + 1,3y m + 2,4y m - 0,7y 2m - 3,4y m
= 1,9y m - 2,3y 2m
266 4 VEELTERMEN
12 Werk uit.
1 ) )
−3 2
( (
4
5ab ⋅ a 6 xy 3 : −2 xy 2 − −3x 2 y
2
(3ab ) 2 3 1 2
( )
4 2
2
p q ⋅ pq − −2 ab 3
3 6
(
7a5 b 4 : −3a2 b 3 )
4 2 3 5
3
x y ⋅ xy
8
4a2 y 3 − 9a2 y 3
3
3 2 ⎛ −2 2 ⎞ 3 2 4 ⎛ −1 4 ⎞
xy − xy ⎜ x y⎟ p q :⎜ pq ⎟
5 3 ⎝ 3 ⎠ 7 ⎝ 2 ⎠
zie bijlage 9
13
2
De stapel is opgebouwd uit kubussen met ribbe a en ribbe 2a .
Schrijf de inhoud van de stapel als een eenterm.
3 zie bijlage 10
14 Werk uit.
−4
(5a b ) ⎛1 ⎞
−2
( −2 ab ) −5
−2
⎜ x 2 y −4 ⎟
⎝2 ⎠
−2
( ) ⎛ −3 −5 −1 ⎞
−3
(3xy )−3 − 4a−1b 3 ⎜
⎝ 4
x y ⎟
⎠
zie bijlage 11
15
4
Werk uit.
⎛ −1
⎝ 3
⎞
7am+3 ⋅ ⎜ a2 m−1 ⎟
⎠
− 8am+5 : 4am ( ) (
− 0, 3 y 4 n−6 ⋅ −1, 2 y 7 )
3
⎛1 ⎞
( − 0,1x ) ( )
4
⎜ b q−2 ⎟ 6q
0, 6 x 2 n+2 : 0, 3x 2
⎝3 ⎠
zie bijlage 12
5
266a
-3 4 5
1 5 ab · a2 7 x 2y 3 · xy
2 3 8
-15 5
= a3 b = x 3y 4
2 6
3
⎛ -2 2 ⎞
2 (3ab2)4 8 ⎜ x y⎟
⎝ 3 ⎠
= 81a4b8
-8
= x 6y 3
27
3 7a5b4 : (-3a2b3) 9 -(-3x 2y)4

-7 = -81x 8y 4
= a3 b
3
3 2
4 xy - xy 10 -(-2ab3)2
5 3
9 - 10 -1 = -4a2b6
= xy = xy
15 15
5 6xy 3 : (-2xy 2) 11 4a2y 3 - 9a2y 3
= -3y = -5a2y 3
2 1 3 ⎛ -1 ⎞
6 p 3q · pq 2 12 p 2 q 4 : ⎜⎜ pq 4 ⎟⎟
3 6 7 ⎝2 ⎠
1 -6
= p 4q 3 = p
9 7
C
D``ce\fSfd
Ribbe a 2a
2R_eR] 25 4
:_Y`fU"\fSfd a3 8a3
Totale inhoud 25a3 32a3
De totale inhoud van de stapel is 57a3.

D
1 (-2ab)-5
-1 -5 -5
= a b
32
2 (3xy)-3
1 -3 -3
= x y
27
3 (5a-2b)-2
1
= a 4 b-2
25
4 (-4a-1b3)-3
-1
= a3 b-9
64
−4
⎛1 ⎞
5 ⎜ x 2y -4 ⎟
⎜ ⎟
⎝2 ⎠
= 16x -8y 16
-2
⎛ -3 ⎞
6 ⎜ x -5 -1
y ⎟
⎜ ⎟
⎝ 4 ⎠
16
= x 10 y 2
9
266d
⎛ -1 ⎞
1 7 a m+3 · ⎜⎜ a2m-1 ⎟⎟
⎝3 ⎠
-7
= a3m+2
3
3
⎛1 ⎞
2 ⎜ bq-2 ⎟
⎜ ⎟
⎝3 ⎠
1
= b3q -6
27
3 -8am+5 : (4am)
= -2a5
4 (-0,1x 6q)4
= 0,000 1x 24q
5 -0,3y 4n-6 · (-1,2y 7)
= 0,36y 4n+1
6 0,6x2n+2 : (0,3x 2)
= 2x 2n
VOOR WIE IETS MEER WIL
16 Werk uit.
( 9a + 11a − 4 ) 13 a (3y − 3y + 4 y 2 − 5 )( )
1
2 3

⎛ −2 1 ⎞
( 0, 4x − 1, 2 ) ( −0, 3x − 5) −10 b ⎜ + b − 3b 2 ⎟
⎝ 5 2 ⎠
(5b − 10 ) ( −3b2 + 2 b − 8) ⎛ 2 1 ⎞⎛2 3 1 ⎞

⎜ 2 b − b ⎟ ⎜ b − ⎟
⎝ 4 ⎠⎝5 10 ⎠
⎛ −3 2 1 ⎞ ⎛ −1
⎜
⎝ 4
y − y⎟ ⎜
2 ⎠⎝ 3
⎞
y + 1⎟
⎠
( − 0,1x 2
)(
− 2 x 5x 4 − x 3 + x )
(
− 0, 5x 3 −1, 4 x 4 − 2, 6 x 2 + 3, 2 ) ( − 0,2a − 1,5a )( − 0,4a − 2a )
2 2
(6 a 2
)(
− 2 a + 3 0, 4a2 + 0, 5a ) (3,6b − 5,2b − 7)1,5b
4 3 2
zie bijlage 13
17 Werk uit. 2
1 3 ⎛ −2 2 1 ⎞ 1 4
x x − x⎟ − x
2 ⎜⎝ 3 4 ⎠ 12
(
0, 5b 2 − 1, 5b 0, 2 b 3 − 5b )
3a − a ( − a + 4 ) + 5a2
− y ( 5 − 3 y ) + 4 y ( −2 y − 7)
(
(
− −3x 4 − 5x 2 + 10 − 7x 2 x 3 − 8x
) (
0, 4b 6b 2 − 8b + 1 − 1, 5b 3 + 2, 3b 2 − 7, 5
) ( )
)
3
zie bijlage 14
18 Werk uit.
5a ( 3a + 2 b ) (−x 2
)
+ 4 xy − 7 y 2 ( −2 x − 3 y )
⎛ −4 2 3 5 ⎞
( 2 x + 5y ) ( 3x − 2 y ) 12 a3 b 2 ⎜
⎝ 3
a b + ab 2 − b 3 ⎟
4 2 ⎠
(2a )
+ ab − 3b 2 ( −2 a + b ) ( ab )(
− 3b −5a3 − 6a4 b )
4
2 2

⎛ − 4 2 1 2 ⎞ ⎛ −3
⎜
⎝ 3
y − x ⎟⎜
3 ⎠⎝ 2
⎞
x + y⎟
⎠
( − 0, 2 x 2
)(
− y 2 5x 4 + 3 x 2 y 2 + y 4 )
(
0, 9x 2 y 0,1x 3 y − 3xy 3 ) ( − 0,3a b − 3ab )( − 0,3ab
2 2 2
− 2 a2 b )
(5a 2
)
− 3ab + 2 b 2 ( 2 a − b ) (25a 2
− 6ab 2 + 15b 2 0, 4ab 2 )
zie bijlage 15
5
B
1
1 (9a2 + 11a - 4) a
3
11 4
= 3a3 + a2 - a
3 3
2 (0,4x - 1,2) (-0,3x - 5)
= -0,12x 2 - 2x + 0,36x + 6
= -0,12x 2 - 1,64x + 6
3 (5b - 10) (-3b2 + 2b - 8)
= -15b3 + 10b2 - 40b + 30b2 - 20b + 80
= -15b3 + 40b2 - 60b + 80
⎛ -3 ⎞⎛ ⎞
4 ⎜ y 2 - 1 y ⎟ ⎜ -1 y + 1⎟
⎜ ⎟⎜ ⎟
⎝4 2 ⎠⎝ 3 ⎠
1 3 1 1
= y3 - y2 + y2 - y
4 4 6 2
1 -9 + 2 1
= y3 + y2 - y
4 12 2
1 7 1
= y3 - y2 - y
4 12 2
5 -0,5x3 (-1,4x 4 - 2,6x 2 + 3,2)
= 0,7x 7 + 1,3x 5 - 1,6x 3
6 (6a2 - 2a + 3) (0,4a2 + 0,5a)
= 2,4a4 + 3a3 - 0,8a3 - a2 + 1,2a2 + 1,5a
= 2,4a4 + 2,2a3 + 0,2a2 + 1,5a

C
7 (3y 3 - 3y + 4) (y 2 - 5)
= 3y 5 - 15y 3 - 3y 3 + 15y + 4y 2 - 20
= 3y 5 - 18y 3 + 15y + 4y 2 - 20
⎛ -2 1 ⎞
8 -10b ⎜⎜ + b - 3 b2 ⎟⎟
⎝5 2 ⎠
= 4b - 5b2 + 30b3
⎛ 1 ⎞⎟ ⎛⎜ 2 3 1 ⎞⎟
9 ⎜2b2 - b b -
⎜ ⎟⎜ ⎟
⎝ 4 ⎠⎝5 10 ⎠
4 1 1 1
= b5 - b2 - b4 + b
5 5 10 40
10 (-0,1x 2 - 2x) (5x 4 - x 3 + x)
= -0,5x 6 + 0,1x 5 - 0,1x 3 - 10x 5 + 2x 4 - 2x 2
= -0,5x 6 - 9,9x 5 - 0,1x 3 + 2x 4 - 2x 2
11 (-0,2a - 1,5a2) (-0,4a - 2a2)
= 0,08a2 + 0,4a3 + 0,6a3 + 3a4
= 0,08a2 + a3 + 3a4
12 (3,6b4 - 5,2b3 - 7) 1,5b2
= 5,4b6 - 7,8b5 - 10,5b2

D
1 ⎛ -2 1 ⎞⎟ 1 4
1 x 3 ⎜⎜ x2 - x⎟ - x
2 ⎝3 4 ⎠ 12
-1 1 1
= x5 - x4 - x4
3 8 12
-1 -3 - 2
= x5 + x4
3 24
-1 5
= x5 - x4
3 24
2 0,5b2 - 1,5b (0,2b3 - 5b)
= 0,5b2 - 0,3b4 + 7,5b2
= 8b2 - 0,3b4
3 3a - a (-a + 4) + 5a2
= 3a + a2 - 4a + 5a2
= -a + 6a2
4 -y (5 - 3y) + 4y (-2y - 7)
= -5y + 3y 2 - 8y 2 - 28y
= -33y - 5y 2
5 0,4b (6b2 - 8b + 1) - (1,5b3 + 2,3b2 - 7,5)
= 2,4b3 - 3,2b2 + 0,4b - 1,5b3 - 2,3b2 + 7,5
= 0,9b3 - 5,5b2 + 0,4b + 7,5
6 -(-3x 4 - 5x 2 + 10) - 7x (2x 3 - 8x)
= 3x 4 + 5x 2 - 10 - 14x 4 + 56x 2
= -11x 4 + 61x 2 - 10
E
1 5a (3a + 2b)
= 15a2 + 10ab
2 (2x + 5y) (3x - 2y)
= 6x 2 - 4xy + 15xy - 10y 2
= 6x 2 + 11xy - 10y 2
3 (2a2 + ab - 3b2) (-2a + b)
= -4a3 + 2a2b - 2a2b + ab2 + 6ab2 - 3b3
= -4a3 + 7ab2 - 3b3
⎛ -4 1 2 ⎞⎟ ⎛⎜ -3 ⎞
4 ⎜ y 2
- x x + y ⎟
⎜ ⎟⎜ ⎟
⎝3 3 ⎠⎝ 2 ⎠
4 1 1
= 2xy 2 - y3 + x3 - x 2y
3 2 3
5 0,9x 2y (0,1x 3y - 3xy 3)
= 0,09x 5y 2 - 2,7x 3y 4
6 (5a2 - 3ab + 2b2) (2a - b)
= 10a3 - 5a2b - 6a2b + 3ab2 + 4ab2 - 2b3
= 10a3 - 11a2b + 7ab2 - 2b3

F
7 (-x 2 + 4xy - 7y 2) (-2x - 3y)
= 2x 3 + 3x 2y - 8x2y - 12xy 2 + 14xy 2 + 21y 3
= 2x 3 - 5x 2y + 2xy 2 + 21y 3
⎛ -4 3 2 5 3 ⎞⎟
8 12a3 b2 ⎜⎜ a2 b + ab - b ⎟
⎝3 4 2 ⎠
= -16a5b3 + 9a4b4 - 30a3b5
9 (ab2 - 3b) (-5a3 - 6a4b)
= -5a4b2 - 6a5b3 + 15a3b + 18a4b2
= 13a4b2 - 6a5b3 + 15a3b
10 (-0,2x 2 - y 2) (5x 4 + 3x 2y 2 + y 4)
= -x 6 - 0,6x 4y 2 - 0,2x 2y 4 - 5x 4y 2 - 3x2y 4 - y 6
= -x 6 - 5,6x 4y 2 - 3,2x 2y 4 - y 6
11 (-0,3a2b - 3ab2) (-0,3ab2 - 2a2b)
= 0,09a3b3 + 0,6a4b2 + 0,9a2b4 + 6a3b3
= 6,09a3b3 + 0,6a4b2 + 0,9a2b4
12 (25a2 - 6ab2 + 15b2) 0,4ab2
= 10a3b2 - 2,4a2b4 + 6ab4

4 VEELTERMEN
19 Werk uit.
( )
7a2 − a2 − 5 ( a + 7) − 6 a3 − 4a ( )
1 ( x + 2 ) ( x − 5 ) + ( 4 x − 3 ) ( 5x + 7 )
( )
x 2 − xy + x 2 y (1 + x ) − x 2 ( x + y ) + x 3
(2 a − 5b ) (3a + 2 b ) − 3b (5a − 3b ) + 7b2

( )
0, 5x ( 3x − 5y ) − 2 x 2 − 0, 3 y 2 − ( 0,1y + x ) ( y + 0,1x )
⎛3 2 ⎞⎛4 5 ⎞ 1 ⎛ −1 1 ⎞
⎜ ab − a2 + b 2 ⎟ ⎜ ab − a2 ⎟ − a ⎜ a + b ⎟
⎝4 5 ⎠⎝3 2 ⎠ 3 ⎝ 4 2 ⎠
2
zie bijlage 16
20 Schrijf de omtrek en de oppervlakte van de figuren als een veelterm.
5b + 5
a+2 4b + 4
a+4 3b + 3 3c + 5
zie bijlage 17
3 21 Werk uit.
(
9a2 n − a2 n−4 + a2 n+4 ) (
0,7x q 0, 3x q + 0, 2 x q+1 − 1,1x q+2 )
(x m
)(
− 2 x m+1 + 3 ) ⎛ 1 1 ⎞ −10 5−m
⎜ a2 m−4 − a3m+2 + a4m ⎟
⎝ 2 5 ⎠ 11
a
⎛1 1 ⎞⎛3 1 ⎞
⎜ aq+1 − a3 ⎟ ⎜ a2 − aq+2 ⎟
⎝3 2 ⎠⎝2 3 ⎠
( −2 x 2n
)(
+ 5x −3x 3n − x n+1 )
zie bijlage 18
22 Werk uit.
Voorbeeld: ( b − 1) ( b + 3) ( b − 6 )
4 (
= b 2 + 3b − b − 3 ( b − 6 )
= (b 2
+ 2b − 3 (b − 6))
)
= b − 6b + 2 b 2 − 12 b − 3b + 18
3 2
= b 3 − 4b 2 − 15b + 18
( a + 3 ) ( a + 4 ) ( a − 5) ( 2 a − b ) ( 3a − b ) ( b − a )
(x 2
)
− 1 ( x − 1) ( x + 1) (x 2
)
+ y 2 ( x + y )(2 x − 2 y )
(2 a + 4 ) (3a + 1) ( a + 1) (x 2
+ xy ) ( 2 x − y ) ( x + 3 y )
5
zie bijlage 19
268a
1 7a2 - (a2 - 5) (a + 7) - 6 (a3 - 4a)
= 7a2 - (a3 + 7a2 - 5a - 35) - 6a3 + 24a
= 7a2 - a3 - 7a2 + 5a + 35 - 6a3 + 24a
= -7a3 + 29a + 35
2 (x + 2) (x - 5) + (4x - 3) (5x + 7)
= x 2 - 5x + 2x - 10 + 20x 2 + 28x - 15x - 21
= 21x 2 + 10x - 31
3 x 2 - (xy + x 2y) (1 + x) - x 2 (x + y) + x 3
= x 2 - (xy + x 2y + x 2y + x 3y) - x 3 - x 2y + x 3
= x 2 - xy - x 2y - x 2y - x 3y - x 3 - x 2y + x 3
= x 2 - xy - 3x 2y - x 3y
4 (2a - 5b) (3a + 2b) - 3b (5a - 3b) + 7b2
= 6a2 + 4ab - 15ab - 10b2 - 15ab + 9b2 + 7b2
= 6a2 - 26ab + 6b2
5 0,5x (3x - 5y) - (2x 2 - 0,3y 2) - (0,1y + x) (y + 0,1x)
= 1,5x 2 - 2,5xy - 2x 2 + 0,3y 2 - (0,1y 2 + 0,01xy + xy + 0,1x 2)
= 1,5x 2 - 2,5xy - 2x 2 + 0,3y 2 - 0,1y 2 - 0,01xy - xy - 0,1x 2
= -0,6x 2 - 3,51xy + 0,2y 2
⎛3 ⎞⎛ ⎞ ⎛ ⎞
6 ⎜ ab - 2 a2 + b2 ⎟ ⎜ 4 ab - 5 a 2 ⎟ - 1 a ⎜ -1 a + 1 b⎟⎟
⎜ ⎟⎜ ⎟ ⎜
⎝4 5 ⎠⎝3 2 ⎠ 3 ⎝4 2 ⎠
15 8 4 5 1 1
= a2 b2 - a3 b - a3 b + a 4 + ab3 - a2 b2 + a2 - ab
8 15 3 2 12 6
2 - 5 -225 - 64 4 1 1
= a2 b2 + a3 b + a 4 + ab3 + a2 - ab
2 120 3 12 6
-3 289 4 1 1
= a2 b2 - a3 b + a 4 + ab3 + a2 - ab
2 120 3 12 6
C
5b + 5
a+2 4b + 4
a+4 3b + 3 3c + 5
CVTYeY`V\O = 2 · (l + b 2 = l · b
= 2 · (a + 4 + a + 2) = (a + 4) · (a + 2)
= 2 · (2a + 6) = a2 + 2a + 4a + 8
= 4a + 12 = a2 + 6a + 8
b ·h
5cZVY`V\ O = z1 + z2 + z3 A =
2
= 3b + 3 + 4b + 4 + 5b + 5 (3 b + 3) (4b + 4)
=
= 12b + 12 2
2
12b + 12b + 12b + 12
=
2
2
12b + 24 b + 12
=
2
2
= 6b + 12b + 6
GZVc\R_e O = 4 · z A = z2
= 4 (3c + 5) = (3c + 5) · (3c + 5)
= 12c + 20 = 9c2 + 15c + 15c + 25
= 9c2 + 30c + 25
D
1 9a2n (-a2n-4 + a2n+4)
= -9a4n-4 + 9a4n+4
2 (x m - 2) (x m+1 + 3)
= x 2m+1 + 3x m - 2x m+1 - 6
⎛1 ⎞⎛ ⎞
3 ⎜ a q +1 - 1 a3 ⎟ ⎜ 3 a2 - 1 a q +2 ⎟
⎜ ⎟⎜ ⎟
⎝3 2 ⎠ ⎝2 3 ⎠
1 1 3 1
= a q +3 - a2q +3 - a5 + a q +5
2 9 4 6
4 0,7x q (0,3x q + 0,2x q+1 - 1,1x q+2)
= 0,21x 2q + 0,14x 2q+1 - 0,77x 2q+2
⎛ ⎞
5 ⎜ a2m-4 - 1 a3m+2 + 1 a 4 m ⎟ -10 a 5-m
⎜ ⎟
⎝ 2 5 ⎠ 11
-10 5 2
= a m+1 + a2m+7 - a3m+5
11 11 11
6 (-2x 2n + 5x) (-3x 3n - x n+1)
= 6x 5n + 2x 3n+1 - 15x 3n+1 - 5x n+2
= 6x 5n - 13x 3n+1 - 5x n+2

E
1 (a + 3) (a + 4) (a - 5)
= (a2 + 4a + 3a + 12) (a - 5)
= (a2 + 7a + 12) (a - 5)
= a3 - 5a2 + 7a2 - 35a + 12a - 60
= a3 + 2a2 - 23a - 60
2 (x2 - 1) (x - 1) (x + 1)
= (x 3 - x 2 - x + 1) (x + 1)
= x4 + x3 - x3 - x2 - x2 - x + x + 1
= x 4 - 2x 2 + 1
3 (2a + 4) (3a + 1) (a + 1)
= (6a2 + 2a + 12a + 4) (a + 1)
= (6a2 + 14a + 4) (a + 1)
= 6a3 + 6a2 + 14a2 + 14a + 4a + 4
= 6a3 + 20a2 + 18a + 4
4 (2a - b) (3a - b) (b - a)
= (6a2 - 2ab - 3ab + b2) (b - a)
= (6a2 - 5ab + b2) (b - a)
= 6a2b - 6a3 - 5ab2 + 5a2b + b3 - ab2

= 11a2b - 6a3 - 6ab2 + b3
5 (x2 + y 2) (x + y) (2x - 2y)
= (x 3 + x 2y + xy 2 + y 3) (2x - 2y)
= 2x 4 - 2x 3y + 2x 3y - 2x 2y 2 + 2x 2y 2 - 2xy 3 + 2xy 3 - 2y 4
= 2x 4 - 2y 4
6 (x 2 + xy) (2x - y) (x + 3y)
= (2x 3 - x 2y + 2x 2y - xy 2) (x + 3y)
= (2x 3 + x 2y - xy 2) (x + 3y)
= 2x 4 + 6x 3y + x 3y + 3x 2y 2 - x 2y 2 - 3xy 3
= 2x 4 + 7x 3y + 2x 2y 2 - 3xy 3

Oplossingen Veeltermen

Uploaded by

Document Information

Copyright

Available Formats

Share this document

Share or Embed Document

Sharing Options

Did you find this document useful?

Is this content inappropriate?

Copyright:

Available Formats

Oplossingen Veeltermen

Uploaded by

Copyright:

Available Formats

VEELTERMEN

Opdrachten blz. 122-126

2 Rangschik de veeltermen naar dalende machten.

4 Bereken de getalwaarde van de veeltermen voor de gegeven waarde van de letters.

(2 · (-1,5) + 0,5 · (-6))

3 · (-1,5) · (-6) - 2 · -6 - (-1,5) ( )

5 Vul de tabel in met de getalwaarde van de eentermen.

2π r 3,8 7,5 10,5

3 πr2 1,1 4,5 8,7

6 De snelheid van het licht is groter dan de snelheid van het

Het onweer is 3 400 m verwijderd.

Het onweer is 1 020 m verwijderd.

 Hoe ver bij een tijdsverschil van 1 seconde?

7 Het Viaduct de Millau, de hoogste brug ter wereld, ligt in Frankrijk.

Tijd (s) 1 3 4,5 5,5 6,5 7

3 Hoogte (m) 240 201 146 97 38 5

 Teken met de gegevens uit de tabel een grafiek.

 Bereken je energieverbruik bij beide snelheden.

 Een reep chocolade van 75 g levert 1692 kJ energie.

70,23 689 114,48

78,53 770,36 128

1 Schrijf elke eenterm zo eenvoudig mogelijk.

2 Noteer de coëfficiënt en het letterdeel van de eenterm.

Lettervorm Coëfficiënt Letterdeel

4 3 Bereken de getalwaarde van de eentermen als x = −4 , v = 120 , k = 2 000 en r = 0, 3 .

Bijlage 1: opdracht 3 blz. 218

6 Bereken de getalwaarde als x = 2 en y = −3 .

Bijlage 2: opdracht 5 blz. 219

Bijlage 3: opdracht 6 blz. 219

(2 + (-3)) · (2 - (-3)) 22 + 2 · 2 · (-3) + (-3)2

1 Gelijksoortige eentermen herkennen.

Opdrachten blz. 129-133

 2, 8a2 − 0, 5a2 − 0, 3a2 + 1, 8a2  3,8a2 4

 5a2 b 3 − 3a2 b 3 − 3a2 b 3  -a2b3

 9a2 b − a2 b + 8a2 b  16a2b

 −3mn + 4mn + 3mn  4mn

 1, 5a2 b − 0, 3a2 b − 0,7a2 b  0,5a2b

 − 0, 2 bx 2 + 0, 6bx 2 − 0, 8bx 2  -0,4bx2

 5am − 3am + 7am  9am

 7, 6a2 − 8,1 − 7, 6 + 8,1a2  15,7a2 - 15,7

 -a3 + 2a2b - ab2 + 5b3

 3ay − 4ay 2 + 5ay − 2 ay 2 + 5ay − 4a2 y

 −3ab + 5a2 b 2 + ab − 4a2 b 2

 1,1az − 3a2 z − 0, 3a3 + 1, 3a3 − 0,1az 2 − az

 0,1az - 3a2z + a3 - 0,1az2

 −3, 3xy 2 − 5, 5x 2 y + xy + 11x 2 y + 2 xy − 1,7xy 2

 −5am + am+1 − am + 5am+1

2 n+1 2 n−1 1 n+1 1 n−1

 0, 25x m − 2, 25x + 1,75x m − 0,75 + 1, 25x

= 1,75x - 2x2 - 3x3

= -0,8b2 - 0,2b - 1,5

9 Schrijf de omtrek van de figuren als een veelterm.

 0,13x2 + 5,55y2 - 0,12 - 1,21y2 - 1,46x2 - 4,66

= -1,33x + 4,34y - 4,78

 2]dx = 15, dan O = 4 · 15 + 20 = 60 + 20 = 80

 x = 28,5  O = 4 · 28,5 + 20 = 114 + 20 = 134

 -5am - 3am+1 -2am + 4am+1

1 n+1 ⎛ 7 n−1 1 n+1 ⎞ 3 n−1

5  Los 11.3 op met behulp van een vergelijking.

1 Vink de gelijksoortige eentermen aan.

2 5b − 2 b == 3b  −7b 2 + 6b 2  -b2  2 x 4 − 5x 4 − 2 x 4  -5x4

 7b 2 − 7 + 5 − 5b 2 = 2b2 - 2  −5a2 − 5a2 + 3 − 10 = -10a2 - 7

 7x − 2 x 3 + 3x + 6 x 3 = 10x + 4x3  − a2 − 3 + 5a2 + 3a = 4a2 - 3 + 3a

 4b 2 − 2 b + 5 − b 2 + 2 = 3b2 - 2b + 7  1 + a2 − 4a3 − 4 + 3a2 = -3 + 4a2 - 4a3

Hoe ver bij een tijdsverschil van 1 seconde?

Teken met de gegevens uit de tabel een grafiek.

Bereken je energieverbruik bij beide snelheden.

Een reep chocolade van 75 g levert 1692 kJ energie.

2, 8a2 − 0, 5a2 − 0, 3a2 + 1, 8a2 3,8a2 4

5a2 b 3 − 3a2 b 3 − 3a2 b 3 -a2b3

9a2 b − a2 b + 8a2 b 16a2b

−3mn + 4mn + 3mn 4mn

1, 5a2 b − 0, 3a2 b − 0,7a2 b 0,5a2b

− 0, 2 bx 2 + 0, 6bx 2 − 0, 8bx 2 -0,4bx2

5am − 3am + 7am 9am

7, 6a2 − 8,1 − 7, 6 + 8,1a2 15,7a2 - 15,7

-a3 + 2a2b - ab2 + 5b3

3ay − 4ay 2 + 5ay − 2 ay 2 + 5ay − 4a2 y

−3ab + 5a2 b 2 + ab − 4a2 b 2

1,1az − 3a2 z − 0, 3a3 + 1, 3a3 − 0,1az 2 − az

0,1az - 3a2z + a3 - 0,1az2

−3, 3xy 2 − 5, 5x 2 y + xy + 11x 2 y + 2 xy − 1,7xy 2

−5am + am+1 − am + 5am+1

0, 25x m − 2, 25x + 1,75x m − 0,75 + 1, 25x

0,13x2 + 5,55y2 - 0,12 - 1,21y2 - 1,46x2 - 4,66

2]dx = 15, dan O = 4 · 15 + 20 = 60 + 20 = 80

x = 28,5 O = 4 · 28,5 + 20 = 114 + 20 = 134

-5am - 3am+1 -2am + 4am+1

5 Los 11.3 op met behulp van een vergelijking.

2 5b − 2 b == 3b −7b 2 + 6b 2 -b2 2 x 4 − 5x 4 − 2 x 4 -5x4

7b 2 − 7 + 5 − 5b 2 = 2b2 - 2 −5a2 − 5a2 + 3 − 10 = -10a2 - 7

7x − 2 x 3 + 3x + 6 x 3 = 10x + 4x3 − a2 − 3 + 5a2 + 3a = 4a2 - 3 + 3a

4b 2 − 2 b + 5 − b 2 + 2 = 3b2 - 2b + 7 1 + a2 − 4a3 − 4 + 3a2 = -3 + 4a2 - 4a3

0,1x 2 ⋅ −3x 3 ⋅ 2 x ( ) -0,6x6

4a3 b ⋅ ( −2 ab ) ⋅ 6ab 2 -48a5b4

4 2 ab ⋅ ( 3a + 5b − 5ab ) 6a2b + 10ab2 - 10a2b2

−3x 2 y ⋅ ( 2 x − 5y ) -6x 3y + 15x 2y 2

( 2 x − 2 y + 1) ⋅ 5xy 2 10x 2y 2 - 10xy 3 + 5xy 2

2 a ⋅ ( 2 a + 4b ) − 4b ⋅ ( 2 a + 4b ) 4a2 + 8ab - 8ab - 16b2

( − 4 x − 7 y ) ( −5x − 3 y ) 20x 2 + 12xy + 35xy + 21y 2

(6a − b ) ( 3b − 2 a ) 18ab - 12a2 - 3b2 + 2ab

( 2 ab + 5) ( −3ab + 1) -6a2b2 + 2ab - 15ab + 5

65x 2 - (56x 2 - 21xy + 64xy - 24y 2) - 40x + 35y

8x 3 - 6x 2 + 10x - 12x 2 + 9x - 15 - (-x + 1 + 7x 3 - 7x 2)

9 ⋅ y ⋅ 5 45y −7a2 ⋅ ( −2 ) 14a2

4 x 3 ⋅ ( −1) -4x 3 −7b 3 ⋅ 4b 3 ⋅ 3b -84b7

4 (3a)3 27a3 ( −3x ) 2

6a7 -60a4x 3 4a3b

= -6 - 3b -2a3 - 6a2 + 10a 6x + 15x 2 - 8 - 20x

Schrijf een formule voor de oppervlakte van het terras.

Bereken de oppervlakte van het terras als de omtrek 46 meter is.