Hoofdstuk 2.

1
Als deeltjes te klein zij om te zien, bestudeer je ze op microniveau. Alles wat je kunt
waarnemen is macroniveau.

UIt de resultaten van een experiment die Rutherford uitvoerde kwam dat atomen geen
massieve bolletjes kunnen zijn, maar dat ze bestaan uit nog kleine deeltjes en een grote
lege ruimte

De atoomkern bestaat uit nog kleinere deeltjes, de protonen en neutronen. Protonen zijn
positief geladen en neutronen zijn neutraal

Het verschil tussen atomen wordt veroorzaakt door het aantal protonen in de kern. Het
aantal protonen bepaalt welke atoomsoort het is en dit aantal protonen wordt aangegeven
door het atoomnummer. Alle atomen van dezelfde soort hebben hetzelfde atoomnummer

In de atoomkern bevinden zich, behalve protonen, ook neutronen. Het aantal neutronen in
een atoomkern is soms gelijk aan het aantal protonen, maar meestal iets groter. De som van
het aantal protonen en neutronen in de atoomkern is het massagetal

De negatieve lading van de elektronen moet even groot zijn als de positieve lading van de
protonen. De elektrische lading van de protonen en neutronen kun je uitdrukken in coulomb.
D elading van een proton is 1,6 x 1019 coulumb (C). Maar meestal gebruik je e elemetnaire
ladingseenheid of elementair ladingskwantum e

Als het atoomnummer bij atomen hetzelfde is maar het massagetal verschillend is, dan zijn
het isotopen

Het atoommodel van Boh is een verfijnde versie van het atoommodel van Rutherford. De
bolvormige vormen rond de kern worden elektronenschillen genoemdn. De verdleing van de
elektronenschillen genoemd. De verdling van de elektronen over de schillen heet de
elektronenconfiguratie

Groepen Periodiek Systeem

- Groep 1 = de alkalimetalen
- Groep 2 = de aardakalimetalen
- Groep 17 = de halogenen
- Groep 18 = de edelgassen

Schil K L M N O P Q

Nummer 1 2 3 4 5 6 7

Maximaal 2 8 18 (8) 32 32 32 32
Hoofdstuk 2.2
Een atoom met positieve lading noem je een positief ion. Als er d us meer protonen zijn dan
de elektronen. Een atoom met negatieve lading is een negatief ion

Elektrovalentie is de lading van de ion. BIj O2- is de elektrovalentie van 2-

De elektronen in de buitenste schil noem je valentie-elektronen.

Volgens de octetregel streven atomen door het opnemen, afstaan of delen van elektronen in
de buitenstne schil naar een achtomringing, een octet, dus naar 8 elektronen. Dit noemen ze
ook wel de edelgasconfiguratie

Hoofdstuk 2.3
Voor de massa van atomen gebruik je als eenheid de atomaire massa-eenheid (a). Je drukt
de massa van atomen, de atoommassa, met symbool A, meestal uit in U.

Het massagetal is het totaal aantal kerndeeltjes (protonen & neutronen samen), een geheel
getal zonder eenhied. De atoommassa wordt uitgedrukt in atomaire massa-eenheden

Het symbool voor molecuulmassa is M

In scheikunde reken je met 2 soorten getallen

1. GEtallen die zijn ontstaan door meting, de meetwaarden
2. Getallen die ene hoevleheid aangeven in de vorm van een aantal, de telwaarden