You are on page 1of 3

K

pBasisstof 6 wortels, stengels en bladeren

Dit thema gaat over planten. De drie belangrijkste onderdelen van planten worden
besproken: wortels, stengels en bladeren. Naast de bouw van deze drie onderdelen
wordt het nut / functie van elk onderdeel behandeld.

Stengels dragen de bladeren en bloemen. Onder de grond gaat de stengel meestal


over in wortels. Bij sommige planten groeien de stengels ook onder de grond,
bijvoorbeeld bij de aardappel. Stengels zijn onder te verdelen in houtachtige stengels
ofwel takken en kruidachtige stengels.

De stengel van planten bestaat uit verschillende cellagen. De buitenste laag van de
stengel is de schors of te wel de opperhuid. Na de opperhuid komt het vulweefsel in
het vulweefsel worden er voedingstoffen opgeslagen zoals zetmeel. In de stengels
bevinden zich ook de bastvaten(in de afbeelding blauw) en de houtvaten(in de
afbeelding roze). De bastvaten vervoeren water en glucose van het bladeren naar de
rest van de plant. De houtvaten vervoeren water en zout van de wortels naar de
bladeren, ook zorgen ze voor stevigheid.

Tussen de houtvaten en de bastvaten zit nog een laag met delend weefsel, dit weefsel
wordt het cambium genoemd. Het cambium zorgt er voor dat de stengel dikker wordt
door meer houtvaten en bastvaten te vormen. Rondom de bastvaten en de houtvaten
zit het steunweefsel, dit weefsel zorgt voor extra stevigheid in de stengel.

Voor de aan en afvoer zijn de vaatbundels van groot belang. Binnen deze vaatbundels
bevinden zich de houtvaten en bastvaten. De houtvaten vervoeren voornamelijk water en
mineralen, de bastvaten vervoeren water en suikers (glucose). De vaatbundels vormen de
nerven van een blad.

Opdracht
Bouw van de stengel

steunweefsel
voedingsstoffen
houtvaten
opperhuid
epidermis
bastvaten
cambium

De buitenste laag van de stengel is heet de _______ of _______. Daarna heb je het
vulweefsel hier worden _______ opgeslagen. Naast deze lagen heb je ook
nog _______ en _______ deze vervoeren water met suikers of mineralen. Het delend
weefsel in de stengel heet het _______. Om de houtvaten en bastvaten zit het _______

Transport

Een plant neemt water + mineralen op uit de bodem via de wortels. Deze stoffen maken
een reis door de plant van de wortels tot aan de bladeren. En omgekeerd wordt vanuit
de bladeren de geproduceerde glucose bij fotosynthese vervoert naar de wortels. Dit
stoffentransport vindt plaats in de vaatbundels van planten.

Houtvaten (H van omhoog) vervoeren water en mineralen naar de bladeren


en bastvaten (B van beneden) brengen glucose naar de wortels.
Gaan we kijken naar de afbeeldingen e naan de hand daarvan uitleggen.

Jaarringen

De boom krijgt ieder jaar een nieuw laagje hout erbij. Hierdoor wordt de stam van de
boom dikker. Zo'n laagje wordt een jaarring genoemd. De jaarring die als laatst is
gevormd ligt aan de buiten kan van de stam. Als je een boom vlak bij de grond zou
afzagen zou je aan de hand van de jaarringen kunnen tellen hoe oud de boom is. Om
het wat duidelijkheid te scheppen staat hieronder een afbeelding van de jaarringen.

Jaarringen bestaan afwisselend uit lichte en donkere ringen. De lichte ringen is het hout
wat in het voorjaar is gegroeid. Donkere ringen zijn in het midden van de stam. De
jarring die het laatst is gevormd, ligt het meest aan de buitenkant.

You might also like