You are on page 1of 10

NORMALISERING – REGLEMENTERING – CERTIFICERING .

De veiligheid van personen is een


breed begrip dat verschillende
Buitenschrijnwerk en
aspecten omvat. Bij het ontwerp van
een gevel kan het, afhankelijk van de
projectvoorwaarden, nodig zijn de
de veiligheid van
veiligheid van personen te verzeke-
ren door het buitenschrijnwerk te
voorzien van bepaalde eigenschap- personen ten aan-
zien van schokken
pen waardoor het dienst kan doen
als borstwering.

1 HET BEGRIP ‘VEILIGHEID’ Tabel 1 Schokweerstandsklassen, afhankelijk van de valhoogte, volgens de


normen NBN EN 12600, NBN EN 13049 en NBN EN 14019.
De gevel moet in bepaalde gevallen de functie
van een borstwering verzekeren. Dit begrip kan KLASSE
VALHOOGTE
omschreven worden als een uitrusting waar- (in cm) NBN EN 12600 (*) NBN EN 13049 NBN EN 14019 (**)
mee het mogelijk is de veiligheid van de ge-
bruikers te waarborgen tegen : 0 – – E0 - I0
• het risico op vallen uit het venster en ver-
190 3 – –
wonding door contact. Het gaat hier om de
bescherming van personen tegen incidentele 200 – Klasse 1 E1 - I1
schokken, veroorzaakt door een of meerdere 300 – Klasse 2 E2 - I2
menselijke lichamen, of wanneer er zich een 450 2 Klasse 3 E3 - I3
voorval voordoet dat voortspruit uit een 700 – Klasse 4 E4 - I4
menselijke activiteit waarvan het risico rede-
950 – Klasse 5 E5 - I5
lijkerwijze voorzienbaar is. De belangrijkste
gevaren die men dient te voorkomen, zijn : 1200 1 – –
– snijwonden door grote scherven Opmerking : het teken – duidt aan dat de valhoogte niet gespecificeerd werd in de norm.
– vallen uit het venster (of vallen door het (*) Zie WTCB-Dossiers, nr. 2004/4, Katern 5.
schrijnwerk of de vulelementen) (**) De letter E staat voor schokken van buitenaf, de letter I voor schokken van binnenuit.
– verwondingen/kneuzingen door een toe-

vallig contact met voornamelijk doorzich- Het Belgisch Instituut voor Normalisatie (BIN)
Afb. 1 Schoklichaam, bestaande uit tige gehelen heeft onlangs de volgende Europese normen in
een dubbele band. – struikelen over vulpanelen in geval van Belgisch recht omgezet :
gevels met opengaande vleugels • NBN EN 12600 Glas voor gebouwen.
• de bewegingen van een mensenmassa of per- Slingerproef. Stootbelastingproef en classifi-
sonen die een al dan niet aanzienlijke druk catie voor vlakglas
5 op de bescherming uitoefenen. Deze belas- • NBN EN 13049 Ramen. Botsing met een
4 tingen zijn gereglementeerd in het kader van zacht en zwaar lichaam. Beproevingsmetho-
de Eurocodes en worden er omschreven ‘als de, veiligheidseisen en classificatie
horizontale belastingen op borstweringen en • NBN EN 14019 Gordijnmuren. Weerstand
wanden die dienst doen als borstweringen’. tegen stootbelasting. Prestatie-eisen.

2 In dit artikel wordt enkel ingegaan op de be- De in deze normen beschreven proefprocedure
scherming tegen vallen uit het venster en ver- bestaat erin een proefelement op welbepaalde
wondingen door contact, indien deze functie plaatsen te onderwerpen aan schokken met een
verzekerd wordt door het buitenschrijnwerk. schoklichaam, bestaande uit een dubbele band,
1 3
Voor borstweringen (in de strikte betekenis van voorzien van een ballast van 50 kg (zie afbeel-
de term) wordt momenteel een norm opge- ding 1). De klassen die voorgeschreven worden
steld. door de normen zijn opgenomen in tabel 1.

Met de schokweerstandsproeven, uitgevoerd


2 REFERENTIENORMEN volgens de norm NBN EN 12600, kan men
glasproducten classificeren die geplaatst wer-
De controle van de geschiktheid van het buiten- den in gestandaardiseerde voorwaarden. Deze
schrijnwerk om personen te beschermen tegen norm bevat precieze voorschriften met betrek-
1. Hoofdkader het risico op vallen uit het venster en op ver- king tot de bevestiging van het glas op zijn
2. Bevestigingskader wondingen door contact, gebeurt door schok- ondergrond, de sterkte ervan en de plaats waar
3. Schoklichaam proeven op het schrijnwerk. de schokken moeten aangrijpen. Ze levert dus
4. Facultatieve steun
5. Facultatief ophangsysteem
" E. Dupont, ing., hoofdadviseur, afdeling ‘Technische Goedkeuring’, WTCB

WTCB-Dossiers – Katern nr. 4 – 2e trimester 2005 – pagina 1


NORMALISERING – REGLEMENTERING – CERTIFICERING .

aanwijzingen op omtrent het gedrag van het Afb. 2 Proef op een beglazing met – kerken, theaters, conferentiezalen, …
glas, maar niet van het beglaasde schrijnwerk. een dubbele band. – musea, tentoonstellingszalen, ingangen
Wanneer de schokweerstand moet gewaarborgd van gebouwen, …
zijn, dient men dus steeds het gedrag ten aan- – discotheken, sportzalen, …
zien van schokken van het volledige schrijn- • handelsoppervlakken
werk na te gaan. Het gedrag van het glas kan • opslagruimten.

i
namelijk verschillen naargelang van de uitvoe-
ringstechniek en de stijfheid van het kader
waarin het geplaatst wordt. 3.1.2 BUITENKANT VAN DE GEVEL

De normen NBN EN 13049 en NBN EN 14019 Wat de risico’s betreft, kan men voor de bui-
handelen respectievelijk over de schokweerstand tenkant van de gevel dezelfde logica volgen als
van vensters en gordijngevels. Hiermee is het deze, die geldt voor de binnenkant van de ge-
mogelijk hun vulpanelen en hun bevestiging vel. Men kan verschillende menselijke activi-
op de weerstandsprofielen te beproeven, even- teitenzones (1) onderscheiden :
als het hang- en sluitwerk en de weerstands- • plaatsen die toegankelijk zijn voor het pu-
profielen. bliek, d.w.z. plaatsen waar zich een groot en
onbepaald aantal personen kan ophouden,
Afhankelijk van het materiaaltype treedt de breuk zoals :
van het proefelement met een dubbele band bo- – trottoirs, aangelegde paden, speelplaatsen,
vendien op bij valhoogten die 2 tot 4 keer lager ingangen van gebouwen die uitgeven op
zijn dan met een zandzak. Het contactoppervlak de openbare weg
bij de impact is immers veel kleiner in het geval – terrassen en commercieel uitgebate hore-
van een dubbele band, waardoor het ‘perforerende’ caruimten
effect van deze laatste veel sterker is dan dat van – voor het publiek toegankelijke tuinen en
een zandzak. parken
• plaatsen die niet toegankelijk zijn voor het
De opsteller van de specificaties moet dus erg publiek, d.w.z. plaatsen waar een beperkt en
bedachtzaam zijn bij het formuleren van de ei- geautoriseerd aantal personen is toegestaan,
sen en voldoende aandacht besteden aan de pro- schrijnwerk moet voldoen, dient men de pro- zoals :
jectvoorwaarden en de kritieke ontwerppara- jectvoorwaarden te beschouwen vanuit de vol- – terrassen en niet-commercieel uitgebate
meters die beschreven zijn in het vervolg van gende twee invalshoeken : ruimten
deze tekst. De proeven met de dubbele band • de specifieke toepassing van het gebouw en – niet voor het publiek toegankelijke tuinen
zijn namelijk erg ongunstig als men de verge- zijn omgeving en parken
lijking maakt aan de hand van de valhoogten. • de architecturale opvatting. – interne ingangen tussen gebouwen op het-
zelfde terrein.

3 PROJECTVOORWAARDEN 3.1 DE SPECIFIEKE TOEPASSING VAN HET


GEBOUW EN ZIJN OMGEVING 3.2 DE ARCHITECTURALE OPVATTING
Ter bepaling van de eisen waaraan het buiten-
Men moet rekening houden met de bezetting 3.2.1 KRITIEKE ONTWERPPARAMETERS VOOR DE
van het gebouw en de te verwachten activitei- VEILIGHEID
ten aan de binnen- en buitenkant van de gevel.
BELANGRIJKE OPMERKING Bepaalde parameters hebben een rechtstreekse
We willen erop wijzen dat de resulta- invloed op de keuze van de prestaties van het
ten, bekomen tijdens proeven met 3.1.1 BINNENKANT VAN DE GEVEL buitenschrijnwerk ten aanzien van het risico op
een dubbele band (zie afbeelding 2), schokken :
geenszins vergelijkbaar zijn met De bezetting binnenin het gebouw beïnvloedt • de hoogte van het vulpaneel h : om dienst te
deze, verkregen tijdens proeven met het risico op belasting door schokken van het kunnen doen als borstwering moet het vul-
een zandzak van het type ISO 7892 schrijnwerk. Het is daarom nodig betere presta- paneel een minimale hoogte van 0,9 m (2)
(voor identieke valhoogten). Oriënte-
ties voor te schrijven voor risicovolle situaties. hebben en bestaan uit een voldoende sterk
rende proeven hebben bevestigd dat
de energie die door de zandzak De STS 38 (uitgave 2005, die weldra de status materiaal (beton, metselwerk, tegengevel
overgedragen wordt op het proef- van een norm zullen krijgen : NBN 923-001) verbonden met de structuur van het ge-
element bij eenzelfde valhoogte bij en de STS 52.0 (uitgave 2005) verwijzen naar bouw, …)
benadering overeenstemt met 50 % de norm ENV 1991-1-2 voor de specifieke toe- • het verschil tussen het binnen- en buitenni-
van deze, overgedragen door de passing van het gebouw, met name : veau ∆ : indien het verschil tussen het niveau
dubbele band. Dit kan verklaard • huishoudelijke en residentiële activiteiten van de afgewerkte binnenvloer en dat van het
worden door het feit dat de zak meer • kantooractiviteiten maaiveld groter is dan 0,5 m, moet het schrijn-
vervormbaar is dan de dubbele band
• plaatsen waar veel mensen samenkomen : werk zodanig ontworpen worden dat vallen uit
en aldus een groot deel van de
potentiële beginenergie opslorpt. – restaurants, cafés, scholen, … het venster onmogelijk wordt. De persoon die

Het WTCB voert momenteel een (1 ) Aangezien de STS 38 niet beperkt zijn tot het gebruik van glas in gevels, classificeren ze de
bijkomende vergelijkende proef- menselijke activiteitenzones in de categorieën A tot E, die vermeld worden in de norm
campagne waarvan de resultaten de NBN EN 1991-1-1, om rekening te houden met de beglaasde binnenwanden die kantoren
beschikbare kennis zullen aanvullen van een gang scheiden, bijvoorbeeld.
en het voorwerp zullen uitmaken van (2 ) Het vulpaneel mag 0,8 m hoog zijn indien de horizontale projectie ‘l’ van de som van de
een volgend artikel. breedte van het binnenste tablet, de dikte van het schrijnwerk en de breedte van de
buitenste vensterbank ten minste 0,4 m bedraagt.

WTCB-Dossiers – Katern nr. 4 – 2e trimester 2005 – pagina 2


NORMALISERING – REGLEMENTERING – CERTIFICERING .

Afb. 3 Illustratie van het geval nr. 1. Afb. 4 Illustratie van het geval nr. 2.

l l

h < 0,9 m h < 0,9 m


he he he
he ∆ ≤ 0,5 m ∆ ≤ 0,5 m ∆ > 0,5 m ∆ > 0,5 m

tegen de gevel botst, zou dus tegengehouden Afb. 5 Illustratie van het geval nr. 3. ven in de STS 38
moeten worden door het schrijnwerk • de hoogte van de borstweringen wordt enkel
• de hoogte tussen het laagste niveau van het in aanmerking genomen indien deze verti-
schrijnwerk en het maaiveld he : de schok- caal zijn of naar binnen hellen en als ze opge-
proeven van buitenaf zijn enkel van toepas- bouwd zijn uit sterke materialen zoals met-
sing indien de aanzet van het schrijnwerk zich l selwerk, beton of een gelijkaardig product.
op minder dan 0,9 m boven het maaiveld Als de borstweringen naar binnen hellen,
bevindt wordt de hoogte verticaal gemeten
• de helling van het schrijnwerk : volgens de h ≥ 0,9 m • schrijnwerk dat een helling van -15° tot 15°
he
STS is het schrijnwerk ‘hellend’ indien het ten opzichte van de verticale vertoont, kan
een helling α ten opzichte van de verticale beschouwd worden als een verticale construc-
vertoont, gelegen tussen 15° < α ≤ 30° en tie. De horizontale projectie van de oversteek
-15° < α ≤ - 30° of indien de horizontale mag echter niet groter zijn dan 0,5 m. In
projectie van de oversteek kleiner is dan voorkomend geval, moet de constructie be-
0,5 m. Boven de 30° dient men een speciale Om rekening te houden met het feit dat het ri- schouwd worden als hellend
studie uit te voeren. sico op struikelen over het vulpaneel verkleint • de schokproeven van buitenaf op buiten-
naarmate de breedte ervan toeneemt, voorzien schrijnwerk moeten toegepast worden indien
de STS 52.0 dat de hoogte ‘h’ beperkt kan wor- de aanzet van het schrijnwerk zich op min-
3.2.2 COMBINATIE VAN DE KRITIEKE ONTWERP- den tot minimum 0,8 m indien de fictieve der dan 0,9 m (he) van het maaiveld bevindt.
PARAMETERS hoogte ‘H’, berekend volgens de vergelijking
H = h + 0,5.l, groter is dan of gelijk is aan 1 m.
De STS 38 en 52.0 onderscheiden verschillende 3.4 KEUZE VAN DE BEGLAZING : OVEREENSTEM-
speciale gevallen van combinaties van binnen- Voor gordijngevels moet men dezelfde kritieke MING TUSSEN DE STS 38 EN 52.0
en buitensituaties, met name : ontwerpparameters in aanmerking nemen. In
• geval nr. 1 : verticaal gevelvenster (-15° ≤ α dat geval beschouwt men de hoogte van de De keuze van de beglazing dient te gebeuren
≤ 15°) met een verschil tussen de afgewerkte tegengevel in plaats van deze van het vulpaneel. overeenkomstig de STS 38. De keuze van het
niveaus kleiner dan of gelijk aan 0,5 m en een glas is afhankelijk van dezelfde specifieke toe-
borstwering met een hoogte van minder dan passingen (zie § 3.1) en ontwerpparameters (zie
0,9 m (zie afbeelding 3) 3.3 COMBINATIES VAN DE SPECIFIEKE TOEPAS- § 3.2). Tabel 4 (zie p. 6) specificeert de schok-
• geval nr. 2 : verticaal gevelvenster (-15° ≤ α SING VAN HET GEBOUW, DE OMGEVING EN weerstandsklassen voor het glas volgens de NBN
≤ 15°) met een verschil tussen de afgewerkte DE KRITIEKE ONTWERPPARAMETERS EN 12600, afhankelijk van de specifieke toe-
niveaus groter dan 0,5 m en een borstwering passing van het gebouw, de omgeving van het
met een hoogte van minder dan 0,9 m (zie De tabellen 2 en 3 (p. 4 en 5) zijn uittreksels uit buitenschrijnwerk en het architecturale ontwerp.
afbeelding 4). Als het schrijnwerk slechts over de STS 52.0. Bij de bepaling van de schok- De klassen uit de norm NBN EN 12600 leggen
een zodanig beperkte afstand kan geopend weerstandsklassen voor vensters volgens de twee types specifieke eisen op die respectieve-
worden dat er geen menselijk lichaam door- norm NBN EN 13049 voor vensters (tabel 2) lijk te maken hebben met de energie (wat uit-
heen kan vallen (bv. openingsbegrenzer), en volgens de norm NBN EN 14019 voor gedrukt wordt door de valhoogte) en met de
moeten de schokproeven op het geopende gordijngevels (tabel 3) werd rekening gehou- breukwijze (3).
schrijnwerk gebeuren. Indien het schrijnwerk den met de specifieke toepassing van het ge-
daarentegen voorzien is van opengaande de- bouw, de omgeving van het buitenschrijnwerk De keuze van de beglazing voor deuren maakt
len waardoor een menselijk lichaam zou kun- en de architecturale opvatting. het voorwerp uit van geval nr. 5 (zie tabel 4,
nen vallen, moet de opening uitgerust wor- p. 6) uit de STS 38. Deuren vereisen een speci-
den met een leuning die voldoet aan de eisen De STS 52.0 bevatten bovendien ook nog de fieke benadering omdat er rekening moet ge-
uit de in voorbereiding zijnde norm (STS 54 volgende opmerkingen :
of NBN B 02-004) • de vulpanelen en de weerstandsprofielen die- (vervolg van de tekst, p. 7)
• geval nr. 3 : verticaal gevelvenster (-15° ≤ α nen geval per geval te worden gedimen-
( 3) Wat de breukwijzen betreft, verwijzen
≤ 15°) met een hoogte van borstwering ‘h’ sioneerd, lettend op de belastingen, de mate- we naar het artikel ‘Vlak glas en veilig-
groter dan of gelijk aan 0,9 m (of 0,8 m in- rialen, de afmetingen en de bevestigingswijzen heid. Commentaren op de norm NBN
dien de fictieve hoogte ‘H’ groter is dan of • indien de vulpanelen bestaan uit glaspro- EN 12600’ [6] dat verscheen in de
gelijk is aan 1 m; zie afbeelding 5). ducten, wordt het beglazingstype opgege- WTCB-Dossiers (zie www.wtcb.be).

WTCB-Dossiers – Katern nr. 4 – 2e trimester 2005 – pagina 3


Tabel 2 Specificaties voor de schokweerstandsklassen voor vensters volgens de NBN EN 13049 (uittreksel uit de STS 52.0).
Specifieke toepassing Geval nr. 1 Geval nr. 2 Geval nr. 3
NBN EN 1991-1-1 ∆ ≤ 0,5 m en h < 0,9 m ∆ > 0,5 m en h < 0,9 m h ≥ 0,9 m

Buiten (1) Buiten (1) Binnen Buiten (1) Buiten (1 ) Binnen Buiten (1) Buiten (1) Binnen
Toegankelijk Ontoegankelijk Toegankelijk Ontoegankelijk Toegankelijk Ontoegankelijk

Categorie
voor het voor het voor het voor het voor het voor het
publiek publiek publiek publiek publiek publiek

A Huishoudelijke en residentiële activitei- 5 2 3 5 2 3 5 2 –


ten
Eengezinswoning en appartement
Vertrekken van woongebouwen en huizen,
kamers en zalen van ziekenhuizen, kamers
van hotels en tehuizen, keukens en toiletten

B Kantoren 5 2 3 5 2 3 5 2 –

C Plaatsen waar veel mensen samenko- 5 5 5 5 5 5 5 5 5 ( 2)


men (oppervlakken van de categorieën
A, B, D en E uitgezonderd)
C1 : Plaatsen met tafels, … (bijvoorbeeld
scholen, cafés, restaurants, feestzalen,
leeszalen, receptiezalen, …)

C2 : Plaatsen met vaste stoelen (bijvoorbeeld 5 3 3 5 3 4 5 3 3 ( 2)


kerken, theaters en bioscopen, conferentie-
zalen, amfitheaters, vergaderzalen, wacht-
zalen, …)

WTCB-Dossiers – Katern nr. 4 – 2e trimester 2005 – pagina 4


C3 : Plaatsen zonder obstakels voor het 5 3 3 5 3 4 5 3 3 ( 2)
personenverkeer (bijvoorbeeld musea,
tentoonstellingszalen, … en ingangen van
openbare en administratieve gebouwen,
hotels, …)

C4 : Plaatsen waar fysieke activiteiten 5 3 5 5 3 5 5 3 5 ( 2)


NORMALISERING – REGLEMENTERING – CERTIFICERING

mogelijk zijn (bijvoorbeeld discotheken,


turnzalen, toneelzalen, …)

C5 : Plaatsen waar het er erg druk aan toe 5 3 5 5 3 5 5 3 5 ( 2)


kan gaan (bijvoorbeeld gebouwen voor
openbare vergaderingen zoals concertzalen,
sportzalen met inbegrip van de tribunes,
terrassen en toegangszones, …)

D Handelsoppervlakken 5 3 5 5 3 5 5 3 –
D1 : Detailhandelsruimten (bijvoorbeeld
magazijnen, papierhandels, winkels van
kantoormaterialen, …)

E Oppervlakken die zich lenen voor de 5 3 3 5 3 3 5 3 –


opslag van grote volumes goederen,
toegangszones inbegrepen
Opslagruimten, met inbegrip van bibliotheken
1
( ) De term ‘buiten’ duidt hier op de buitenkant van het gebouw.
( 2 ) Deze aanbeveling (het betreft hier dus geen specificatie) is enkel van toepassing indien tijdens de projectsituatie redelijkerwijze andere schokken voorzienbaar zijn dan deze, veroorzaakt door personen (bv. schok door een bal in een sportzaal, speelplaats, ...).
.
Tabel 3 Specificaties voor de schokweerstandsklassen voor gevels volgens de NBN EN 14019 (uittreksel uit de STS 52.0).
Specifieke toepassing Geval nr. 1 Geval nr. 2 Geval nr. 3
NBN EN 1991-1-1 ∆ ≤ 0,5 m en h < 0,9 m ∆ > 0,5 m en h < 0,9 m h ≥ 0,9 m

Buiten (1) Buiten (1) Binnen Buiten (1) Buiten (1 ) Binnen Buiten (1) Buiten (1) Binnen
Toegankelijk Ontoegankelijk Toegankelijk Ontoegankelijk Toegankelijk Ontoegankelijk

Categorie
voor het voor het voor het voor het voor het voor het
publiek publiek publiek publiek publiek publiek

A Huishoudelijke en residentiële activitei- E5 E2 I3 E5 E2 I3 E5 E2 –


ten
Eengezinswoning en appartement
Vertrekken van woongebouwen en huizen,
kamers en zalen van ziekenhuizen, kamers
van hotels en tehuizen, keukens en toiletten

B Kantoren E5 E2 I3 E5 E2 I3 E5 E2 –

C Plaatsen waar veel mensen samenko- E5 E5 I5 E5 E5 I5 E5 E5 I5 (2)


men (oppervlakken van de categorieën
A, B, D en E uitgezonderd)
C1 : Plaatsen met tafels, … (bijvoorbeeld
scholen, cafés, restaurants, feestzalen,
leeszalen, receptiezalen, …)

C2 : Plaatsen met vaste stoelen (bijvoorbeeld E5 E3 I3 E5 E3 I4 E5 E3 I3 (2)


kerken, theaters en bioscopen, conferentie-
zalen, amfitheaters, vergaderzalen, wacht-
zalen, …)

C3 : Plaatsen zonder obstakels voor het E5 E3 I3 E5 E3 I4 E5 E3 I3 (2)


personenverkeer (bijvoorbeeld musea,
tentoonstellingszalen, … en ingangen van
openbare en administratieve gebouwen,
hotels, …)

C4 : Plaatsen waar fysieke activiteiten E5 E3 I5 E5 E3 I5 E5 E3 I5 (2)


NORMALISERING – REGLEMENTERING – CERTIFICERING

mogelijk zijn (bijvoorbeeld discotheken,


turnzalen, toneelzalen, …)

C5 : Plaatsen waar het er erg druk aan toe E5 E3 I5 E5 E3 I5 E5 E3 I5 (2)


kan gaan (bijvoorbeeld gebouwen voor
openbare vergaderingen zoals concertzalen,
sportzalen met inbegrip van de tribunes,
terrassen en toegangszones, …)

D Handelsoppervlakken E5 E3 I5 E5 E3 I5 E5 E3 –
D1 : Detailhandelsruimten (bijvoorbeeld
magazijnen, papierhandels, winkels van
kantoormaterialen, …)

E Oppervlakken die zich lenen voor de E5 E3 I3 E5 E3 I3 E5 E3 –


opslag van grote volumes goederen,
toegangszones inbegrepen
Opslagruimten, met inbegrip van bibliotheken

( 1 ) De term ‘buiten’ duidt hier de buitenkant van het schrijnwerk dat kan blootgesteld worden aan schokken van buitenaf aan.
( 2 ) Deze aanbeveling (het betreft hier dus geen specificatie) is enkel van toepassing indien tijdens de projectsituatie redelijkerwijze andere schokken voorzienbaar zijn dan deze, veroorzaakt door personen (bv. schok door een bal in een sportzaal, speelplaats, ...).

WTCB-Dossiers – Katern nr. 4 – 2e trimester 2005 – pagina 5


.
Tabel 4 Breukwijze van het glas aan de zijde van de schok volgens de NBN EN 12600 (uittreksel uit de STS 38).
Specifieke toepassing NBN EN 1991-1-1 Geval nr. 1 (1) Geval nr. 2 Geval nr. 3 Geval nr. 4 Geval nr. 5
Zijde van de schok
∆ ≤ 0,5 m en h < 0,9 m ∆ > 0,5 m en h < 0,9 m h ≥ 0,9 m Menselijke Deuren

Categorie
activiteitenzone (2)

A Huishoudelijke en residentiële activiteiten 1C-/ 1B1 1B1 – A, C, (B)


Eengezinswoning en appartement
Vertrekken van woongebouwen en huizen, kamers en
zalen van ziekenhuizen, kamers van hotels en tehuizen,
keukens en toiletten

B Kantoren 1C-/ 1B1 1B1 – A, C, (B)

C Plaatsen waar veel mensen samenkomen 1C- 1B1 1C- A, C, (B)


(oppervlakken van de categorieën A, B, D en E 1B1 1B1 (3)
uitgezonderd)
C1 : Plaatsen met tafels, … (bijvoorbeeld scholen,
cafés, restaurants, feestzalen, leeszalen, receptie-
zalen, …)

C2 : Plaatsen met vaste stoelen (bijvoorbeeld kerken, 1C- 1B1 1C- A, C, (B)
theaters en bioscopen, conferentiezalen, amfitheaters, 1B1 1B1 (3)
vergaderzalen, wachtzalen, …)

C3 : Plaatsen zonder obstakels voor het personenverkeer 1C- 1B1 1C- A, C, (B) Zie gevallen nr. 1 tot 3
(bijvoorbeeld musea, tentoonstellingszalen, … en 1B1 1B1 (3) en de bijzondere eisen
ingangen van openbare en administratieve gebouwen, voor portaaldeuren
hotels, …)

WTCB-Dossiers – Katern nr. 4 – 2e trimester 2005 – pagina 6


C4 : Plaatsen waar fysieke activiteiten mogelijk zijn 1C- 1B1 1C- A, C, (B)
(bijvoorbeeld discotheken, turnzalen, toneelzalen, …) 1B1 1B1 (3)
C5 : Plaatsen waar het er erg druk aan toe kan gaan 1C- 1B1 1C- A, C, (B)
(bijvoorbeeld gebouwen voor openbare vergaderingen 1B1 1B1 (3)
zoals concertzalen, sportzalen met inbegrip van de
tribunes, terrassen en toegangszones, …)
NORMALISERING – REGLEMENTERING – CERTIFICERING

D Handelsoppervlakken 1C- 1B1 – A, C, (B)


D1 : Detailhandelsruimten 1B1
(bijvoorbeeld magazijnen, papierhandels, winkels van
kantoormaterialen, …)

E Oppervlakken die zich lenen voor de opslag van 1C- 1B1 – A, C, (B)
grote volumes goederen, toegangszones inbegre- 1B1
pen
Opslagruimten, met inbegrip van bibliotheken

(1) Voor de betekenis van ‘C-’ verwijzen we naar de STS 38 (§ 4.4.2.2.1).


(2) De gevallen nr. 1 tot 3 hebben betrekking op de veiligheid van personen die zich bevinden aan de zijde waar de schok zich voordoet. In geval van een isolerende beglazing of bij meervoudige ramen dient men
eveneens de veiligheid van de personen in de menselijke activiteitenzone aan de tegenovergestelde zijde van de schok te waarborgen. De voorschriften uit geval nr. 4 zijn dus van toepassing op het glas dat
zich aan de tegenovergestelde zijde van de schok bevindt, waarbij er vanuit gegaan wordt dat schokken uit de activiteitenzone achterwege blijven. Het kan hier gaan om glas van breukwijze A (met schokproef)
of om veiligheidsglas (zonder schokproef).
(3) Deze aanbeveling (het betreft hier dus geen specificatie) is enkel van toepassing indien tijdens de projectsituatie redelijkerwijze andere schokken voorzienbaar zijn dan deze, veroorzaakt door personen
(bv. schok door een bal in een sportzaal, speelplaats, ...).
.
NORMALISERING – REGLEMENTERING – CERTIFICERING .

(vervolg van p. 3) een meter van de deur bestaat (zie afbeel- Belgische norm NBN B 02-004 voor borst-
ding 6), komt gehard glas (1C) niet in aanmer- weringen)
houden worden met het grotere gevaar voor king indien de afmeting van de onderste rand • uitgegloeid floatglas (glas van breukwijze-
schokken. De aan deuren grenzende beglaasde van de beglazing niet minstens 1,4 m bedraagt. klasse A volgens de norm NBN EN 12600)
delen moeten beantwoorden aan de voorschrif- De minimale stijfheid ‘EI’ van de kozijnprofielen komt nooit in aanmerking als veiligheids-
ten, vermeld voor de gevallen 1, 2 en 3. Als er van de deur dient 7.109 N.mm2 te bedragen. glas en mag in geen geval voor deze functie
in het geval van portaaldeuren een hoogtever- worden gebruikt, zelfs niet als het zonder
schil van meer dan een meter op minder dan Men kan dus stellen dat de risico’s betrekking breuk bestand is tegen de impactbelastingen
hebben op de volgende parameters : uit de proef
Afb. 6 Illustratie van het geval nr. 5. • het verkeer is normaalgesproken georiënteerd • bij gebruik van glas van breukwijzeklasse A
naar de deuren. Het risico op schokken neemt met veiligheidsfolie, moet deze laatste over
bijgevolg toe als deze gesloten zijn de volledige glasoppervlakte aangebracht zijn
• een overloop groter dan of gelijk aan 1 m en doorlopen in de sponningen. In dit geval
volstaat om te vermijden dat de uit even- kan het glas beschouwd worden als glas van
Situatie met wicht gebrachte persoon van de trap zou val- breukwijzeklasse B na beproeving volgens de
open deur len. norm NBN EN 12600. De duurzaamheid van
de prestaties moet gewaarborgd zijn (UV-
De structuur van tabel 4 (zie p. 6) werd zoda- bestendigheid, invloed van vocht, …)
nig gekozen om de voorstellingen uit de STS 38 • in geval van isolerende beglazing, dient men
en 52.0 te homogeniseren. De normen NBN veiligheidsglas te gebruiken aan de zijde(n)
EN 14019 en NBN EN 13049 onderscheiden waar de schok zich kan voordoen en waar
∆>1m echter meer valhoogteklassen dan de norm NBN deze gevaar zou kunnen opleveren. Als de
EN 12600. De keuze van het minimale glas- isolerende beglazing gehard moet zijn, moet
P < 1 m type dat in het schrijnwerk ingewerkt moeten ook de andere ruit uit veiligheidsglas bestaan.
worden, kan dus vereenvoudigd worden, zoals
aangegeven in de tabellen 5 en 6.
4 VOORBEELDEN
Tabel 5 Breukwijze van het glas in Tabel 4 van dit artikel (uittreksel uit STS 38)
het geval van vensters en gordijn- geeft de te respecteren breukwijze B of C aan. 4.1 PROJECTSITUATIE NR. 1 (ZIE AFBEEL-
gevels. Deze klassen zijn minimale klassen, afhankelijk DING 7, P. 8, EN TABEL 7, P. 9)

Geval Breukwijze (2)


van de projectvoorwaarden uit § 3.
De kritieke ontwerpparameters voor de veilig-
De STS 38 bevatten bovendien de volgende heid in het geval van projectsituatie nr. 1 zijn
Geval nr. 1 1C-/1B1
opmerkingen : de volgende :
Geval nr. 2 1B1 • gehard glas (breukwijze C) mag te allen tijde • h1 en h2 = hoogte van de binnenste vul-
vervangen worden door gelaagd glas (breuk- panelen
Geval nr. 3 1C-/1B1 (1) wijze B) dat beantwoordt aan dezelfde impact- • he,1 en he,2 = hoogten, begrepen tussen het
energie afgewerkte niveau van het maaiveld en het
Geval nr. 4 A, C, (B)
• wanneer met het oog op uit het venster val- laagste niveau van het schrijnwerk
(1) Dit geldt niet voor een specifieke len glas van breukwijzeklasse B voorgeschre- • ∆1 en ∆2 = verschillen tussen het afgewerkte
toepassing van het type A, B, D en E ven is, mag het vervangen worden door glas binnen- en buitenniveau
(waarvoor er geen enkele eis bestaat). van breukwijzeklasse C in zoverre er een bij- • ht,1 en ht,2 = hoogte van de dwarsregels
(2) De opmerkingen uit tabel 4 (zie p. 6)
blijven eveneens geldig.
komend permanent veiligheidssysteem voor- • raam bestaande uit twee vaste kaders op het
zien wordt (dat voldoet aan de toekomstige gelijkvloers

Tabel 6 Breukwijze van het glas in het geval van deuren.


Verschil tussen het binnen- en het Hoogte van het vulpaneel
buitenniveau
h < 0,9 m 0,9 m ≤ h ≤ 1,4 m h ≤ 1,4 m

∆ ≤ 0,5 m Geval nr. 1 : Geval nr. 3 : Geval nr. 3 :


1C-/1B1 1C-/1B1 (1) 1B1/1C- (1)

0,5 m ≤ ∆ ≤ 1 m Geval nr. 2 : Geval nr. 3 : Geval nr. 3 :


1B1 1B1/1C (1) 1B1/1C- (1)

∆ > 1 m P≤1m P>1m P≤1m P>1m P≤1m P>1m

Geval nr. 2 : Geval nr. 1 : Geval nr. 3 : Geval nr. 3 : Geval nr. 3 : Geval nr. 3 :
1B1 1C-/1B1 1B1 1C-/1B1 1B1/1C- 1B1/1C-
( 3) (1) (2) ( 1) ( 3) ( 1) (1 )

(1) Geen eis voor een specifieke toepassing van het type A, B, D en E.
(2) Men dient gelaagd glas toe te passen, aangezien de deur als een portaaldeur beschouwd wordt. Er is immers een niveauverschil van meer dan een
meter op minder dan een meter van de deur.
(3) Als de overloop groter is dan een meter, is de deur niet langer een portaaldeur en wordt het niveauverschil niet in aanmerking genomen (equivalent aan
∆ ≤ 0,5 m).

WTCB-Dossiers – Katern nr. 4 – 2e trimester 2005 – pagina 7


NORMALISERING – REGLEMENTERING – CERTIFICERING .

• raam bestaande uit een vast kader onderaan Afb. 7 Voorstelling van de project- Afb. 8 Voorstelling van de project-
en een opengaand deel bovenaan, waarbij het situatie nr. 1. situatie nr. 2.
risico bestaat dat een menselijk lichaam op
de verdieping uit het venster valt.
Opengaand
deel van het Appartement
4.2 PROJECTSITUATIE NR. 2 (ZIE AFBEEL- Opengaand
schrijnwerk Kantoor
DING 8 EN TABEL 8, P. 10) deel van het
schrijnwerk
De kritieke ontwerpparameters voor de veilig-
heid in het geval van projectsituatie nr. 2 zijn
Borstwering
de volgende : h2 ht,2

Tegengevel
• h1 en h2 = hoogte van de binnenste vul-
panelen h2 ht,2
• he,1 en he,2 = hoogten, begrepen tussen het
afgewerkte niveau van het maaiveld en het
laagste niveau van het schrijnwerk
• ∆1 en ∆2 = verschillen tussen het afgewerkte
binnen- en buitenniveau Sportzaal
• ht = hoogte van de dwarsregel Feestzaal
• raam bestaande uit een vast kader op het he,2 ∆ 2
gelijkvloers
• raam bestaande uit een vast kader onderaan ∆ 2 he,2
en een opengaand deel bovenaan, waarbij het
risico bestaat dat een menselijk lichaam op
de verdieping uit het venster valt. n

∆1 h1 h1 = 0
ht,1
he,1 ∆1 = he,1

t LITERATUURLIJST
1. Belgisch Instituut voor Normalisatie
NBN EN 12600 Glas voor gebouwen. Slingerproef. Stootbelastingproef en classifica-
tie voor vlakglas. Brussel, BIN, 2003.

2. Belgisch Instituut voor Normalisatie


NBN EN 13049 Ramen. Botsing met een zacht en zwaar lichaam. Beproevings-
methode, veiligheidseisen en classificatie. Brussel, BIN, 2003.

3. Belgisch Instituut voor Normalisatie


NBN EN 14019 Gordijnmuren. Weerstand tegen stootbelasting. Prestatie-eisen.
Brussel, BIN, 2004.

4. Federale Overheidsdienst Economie


STS 38 Glaswerk. Brussel, FOD Economie, Eengemaakte Technische Specificaties,
nr. 38, 2004.

5. Federale Overheidsdienst Economie


STS 52.0 Buitenschrijnwerk. Algemene voorschriften. Brussel, FOD Economie,
Eengemaakte Technische Specificaties, nr. 52.0, 2004.

6. Steenhoudt P., Van Rompay W. en Detremmerie V.


Vlak glas en veiligheid. Commentaren op de norm NBN EN 12600. Brussel, Weten-
schappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf, WTCB-Dossiers 2004/4,
Katern nr. 5, 2004.

WTCB-Dossiers – Katern nr. 4 – 2e trimester 2005 – pagina 8


Tabel 7 Voorwaarden en eisen van de projectsituatie nr. 1.

Eisen
Voorwaarden
van de Klasse en impactzones (zie tabel 2, NBN EN 13049 en STS 52.0, Breukwijze (NBN EN 12600) en glastype (STS 38, § 4.4.2.2) (zie tabel 4)
projectsituatie nr. 1 § 4.2.1.10.2)

Gelijkvloers Verdieping Gelijkvloers Verdieping

Binnen Binnen

• specifieke toepas- • geval nr. 1, specifieke toepas- • geval nr. 2, specifieke toepas- • glas aan de binnenkant van het • glas aan de binnenkant van het
sing : sportzaal sing C5 : klasse 5 (valhoogte sing B : klasse 3 (valhoogte 0,45 m) vulpaneel : vulpaneel :
0,95 m) – h1 < 0,9 m – h2 < 0,9 m
• kritieke parameters : • aangezien er een menselijk lichaam – geval nr. 1 – geval nr. 2
– h1 = 0,3 m • schokproef : door het opengaande schrijnwerk- – specifieke toepassing C5 : 1C-/1B1 – specifieke toepassing C5 : 1B1
– ∆1 = 0,4 m – in het midden van het glas van deel kan vallen, is een borstwering Aangezien er een borstwering
– ht,1 = 0,7 m het vulpaneel verplicht (zie § 3.2.2). Men dient • glas aan de binnenkant van het aanwezig is, volstaat een gehard
– h2 = 0,3 m – in het midden van de dwarsregel dus geen proef uit te voeren omdat zichtvlak : glas (C) (zie § 3.4)
– ∆2 = 3,2 m – op het glas van het zichtvlak op er geen gevaar voor vallen bestaat, – h1 < 0,9 m
– ht,2 = 0,7 m 0,9 m van de afgewerkte vloer maar het vulelement moet bestaan – ht,1 < 0,9 m • glas aan de binnenkant van het
– borstwering buiten – op de verbindingen van de uit glas van breukwijze C (gehard – geval nr. 1 zichtvlak :
profielen glas) – specifieke toepassing C5 : 1C-/1B1 ht,2 < 0,9 m; moet behandeld wor-
den als het glas van het vulpaneel

Buiten Buiten
• omgeving : toegan- • toegankelijk voor het publiek : Geval nr. 2, toegankelijk voor het • glas aan de buitenkant van het • glas aan de buitenkant van het
kelijk voor het – klasse 5 publiek : vulpaneel : he,1 < 0,9 m; geval nr. 1; vulpaneel :
publiek – he,1 < 0,9 m, er kunnen dus – klasse 2 specifieke toepassing C5 : 1C-/1B1 – he,2 > 0,9, dus geen schokproef
• kritieke parameters : schokproeven van buitenaf – he,2 > 0,9 m, dus geen schokproef van buitenaf
– he,1 = 0,7 m voorkomen van buitenaf (zie § 3.3) • glas aan de buitenkant van het – geval nr. 4
– he,2 = 3,5 m zichtvlak : he,1 + ht,1; h1 > 0,9 m; – specifieke toepassing C5 : A, C,
• schokproef : geen eisen voor schokken van (B)
– in het midden van het onderste buitenaf; glas van breukwijze A In dit geval opteert men voor
vulpaneel (float) (zie opmerking 1) gehard glas (C) omdat het door de
– op de verbindingen en de aanwezigheid van de borstwering
NORMALISERING – REGLEMENTERING – CERTIFICERING

profielen die zich bevinden op • het glas aan de binnenkant van het niet nodig is een proef uit te
een hoogte lager dan of gelijk zichtvlak kan ofwel bestaan uit voeren. Men kan floatglas (A)
aan 0,9 m van het afgewerkte gehard glas 1C- of uit gelaagd glas gebruiken indien een schokproef
buitenniveau 1B1. Als men opteert voor gehard van binnenuit van klasse 3
glas 1C-, eisen de STS 38 aangetoond heeft dat de buiten-
(§ 4.4.2.2.1) dat de buitenbeglazing beglazing niet breekt
eveneens uit gehard (C) of gelaagd
(B) veiligheidsglas bestaat, om te • glas aan de buitenkant van het
vermijden dat een persoon die het zichtvlak :
geharde glas aan de zijde van de – ht,2 < 0,9 m
schok breekt, zich zou verwonden – moet behandeld worden als het
door het bezwijken van het floatglas glas van het vulpaneel
(A) aan de tegenovergestelde zijde
van de schok (zie § 3.4)

Opm. : 1. De STS 38 en 52.0 hebben betrekking op de veiligheid van personen aan weerszijden van een wand ten opzichte van schokken voortgebracht door personen. Ze gaan niet dieper in op de veiligheid van
personen tegen schokken door voorwerpen die de glazen wand doorboren (personen die verwond raken door glasscherven als gevolg van een bal die door de wand vliegt, bijvoorbeeld). In het geval van een
sportzaal kan het nuttig blijken veiligheidsglas te voorzien op plaatsen waar zich schokken door voorwerpen kunnen voordoen, zelfs indien dit niet opgelegd wordt door de STS 38.
2. Indien de analyse ter verzekering van de functie van een borstwering aantoont dat het gebruik van twee lagen gehard glas vereist is, kan het verstandiger zijn (indien het schrijnwerk gemakkelijk toeganke-
lijk is van buitenaf) een van de twee glaslagen te vervangen door gelaagd glas om de inbraakveiligheid te bevorderen.

WTCB-Dossiers – Katern nr. 4 – 2e trimester 2005 – pagina 9


.
Tabel 8 Voorwaarden en eisen van de projectsituatie nr. 2.

Eisen
Voorwaarden
Klasse (NBN EN 13049) en impactzones (STS 52, § 4.2.2.10.2) Breukwijze (NBN EN 12600) en glastype (STS 38, § 4.4.2.2) (zie tabel 4)
van de
(zie tabel 3)
projectsituatie nr. 2

Gelijkvloers Verdieping Gelijkvloers Verdieping

Binnen Binnen

• specifieke toepas- • geval nr. 2, specifieke toepas- • geval nr. 3, specifieke toepassing A, • binnenbeglazing : • glas aan de binnenkant van het
sing : sportzaal sing C1 : klasse I5 (valhoogte dus geen schokproef – h1 < 0,9 m en ∆1 > 0,5 m vulpaneel, beschermd door de
0,95 m) – geval nr. 2 tegengevel
• kritieke parameters : • het opengaande deel van het – specifieke toepassing C5, dus
– h1 = 0,0 m • schokproef : schrijnwerk kan aanleiding geven glas van breukwijze 1B1 • glas aan de binnenkant van het
– ∆1 = 0,6 m – in het midden van het vulpaneel tot het vallen van een menselijk zichtvlak :
– h2 = 0,9 m – op de verbindingen van de lichaam, maar de tegengevel heeft – tegengevel h2 ≤ 0,9 m
– ∆2 = 3,4 m profielen een voldoende hoogte – geval nr. 3, specifieke toepas-
– ht,2 = 1,0 m sing A, dus geen schokproef en
breukwijze A (float)

Buiten Buiten

• omgeving : toegan- • geval nr. 1 : Geval nr. 3, de buitenkant is toegan- • buitenbeglazing : • he,2 > 0,9 m, zonder schokken van
kelijk voor het – he,1 < 0,9 m kelijk voor het publiek : – he,1 < 0,9 m buitenaf
publiek – ∆ < 0,5 m (het niveau van de – specifieke toepassing C5 : – ∆ < 0, 5 m (het niveau van de • glas aan de buitenkant van het
binnenvloer is hoger dan dat van klasse E5 binnenvloer is hoger dan dat van vulpaneel en van het zichtvlak :

WTCB-Dossiers – Katern nr. 4 – 2e trimester 2005 – pagina 10


• kritieke parameters : het maaiveld) – he,2 > 0,9 m, dus geen schokproef het maaiveld) geval nr. 4 : A, C, (B), dus float-
– he,1 = 0,6 m – specifieke toepassing C5 (de van buitenaf (zie § 3.3) – geval nr. 1, specifieke toepas- glas (A), aangezien er geen
– he,2 = 3,4 m buitenkant is toegankelijk voor sing C5 (de buitenkant is toegan- schokken van binnenuit nodig zijn
het publiek) : klasse E5 (val- kelijk voor het publiek), dus glas
hoogte 0,95 m) van breukwijze 1C- of 1B1
– he,1 < 0,9 m, er kunnen dus
NORMALISERING – REGLEMENTERING – CERTIFICERING

schokproeven van buitenaf


voorkomen

• schokproef :
– in het midden van het vulpaneel
– op de verbindingen en profielen
die zich bevinden op een hoogte
lager dan of gelijk aan 0,9 m van
het afgewerkte buitenniveau
.

You might also like