You are on page 1of 13

Beste juf , meester of begeleider

De ”doe boerderij” is een interactieve les waarbij we de klas in kleine groepjes


verdelen. Deze groepjes worden telkens door u, de begeleider en ons begeleid.
Daarom vragen we aan u en de begeleider dit vooraf even door te nemen. Het
maakt dat u meer op uw gemak bent tijdens het spel en zo ook mee kunnen genieten
van de activiteiten.

Timing
Inleiding: 15 min,
Spel, deel 1, spelen: 30 min
Pauze: 10 min
Spel, deel 2, spelen: 30 min
Een foto maken van hun favoriete plek of dier: 15 min
afsluiten en de les bespreken: 10 min

Algemeen:
We starten met een verhaal en vragen aan de kinderen om de boer mee te helpen.
Er zal die les, 4 verschillende opdrachten uitgevoerd worden door alle groepjes.
Elke opdracht duurt 15 min.
De kinderen krijgen een plan en een opdracht mee die ze moeten uitvoeren. U
begeleidt de groep en krijgt hiervoor een uitleg van hoe, wat en waar. We sturen
hierbij deze uitleg zodat u die vooraf even kan doornemen en niet alles tijdens het
spel moet doornemen. Het zijn 8 uitgeschreven opdrachten, er worden er 4
geselecteerd naargelang het weer, het welzijn van de dieren en het aantal
leerlingen.
U krijgt hierbij ook een plan mee met ijkpunten zoals de waterput, het schaap
wollebol (is een nepschaap) waar het spel start, de voelbakken, stal, keuken, atelier,
mesthoop, moestuin en konijnen. Deze ijkpunten kan je gemakkelijk gebruiken om je
te oriënteren. De kinderen krijgen ook (een eenvoudiger) plan mee. Zo kan u samen
met hen de boerderij ontdekken.
Wol
Duur: 15 min
Waar:,Wol kaarden (borstelen) op de zolder. Ga de trap op in de stal en ga
boven direct naar rechts.

Wat te doen:
Het kaarden (borstelen) kan je met de kaardenmolens doen.

1. Neem een beetje wol en 2. Druk de wol onderin tegen de kleine


trek deze wat uit elkaar. molen aan.

3. Draai dan de grote molen met 4. Wanneer de grote molen een dekentje
de wijzers mee zodat de wol van wol heeft mag je dit er af halen met
verdwijnt onderin (zie pijltje). behulp van de groene priem. Zeg wel heel
Draai door en neem telkens een duidelijk dat ze hier heel voorzichtig mee
beetje wol erbij. moeten zijn. Draai de grote molen tot je
bovenaan de gleuf ziet en glijd met de
priem onder het wollen dekentje door
5. Trek je het naar boven 6. Dan trek je de wol met beide handen
zodat de wol los komt. los van de molen tot je helemaal rond bent.
Een andere persoon helpt met het draaien
van de molen. Let op! Deze keer draai je de
molen in tegengestelde richting.

7. De restjes kan je gerust met de borstels afhalen. Vergeet ook de kleine


molen niet. Leg de gekamde wol in de zak. Bedank hen voor de mooie wol zodat we
nu een mooi bolletje wol kunnen maken voor een lekker warme wintertrui.
Hooizolder

Duur: 15 min
Waar: Op de hooizolder. Boven de stal van de geitjes en schapen.

Wat te doen:
- Ga eerst vragen aan de boer wat ze moeten klaarleggen. Laat hen
zoeken waar het hooi zou liggen.? Hooi zolder? Waar zou er een
zolder zijn? Enz.…
- De baal die jullie moeten versleuren staat aangeduid met een
kaartje in jullie kleur.
-Laat voelen wat het verschil is tussen hooi en stro en leg uit dat
hooi gedroogd gras is (om op te eten) en stro de stengel van graan
(tarwe) is om op te liggen. Een gemakkelijk ezelsbruggetje is : hooi=
honger, stro= spelen, slapen, stront.
- Daarna moeten ze goed samenwerken en een baal versleuren met
heel de groep op de plek naast de deur.
-De kinderen mogen zitten op de balen maar let op dat de kinderen
niet op het hooi of stro gaan staan. De dieren moeten dit nog eten
of er op slapen. Vertel hen : Zou ik op je boterham of op je bed
mogen staan?
- er ligt ook een matras van stro laat ze er eens op liggen. Ligt
het zacht of prikt het een beetje?
-Als je tijd over hebt kan je beneden de stal van de koeien binnen
gaan. Daar staan de koeien /ezel/ pony’s. Zie je het stro liggen op de
grond? Je mag alle dieren in de stal aaien.
Varkens

Duur: 15 min
Waar: buiten achter de mesthoop, voor de moestuin

Wat te doen:
- Laat ze zelf op zoek gaan naar de varkens. De vislijnen staan klaar.
Laat ze een stuk wortel aan de vislijn binden of help hen even. De
stukken wortel liggen klaar in een potje met jullie kleur erop.
- laat ze op het trapje gaan staan en spelen met de dieren.
- er zijn maar twee varkens dus speel telkens maar met twee vislijnen.
Wissel af wanneer de wortel op is, met de andere twee.
- Zorg dat het niet te bont wordt, leer ze eerder met respect omgaan
met de dieren.
- let op! Als de varkens de wortel te pakken hebben kunnen ze best
hard trekken. Je kan dan best de stok stevig vasthouden met je beiden
handen en zelf niet trekken, zodat ze de wortel rustig kunnen los
knabbelen.
- Stel vragen! Hebben ze haartjes of zijn ze kaal? Deze haartjes worden
gebruikt voor verfborstels van te maken. Ja hoor die verfborstels waar
jullie vaak mee schilderen. Het zijn witte stugge haartjes. Hebben ze
tanden? Wat zouden ze eten? Wormen en wortels. Varkens zijn
alleseters.
- Kan je de neus (met de vinger op de neus drukken) van een varken
nadoen en knorren gelijk een varken? Kan je ze ruiken?
- Soms rollen ze in de modder omdat dit goed is voor hun huid te
beschermen tegen de zon. Het is dus een varkens zonnecrème.
Geitjes

Duur: 15 min
Waar: in de weide

Wat te doen:
- De bak met de borstels staan klaar.
- Laat de kinderen eerst kennis maken met het dieren. Aïsha is de zwarte
met lange hoorns. Ze is heel lief.
- Borstel nr. 2 (plastieken borstel). De nek, rug en achterwerk vinden ze
leuk. Steeds in de richting van de haren. De buik is wat gevoelig dus
voorzichtig, de poten moeten niet geborsteld worden
- Borstel nr. 3 ( zachte borstel) is om te eindigen (hier kan je wel de
poten doen).
- Beloon de geitjes met een beetje korrels. Neem hiervoor het potje
met jullie kleur. De andere potjes zijn voor de andere groep.
- Zorg dat je de borstels terug proper achterlaat voor de volgende groep
Konijnen

Duur: 15 min
Waar: Konijnenhokjes rechts van de konijnenvilla

Wat te doen:
- Doe enkel het hokje waar je kleur bij staat (een bolletje in jullie
kleur).
- Neem het bakje bovenaan en zet het op de groene bank. Neem het
konijntje eruit en zet het in de bak. De kindjes mogen zeker aaien maar
niet oppakken en eten geven.
- Leg de materialen even uit en dan begint het opkuiswerk.
- Let op!!! Het voeder/drinkbakje is heel zwaar en de kant van het
voederbakje mag niet nat worden. Je kan het best zelf (als begeleider)
even uithalen. Doe dit in één beweging omdraaien boven de kruiwagen.
Het eten mag in de kruiwagen samen met de mest.
- Haal alles eruit met het krabbertje en maak schoon met de borstel.
- Leg nieuw hooi in het hokje.
- Ververs het eten. Zet het drinkbakje met de waterkant helemaal
tegen de rechterkant. Het eten staat klaar in een klein potje (met jullie
kleur).
- Met het gietertje kan je water geven.
- Zet het konijntje terug in het hokje.
- Breng de mest naar de mesthoop. De begeleider kan best de
kruiwagen uitkiepen op de mesthoop.
Planten

Duur: 15 min
Waar:
In het atelier kan je de bloempotjes versieren met stiften (5min).
In de moestuin: vul je potje met potgrond

Wat te doen:
- begin in het atelier waar ze de bloempotjes versieren met hun naam.
De stiften en de potjes liggen klaar.
- Laat hen de kunstbloem bloem zien. Toon met deze bloem hoe een
zaadje groeit tot een bloem
- In de moestuin ligt er altijd gemaakte compostgrond, in een grote bak
naast de composthopen, klaar.
- Je kan uitleggen waaruit Compostgrond gemaakt is. In de composthoop
zitten allemaal kleine beestjes die onze resten van fruit en groenten
graag opeten. De compost is dus een beetje de uitwerpselen van de kleine
diertjes. Als je dit mengt met een beetje zand of aarde krijg je
compostgrond (kan rijnzand of gewone aarde van de tuin zijn) . Je mag
gerust eens een kijkje nemen door met een stokje in de composthoop te
prikken (heel voorzichtig zodat je geen moord pleegt ;)). Zie je een
diertje in onze composthoop?
- zaai de zaadjes. Een putje in de aarde, zaadjes erin en putje dicht.
Laat de potjes even opzij staan in het atelier. Zeg wel dat ze thuis het
plantje goed water moeten geven.
Granen

Duur: 15 min
Waar: Op de zolder. Je gaat de trap op in de stal aan de voelbakken. Als
je boven komt ga je meteen naar rechts. Daar is een deur en ga naar
binnen en ga via een kleine trap op het podium. Er staan drie tafels met
telkens een andere manier van malen.

Wat te doen:
- Laat ze op de blokjes zitten en geef een beetje uitleg over graan.
- Er staan strohalmen van tarwe (meest gebruikte graan in Europa)
- Laat zien hoe ze het kunnen malen.
1. met de steen, doe een beetje graan op de grote platte steen en zet de
kleine steen erop. Wrijf de steen over het graan. Zeg hen dat ze niet
moeten kloppen met de steen, enkel wrijven. Ze mogen er met hun
gewicht wel op leunen.
2. met de vijzel: ook hier niet kloppen met de stamper. Eén iemand
houdt de pot vast de andere draait met de stamper. Ze mogen hun
gewicht er gerust op laten leunen.
3. met de molen: er staat een rood pijltje op in welke richting er
gedraaid moet worden. Doe de graantjes in de molen en draai. Zien jullie
de bloem eruit komen?
- Verdeel je groep in drie en laat ze elk aan een tafel staan; laat ze het
zelf uitvoeren
- na een tijdje wissel je van tafel zodat ze alle manieren hebben gedaan
- De bloem van de molen mag je in de emmer doen. De andere zaken mag
je in de vuilnisemmer doen.
- Je mag altijd laten zien dat er zemelen in zitten. Je kan dit best laten
zien met een zeefje: de bloem zeven en de zemelen blijven in het zeefje
liggen. Zonder zemelen krijg je bloem voor wit brood met zemelen krijg je
bloem voor bruin brood.
Ezels borstelen

Duur: 15 min
Waar: Bij mooi weer in de weide naast die van de geiten en schapen.

Wat te doen:
- De bak met materiaal staat klaar
- sluit altijd de poort achter jou zodat de weide is afgesloten
- Laat de kinderen eerst kennis maken met het dier. Fille is de hengst en
Grauwtje is de merrie.
- Leg een beetje uit dat ezels kunnen schoppen, ga dus niet vlak achter de
ezel staan of lopen
- Jij bent de baas; je mag best streng zijn als ze ondeugend zijn. Dit doe
je net als bij kinderen: stem verheffen en je houding aanpassen. Als ze
bijten mag je best eens een zachte tik op de snuit geven of hou het dier
bij het halster kort vast.

Borstelen
- je mag gerust met meerderen tegelijkertijd borstelen
- Borstel nr 1 (roskam). De nek, rug en achterwerk vinden ze leuk. Steeds
in de richting van de haren. De buik is wat gevoelig dus voorzichtig, de
poten moeten niet geborsteld worden.
- Borstel nr 2 (plastieken borstel) De nek, rug en achterwerk vinden ze
leuk. Steeds in de richting van de haren. De buik is wat gevoelig dus
voorzichtig, de poten moeten niet geborsteld worden.
- De haarborstel en de kam zijn voor de manen.
Borstel nr. 3 (zachte borstel) is om te eindigen (hiermee kan je wel de
poten doen).
- Beloon de ezels met één stukje wortel. Neem hiervoor het potje met
jullie kleur.
- Zorg dat je de borstels terug proper achterlaat voor de volgende groep
Wandelen met de pony’s

Duur: 15 min
Waar: Op de stenen tussen de stal en de mesthoop

Wat te doen:
-De boeren halen de pony’s uit de stal of de weide en helpen je met deze
opdracht.
Compost zeven
Duur: 15 min
Waar: In de moestuin

Wat te doen?

-Ga met de kinderen in de moestuin op zoek naar de composthoop.


-Je kan uitleggen waaruit compostgrond gemaakt is. In de composthoop
zitten allemaal kleine beestjes die onze resten van fruit en groenten
graag opeten. De compost is dus een beetje de uitwerpselen van de
kleine diertjes. Als je dit mengt met een beetje zand of aarde krijg je
compostgrond (kan rijnzand of gewone aarde van de tuin zijn) . Je mag
gerust eens een kijkje nemen door met een stokje in de composthoop te
prikken (heel voorzichtig zodat je geen moord pleegt ;)). Zie je een
diertje in onze composthoop?
-Vertel dat de diertjes heel veel tijd nodig hebben om compost te maken
en dat takjes opeten langer duurt dan het opeten van zachte blaadjes.
-Om de diertjes een beetje te helpen, kunnen we de compostgrond
zeven.
-Het materiaal staat al klaar: Grove compost, een zeef, en een
kruiwagen. Een zeef kennen de kinderen allemaal van in de zandbak of op
het strand. Daar gebruiken we die vooral om steentjes en schelpjes uit
het zand te halen. In onze moestuin gebruiken we de zeef vooral om er
takjes uit te halen.
-Er ligt een bordje klaar met “te zeven” en “gezeefd” . Gebruik eerst de
aarde van de hoop voor te zeven daarna doe je de gezeefde aarde op de
hoop van “gezeefd”.
-Laat de kinderen om de beurt wat compost zeven.
-
Kippen voederen

Duur: 15 min
Waar: In de kippenren die in de geitenwei ligt.

Wat te doen?
-Het materiaal staat op de bank aan de omheining van de weide van de geiten
en de schapen. Neem er het potje met maïskorrels met jullie kleur uit.
-Ga het sas van de geitenwei binnen en hang het potje met maïs aan het
haakje aan de binnenkant van de kippenren. Als je dat niet doet, denken de
geiten en de schapen dat het voedsel voor hen bestemd is… en dan lopen ze
achter je aan.
-Ga via de geitenwei naar het poortje van de kippenren. Doe de poort
voorzichtig open (niet te ver) en laat de kinderen de kippenren binnengaan.
-Neem een beetje maïs in je hand, hou je hand laag tegen de grond en laat
de kippen de korrels uit je hand pikken. Laat de kinderen je hand zien: ‘Kijk,
Er zitten GEEN gaten in mijn vingers).
-Laat de kinderen zelf voederen. Als ze echt niet durven, kunnen ze ook een
paar maïskorrels op het puntje van hun schoen leggen.
-Ga na het voederen terug naar buiten. LET OP: Poort steeds met de grendel
sluiten!
- Neem het lege potje van de haak en stop het terug in de materiaalbak.

You might also like