Professional Documents
Culture Documents
Tineke van Buitenen ; Corry van den Berg ; Hanneke Waal ; Dieuwke
Auteurs
Agterhoek ; Corry van den Berg
Team Wikiwijs Maken Auteurs
Laatst gewijzigd 18 januari 2022
Licentie CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie
Webadres https://maken.wikiwijs.nl/159896/
Er zijn:
• voorraadbeheer,
• inkopen,
• adviseren van klanten,
• verkopen,
• de winkel op orde houden,
• producten presenteren en producten samenstellen.
https://maken.wikiwijs.nl/userfiles/f/f13d653311b8f2e159e76ae6
7517ed94b463f8ec.pptx
Waar moet je aan denken bij groene vormgeving en verkoop? Wat voor werkzaamheden
horen daarbij en welke competenties heb je nodig om deze beroepen uit te kunnen voeren?
1. Beantwoord de vragen.
Dagelijks eet je verschillende producten. Veel van deze producten worden 'op het land'
gekweekt en grootgebracht zoals:
1. de (super)markt,
2. de boerderijwinkel,
3. een speciaalzaak,
4. een tuincentrum,
De winkelvormen uitgelegd
1. Assortiment zijn alle artikelen die een winkel verkoopt. Een assortiment kan per winkel
verschillen.
3. Imago is hoe de klanten over een winkel denken, bijvoorbeeld duur of vakkundig.
5. Klantenbinding zijn acties of service om de klant steeds weer terug te laten komen,
bijvoorbeeld een spaarkaart voor korting op pretparken.
6. Doelgroep zijn de groep mensen waarop een winkel zich richt, bijvoorbeeld jongeren.
kb 1.1 winkelvormen
2. Maak de corsage.
vulploegmedewerker
Doel
Minimum voorraad = aantal van een product dat een winkel minstens in voorraad wil
hebben.
Maximum voorraad = aantal van een product dat een winkel ten hoogste in voorraad wil
hebben.
Bestelbon = bon waarop je schrijft wat en hoeveel je van een product wilt bestellen bij een
leverancier.
Pakbon = bon die bij de bestelling wordt meegestuurd. Er staat op wat de levering is.
Factuur of rekening = een brief waarin staat hoeveel je moet betalen aan de leverancier. De
btw wordt apart opgeschreven.
Fifo = first in first out. De producten met de kortste houdbaarheid worden vooraan in het
schap gezet. De oudste datum komt het verst weg.
Opdracht
Uitvoering
interflora.xls
De winkel krijgt bestelde producten binnen. Je wilt weten of het de juiste producten zijn. Je
leert waar je op moet letten als je goederen ontvangt en verwerkt.
3.1 Kamerplantenverzorging
Elke dag worden de bloemen en planten in een winkel weer netjes neergezet en verzorgd
voor de verkoop. Dit kan op tafels maar ook op speciale displays, waardoor de producten
extra aandacht trekken. Je leert planten verzorgen, en hoe je een display maakt. Je gaat
planten presenteren, zodat de winkel er netjes uitziet.
Oriëntatie
De groeivoorwaarden zijn:
1. Licht
2. Temperatuur
3. Water (en luchtvochtigheid)
4. Lucht
5. Voeding
6. Grondsoort
Als je een plant kiest, zorg dat je rekening houdt met wat de
plant nodig heeft. Licht, temperatuur, luchtvochtigheid,…
Planten in de schaduw
Temperatuur
Planten die uit tropische regenwouden komen, houden niet van een lage temperatuur.
Planten die van open vlaktes komen, kunnen wel tegen een lage temperatuur.
Water geven
Zonder water kan geen enkele plant leven. Iedere soort plant heeft een andere hoeveelheid
water nodig.
Lucht
Planten zijn de perfecte partners van mensen en dieren. Elke keer als je adem haalt, adem je
zuurstof in en koolstofdioxide (CO2) uit. Planten ademen overdag koolstofdioxide in en
zuurstof uit. Zo vullen mensen en planten elkaar mooi aan. Planten in huis zijn gezond, want
ze leveren zuurstof.
Planten voeden
Elke plant krijgt graag jaarlijks verse aarde. In de nieuwe aarde zitten weer verse
voedingsstoffen. Er zijn veel verschillende soorten potgrond omdat de planten uit allerlei
verschillende streken komen.
Hydrocultuur
1. Bestudeer de opdracht.
3.2 Snijbloemenverzorging
Snijbloemenverzorging gebeurt na aankomst in de winkel. Je haalt ze uit de verpakking,
snijdt of knipt ze schuin af en zet ze in een schone emmer met water.
Je gaat een aantal filmpjes bekijken en hierover vragen beantwoorden. Zo leer je hoe je
bloemen in een vaas zet.
Opdrachten snijbloemenverzorging
Opdracht A: Vragenblad maken
Je loopt stage bij 011bloemen. Deze winkel heeft een website voor bloemenabonnementen.
Aan de hand van de bestelbon ga je een boeket maken en afleveren. Je doet een kaartje aan
het boeket. Je vult een pakbon in, die je meeneemt naar het afleveradres.
Bekijk één van de filmpjes, afhankelijk van de bestelling Small, Medium of Large. Je kunt de
filmpjes openen door op de link te klikken.
snijbloemenverzorging Chrysal
• Uitstraling
• Sfeer
• Overzicht
• Rust
• Presentaties op beeldschermen
• Demonstraties en proeverijen van producten
• Afbeeldingen om de aandacht te trekken
• Displays (tijdelijke presentaties) met (nieuwe) producten
De winkel heeft een bepaalde routing, dit is de richting waarin je vanaf de ingang naar de
kassa wordt geleid.
• Producten waar je het meest aan verdient, zet je rechts, op ooghoogte, in het schap.
• Zorg voor brede looppaden.
• De kassa duidelijk zichtbaar of aan het eind van de route.
• Zorg dat de klant overal bij kan.
Met de winkelinrichting ben je er nog niet, je moet natuurlijk ook aandacht besteden aan de
buitenkant, het exterieur van de winkel. Het exterieur bestaat uit de winkelpui, de etalage
en de entree.
De klant moet je herkennen aan de huisstijl. Met een logo en kleuren kun je opvallen
tussen de andere winkels.
- Verpakking
- Winkelpui
- Auto
Overal waar je huisstijl herkenbaar is, noem je huisstijldragers. Duidelijk herkenbaar voor
iedereen is bijvoorbeeld McDonald's.
Om een duidelijk beeld te krijgen van de inrichting van de winkel, ga je een filmpje bekijken.
Winkelinrichting en routing
• Verticaal
• Horizontaal
• Gemixt met per plank een blikvanger
Variabele kosten = kosten die afhankelijk zijn van het aantal producten dat je verkoopt of
maakt.
Arbeidskosten = de kosten die een bedrijf rekent voor de arbeid om een product te maken.
Kostprijs = de kosten die een bedrijf maakt om een product te maken of in te kopen.
Btw = een belasting die de overheid heft over de verkoop van producten of diensten. Er is
een laag en een hoog btw-tarief.
Korting = een lagere prijs dan de oorspronkelijke prijs die je ergens voor betaalt.
1. Kostprijs berekenen
2. Opslagpercentage berekenen
3. Arbeidskosten berekenen
Arbeidskosten per gewerkte tijd = kosten per minuut vermenigvuldigen met het aantal
gewerkte minuten.
5. btw berekenen
Verkoopprijs = 100%
Een bedrijf moet de btw verrekenen. Als het bedrijf meer btw ontvangt dan betaalt, wordt
het verschil betaalt aan de Belastingdienst (overheid).
Als het bedrijf meer btw betaalt dan ontvangt, mag het verschil worden teruggevraagd aan
de Belastingdienst.
Daarom wil een bedrijf altijd een 'btw-bon' bij een aankoop.
Laag tarief:
Hoog tarief:
Voorbeeld:
Oriëntatie
Vorm en techniek
Bloemen die je kunt gebruiken voor een bloementaart zijn: Chrysant, Roos, Gipskruid.
Een bloementaart lijkt op een slagroomtaart. Om de taart te maken, knip je alle materialen
(groen en bloemen) die je op de bovenkant gebruikt op gelijke lengte. Je steekt de
materialen netjes naast elkaar (parallel). Je verdeelt de materialen over het oppervlak. De
zijkant van de taart bekleed je met blad, dit leg je dakpansgewijs over elkaar, zodat je geen
steekschuim meer ziet.
Bloemen afsnijden
Hulpmaterialen
Steekschuim
Steekschuim heeft meestal een groene kleur. Het wordt gebruikt om
bloemen in te steken. Groenkleurige steekschuim neemt snel water
op. Het houdt het water vast en geeft het langzaam af aan de
bloemen. Het steekschuim is zo stevig dat ingestoken bloemen en
bladeren er goed in blijven staan. Je mag steekschuim niet onder water
duwen. Dan wordt de binnenkant van het steekschuim niet nat.
Steekschuimprikker
Een steekschuimprikker gebruik je om steekschuim vast te zetten op
een schaal of een bord. Het steekschuim kan dan niet meer
verschuiven.
Cling
Om een steekschuimprikker vast te zetten
gebruik je kleefstof. Kleefstof noem je ook wel
"cling". Cling kun je met wasbenzine of terpentine
verwijderen van de ondergrond.
1. Open de bestanden:
bb 4.2 opdracht verkoopprijsberekening
bloemstuk
bb 4.2 factuur bloemstuk
2. Maak de opgaven en bespreek ze met je docent.
4. Vorm → groepjes van dezelfde artikelen afwisselen met andere materialen, versterken de
vorm in de presentatie.
5. Textuur → artikelen die 'glad' aanvoelen ga je combineren met materialen die een ruwe
6. Compositie → hoe zet je de artikelen in de presentatie. Zorg dat alle artikelen in groepen
staan. Als je artikelen uit elkaar gaat zetten, wordt het rommelig.
Je kijkt naar een aflevering van Klokhuis om uit te vinden wat etaleren is en hoe je een
etalage maakt.
https://www.youtube.com/embed/4q2VOItOlpA
Doel
Oriëntatie
1. Thema → Een etalage heeft een onderwerp, dit noem je een thema. Bijvoorbeeld:
seizoenen, feestdagen, evenementen, trends.
2. Licht → Je zet het product in the spotlight. Daardoor valt het product op.
3. Kleur → gebruik niet meer dan drie kleuren, anders wordt de etalage rommelig.
Kleur brengt sfeer in de etalage.
4. Compositie → hoe zet je de producten in de etalage. Zorg dat alle producten in
groepen staan. Als je producten uit elkaar gaat zetten, wordt het rommelig.
Bijvoorbeeld:
- Een taart die je bij de bakker bestelt voor je verjaardag.
- Bloemwerk voor een speciale gelegenheid zoals een
bruiloft.
2. Maak de parallelschikking.
3. Schrijf de factuur.
parallelschikking lente
parallelschikking zomer
Oriëntatie
Non-verbale begroeting → je geeft een knikje of een glimlach, als je oogcontact maakt met
de klant. (geen geluid)
Eerst stel je open vragen → de vraag begint met een vragend voornaamwoord en kun je niet
alleen met ja of nee beantwoorden.
Daarna stel je gesloten vragen → de vraag kan met ja of nee worden beantwoord. Of geeft
keuze uit twee mogelijkheden. De vraag begint met een werkwoord.
Als je een product verkoopt, probeer je daar nog meer producten bij te verkopen. Dit noem
je bijverkoop.
Impulsaankoop: de klant koopt nog een product, die hij niet van plan was te doen.
Voorbeeld: de klant pakt een felicitatiekaartje van de toonbank voor bij het boeket.
Afrekenen:
Service verlenen:
Verkoopgesprek en
winkelvormen:
Verkoopgesprekken gaan
niet in alle winkels op
dezelfde manier, in de
supermarkt heb je helemaal
geen verkoopgesprek, je
geeft hoogstens advies.
https://www.youtube.com/embed/7E37AX099qU
Je gaat een verkoopgesprek voeren in de winkel bij 011. Er komt een klant om een product te
kopen. Je geeft advies, pakt het product in en rekent af met de kassa.
1. Volg de instructie van de docent. Weet je het niet precies? Bekijk dan het filmpje
korenschoof boeket maken.
2. Maak het boeket.
3. Laat je boeket beoordelen door je docent.
https://www.youtube.com/embed/viaJyYz4i7Y
http://thiememeulenhoff.dsens.net/rekenspellen/standalone.php?x
mlfile=0/spel03.xml
Rekenen met de kassa. Doe de oefening.
Als je in een winkel niet gepast betaalt, krijg je wisselgeld terug. Maar hoe werkt doortellen
eigenlijk?
2. Ga met een medeleerling geld teruggeven oefenen met behulp van het opdrachtenblad.
Een offerte is een prijsopgave van goederen of diensten die een klant wil kopen.
• telefonisch
• via e-mail
• via een contactmogelijkheid van een website
kb 8.1 offerteformulier
Test
oefentoets
https://maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/5941799
Algemene Informatie
Titel oefentoets
Aantal Vragen 48
Nieuwe Categorie
1. Voorraadbeheer
Supermarkten, bouwmarkten en tuincentra kopen hun bloemen en planten vaak
rechtstreeks in bij een kweker in plaats van op de veiling.
Niet waar
Waar
1. Voorraadbeheer
Supermarkten, bouwmarkten en tuincentra kopen hun bloemen en planten vaak
rechtstreeks in bij een kweker in plaats van op de veiling.
Alleen kwekers die bij de veiling ingeschreven staan mogen via de klok verkopen.
Waar
1. Voorraadbeheer
Supermarkten, bouwmarkten en tuincentra kopen hun bloemen en planten vaak
rechtstreeks in bij een kweker in plaats van op de veiling.
Een supermarktketen kan een vaste prijs afspreken wanneer zij rechtstreeks bij een kweker
inkoopt.
Niet waar
Waar
2. Derving
Waardoor kan derving ontstaan?
Bedorven producten
Bestelde producten
2. Derving
Waardoor kan derving ontstaan?
Verkochte producten
2. Derving
Waardoor kan derving ontstaan?
Kapotte producten
Bestelde producten
3. Aflevering
Een winkel houdt een ……… aan om een onverwachte vraagstijging of vertraging in de
aflevering te kunnen opvangen.
(Buffer)voorraad
Inkoper
Levertijd
Omzetsnelheid
(Buffer)voorraad
Derving
Levertijd
Omzetsnelheid
5. Controle
Wie moet de binnengekomen goederen in het magazijn van het tuincentrum controleren?
Medewerker tuincentrum
Winkelier
Leverancier
6. Bestelling
Bij een bestelling hebben de winkelier en de leverancier hun eigen taken.
Winkelier
Leverancier
6. Bestelling
Bij een bestelling hebben de winkelier en de leverancier hun eigen taken.
Winkelier
Leverancier
Winkelier
Leverancier
6. Bestelling
Bij een bestelling hebben de winkelier en de leverancier hun eigen taken.
Winkelier
Leverancier
6. Bestelling
Bij een bestelling hebben de winkelier en de leverancier hun eigen taken.
Winkelier
Leverancier
8. Kwaliteit
Je moet de kwaliteit van de bloemen en het gemaakte bloemwerk altijd goed bewaken.
8. Kwaliteit
Je moet de kwaliteit van de bloemen en het gemaakte bloemwerk altijd goed bewaken.
9. Presenteren
Je presenteert de producten in een winkel in schappen (stellingen) of op displays
(presenteertafels).
Plaats de producten waar je het meest aan verdient op ooghoogte in het schap.
9. Presenteren
Je presenteert de producten in een winkel in schappen (stellingen) of op displays
(presenteertafels).
9. Presenteren
Je presenteert de producten in een winkel in schappen (stellingen) of op displays
(presenteertafels).
Zet de producten soort bij soort, met de voorkant van het pak zichtbaar (spiegelen)
10. Kosten
Wat is de inkoopprijs van een product?
10. Kosten
Wat zijn arbeidskosten voor een product?
De kosten die een bedrijf rekent voor de arbeid om een product te maken
10. Kosten
Wat is een opslagpercentage (winstopslag)?
11. Etalage
Met een etalage kan een winkel zich onderscheiden van collega's en concurrenten.
Juist
Onjuist
11. Etalage
Met een etalage trek je de aandacht van de klant op straat.
Is deze uitspraak juist of onjuist?
Juist
11. Etalage
Een etalage geeft een goede indruk van wat een winkel verkoopt.
Juist
Onjuist
12. Kleur
Met kleur in een presentatie trek je de aandacht van een klant.
Juist
Onjuist
12. Kleur
Een goede productpresentatie bevat altijd in ieder geval vier kleuren.
Juist
12. Kleur
De kleur oranje is een koude kleur.
Juist
Onjuist
12. Kleur
Met de kleur zwart benadruk je het thema Valentijn.
Juist
Onjuist
13. Moodboard
Waarom maak je een moodboard voordat je een productpresentatie maakt?
14. Blikvanger
Wat is de beste plek voor een blikvanger in de etalage?
Op de grond
In de lucht
Tegen de achterwand
Op ooghoogte
15. Regels
Welke uitspraak is juist als je een productpresentatie maakt?
15. Regels
15. Regels
Welke uitspraak is juist als je een productpresentatie maakt?
17. Eigenschappen
Welke eigenschap is belangrijk voor een goede verkoper?
17. Eigenschappen
Welke eigenschap is belangrijk voor een goede verkoper?
Ongeduldig zijn
17. Eigenschappen
Welke eigenschap is belangrijk voor een goede verkoper?
18. Klanten
Er zijn verschillende klanttypen.
Maak een praatje met de klant zodat deze zich op zijn gemak voelt.
19. Formulier
Vul de tekst aan. Wat moet er op de puntjes staan?
19. Formulier
Vul de tekst aan. Wat moet er op de puntjes staan?
19. Formulier
Vul de tekst aan. Wat moet er op de puntjes staan?
.......................................................
20. Betalen
Je verkoopt tulpen. De inkoopprijs van een bos tulpen is € 2,10. Opslagpercentage is 50%.
Wat is de verkoopprijs?
€ 1,05
€ 3,15
20. Betalen
Je werkt 20 minuten aan een product. De arbeidskosten zijn € 12,00 per uur.
€ 2,40
€ 7,20
€ 4,00
20. Betalen
Een klant rekent een boeket af van € 23,95. Hij betaalt met € 50,-.
a Koopwens bepalen.
b Afrekenen.
c Advies geven.
d Begroeten.
e Afsluiten.
Bijvoorbeeld:
Opdracht: Reflectie
Het arrangement beoogt alle leerstof voor profielmodule 4 Groene vormgeving en verkoop
af te dekken zoals omschreven in de (deel)taken van profielmodule 4 Groene vormgeving en
verkoop van conceptsyllabus profiel Groen, 2020
Cadeautasje maken
Auteurs Tineke van Buitenen ; Corry van den Berg ; Hanneke Waal ; Dieuwke
Agterhoek ; Corry van den Berg
Team Wikiwijs Maken Auteurs
Laatst gewijzigd 18 januari 2022 om 15:44
Licentie De Internationale Creative Commons 4.0 licentie waarbij de gebruiker
het werk mag kopiëren, verspreiden en doorgeven en afgeleide werken
mag maken onder de voorwaarden: Naamsvermelding en Gelijk Delen,
zie http://creativecommons.org/licenses/by-sa/4.0/.
Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0
Internationale licentie licentie.
Bronnen
vulploegmedewerker
https://youtu.be/rm_6DO8z81Y
snijbloemenverzorging Chrysal
https://www.youtube.com/watch?v=tEq-1wT3yss
Winkelinrichting en routing
https://youtu.be/NErLMf2SrLE
http://thiememeulenhoff.dsens.net/rekenspellen/standalone.php?xmlfile=0/
spel03.xml
http://thiememeulenhoff.dsens.net/rekenspellen/standalone.php?xmlfile=0/
spel03.xml