You are on page 1of 37

1-Chemie

Prof. dr. ir. Pieter Billen


1
Vandaag (9)

▪ Evenwicht

2
Inhoud van de cursus
▪ Deel 1 – MATERIE en ENERGIE
1. Basisbegrippen – materie
2. Inleiding tot de atoomtheorie
3. Kwantummechanica en de rare aard van elektronen
4. Chemische periodiciteit
5. Interacties tussen deeltjes
▪ DEEL 2 – Chemische REACTIVITEIT
6. Stoichiometrie en reactievergelijkingen
7. Inleiding tot de chemische thermodynamica
8. Anorganische reacties
9. Zuur-base reacties
10. Redoxreacties
11. Neerslagreacties
3
Chemisch Evenwicht

4
2 𝑁𝑂2 ⇌ 𝑁2 𝑂4

5
6
Reactiequotiënt - Evenwichtsconstante
𝑎𝐴 + 𝑏𝐵 ⇌ 𝑐𝐶 + 𝑑𝐷
Reactiequotiënt
𝐶 𝑐 𝐷 𝑑
𝑄= 𝑎 𝑏
𝐴 𝐵

met [ ]= concentratie = n/V

Ongeacht de beginsituatie → eindwaarde van Q


steeds dezelfde → Qevenwicht = evenwichtsconstante K
7
𝐴 𝑙 ⇌ 𝐴(𝑔)

𝐴(𝑔)
𝐾= = 𝑝𝐴
𝐴 (𝑙)
8
Reactiequotiënt - Evenwichtsconstante
Indien reactie aflopend
𝑎𝐴 + 𝑏𝐵 → 𝑐𝐶 + 𝑑𝐷

Chemisch evenwicht
𝑎𝐴 + 𝑏𝐵 ⇌ 𝑐𝐶 + 𝑑𝐷

9
2 𝑁𝑂2 ⇌ 𝑁2 𝑂4

10
11
Evenwichtsconstante
Chemisch evenwicht
𝑎𝐴 + 𝑏𝐵 ⇌ 𝑐𝐶 + 𝑑𝐷
[𝐶]𝑐𝑒𝑣 [𝐷]𝑑𝑒𝑣
𝐾𝑒𝑣,𝐶 =
[𝐴]𝑎𝑒𝑣 [𝐵]𝑏𝑒𝑣

K zeer groot → evenwicht sterk naar rechts


K  1 → ongeveer evenveel product als reagens is aanwezig
Indien K zeer klein → evenwicht sterk naar links

De waarde van K hangt alleen af van de reactie en de temperatuur


12
Evenwichtsconstante
▪ 𝑎𝐴+𝑏𝐵 ⇌𝑐𝐶+𝑑𝐷
[𝐶]𝑐𝑒𝑣 [𝐷]𝑑
𝑒𝑣
▪ 𝐾𝑒𝑣,𝐶 =
[𝐴]𝑎 𝑏
𝑒𝑣 [𝐵]𝑒𝑣
▪ Door de ideale gaswet (zie eerder) kan je voor ideale gassen de concentraties
in deze formule vervangen door hun partieeldrukken (ga dit zelf na!).
𝑐 𝑑
𝑃𝐶,𝑒𝑣 𝑃𝐷,𝑒𝑣
▪ 𝐾𝑒𝑣,𝑃 = 𝑎 𝑃𝑏
𝑃𝐴,𝑒𝑣 𝐵,𝑒𝑣

▪ Het verband tussen de twee evenwichtsconstanten (Kc en KP) wordt gegeven


door:
▪ 𝐾𝑒𝑣,𝑃 = 𝐾𝑒𝑣,𝐶 ∙ (𝑅𝑇)∆𝑛𝑔𝑎𝑠
https://chem.libretexts.org/Bookshelves/General_Chemistry/Book%3A_Chem1_(Lower)/11%3A_Chemical_Equilibrium/11.04%3A_Equilibri
um_Expressions
13
14
Reactiequotiënt - Evenwichtsconstante
▪ De waarde van Q beschrijft de toestand van een reactiemengsel→
vergelijken met de evenwichtsconstante, om in te schatten of de reactie
de neiging heeft om verder naar links of naar rechts te lopen.
Waarde Q Q < Kev Q = Kev Q > Kev
Richting van Naar kant van Evenwicht Naar kant van
de reactie producten bereikt reagentia
(rechts) (links)

𝑎𝐴 + 𝑏𝐵 ⇌ 𝑐𝐶 + 𝑑𝐷
𝐶𝑐 𝐷𝑑
𝑄=
𝐴𝑎 𝐵𝑏
15
Waarde Q Q < Kev Q = Kev Q > Kev
Richting van Naar kant van Evenwicht Naar kant van
de reactie producten bereikt reagentia
(rechts) (links)

16
M = mol.L-1
Voorbeeld
𝐴 𝑎𝑞 + 𝐵 𝑎𝑞 ⇌ 𝐶 𝑎𝑞 + 𝐷(𝑎𝑞)
[A] = 4 M ; [B] = 6 M
Na even wachten, dus bereiken van evenwicht, is [D] = 2 M
K=?

17
M = mol.L-1
Voorbeeld 2
𝐴 𝑎𝑞 + 𝟐 𝐵 𝑎𝑞 ⇌ 𝐶 𝑎𝑞 + 𝐷(𝑎𝑞)
[A]ev = [B]ev = 2 M ; K = 8 L.mol-1
Wat is [D]ev?

18
Evenwicht in meerdere fasen (heterogeen)

[𝐶]𝑐𝑒𝑣 [𝐷]𝑑𝑒𝑣
𝐾𝑒𝑣,𝐶 =
[𝐻2 𝑂] 1

2
𝑔𝑒𝑠𝑙𝑜𝑡𝑒𝑛 𝑠𝑦𝑠𝑡𝑒𝑒𝑚!
𝑃𝐶𝑂,𝑒𝑣
𝐾𝑒𝑣,𝑃 =
𝑃𝐶𝑂2,𝑒𝑣 𝑃𝐶,𝑒𝑣 1 19
Het principe van Le Chatelier
▪ Als een systeem, dat zich in chemisch evenwicht bevindt, verstoord wordt, zal
het evenwicht zodanig verschuiven dat het effect van de verstoring gemilderd
wordt.

aA + bB ⇄ cC + dD
▪ Chemisch evenwicht kan verstoord worden door:
➢ verandering van één of meer concentraties
➢ verandering van volume (of druk)
➢ verandering van temperatuur
K = f(T)
▪ Belangrijk: waarde van K van een reactie is enkel afhankelijk van T → K wordt niet beïnvloed
door veranderingen die T niet wijzigen.

https://www.youtube.com/watch?v=PciV_Wuh9V8
20
Het principe van Le Chatelier
Chemisch evenwicht
𝑎𝐴 + 𝑏𝐵 ⇌ 𝑐𝐶 + 𝑑𝐷
[𝐶]𝑐𝑒𝑣 [𝐷]𝑑𝑒𝑣
𝐾𝑒𝑣,𝐶 =
[𝐴]𝑎𝑒𝑣 [𝐵]𝑏𝑒𝑣

▪Verstoring door één of meer concentraties te veranderen


➢ Toevoegen van stof aan één kant van de reactievergelijking → het evenwicht
verschuift naar de andere kant.
➢ Verlagen van de concentratie van een van de stoffen → het evenwicht verschuift in
de richting van de weggenomen stof.
Bv voor de reactie in de gasfase:
N2 + 3 H2 ⇌ 2 NH3
Toevoegen van H2→ het evenwicht verschuift rechts
21
Het principe van Le Chatelier
Chemisch evenwicht
𝑎𝐴 + 𝑏𝐵 ⇌ 𝑐𝐶 + 𝑑𝐷
[𝐶]𝑐𝑒𝑣 [𝐷]𝑑𝑒𝑣
𝐾𝑒𝑣,𝐶 =
[𝐴]𝑎𝑒𝑣 [𝐵]𝑏𝑒𝑣

▪Verstoring door volume (of druk) te veranderen (reactie in de gasfase)


➢ Bij volumeafname (druktoename) verschuift het evenwicht in de richting
waar er minder deeltjes zijn.
➢ Bij volumevermeerdering (drukafname) daarentegen schuift het evenwicht
op in de richting met meer deeltjes.
N2 (g)+ 3 H2 (g) ⇌ 2 NH3 (g) (links: 1+3 mol gas; rechts 2 mol gas)
Bij volumeafname (druktstijging) verschuift het evenwicht naar rechts (2<4).
Bij volumevermeerdering (drukdaling) schuift het evenwicht naar links (4>2)
22
Het principe van Le Chatelier
Chemisch evenwicht
𝑎𝐴 + 𝑏𝐵 ⇌ 𝑐𝐶 + 𝑑𝐷
[𝐶]𝑐𝑒𝑣 [𝐷]𝑑𝑒𝑣
𝐾𝑒𝑣,𝐶 =
[𝐴]𝑎𝑒𝑣 [𝐵]𝑏𝑒𝑣

▪Verstoring door de temperatuur te veranderen


➢ Bij temperatuursstijging verandert de waarde van K zodanig dat de
endotherme richting (= waar warmte opgenomen wordt) bevorderd
wordt.
N2 + 3 H2 ⇌ 2 NH3 + warmte
Indien T stijgt evenwicht naar links verschuiven en minder NH3 gevormd
Indien T daalt evenwicht naar rechts verschuiven en meer NH3 gevormd

23
24
2 𝑁𝑂2 ⇌ 𝑁2 𝑂4 ΔH = -57 kJ/mol

Stijging van de druk, P

Links Rechts

25
2 𝑁𝑂2 ⇌ 𝑁2 𝑂4 ΔH = -57 kJ/mol

Stijging van de
temperatuur, T

Links Rechts

26
𝑃𝑏 2+ 𝑎𝑞 + 2 𝑂𝐻 − ⇌ 𝑃𝑏(𝑂𝐻)2

Meer Pb2+

Links Rechts

27
𝑃𝑏 2+ 𝑎𝑞 + 2 𝑂𝐻 − ⇌ 𝑃𝑏(𝑂𝐻)2

Hogere pH
(dus meer OH-)

Links Rechts

28
Vermenigvuldigen van reacties

29
30
Oefeningen
1)
Voor de reactie 2NH3(g) ⇋ N2(g) + 3H2 (g) is Kc=17 bij een bepaalde
temperatuur.
Als de beginconcentraties zijn:
[NH3] = 0,200 mol/L; [N2] = 1,000 mol/L; [H2] = 1,000 mol/L
Hoeveel bedraagt de reactiequotiënt (in concentraties) en in welke
richting verloopt de reactie?

Antwoord:
Qc = 25 , reactie loopt naar links

31
Oefeningen
2)
In welke richting verschuift het evenwicht voor de reactie:
C(s) + CO2(g) ⇋ 2CO(g) ΔH°=+172,47 kJ mol-1
als
1) de temperatuur wordt verhoogd;
2) het volume wordt verkleind;
3) CO2 gas wordt toegevoegd;

Antwoord:
1) R 2) L 3) R
32
Oefeningen
(3)
Een mengsel van 0,20 mol N2 en 0,55 mol H2 wordt in
een vat van 10 L gebracht. Bij evenwicht blijkt er 0,10
mol NH3 aanwezig te zijn.
Bereken bij de heersende reactieomstandigheden de
evenwichtsconcentraties van N2 en H2 en bereken Kc

Antwoord:

Kc = 104 (mol/L)-2
33
Oefeningen
4)
De evenwichtsconstante van de omkeerbare reactie
N2 + O2 ⇋ 2 NO bedraagt 0,0056.
In 10 L reactiemengsel zijn bij evenwicht 2,0 mol O2 en
2,0 mol N2 aanwezig.
Bereken hoeveel mol NO het reactiemengsel in
evenwicht bevat.

Antwoord:
0,15 mol NO
34
Te onthouden – samenvatting

Reacties correct kunnen opstellen (stoichiometrie)

Reacties in evenwicht en relatie met de toestand


van de reactie (reactiequotiënt), ook in gasfase

Het principe van Le Chatelier: opgelegde verstoring


van het evenwicht wordt door reactie tegengewerkt

35
Volgende les (10) Enthalpie vs. Entropie
ΔG = ΔH – T ΔS
▪ Deel 1 – MATERIE en ENERGIE
1. Basisbegrippen – materie
2. Inleiding tot de atoomtheorie
3. Kwantummechanica en de rare aard van elektronen
4. Chemische periodiciteit
5. Interacties tussen deeltjes
▪ DEEL 2 – Chemische REACTIVITEIT
6. Stoichiometrie en reactievergelijkingen
7. Inleiding tot de chemische thermodynamica
8. Anorganische reacties
9. Zuur-base reacties
10. Redoxreacties
11. Neerslagreacties

36

You might also like