You are on page 1of 5

OEFENINGEN THEMA 1 GROOTHEDEN – EENHEDEN - METROLOGIE

De oefeningen kennen een stijgende moeilijkheidsgraad (aangeduid met 1, 2 of 3 ).

Op het examen zijn het voornamelijk oefeningen van . De oefeningen met zijn
extra uitdagende oefeningen.

Bij de oefeningen staat steeds de uitkomst weergegeven maar geen uitgewerkte oplossing. De
bedoeling is dat je zelf actief aan de slag gaat om de oplossingsmethode te vinden. De oefeningen die
door de meeste studenten niet gevonden worden zullen klassikaal gemaakt worden tijdens het
werkcollege. Hier kan je ook vragen stellen over andere oefeningen waar je mee vast zit.

1. De leeftijd van het heelal wordt geschat op 14 miljard jaar. Schrijf dit, uitgaande van twee
significante cijfers, in machten van 10 (a) in jaren, (b) in seconden. ((a) 14 miljard jaar of 1,4 . 1010
jaar, (b) 4,4 . 1017 seconden)

2. Hoeveel significante cijfers hebben elk van de volgende getallen: (a) 214, (b) 81,60, (c) 7.03,
(d) 0.03, (e) 0.0086, (f) 3236

(a) 3
(b) 4
(c) 3
(d) 1
(e) 2
(f) 4

3.Bepaal het aantal beduidende cijfers van volgende getallen: (a)1,094 km, (b) 0,0170 cm,
(c)12,5 g, (d) 40725 mm, (e) 0,00250 dm, (f) 325,0 m, (g) 13 kg, (h) 27,001 kg.

(a) 4
(b) 3
(c) 3
(d) 5
(e) 3
(f) 4
(g) 2
(h) 5

4. Rond volgende getallen af op 3 beduidende cijfers: (a) 12,46 m, (b) 0,0001500 g, (c) 21450 cm,
(d) 5,1395 . 10³ m, (e) 0,12054 kg, (f) 1246 m.

(a) 12, 5 m
(b) 150 . 10-6 g
(c) 21, 5 . 10³ cm
(d) 5.14 . 103 m
(e) 12.1 . 10-2 kg
(f) 12.5 . 10² m

5. Schrijf de volgende getallen in de machten-van-tiennotatie: (a) 1, 156, (b) 21,8, (c) 0,0068, (d)
328,65, (e) 0.219 en (f) 444.

(a) 1.156 . 100


(b) 2.18 . 101
(c) 6.8 . 10-3
(d) 3,2865. 10²
(e) 2.19.10-1
(f) 4.44 . 10²

6. Schrijf de volgende getallen helemaal uit met het juiste aantal nullen: (a) 8,69 . 10 4, (b) 9.1 .
10³, (c) 8,8 . 10-1, (d) 4,76 . 10² en (e) 3,62 . 10-5

(a) 86900
(b) 9100
(c) 0.88
(d) 476
(e) 0.0000362

7.Schrijf de volgende getallen als volledige (decimale) getallen met standaardeenheden: (a)
286,6 mm, (b) 85 µV, (c) 760 mg, (d) 60,0 ps, (e) 22,5 fm, (f) 2,50 gigavolt

(a) 0.2866 m
(b) 0.000085 V
(c) 0.00076 kg
(d) 0.000 000 000 0600 s
(e) 0.000 000 000 000 0225 m
(f) 2.500 000 000 Volt
8. Vul onderstaande tabel aan:
meetresultaat Kenmerkend deel Kenmerkende Meetnauwkeurigheid
cijfers

0,0253m

104,6cm

2705,0m

9. Er wordt gevraagd de tijd te berekenen voor de vergelijking s=v.t (met s: afgelegde


weg, v: snelheid en t: tijd). De gegeven waarden zijn respectievelijk s=5,3 m, v=1,67m/s.
Oplossing: t=3,2 s

10. Bereken de oppervlakte van een rechthoek met lengte l = 2,4 m en breedte b = 3,65
m.
Oplossing: oppervlakte = 8,8 m²

11. Bereken de snelheid indien de afgelegde weg 725,0 m is en de tijd hiervoor nodig
0,125 s.
Oplossing: snelheid v = 5,80*103 m/s

12. Tel volgende getallen op 23,1 m; 0,546 m en 1,45 m. Hoe ziet je resultaat eruit?
Oplossing: 25,1m

13. Verminder 157 m met 5,5 m. Geef je resultaat.


Oplossing: 152 m

14. Er worden 2 vergelijkingen gegeven.


(1) v = v0+a.t
(2) s = v/(2.a)
met v: snelheid in m/s, v0: beginsnelheid, a: versnelling in m/s², t: tijd in s en s:
afgelegde weg in m.
Maak gebruik van de dimensieformule om na te gaan of de vergelijkingen correct zijn.
15. Bereken: 3.52 m + 13.6 cm (formuleer je antwoord in SI eenheden)
Oplossing: 3,66 m

16. Bereken: 4 . 102 cm – 16 cm (formuleer je antwoord in SI eenheden)


Oplossing: 4 m

17. In een mengvat voegt men 27kg oplosbare olie, 18 kg alcohol en 45 kg water bij
elkaar. Bereken de samenstelling van het mengsel in gewichtsprocenten.
Oplossing: 30 gew.% olie, 20 gew.% alcohol, 50 gew.% water

18. Maak onderstaande berekeningen. Let op het aantal beduidende cijfers

14 . 10³ cm . 7,45 cm = 10 .104 cm²

89,0 m . 6 = 534 m

34,78 kg : 4,2 kg = 8.3

7456 m : 0,056 m = 13 . 104

19. Wat is het onnauwkeurigheidspercentage (procentuele fout) in de meting 5,48 ± 0,25


m?

4.6%

20. Tijdsintervallen die zijn gemeten met een chronometer hebben meestal een
onnauwkeurigheid van ongeveer 0,2 s, als gevolg van de menselijke reactietijd op de start- en
stopmomenten. Wat is het onnauwkeurigheidspercentage (procentuele fout) van een handgeklokte
meting van (a) 5 s, (b) 50 s, (c) 5 min?

(a) 4%
(b) 0.4%
(c) 0.07%
(d)

21. Tel op (9,2. 10³ s) + (8,3 . 10 4 s) + (0.008 . 106 s)

1 . 105 s
22. Vermenigvuldig 2,079 . 10² m met 0.082 . 10 -1 m, waarbij je rekening houdt met de
significante cijfers. 1.7 m

23. Maak de omzettingen, let op het aantal beduidende cijfers:

75,2 m = 752 . 10 cm

0,0124 m = 12.4 mm

3 . 104 kg = 312 . 10³ g

0,0000400 km = 4.00 cm

6,4 km = 6,4 .10³ m

27,5 cm = 0.275 m

24. Een mengsel van de vloeistoffen ether en alcohol wordt in een destillatiekolom
gepompt. De hoeveelheidsmeter in de leiding geeft aan dat er per uur 610 kg mengsel
passeert. Het laboratorium analyseert een monster en vindt dat de gewichtsfractie alcohol
0,43 bedraagt. Hoeveel kg ether wordt er per uur in de destillatiekolom gepompt?
Oplossing: 348 kg

25. De concentratie chroom (Cr) in een vervuilde bodem werd bepaald op 11,2
mg/kg op natte basis. De bodem heeft een vochtgehalte van 12 w%. Bepaal de
concentratie chroom op droge basis (in mg/kg op droge basis).

Oplossing: 12,7 mg Cr/kg op droge basis

26.Een mengsel, dat naar een destillatiekolom gaat, bestaat uit 175 kmol C7H16
en 25 kmol C6H14.
a. Bereken de molfracties van deze stoffen.
b. Wat is de gewichtsfractie C7H16 in het mengsel?

Oplossing: a. molfractie C7H16 = 0.875; molfractie C6H14 = 0.125


a. gewichtsfractie C7H16 =0.891

You might also like