o Het is voor een Generator vaak voldoende om zinvol werk te verrichten, tegen adequate vergoeding (al dan niet materieel) o Generatoren hebben een sterke behoefte aan anderen die de richting aangeven/ c.q. de opdracht geven o Vaak meer geïnteresseerd in ‘the what’ en ‘the how’, dan in ‘the why’ o Continue drive om werk te verbeteren (naar meesterschap) o Drive om zelf te groeien als persoon (meer zelfbewustzijn – weten wie ik ben) o Raakt gemakkelijk gefrustreerd als werk niet meer zinvol is o Neiging om te snel te stoppen als het werk niet meer ‘leuk’ is o Open en gemakkelijk benaderbaar o Heeft duurzame energie / herstellen zich – als ze de juiste dingen doen – snel o Hebben vaker het gevoel dat ze eigenlijk iets anders zouden willen doen (zonder te weten wat) o Kunnen relatief snel het gevoel hebben ergens vast in te zitten o Kunnen zichzelf ziek maken als ze hun energie niet goed gebruiken. o Moet niet zelf initiëren, maar altijd vanuit hun buikcentrum responderen op een impuls vanuit de omgeving. o Kunnen opgaan in de omgeving; ze hebben vaak niet zo’n sterke drive om zichzelf te laten zien anders dan door goed werk te leveren o Teamspeler