Piste 1 ‘Y a pas que l’école

Le bricolage Het knutselen

Le conseil des élèves De leerlingenraad
L’entraînement De training
Le théâtre Het toneel
L’activité De activiteit
L’ambiance De sfeer
La compétition De competitie
L’expo(sition) De tentoonstelling
La foire De beurs
La préparation De voorbereiding
La réunion De vergadering
La vente De verkoop

Passionnant(e)(s) boeiend
Perso(nnalisé) Persoonlijk gemaakt

Bavarder Praten
décorer Versieren
être étonné(e)(s) Zich verwonden
Proposer Voorstelllen
Rigoler Lachen
S’inscrire Zich inschrijven (voor)
S’installer Plaatsnemen, zich installeren
Stresser Stresseren

évidemment Natuurlijk
La plupart de(s) Het merendeel (van), de meeste

Ça te dit? Zegt het je wat?

C’est comme si (+ imparf.) Het is alsof
Il suffit de + inf. Het volstaat om
Je suis volontaire pour… Ik ben vrijwilliger om…
Plein de + meervoud Heel wat
Se donner rendez-vous Met elkaar afspreken

L’atelier Het atelier

Le forum Het forum
Le tournoi Het toernooi
L’enquête De ênquete, het onderzoek
La pause (de midi) De (middag)pauze

actif actief
créatif creatief

créer Creëren, ontwerpen

Poster (un message sur un site web) (een bericht op een website) plaatsen

Je suis fan de Ik ben fan van

économie Economie
Latin Latijn
Latin-grec Latijn-Grieks
Sciences Wetenschappen
Sciences humaines Humane wetenschappen
Sciences sportives Sportwetenschappen

Donner la possibilité de De mogelijkheid geven om

Le potager De groententuin
Coudre Naaien
Tricoter Breien
Le jardinage Het tuinieren
La lecture Het lezen