You are on page 1of 3

Samenvatting economie:

Micro-economie:
Wat houdt economie in?
- Moet de overheid kiezen voor een basisinkomen of hogere uitkeringen om armoede
te bestrijden?
- Waarom kost een Olé-koek minder dan een Leo?
- Waarom is de rente momenteel laag?
- Waarom verdient een lector meer dan een verpleegkundige?
- Is economische groei nodig?
- Investeert een bedrijfsleider best in opleiding van personeel of beter in een nieuw
informaticasysteem?
Economie: een menswetenschap die keuzeproblemen bestudeert waarmee iedereen wordt
geconfronteerd. Vb welke keuzes moet jij nemen in het dagelijkse leven? Welke keuzes moet een
bedrijfsleider nemen? Welke keuzes moeten de overheid/ beleidsmakers nemen?

SCHAARS NIET: de hoeveelheid goederen & diensten


 WEL: beperktheid van inkomen/tijd
(niet alle behoeften voldoen  keuze maken)

Economie: een humane wetenschap die de keuzes van individuen = consumenten  vraag
bedrijven = producenten  aanbod overheden en de hele samenleving bestudeert ten
gevolge van de schaarste van de beschikbare middelen, en onder invloed van prikkels
Keuzes van de consument:
- Door welke prikkels worden jullie getriggerd?
- Op basis van wat maken jullie jullie uiteindelijke keuze van goederen of diensten?
- En wat is verschil tussen goederen en diensten? Geef enkele voorbeelden.
- En kies jij uit eigen belang of hou je bij je keuze rekening met het maatschappelijk
belang?

• => keuzes worden bepaald:


 door nut (subjectief);
 door inkomen;
 door prijzen;
 door bereikbaarheid;
 door gemak,….
• => individueel gedrag van consument behoort tot de micro-economie (Vraag – zie H4)

Productiefactoren:
- Natuur: natuurlijke rijkdommen vb. land, ertsen, water, lucht….
- Arbeid: zowel fysieke als intellectuele arbeid
- Kapitaal: fabrieken, machines, infrastructuur…
- Ondernemerschap: het organiseren van de 3 vorige productiefactoren om goederen
en diensten te produceren
- Productiefactoren: arbeid, kapitaal, land, ondernemerschap,….
- Productiefactoren die het meest efficiënt zijn worden ingezet. Wat kan efficiëntie
betekenen?
- Doelstellingen: winstmaximalisatie, duurzaamheidsnormen nastreven, optimale
tewerkstelling garanderen, continuïteit van de onderneming garanderen (KMO’s),…
- Winstmaximalisatie = verschil tussen Totale Opbrengsten (P*Q) en Totale Kosten zo
groot mogelijk maken. Hoe?
o Omzet maximaliseren: Hoe doe je dit concreet?
o Kosten minimaliseren: Hoe doe je dit concreet?

Keuzes van de producent:


• Individueel gedrag van producent = micro-economie (Aanbod - zie later)
• Gedrag van meerdere producenten = meso-economie (verschillende marktvormen
bepaald door het aantal aanbieders).
• Ken je verschillende marktvormen? Geef enkele voorbeelden uit de realiteit.
Keuzes van de overheid:
- Overheid streeft naar welvaart en welzijn voor zijn burgers.
- Wat kan welvaart van een land inhouden? Geef enkele voorbeelden?
- Wat kan welzijn van burgers inhouden? Geef enkele voorbeelden?

Een land is welvarend wanneer het erin slaagt om in zoveel mogelijke behoeften/wensen
van zijn burgers te voorzien. Keerzijde: verwezenlijking van deze wensen zet druk op de
schaarse middelen ( grondstoffen, arbeid,…)
Welzijn heeft een ruimer karakter dan welvaart. Welzijn is je gevoel van ‘ welbevinden’
( vriendschap, liefde, rechtvaardigheid,..). Betekent meer welvaart automatisch meer
welzijn?

You might also like