Professional Documents
Culture Documents
1 Wat is methodologie?
~ methodeleer
De methodes waardoor men de kennis opdoet zijn wetenschappelijk kennis = evidence based
(kennis wordt aannemelijk en bruikbaar)
Pagina 1 / 4
o Onderzoeksmethode: instrument dat gebruikt wordt om onderzoek uit te voeren. HOE
Welke factoren
Bij wie (steekproef)
WETENSCHAPPELIJK ONDERZOEK:
Onderzoeksvraag
Hypothese
Experimentele groep: proefpersonen die worden blootgesteld aan de speciale behandeling waar
men meer over wil weten
Controlegroep: proefpersonen die worden gebruikt als vergelijkingsmateriaal naast de
experimentele groep. De controlegroep krijgt niet de speciale behandeling waar men meer over wil
weten.
Steekproef: alle proefpersonen geselecteerd voor dit onderzoek (experimentele groep +
controlegroep). Moet representatief zijn voor de populatie waarover je een uitspraak wil doen
Populatie: de volledige groep mensen waarnaar dit onderzoek wordt ‘veralgemeend’.
Onafhankelijke variabele: stimulus die zo genoemd wordt omdat de onderzoeker hem
onafhankelijk van alle andere, zorgvuldig gecontroleerde experimentele omstandigheden kan
veranderen.
Afhankelijke variabele: variabele waar de onderzoeker meer over te weten wil komen.
Betrouwbaarheid: stel dat men het onderzoek opnieuw doet, dan worden dezelfde resultaten
verkregen. Er zijn geen meetfouten gemaakt in het onderzoek. Wordt het onderzoek verstoord
door toevalsfouten? Worden de resultaten beïnvloed door de toetsomstandigheden?
Validiteit: men meet wat men wil meten. Leveren de gebruikte operationele hypotheses
daadwerkelijk informatie over de variabelen die wilden waarnemen?
4 Voornaamste onderzoeksmethodes
Pagina 2 / 4
Observatie
Introspectie: dit laat mensen doelbewust kijken naar hetgeen zich binnen henzelf afspeelt. Erg
subjectief. Eerder retrospectie (terugkijken op eigen gedrag)
Extrospectie: observatie/waarneming van anderen. Observator kan een aantal ideeën hebben
over de situatie die hij observeert en zijn blik vooral richten op die dingen die deze ideeën
bevestigen.
Subjectiviteit wordt beschouwd als beïnvloedende factor en maakt de observatie als onderzoek
daardoor onbetrouwbaar.
Hawthorne-effect: de geobserveerde gedraagt zich op een onechte manier en beïnvloedt daardoor het
feit dat hij geobserveerd wordt. De observatie wordt onbetrouwbaar.
Interview en enquête
Interview: direct mondeling contact. Neemt veel tijd in beslag.
Enquête: onderzoeker niet aanwezig goedkope manier om op korte tijd informatie te verzamelen
over een grote groep mensen.
Rekening houden met:
- Verwachtingen van de onderzoeker
- Sociale wenselijkheid: respondenten hebben de neiging te antwoorden wat de onderzoeker wil
horen. Ze willen zich beter voordoen dan ze zijn.
- Volgorde van de vragen: kan de resultaten beïnvloeden er rekening mee houden
Psychologische testen
Een test = meetinstrument dat een deel v/h gedrag onderzoekt. Doel: 1) inzicht te krijgen in een
persoonskenmerk, 2) in vergelijking met anderen.
Normeren = elke test wordt geijkt voor een bepaalde groep. De interpretatie van de verkregen
gegevens kan worden vergeleken met de normen van een gelijkaardige groep.
Voorbeelden: intelligentietest, persoonlijkheidstest, schoolrijpheidstest, …
Het experiment
Het interview, de enquête, de observatie en de test: veel gegevens over het gedrag en de mentale
processen. Grote beperking: ze kunnen geen oorzaak van een gedrag aantonen! Je kan hoogstens
vaststellen dat twee zaken vaak samen voorkomen (= correlatie)
Oorzaken op een controleerbare manier nagaan: experimentele methode.
Verschillende manieren om experiment op te zetten. Kenmerkend: een paar variabelen manipuleert
(onafhankelijke variabele) en nagaat wat het effect van die manipulatie is op andere variabelen
(afhankelijke variabelen)
Beroemde experimenten
Pagina 3 / 4
o Onderzoeksvraag: gehoorzamen mensen als dit ingaat tegen hun eigen geweten?
o Hypothese: als de persoon een hoge autoriteit heeft, dan zal de andere persoon
gehoorzamen.
o Elektrische shocks
Pagina 4 / 4