You are on page 1of 8

Optellen en aftrekken tot 20 met brug

Bewerkingen

Naam: Klas: Datum:

DOEL:

lk kan vlot optellen tot 20.


Lotion
ik kan vlot aftrekken tot 20. Itip

- Wiskunde - 1
Optellen en aftrekken tot 20 met brug

Maak 10.

10
5

Tek~perrtrij-esi los op.


lib • • • •1••( a • • •
!O • • 10. • I el ****

8 ' i- 7 = As v
i ii II \i ALI
( 7)7+ =
v v
i
.10,,,,J\,,

Dertirstreep-stippe~ los op. ft


'••••• • • • • • • • • • • • erg_l
o
I * • • • • • • • • • • • • • • • • el
114- 7 ---
1. \
t.t 5

4
8‘t+ 6 = 44. .s!..
it ill \
4.6,,..1;..)

\t

A
Optellen en aftrekken tot 20 met brug
Loo kaigut
Maak 10. Schrijf met + en - hoeveel erbij of eraf moet.

1
dnu

CI Teken_bij-oLdoorstreep en los op.

••••• a • • • el
• • • fb •

• • • • • • • • • • • • • •
115-6 = 11181 - -I

\

..... ..... .

•• • • II
• • • • •
V

Reken uit.

9
e .
-;

\
Optellen en aftrekken tot 20

Maak 10.

12 =10 14 ..=10 -1-1=10


5+ 10 8+ , - 10 - 3 10
17- =10 6+....=10 +3=10

Kijk bij of weg en los op.


41 41 ID 01 11 [• • • • 41
00 411 01 00 01 lS....]
1 14-8=

01 41 10 40 41 11
S....
5 1+ 8
! i

\\

all Lukt het ook zo? Los op.

6 6= 7+9=

15 9= 12-8=
/

4 Lees, schrijf de bewerking en vul het antwoord in.

Zarah koopt bij de bakker een taart van 2, euro


en broodjes voor 4 euro.
Hoeveel moet Zarah betalen?

BewerkinT,

Antwoord: Zarah moet euro betalen.


Optellen en aftrekken tot 20 met brug

Vul vlug in.

5,.=10 18......=10 7-i- ...= 10

13- 10 1+ = 10 17- =, 10

10 - 3 = 2 +.....=10 4+ =10

16 - 6 = 10 - 9 = 10 - 6 =

"4.

Kijk bij of weg en los op.

• • • • • ie • I,' .0 • • 0;
• • • • • • el • • 410[
us —a = 7-4 7 =
(-
i I \
4+ 7=
y: 1 I t \

Denk aan de rekenbeelden en los op. cii

8'+ 3 = . 11 V- 8 = 14-5 =
'tj \ \
\

13 - 6 = 9+8= 18 - 9 =

4 Lees, schrijf de bewerking en vul het antwoord in.

In de kast van meester Poi staan 8 nieuwe puzzels en 5 oude puzzels.


Hoeveel puzzels staan er samen in de kast?

' t.
Bewerking

Antwoord: Er staan samen ...............puzzels in de kast.


Optellen en aftrekken tot 20

n Kleur het bolletje voor de brugoefeningen. Los alles dan op.

15 13= 919=

.2 4+7= 8 + 12 =

11 6= 4t6=

Lees. Noteer de bewerking en vul het antwoord in.

In het park staan twaalf vlaggenmasten.


Aan zes ervan wappert eerTä
Hoefniasten hebben geen vlag?
j
Bewerking: kt •

Antwoord: masten hebben geen vlag. \)(

Reken uit.

4 13 --- 18 - 14 --

13 4= 5 t. 8=

6+6= 12 - 4 =

20 - 11 . 14+6 ---

12 t 6= 16 5=..

3 + 7= 10+9=
Optellen en aftrekken tot 20 met brug

Even opwarmen. Los op.

Noteer de stapjes als je dat nodig vindt

16 - 10 = . 16 + 4 =. _ 12 + 6 =

0 + 10 - 9 - 9= 10 - 8 -

20 - 5 = 10 + 10 = 4 + 5 =,

8+2= . _ 20 - 12 =. _ 10 - 10 =

12 - 11 _ 2 + 15 . 1 + 14 -

4 .4- 13 -= _ 6 + 10 _ 20 - 17 =

20 - 10 - 10 + 8 r- 20 - 1

ell Tel op. Noteer de som.


a b c Uit het hoofd?

9+2=

5+8=

7 4 9= .
-41+8= (3i+9=.
8+7-
I /
9+5=.

6+8=

2+9=
9+7= 8+4=
ti Trek af. Noteer het verschil.

a b

)- 8=
/

11 - 7 , 18 - 9

Uit het hoofd?


Lukt het al?
16 - 7 =..... .

12 - 8= .
14 - 5.......... -

13 - 7 =. .

11 -2 -.

16 - 9= .

17 - 8 =... .

4 Door elkaar. Los op. II


a 13 - 4 - b 7 + 5 -- El 7+ , 14

11- 9
5 7= 11 - 8 =

14 - 6 = 12 - 5 = - 8= 8

18
3 8-
14 - ..... =6

17 - 9 - . + 6 11

- 4= 9

You might also like