Co-teaching: Les groepswerk schatten en meten van lengte / temperatuur ma 29april

Vak: Wiskunde
domein meten en metend rekenen
Lesinhouden:
- herhaling van referentiematen en reële voorbeelden voor gebruik meter en centimeter
- herhaling werkwijze om te schatten, nauwkeurig te meten en af te ronden tot op 1cm
- groepswerk schatten en meten
- self- en peer-assessment om verschillende elementen van het groepswerk te evalueren
- temperaturen aflezen en temperatuurverschillen berekenen

Lesdoelen - Ik voorbeelden van realistische situaties geven waarbij meter en centimeter gebruikt worden.
- Ik kan referentiematen opnoemen voor de meter en de centimeter.
- Ik kan verschillende lengtes schatten.
- Ik kan een lengte meten met het juiste materiaal.
- Ik kan meetresultaten uitdrukken in meter en centimeter.

- Ik kan criterialijsten juist gebruiken.

- Ik kan taakgerichter werken door het gebruik van een criterialijst.
- Ik kan op een goede manier samenwerken door rekening te houden met de criterialijst.
- Ik kan mijn eigen proces en dat van anderen kritisch beoordelen.

- Ik kan de temperatuur juist aflezen.

- Ik kan het temperatuurverschil tussen twee metingen bepalen.
- Ik een weekoverzicht interpreteren en vaststelling verwoorden (koudste/warmste dag, nacht…)
Beginsituaties De leerlingen kregen reeds een verkennende les over alles wat je kan meten (temperatuur, lengte, afstand, gewicht, inhoud, tijd,
…).
Hierbij werd met placemats gewerkt om de voorkennis van de leerlingen in beeld te brengen.
Tijdens de verkennende les werd ook al kort ingegaan op de m en de cm.
De leerlingen mochten voorbeelden noemen van gebruik van beide maateenheden.
Er werd ook gesproken over meetinstrumenten en er werd geschat wat ongeveer één cm/m meet (referentiematen).
Daarna kregen de leerlingen nog een tweede les over m en cm (les van 25 minuten).
Hierin werd ook de verhouding van de meter en de centimeter besproken en werden meetresultaten ook omgezet.

Het gebruik van criterialijsten werd tijdens de vorige les al uitgelegd. Er werden ook enkele voorbeelden gegeven.
Daarbij werd ook een mini-oefening gehouden waarbij de criteria op het bord kwamen en de leerlingen zich tijdens een tweetal
coach oefening aan deze criteria moesten houden. Na de oefening werd kort het nut van deze criterialijst besproken.

Mijn collega gaf reeds aan de volledige groep een eerste les over temperatuur (omdat ik een dag omstandigheidsverlof moest)
Deze heb ik voorbereid voor haar en al het materiaal heb ik ook doorgegeven.
Vandaag wordt verder gewerkt op deze les.

Elke les duurt 50 minuten. De groep wordt in twee gesplitst.

Het eerst uurtje krijgt de ene groep les over temperatuur en de andere over lengte, het volgende lesuur wordt er omgewisseld.
Doordat mijn collega reeds een les over temperatuur gegeven heeft, zal in deze les ook nog kort tijd genomen worden om de
tafels te herhalen.

Leerlingen werkten reeds in andere vakken met self-assessment en co-assessment. Binnen de lessen wiskunde wordt net als in alle
andere lessen ook met de evaluatiesymbooltjes van de school gewerkt. Deze worden bij alle vormen van assessment gebruikt.
Met peer-assessment werd nog niet gewerkt. Aangezien het de eerste keer is dat de leerlingen bij mijn in aanraking komen met de
criteria en dit soort van evalueren, laat ik de leerlingen vandaag voor alle criteria de drie vormen gebruiken. In volgende lessen wil
ik de onderdelen opsplitsen en per onderdeel kijken wat de best passende vorm is voor die inhoud.
Lesonderwerp Groepering Korte inhoud leermiddelen

temperatuur
1. herhaling via het Prowise bord: Prowise bord
Hoe lees je een thermometer af? Weerberichten op A3 uitvergroot en
Waar moet je op letten? geplastificeerd.
Welke sprongen worden gemaakt? Hoe zie je dat? Werkbundels ‘temperatuur’
Wat gebeurt er bij 0 graden?

2. thermometers van het bord aflezen

- de leerkracht kleurt een thermometer in: lln zeggen hoe
warm het is
- een leerling komt aan het bord en vormt een bepaalde
temperatuur, de anderen zeggen hoe warm het is
- de leerkracht geeft de temperatuur, de leerlingen
moeten de thermometer juist inkleuren op het bord.
- een leerling geeft een temperatuur, een andere komt
de thermometer juist inkleuren.

3. temperatuursverschil berekenen
- instructie
- gerichte vragen: was het warmer of kouder?
Hoeveel als je tot 0 zou gaan? Hoeveel komen er dan
nog bij? Dus?

4. werken met weerberichten voor de komende week

- verkennen: koudste/ warmste dag, verschil
dag/nacht, verschil tussen twee dagen berekenen,
verschil tussen twee dagen geven en vragen over
welke dagen het gaat, …

Groepsverdeling
Eerste uur:
- Briek, Kjenta, Logane
- Alice, Jana en Mikayla
Tweede uur:
- Maya, Bo en Ella
- Ryan, Chayenne en Jördy
(heterogene groepjes rekening
houdend met het groepsprofiel
en de groepsdynamiek)
5. opdrachten in de werkbundel verkennen en enkele
per twee laten maken.
6. Laatste 5 minuten: tafeldomino
Groepswerk Lengte
De doelen en de verschillende delen van de les worden - plooimeter, lat, lintmeter
besproken. Hierbij worden al heel duidelijke afspraken
gemaakt voor tijdens het uitvoeren van de opdrachten.
Opfrissing vorige les
- herhalen van voorbeelden uit de realiteit
- herhalen van referentiematen en meetinstrumenten die
gebruikt kunnen worden
Verkenning van ‘de opdrachtenbox lengte’ 2 opdrachtenboxen met:
- het materiaal wordt uit de box gehaald en op de tafel - het juiste aantal leerlingenbundels
uitgestald: (opdrachten en assessment)
- meetinstrumenten worden benoemd. Leerlingen - kleine meetlat (15cm)
verwoorden hoe we die gebruiken en waarvoor we die - grote meetlat (30 cm)
al dan niet gebruiken. - lintmeter (1m50cm)
- het werkbundeltje wordt overlopen en het nodige - plooimeter (2m)
materiaal per opdracht wordt aangeduid en benoemt. - 2 enveloppen met foto’s voor de
zoekopdrachten binnen en buiten
Schatten en meten - 6 voorwerpen om te meten, met
- er worden enkele voorwerpen geschat en gemeten daarop aangeduid welk stuk er
- de meetresultaten worden correct genoteerd, zowel in gemeten moet worden
m als in m en cm. Er wordt nog eens benadrukt dat 1m - voldoende plaats om ook nog een
precies 100 cm is. pennenzak met schrijfgerief in te
 - de meetresultaten worden vergeleken en geordend. stoppen om mee te nemen tijdens de
opdrachten.
Groepswerk:

- jezelf en de leden van je team meten

- opdrachten meten en tekenen op papier
- voorwerpen in de klasruimte zoeken (foto’s) , schatten
en meten
- voorwerpen buiten zoeken, schatten en meten
- groepswerk evalueren aan de hand van self
assessment, peer-assessment en co-assessment

Evaluatie

- Door het gebruik van de criterialijsten hielden de meeste leerlingen toch meer rekening met elkaar. In de meeste
groepjes werden ook duidelijk de taken verdeeld en kreeg iedereen de kans om actief mee te werken.
- Sommige leerlingen gingen wel heel enthousiast op in de opdracht, waardoor ze wel wat ‘luid’ werden. Nadat ik
ingreep keerde de rust echter gauw terug.
- Het tempoverschil tussen de groepjes was echter wel groter dan ik verwacht had. Ik denk dat het een oplossing kan
bieden om eerst de opdrachten buiten te maken, dan binnen en dan pas de kleinere opdrachten op de blaadjes (rupsen
en vijzen). Op die manier kunnen de leerlingen rustig hun opdracht afwerken en kunnen de anderen na de assessment al
vlotter om de beurt bij mij komen voor co-assessment terwijl de anderen van het team Bingeltaken afwerken. Zo
eindigen we op een rustige manier in het klaslokaal.
Ik heb dit nu wel opgevangen door leerlingen buiten te laten beginnen aan hun assessment en ook naar hun meningen
te polsen.
- Voor Jördy , Mikayla en Jana blijft het moeilijk om samen te werken. Deze kinderen hebben de neiging om te veel de
leiding op zich te nemen en te weinig te overleggen. Ook Briek durft nogal eens overnemen.
- Chayenne heeft het dan weer moeilijk om taakgericht te werken.

Ik heb de groepjes opgesteld vanuit het groepsprofiel, de groepsdynamiek, maar heb ook voor heterogene groepjes
gezorgd zodat in elke groep minstens 1 sterkere leerling zit die de anderen op weg kan helpen.
De leerlingen hadden tijd genoeg om de opdrachten uit te voeren.
Alle groepjes waren klaar met self-assessment, twee groepjes waren nog niet volledig klaar met het evalueren aan de
hand van peer-assessment.
Ik heb al met de helft van de leerlingen co-assessment kunnen invullen. Bij de start van de volgende les wil ik dit
afwerken en wil ik de activiteit met de hele groep evalueren.
Wat ging goed?
Wat minder?
Wat zou anders kunnen bij volgende groepsopdrachten, wat kan behouden blijven?
De leerlingen kunnen voorstellen doen voor het volgende groepswerk. Dit zullen ze doen via placemats.
Ze weten dat er nog een groepswerk rond inhoud en gewicht komt en vertrekken vanuit deze kennis om hun voorstellen
op te bouwen.