You are on page 1of 71

ONTWERPEN

JOOST VAN CAUWENBERGH


1

3 DIMENSIES
We leven in een wereld van 3D, waarbij we leven en
denken in een ruimtelijke omgeving.

Als mens zijn we gewend om te leven met onze drie di-


mensies (breedte, diepte en hoogte), in de weten-
schap steeds aangegeven met X, Y en Z.
Een 3D scanner scant reële voorwerpen in om later in de computer aan te passen en te reproduceren. Bovenstaande versie is er eentje met 2
camera’s, vergelijkbaar met de ogen van een roofdier of mens.

ONZE WAARNEMING
Als mens zijn we gewend om in 3D te leven. Ons lichaam is hier ook ven...) en roofdieren (katachtigen, hondachtigen, roofvogels,..., de
volledig op voorzien. Alle waarnemingen die we in 3D kunnen doen, mens.
worden door ons lichaam gedaan met organen die per paar (in twee-
Bij prooidieren staan de ogen op de zijkant van het hoofd, om rond-
voud) aanwezig zijn.
om een goed zicht te hebben op naderende gevaren. Deze diersoor-
Onze ogen zijn het mooiste voorbeeld van instrumenten waarover ten hebben geen dieptezicht.
ons lichaam beschikt om de wereld rondom ons te verkennen.
Een roofdier (jachtdier) gebruikt zijn beide ogen samen om te FO-
We hebben twee ogen in ons lichaam (net zoals de meeste dieren), CUSSEN op 1 bepaald voorwerp, waardoor ze diepte kunnen in-
aangezien we hierdoor een perfect dieptezicht kunnen bekomen. schatten. Dit was in het verleden voor de mens ook zeer belangrijk
om afstanden te kunnen inschatten.
Hierbij maakt de wetenschap een duidelijk onderscheid tussen prooi-
dieren (zoals paarden, konijnen, de meeste vissen, vogels zoals dui- En waarom heeft een mens dan geen 3 of meer ogen?
2
Volgens de wetenschappers is de winst die we daaruit kunnen halen een prachtig voorbeeld van het gebruik van 3D. Iemand die net een
minimaal, maar zou dat veel meer rekenkracht vragen van onze her- oogoperatie heeft ondergaan en uit slechts 1 oog kan zien, wordt ge-
senen, en de natuur probeert met alles zo efficiënt mogelijk om te woonlijk afgeraden om met de auto te rijden, aangezien hij/zij op dat
springen. moment geen dieptezicht heeft wat een
groot risico betekent tijdens het rijden.
Maar ons lichaam beschikt over
meerdere instrumenten om aan 3D- Maar ook bepaalde industrieën spelen
waarnemingen te doen. Onze oren daar handig op in, zoals de wereld van de
zijn ook per twee. En aangezien het computerspelen. Moderne games bootsen
geluid aan een veel tragere snel- 3D na en geven ons het gevoel dat we in
heid zich verplaatst dan het licht, deze virtuele wereld zitten.
kunnen onze hersenen perfect be-
En CAD-toepassingen werken ook volledig
palen waar het geluid vandaan
3D en geven ons het grote voordeel dat
komt. Horen we een geluid dat bij-
we de dingen op de computer kunnen
voorbeeld van links komt, dan zal
waarnemen zoals ze in het echt zullen zijn
ons linker oor het geluid een fractie
eenmaal we de productie van ons voorop-
eerder ontvangen dan ons rechter
gestelde product hebben voltooid.
oor.
Het is ook logisch om voorwerpen die uit-
Geur is bijvoorbeeld iets dat niet in
eindelijk toch allemaal in 3D zijn ook in 3D
3D kan worden waargenomen. Men
voor te stellen op de computer. Er is nu
ruikt iets of niet. Punt. En ons li-
eenmaal voldoende rekenkracht in elke
chaam heeft zich daaraan aange-
computer om dit perfect te kunnen uitvoe-
past door slechts 1 reukorgaan te
ren. De tussenstap in het verleden om 2D
voorzien, onze neus.
tekeningen te maken op papier, kalkpapier
of blueprint waren een noodzakelijk kwaad
in het verleden door het feit dat we des-
Al deze voorgeprogrammeerde ei-
tijds nog niet beschikten over de nodige
genschappen maakt dat de mens voorbestemd is om bepaalde za-
technologie om de volledige lijn van 3D door te trekken. Dat is nu na-
ken te doen, zoals de leefwereld rondom zich waar te nemen in 3D.
tuurlijk wel anders!
We maken van deze mogelijkheid dagelijks gebruik. Autorijden is

3
Met VR (Virtual Reality) kunnen we echt in 3D iets virtualiseren. We kijken en horen dan echt rondom ons op de computer. Nu wordt een 3D
object nog steeds getoond op een 2D vlak (ons scherm). Met VR zal die ervaring nog beter en intenser zijn.

WAAROM 3D?
We hebben eerder al gezegd dat we als mens ook een 3D-wezen We spreken hier ook bewust over ontwerpen en niet over tekenen.
zijn en de wereld alsook de voorwerpen rondom ons waarnemen Met een ontwerp willen we namelijk veel meer doen dan lijnen op
met zintuigen die daar speciaal voor ontworpen zijn. een blad papier zetten.

Het is dan ook logisch dat onze hersenen niet denken in 2D (in ter- Ontwerpen is ideeën uitwisselen om een duidelijke en transparante
men van platte vlakken) maar in 3D. Een voorwerp vertalen van 3D manier, rekening houdend met de technische mogelijkheden en be-
naar 2D om het dan terug om te zetten naar een geproduceerd voor- perkingen, en steeds met alle parameters in het achterhoofd, zoals
werp in 3D is dan ook een achterhaalde gedachte. kostprijs, productiemethode, gereedschap, menselijke en machinale
beperkingen, ...
We denken in 3D, dus we ontwerpen in 3D!
Deze cursus gaat dan ook over alle keuze’s die we dienen te maken
om een concept duidelijk over te brengen.

4
Een uitgehouwen figuur uit de oudheid geeft ook een heel ander beeld dan een schilderij. Ook in het verleden probeerde de mens reeds zo-
veel mogelijk 3D te doen...

VOORDELEN VAN 3D
3D heeft duidelijke voordelen ten opzichte van een klassieke 2D-te- Bovendien gaan we de onderdelen kunnen samenvoegen (samen-
kening. We kunnen het voorwerp vanuit alle zijden bekijken en ons stelling of assembly) en zo simuleren of de werking van het geheel
onmiddellijk een duidelijk beeld vormen van de grootte, de werking, het beoogde resultaat is.
de vorm, de toepassing, de manier hoe we het gaan kunnen produ-
In elk modern CAD-pakket is het ook perfect mogelijk om onderde-
ceren, ...
len te beoordelen (testen) op hun sterkte en op voorhand te weten te
Een computer kan bovendien ook nog extra parameters toevoegen komen dat een onderdeel al dan niet zal voldoen aan een vooropge-
aan een 3D-tekening, zoals oppervlakteberekeningen, volume, soor- stelde taak. We kunnen met een computer ook snel een ontwerp aan-
telijke gewicht als we een materiaal kiezen, totaal gewicht, ... passen en zo nauwkeurig maatwerk leveren.

Dit zijn slecht een greep uit de voordelen die gekomen zijn met de
introductie van 3D CAD.

5
Als voorbeeld om duidelijk te maken dat 3D veel meer te bieden
heeft dan 2D, vergelijken we deze 8 figuren met een bovenaanzicht
in 2D.

Kan je zeggen welk 3D lichaam er past met het bovenaanzicht dat


we hier tonen?

Wie goed kijkt zal merken dat het bovenaanzicht zoals we het hier
voorstellen van toepassing is op ALLE 8 de 3D-objecten.

Een aanzicht op een 2D-tekening zegt dus met andere woorden wei-
nig in vergelijking met een 3D-object.

Bij alle 8 van de linkse figuren kunnen we ons perfect voorstellen


hoe die zaken er gaan uit zien, hoe we ze kunnen produceren, ...

Als we louter naar het platte 2D bovenaanzicht kijken valt al deze in-
formatie weg en moeten we deze informatie aanvullen met extra aan-
zichten, beschrijvingen op te tekeningen etc.

We kunnen in heel wat gevallen vanuit onze 3D-tekening een 2D te-


kening afleiden, maar aangezien we denken en waarnemen, alsook
produceren in 3D, is het zinvoller om te vertrekken vanuit een 3D en
met andere woorden ook te ontwerpen in 3D.

6
2

CAD CAM
Ontwerpen is geen gegeven op zich. Ontwerpen doen
we om uiteindelijk iets te produceren. Het is dan ook
belangrijk dat we bij het ontwerpen steeds de produc-
tie in ons achterhoofd houden.
We kunnen CAD bijna niet uitspreken zonder ook te spreken over CAM. De twee zijn aan elkaar verbonden.

DE LINK TUSSEN CAD EN CAM


Als we iets gaan ontwerpen in 3D, dan spreken we over CAD (Com- gin, terwijl CAM de afronding is van het hele denkproces en de volle-
puter Aided Design). Eenmaal we daarmee volledig mee klaar zijn, dige keten van ontwerp tot productie.
is de volgende logische stap om met deze computer gegenereerde
De keuze van welke CAM we gaan toepassen zal volledig afhangen
informatie aan de slag te gaan en machines deze informatie te laten
van het materiaal, de geometrie van het ontwerp, de grootte, de ma-
omzetten in computergestuurde bewerkingen. Het automatisch pro-
chines die voorradig zijn, de gereedschappen waarover men be-
duceren van een computer gegenereerde tekening in 3D is CAM
schikt, de tijd dat het mag duren en in hoeveel oplagen men het stuk
(Computer Aided Manufacturing).
wil gaan maken.
Natuurlijk zijn er nog altijd enkele tussenstappen die er vooraf gaan
Het is bijvoorbeeld heel logisch dat we een brooddoos niet gaan
aan het produceren op een CNC-machine of zelfs 3D-printer. Toch is
3D-printen (wegens te duur, te lange productietijd, ...) maar dat we
er een belangrijke en duidelijke link tussen beiden. CAD is het be-

8
dit voorwerp gaan produceren in een andere kunststoftechniek, zo- Het assortiment bestaat uit ongeveer 2200 verschillende stenen die
als bijvoorbeeld spuitgieten (zie projectinhoud “bewerkingen”). worden vervaardigd in 55 verschillende kleuren. De kwaliteitseis dat
iedere mal slechts een afwijking van 0,002 millimeter mag hebben,
Zo bestaan er ook onderdelen in verschrikkelijk grote oplagen.
zorgt ervoor dat er per miljoen stenen slechts 18 tussen zitten die
Neem bijvoorbeeld speelgoedblokjes. Er wordt een nieuw ontwerp
niet aan de eisen voldoen.
gemaakt, maar de productie van deze blokjes loopt in de miljoenen
(jaarlijks 20 miljard). Logisch dat men dan ook voor de uiteindelijke
productie gaat kiezen voor
Nu we weten dat de produc-
een methode die snel, goed-
tie verbonden is aan het ont-
koop en betrouwbaar is.
werp, meer nog, dat het af-
Ook de materiaalkeuze zal hankelijk is van een correct
sterk de productietechniek ontwerp, beseffen we dat
beïnvloeden. Zo zijn Lego- we als ontwerper een ver-
blokjes vervaardigd uit ABS pletterende verantwoordelijk-
(Acrylonitril-butadieen- heid hebben om goed na te
styreen), wat onmiddellijk de denken over alles wat we
productiekeuze (zeer grote toepassen in ons ontwerp.
oplage en kunststof) zal be-
Ontwerpen is dus veel meer
perken tot enkele voorkeu-
dan zomaar lijntjes tekenen
ren.
op een blad of een leuk fi-
Een bijkomende eis is dat guurtje op een scherm tove-
de blokjes met een zeer ho- ren.
ge nauwkeurigheid kunnen
geproduceerd worden. (af-
De naam "LEGO" is afgeleid van de Deense woorden "LEg GOdt" (speel goed). La-
wijking van slechts 2 micron). ter bleek het woord in het Latijn te interpreteren als "ik verzamel" (ook "ik kies" of
"ik lees").
Ontwerpen is dus instaan voor een optimale kwaliteit en de verant-
woordelijkheid dragen voor de goede werking van het uiteindelijke
Ook deze eis zorgt ervoor dat de keuze in productie niet oneindig
product, het bewaken van de hele keten en bijsturen waar nodig is.
groot is en dat er slechts enkele methoden overblijven.
En om dit te kunnen doen is kennis van de hele keten vereist!
9
3

HET BEGIN
Ontwerpen start meestal met een behoefte die we heb-
ben en waar we willen aan voldoen door iets te ontwer-
pen dat daarop inspeelt. Een goed ontwerp zorgt vaak
voor meer levenskwaliteit, milieubewuste aanpak,
brengt mensen samen, zoekt naar de beste oplossing,
... en wil vaak origineel uit te hoek komen om de consu-
ment aan te spreken.
In de beste ontwerpen staat de mens centraal en zorgt het ontwerp voor extra functionaliteit.

FASE 1: NADENKEN OVER JE ONTWERP


Vooraleer je met een ontwerp van start gaat, is het belangrijk om • Is mijn product interessant genoeg zodat mensen het echt willen
vooral na te denken over je ontwerp. De volgende vragen zouden hebben? Wat kan ik daaraan doen om die onmisbaarheidsfactor te
voortdurend door je hoofd moeten spoken, zelfs na de productie. vergroten?

• Wat is de meerwaarde van mijn product? • Hou ik rekening met veiligheid tijdens het gebruik van het voor-
werp (scherpe kanten, giftige stoffen, gevaren door verstrooidheid,
• Kan ik het goedkoper maken zonder aan kwaliteit in te boeten?
mensen in gevaar brengen, risico’s tijdens de productie) en hoe
• Hou ik rekening met het milieu (vooral tijdens productie) en wat kan ik dit verminderen of zelfs helemaal uitsluiten?
kan ik hieraan verbeteren? (Cradle-to-Cradle)
• Haalt mijn ontwerp de vooropgestelde kwaliteitseisen en nauwkeu-
• Heeft mijn product een bepaalde stijl en kan ik dat extra in de verf righeid en wat kan ik doen om dit te verbeteren?
zetten?
• Is vernieuwing gelijk aan verbetering? (versie 1.0, 2.0, ...)
11
De meerwaarde zit hierin dat we gaan zorgen voor:
FILM 3.1 Grappige reclame over beeldstabilisatie
• meer functionaliteit

• een betere sterkte (denk aan verbindingselementen)

• een langere levensduur (denk aan lagers)

• betere eigenschappen. (lichter, corrosiebestendiger, mooier, ...)

• een goedkoper product

• meer mogelijkheden tot uitbreiding (denk aan meer lego-blokjes


om meer te kunnen knutselen.

De eerste fase is dus het nadenken (reflecteren) over je ontwerp en


het beste naar boven trachten te halen.
Werking van een optische beeldstabilisatie uitgelegd aan de Zichzelf blijven heruitvinden is de boodschap, want stilstaan is gelijk
hand van een heel grappige video.
aan achteruit gaan.
Elk product wordt steeds tegen het licht gehouden en er wordt voort-
durend gekeken of men een product beter kan maken.

En zo kan een op het eerste zicht goed product toch nog verbeterd
worden.

In de projectinhoud “systemen” vertelden we reeds dat een ontwerp


moet leiden tot een product dat een meerwaarde gaat creëren. In-
dien we van een grondstof tot een product komen dat geen signifi-
cante meerwaarde biedt, dan zal ons ontwerp en ons eindproduct
nooit succesvol zijn.

Een bril moet ervoor zorgen dat we beter zien, niet slechter. Een
bout-moer moet ervoor zorgen dat we een sterke verbinding hebben
in plaats van een zwakkere verbinding.

12
Bij het ontwerpen mogen we de productie nooit uit het oog verliezen.

FASE 2: NADENKEN OVER DE PRODUCTIE


Bij het ontwerpen van een voorwerp mogen we de productie nooit En sommige ontwerpen zijn nauwelijks te produceren.
uit het oog verliezen, anders dreigen we iets te ontwerpen dat nooit
Voor we ook maar 1 onderdeel tekenen moeten we dus goed weten
kan geproduceerd worden.
hoe we te werk gaan bij de productie.
Kiezen we er bijvoorbeeld voor om een inwendige kamer te maken
Indien we bijvoorbeeld dit stuk gaan frezen met CNC en we eisen
in een voorwerp en we opteren om dit te doen met CNC, dan kun-
dat de ruwheid van dit stuk maximaal een Ra-waarde is van 0,02,
nen we op de computer wel een perfect rechte kamer tekenen met
dan moeten we beseffen dat we dit met een CNC freesmachine
scherpe hoeken, we gaan niet in staat zijn om dit op deze machine
nooit gaan kunnen realiseren, en dat we verplicht gaan zijn om dit
te produceren (vanwege de radius van de frees). Vele ontwerpvoor-
na te bewerken, bijvoorbeeld met slijpen.
stellen maken de productielijn afhankelijk van een bepaalde bewer-
kingsmethode. We moeten dan ook goed beseffen dat dit de kostprijs van het stuk
sterk gaat doen toenemen.
13
Bovendien moeten we ons als ontwerper afvragen wat de meerwaar- Een ontwerper zou dus in de eerste plaats een persoon moeten
de is van een strenge eis aan een stuk, als deze strenge eis niet zijn die gepokt en gemazeld is in quasi alle bewerkingstechnie-
gaat zorgen voor een betere werking of kwaliteit van het totale eind- ken, om zo aan de computer de juiste keuze’s te kunnen maken
product. bij het ontwerpen van een voorwerp.

We moeten onze normen streng genoeg kiezen, zodat we in ALLE


omstandigheden beschikken over onderdelen waarmee het uiteinde-
Maar er is meer. De ontwer-
lijke product kan vervaar-
per moet ook naar de werk-
digd worden, en in alle situa-
vloer gaan en kijken welke
ties voldoet aan de voorop-
machines er op de werk-
gestelde eisen.
vloer staan, welke technie-
We mogen echter de eisen ken er voorhanden zijn en
niet te streng nemen als hier- met welke gereedschappen
door de prijs exuberant gaat de machines zijn uitgerust.
stijgen of als het niet bij-
We kunnen wel een onder-
draagt tot een verbetering
deel tekenen dat moet ge-
van het product of de wer-
maakt worden door middel
king ervan. Een voorbeeld
van draadvonken, maar dan
hier is een monteerhamer
is het natuurlijk altijd prettig
produceren waarbij de ruw-
als er een draadvonkmachi-
heid maximaal 0,01 zou zijn,
ne aanwezig is. In andere
wat niet bijdraagt tot een be-
gevallen moet men de pro-
tere monteerhamer.
ductie van deze ontwerpen
Ook de materiaalkeuze kan uitbesteden aan firma’s die
te streng zijn. Is het bijvoorbeeld zinvol dat we de steel van deze wel kunnen voldoen aan deze vraag.
monteerhamer in puur Titanium gaan maken? De hamer gaat lichter
En als je zelf beschikt over een machine, dan moet er ook nog een
zijn in gewicht, maar een zware meerkost kennen, wat niet bijdraagt
aangepast gereedschap voor handen zijn. Zo kan je wel een CNC
tot een betere monteerhamer.
freesmachine hebben, maar moet je nog over een spiebaanfrees be-

14
schikken om spiegleuven te kunnen frezen en een modulefrees als CAD-software voorziet ook in de mogelijkheid om dit snel te imple-
je een speciaal tandwiel moet produceren. menteren, aangezien er bibliotheken aanwezig zijn waar je deze
voorwerpen kunt terugvinden.
Vele onderdelen worden vaak niet meer geproduceerd door de fir-
ma zelf, maar aangekocht bij een gespecialiseerde firma of gewoon Het is dus totaal onzinnig om voorwerpen te tekenen die je zelf gaat
“off-the-shelf” (recht uit het winkelrek). Een mooi voorbeeld van het aankopen. In CAD tekenen we dus enkel datgene wat we niet “off-
laatste zijn bijna alle lagers, the-shelf” kunnen aanschaffen
veren, bouten en moeren, en de rest halen we uit biblio-
riemen en kettingen (zie “on- theken. De samenstelling (as-
derdelen”). Niemand gaat sembly) laat dan zien hoe je ei-
het idee krijgen om zelf een gen ontworpen onderdelen
ketting te maken, maar naadloos samenwerken met de
koopt deze onderdelen aangekochte onderdelen en zo
aan. een geheel vormen dat je ont-
werp is.
Gespecialiseerde firma’s
hebben het grote voordeel
dat zij een beter onderdeel
kunnen vervaardigen dan
dat je dat zelf zou kunnen.
Zo kruipt er heel wat know-
how (kennis) in bijvoor-
beeld het ontwikkelen van
riemen. Het heeft dan ook
weinig zin om dit proberen
zelf te produceren.

Bovendien bestaan er zoveel soorten, terug te vinden in catalogi,


dat er voor iedereen wel een onderdeel is terug te vinden dat zal
passen. Beter is natuurlijk om bij het ontwerp rekening te houden
met aangekochte onderdelen zoals riemen, kettingen etc.

15
Meten is weten. Het is dan ook belangrijk dat je altijd maten plaatst die je kunt nameten!

FASE 3: CONTROLEFASE
Na de productie is het belangrijk dat we alles grondig nameten. We De controle staat garant dat we met een eindproduct zitten dat zal
willen namelijk het volgende weten: voldoen aan alle gestelde eisen en dat de uiteindelijke werking van
het totaalconcept niet in het gedrang mag brengen.
• Is de gekozen productie effectief gebleken om het ontwerp te kun-
nen produceren? Indien een producent van vliegtuigonderdelen verschillende onder-
delen gaat afleveren die niet aan de eisen voldoen qua sterkte, maat-
• Is de productietijd correct en heeft het een impact gehad op de
nauwkeurigheid, oppervlakteafwerking enz kan dit de werking van
uiteindelijke kwaliteit?
het afgewerkte vliegtuig ernstig in het gedrang brengen.
• Is er door het produceren een afwijking ontstaan?
Belangrijk in ons ontwerp is dan ook dat we het voorwerp zodanig
• Zal de uiteindelijke werking van het vooropgestelde ontwerp ge- maken dat we het goed kunnen produceren maar ook goed kunnen
haald worden? nameten.

16
Als we in een latere fase uit onze 3D ontwerpen verschillende 2D te- Indien een stuk te complex dreigt te worden, is het misschien zinvol
keningen gaan genereren, dan is het belangrijk dat we steeds func- om eens terug aan de tekentafel te gaan zitten en je idee te heruitvin-
tionele maataanduiding plaatsen. den. Eenvoudige ontwerpen zijn vaak goedkoop, eenvoudig te pro-
duceren en eenvoudig na te meten, en laten zich vaak goed onder-
Functionele maataanduiding op een technische tekening moet vol-
houden of vragen vaak geen onderhoud.
doen aan de volgende eigenschappen:

• De maat mag slechts op 1


manier geïnterpreteerd Tot slot is het belangrijk dat
kunnen worden. we de meetresultaten terug-
koppelen aan het ontwerp,
• De maat moet het toelaten
zodat we hiermee eventuele
op een aanvaardbare ma-
aanpassingen kunnen doen
nier het voorwerp te kun-
die de uiteindelijke kwaliteit
nen produceren. Onmoge-
ten goede komen.
lijke maten leiden tot onmo-
gelijke producten. Controle is een verplichte
terugkoppeling naar de be-
• De maat moet op een on-
ginfase.
dubbelzinnige en aan-
vaardbare manier kunnen Controle is echter meer dan
nagemeten worden. enkel nameten van dimen-
sies. Het materiaal moet ook
• De maat mag het produc-
gecontroleerd worden op
tieproces niet hinderen én
mechanische belastingen,
de kosten niet onnodig op-
zodat men ook weet dat het
drijven
stuk het zeker niet zal begeven tijdens normale werkingssituaties.

Het meten van de hardheid, de kerfslagwaarde, de treksterkte, enz


Elke maat die je op een tekening plaatst, moet voldoen aan deze zijn daarom ook allemaal belangrijke eigenschappen waar moet wor-
voorwaarden. Dan pas spreken we over een correcte maataandui- den aan voldaan. Al deze resultaten, samen met de geometrische
ding, die bij de mensen die op de werkvloer staan (en instaan voor metingen, vormen een totale analyse die terugkoppeling vereist.
het CAM-gedeelte) niet gaat zorgen voor onnodige frustratie.
17
4

VAN 3D NAAR 2D
Er worden wereldwijd nog heel wat 2D-tekeningen ge-
maakt, vooral om de normen en dimensies van een
stuk duidelijk te communiceren. Waar 3D vooral het
concept van het ontwerp gaat belichten, gaat 2D voor-
al de nadruk leggen op de normeringen en de maten.
2D wordt ook nog vaak gebruikt als archiefmateriaal.

VAN 3D NAAR EEN 2D


3D CAD is nu mogelijk dankzij de rekenkracht van een computer. In • We kunnen werken met een 2,5D (perspectief). Een perspectief
het verleden schreef men op leisteen, nadien op papier en eigenlijk van een 3D-object is een waarheidsgetrouwe weergave van een
is dit door de eeuwen heen nooit echt veranderd. Aangezien een echt 3D-object op een plat vlak (het blad), door vanuit één welbe-
bord, een blad en een tekentafel platte vlakken zijn, wil dat zeggen paald hoekpunt naar dit voorwerp te kijken en weer te geven wat
dat je hierop geen 3D-object kunt laten roteren, zoals dat bij een men dan ziet, maar met de bedoeling om het voorwerp te schet-
computerscherm wel gaat. sen zodat het geheel duidelijk wordt.

De informatie op een plat vlak staat vast en we moeten ons dan be- • We kunnen werken met een 2D (aanzicht). Een aanzicht van een
helpen met een 3D-element trachten voor te stellen op dat platte 3D-object is een weergave van 1 zijde van een 3D-object op een
vlak. plat vlak, door vanuit 1 welbepaalde zijde naar dit voorwerp te kij-
ken en weer te geven wat men ziet. Elk object kan maximaal 6 aan-
Dit kunnen we doen op 2 belangrijke manieren:
zichten hebben, alhoewel dat meestal minder is.

19
Een 2,5D geeft een 3D weergave of een 2D-vlak

2,5D OF PERSPECTIEF
Met een perspectief spreken we over een 3D weergave (doen alsof
het een 3D-object is) in een 2D-vlak (op een papier, een bord, een
foto, ...)

Een computerscherm kunnen we als een uitzondering beschouwen.


Ja, een computerscherm is eigenlijk 2D en we tonen hierop 3D-ob-
jecten, dus je zou kunnen denken dat het 2,5D is. Maar we kunnen
in tegenstelling tot gefixeerde 2D-vlakken (zoals een blad papier)
een voorwerp op een computerscherm ronddraaien, en daarom be-
schouwen we dat als een ware 3D. Werken met VR (waar we het eer-
der over hadden) is dan misschien nog een stukje tastbaarder, aan-
gezien het ons nog dichter bij de waarheid brengt.

20
Zoals je kunt zien kunnen we een lichaam indelen in hoeken en vlak- scheef gaan tekenen. De voorzijde van dit perspectief komt dus
ken. Met een 2,5D gaan we altijd een hoek nemen als aankijkpunt, overeen met het vooraanzicht van de rechthoekige projectie.
zodat we niet op een vlak aan het staren zijn, maar we een weerga-
De schuine lijnen die men gebruikt om de diepte aan te duiden en
ve krijgen van een reëel oogpunt.
die twee andere vlakken representeren, heet men de vluchtlijnen. De-
Met een perspectief of 2,5D kijken we vanuit een hoekpunt en zien ze kunnen naar linksboven, rechtsboven, linksonder of rechtsonder
we 3 zijden van de in totaal 6 mogelijke zijden. 3 andere zijden zijn lopen.
voor het oog verborgen. Verborgen lijnen kunnen we weergeven
door middel van een streepjeslijn of weglaten.

We kiezen onze 2,5D altijd best zodanig, zodat de meeste infor-


matie van het lichaam zichtbaar is.

In de 2,5D wereld onderscheiden we 3 belangrijke mogelijkhe-


den, namelijk:

• ISOmetrisch

• DImetrisch

• Scheve parallel

Er zijn nog bijkomende 2,5D mogelijkheden die men elders ge-


bruikt (Trimetrisch), maar wij focussen ons op de eerste drie, en
uiteindelijk voornamelijk op ISOmetrisch.

Parallel-perspectief (scheve parallel): Bij deze methode onderscheiden we nog 2 mogelijkheden, namelijk
dat we de vluchtlijnen tekenen met een verkortingsfactor van 1/2 of
Bij een Parallel-perspectief bekijken we het vooraanzicht steeds met een van 2/3. De laatste geeft een waarheidsgetrouwere weerga-
loodrecht, terwijl we de twee andere aanzichten met parallelle lijnen ve van de 2,5D.

21
De vluchtlijnen worden nooit op ware grootte getekend bij de sche- Dimetrisch perspectief:
ve parallel, aangezien het stuk er dan veel dieper uitziet dan het in
In tegenstelling tot de scheve parallel methode om een perspectief
werkelijkheid is.
te tekenen gaan we bij alle andere perspectieven nooit loodrecht op
Een speciale versie van de scheve parallel is de Kavalier-methode, een aanzicht kijken.
waarbij we toch alle lijnen op ware grootte tekenen. Hierbij zien we
Bij de dimetrische methode worden 2 aaneengrenzende vlakken on-
dat het object duidelijk vervormt van de werkelijkheid.
der een hoek van 7° en 42° geprojecteerd naar elkaar toe.

We krijgen hier de indruk dat we loodrecht kijken op de grenslijn tus-


sen twee projectievlakken. De dieptelijnen, hier aangeduid volgens
de X-as, worden op 1/2 lengte getekend.

22
Isometrisch perspectief: kens een perspectieftekening (2,5D) in een hoek van het blad wordt
toegevoegd. Het grote voordeel hiervan is dat de persoon die het
Deze methode gaan we het meest toepassen, en wel om volgende
stuk moet gaan produceren en de tekening er gaat bij nemen om de
redenen:
normen te controleren of op te zoeken, meteen een duidelijke indica-
• Deze methode is heel verspreid en wordt vaak toegepast. tie krijgt van hoe het werkelijke stuk er zal moeten uitzien. Iedereen
heeft baat bij een duidelijke communicatie tussen ontwerper, maker
• We krijgen een duidelijk beeld over ons object, zonder dat hierbij en gebruiker. Een perspectief toe-
vervormingen optreden (zo- voegen aan een tekening geeft
als bij de Kavalier). ook een duidelijke indicatie waar
• We kunnen alles op ware de aangeduide normen in werke-
lengte tekenen en dat lijkheid zullen terug te vinden
maakt bijvoorbeeld het met zijn.
de hand schetsen in een Aangezien het plaatsen van een
atelier eenvoudig. 2,5D op een tekening binnen
• Je moet alles verticaal teke- een 3D-CAD-pakket slechts een
nen of onder een hoek van werk is van seconden (zelfs niet
30 graden, wat het schet- minuten), wil dit zeggen dat er
sen ook gaat vergemakkelij- weinig argumenten zijn om dit
ken. dan niet te doen.

• De meeste CAD-pakketten Het belangrijkste argument om


ondersteunen standaard een 2,5D tekening niet te plaat-
Isometrisch perspectief. sen is gebrek aan ruimte op het
blad van de tekening, waardoor
Bij de isometrische projectie- men bijvoorbeeld geen maten
methode gaan we de aan el- meer kan plaatsen. In bijna alle
kaar grenzende vlakken onder een hoek van 30° naar achter projec- andere situaties is het echter meer dan wenselijk dat een 2,5D wordt
teren, waardoor we ook hier de indruk krijgen dat we loodrecht op toegevoegd aan een set van 2D-tekeningen. Op een 2,5D-tekening
de gemeenschappelijke snijlijn van de vlakken kijken. Alle lijnen wor- worden in principe nooit maten geplaatst en dienen ze vooral ter ver-
den op ware grootte getekend. Het is wenselijk dat op elke afgedruk- duidelijking en om meer inzicht te geven in het onderdeel.
te tekening waar we aanzichten gaan op plaatsen (2D) er ook tel-
23
Om in een 2D alles duidelijk te maken, zijn er zeer strikte afspraken nodig!

2D OF AANZICHT
Met 2D gaan we op de vlakken kijken van een lichaam en zo een den zijn. Indien dit niet gaat plaatsen we een aanzicht bij en als dat
platte voorstelling creëren van het stuk. Om een technische tekening nog niet voldoende is nog een aanzicht enz.
zo eenvoudig mogelijk voor te stellen opteren we er steeds voor om
We moeten er ook over waken dat we nooit dubbele maataandui-
het aanzicht met de meeste mogelijkheden tot maataanduiding te
ding zetten, want dit zal voor verwarring zorgen.
kiezen als vooraanzicht. Zo vermijden we in vele gevallen een overla-
den technische tekening met een overaanbod aan aanzichten.

Indien we een tekening kunnen maken waarbij alle maten terug te


vinden zijn op 1 aanzicht, is dit te verkiezen boven een tekening met
meerdere aanzichten. Het is zeker niet de bedoeling dat er op elke
tekening automatisch 3 aanzichten terug te vinden zijn. Liefst dus 1
aanzicht waar duidelijk en ondubbelzinnig alle maten op terug te vin-

24
Doorsneden

Voor een vol stuk waarop enkel uitwendige maataanduidingen moet


worden geplaatst, is het aanmaken van een aanzicht vrij eenvoudig.

Vaak bevat een onderdeel echter één of meerdere inwendige dimen-


sies, ten gevolge van een boring (met of zonder schroefdraad), een
inwendige kamer, een conische ruimte, ...

Het is dan ook belangrijk dat we al deze dimensies correct kunnen


aanduiden. We kunnen de onzichtbare lijnen (aanduidingen van rib-
ben of vlakken die bijvoorbeeld inwendig aanwezig zijn) zichtbaar
maken door middel van streepjeslijnen. We gaan hier echter nooit
maten op zetten, aangezien dit tot discussies kan leiden waarop
men dan precies de dimensie heeft geplaatst. Bovendien gaat de
duidelijkheid van de tekening niet verbeteren door gebruik te maken
van streepjeslijnen, integendeel. Vooral bij complexe stukken maakt
dit de tekening onoverzichtelijk. Willen we de binnenzijde van een
Indien we door gebruik te maken van een volledige doorsnede of
onderdeel duidelijk zichtbaar maken, dan kunnen we het stuk virtu-
een plaatselijke doorsnede (dit laatste is het plaatselijk wegsnijden
eel doorzagen op de plaatsen waar we de inwendige kamers beter
van het materiaal zonder een volledig aanzicht aan een doorsnede
zichtbaar wensen te maken.
te onderwerpen) de onzichtbare lijnen zichtbaar maken, mogen we
Als we dus een onderdeel denkbeeldig (virtueel) middendoor zagen deze zichtbare lijnen gebruiken om ze van maten te voorzien!
en het voorste deel wegnemen, dan zien
Soms kan het echter nog voorkomen dat een stuk, ondanks gebruik
we een aanzicht in doorsnede. Waar de
te maken van een doorsnede onduidelijk wordt, vooral wanneer we
denkbeeldige zaag materiaal heeft moe-
in een samenstelling de verschillende onderdelen gelijktijdig gaan
ten doorzagen om het voorste deel te
doorsnijden. In dat geval is het belangrijk dat we elk onderdeel van
kunnen wegnemen, duiden we aan met
een andere afzonderlijke arcering voorzien, zodat we een duidelijk
vlakken die gearceerd worden. De stre-
onderscheid weten te maken tussen de verschillende onderdelen.
pen van de arcering symboliseren de
We bereiken dit verschil door de grootte van de arcering en de oriën-
strepen die een zaag achterlaat op een
tatie aan te passen.
metalen stuk.

25
In dit voorbeeld eindelijke leesbaarheid niet in het gedrang brengen.
van deze samen-
Slotsom is dus dat we bij elke tekening moeten streven naar de best
stelling zien we dui-
mogelijke leesbaarheid en dat de interpretatie ondubbelzinnig is.
delijk dat de be-
langrijkste stukken Wat moeten we onthouden voor een goede tekening?
worden doorgesne-
den, wanneer ze • Zet op elke tekening een 2,5D voor een duidelijke weerga- 5
beschikken over ve en om de producent van het onderdeel te helpen.
een inwendige di- • Plaats nooit aanduidingen op onzichtbare lijnen, aangezien
mensie. De bouten het voor verwarring kan zorgen en de tekening onduidelijk zal ma-
zijn vol materiaal, ken. (we weten nooit exact welk onderdeel we aanduiden als we
en bijgevolg heeft onzichtbare lijnen gebruiken).
het dan ook geen
zin om deze bout • We gebruiken een aanzicht in doorsnede of een plaatselijke door-
te onderwerpen snede om onzichtbare elementen zichtbaar te maken, zodat we na-
aan een doorsne- dien deze kunnen van maten te voorzien.
de. De arcering
• In een samenstelling met doorsneden laten we de arcering varië-
krijgt tegenoverge- ren, zodat we niet voor verwarring zorgen. Oriëntatie en spatiëring
stelde oriëntaties van de arcering kunnen ons daarbij helpen.
en ook met de tus-
senspatie van de • We plaatsen op een tekening best nooit teveel aanzichten. Het is
arcering kan er overzichtelijker om alles op 1 aanzicht te plaatsen en desnoods te
worden gespeeld werken met doorsneden of plaatselijke doorsneden. We
om een onder- gebruiken meerdere aanzichten als we niet alle aanduidin-
6
scheid te maken gen kunnen realiseren op 1 aanzicht. Stukken uit een plaat
tussen de verschil- kunnen we de dikte aanduiden om een aanzicht uit te spa-
lende onderdelen. ren.
Ookal zijn de on-
• We doen geen doorsnede van een voorwerp waarin zich geen te
derdelen nauw
bematen elementen bevinden. Een volle trapas doorsnijden heeft
aan elkaar verbon-
geen enkele zin. (uitleg gekleurde schijven zie pagina 30-31)
den, die gaat de uit-
26
Europese projectiemethoden Amerikaanse projectiemethode

Bij de Europese projectiemetho- Het grote verschil met


de plaatsen we het lichaam in de Europese projectie-
een transparante kubus. We methode is dat bij de
gaan vervolgens de 6 vlakken Amerikaanse methode
van deze kubus beschouwen als de projectievlakken zich
de projectievlakken. Vervolgens bevinden tussen de
gaan we als waarnemer kijken waarnemer en het voor-
naar het voorwerp, loodrecht op werp. Hier gaan we ook
het vlak. Wat we zien projecteren het 3D voorwerp in een
we vervolgens naar het achterlig- transparante kubus
gende vlak. Wat we bijvoorbeeld plaatsen. Het grote ver-
rechts loodrecht bekijken, projec- schil is dus hier dan
teren we vervolgens op het linker men de projectie van
vlak van de doorzichtige kubus. het voorwerp op de vlak-
ken naar zich toetrekt en
Hierdoor is wat we rechts zien
de projectie zich zodoende bevindt tussen het voorwerp en de waar-
links weergegeven en omge-
nemer.
keerd. Het rechterzijaanzicht
van het desbetreffende stuk teke- Ook voor de Amerikaanse projectiemethode be-
nen we dus links van het voor- staat er een symbool, die dan op elke tekening
aanzicht. Wat we links zien komt moet worden geplaatst.
recht, het bovenaanzicht onder-
Het is ook belangrijk dat we deze methode kennen, want het is niet
aan en het onderaanzicht is bo-
denkbeeldig dat we in contact komen met een tekening die ge-
ven het vooraanzicht gepositio-
maakt is volgens deze norm! Een firma die bijvoorbeeld onderdelen
neerd. Deze projectiemethode is diegene die we
moet produceren voor een Amerikaanse producent zal ongetwijfeld
het meeste gebruiken en wat we gaan toepassen
in contact komen met deze tekeningen. Ook nog even meegeven
voor onze zelfgemaakte tekeningen. We mogen
dat doorsneden op een Amerikaanse tekening ook anders kunnen
niet vergeten om het symbool op elke tekening te
worden weergegeven, namelijk met holle witte pijlen en de snijvlak-
vermelden, om aan te duiden dat we werken met deze methode.
ken zonder arcering (bvb tekeningen van Boeiing).

27
Welke aanzichten? vooraanzicht te plaatsen, gewoon omdat het goed uitkomt op de
technische tekening (bijvoorbeeld wegens plaatsgebrek).
Na het kiezen van de projectiemethode, in ons geval is dat meestal
volgens de Europese projectiemethode (tenzij er een opdracht komt • Indien een voorwerp niet op een technische tekening kan ge-
die andere eisen stelt), kiezen 1 of meerdere aanzichten. plaatst worden, wegens te groot, kan men overgaan tot het aan-
passen van de schaal van de tekening om het voorwerp toch pas-
Aangezien er geen vastgelegde norm is voor het kiezen van een
send te krijgen. Opgelet, het is niet toegestaan om zomaar eender
aanzicht, is het belangrijk dat we vertrekken van elke criteria:
welke schaal te kiezen. Schaalverdeling gaat volgens stappen van
• Een vooraanzicht moet zoveel mogelijk informatie bevatten, waar- 2 en 5, dus 1:1; 1:2; 1:5; 1:10; 1:20; 1:50 enz. Meer informatie over
door de nood voor bijkomende aanzichten minimaal is. Ideaal is dit en andere afspraken wat tekenen betreft kan je altijd terug vin-
als we alle maten en normen kunnen plaatsen op 1 aanzicht. den in het tabellenboek. Het wordt altijd aangeraden om dit strikt
op te volgen en in alle lessen als leidraad te gebruiken.
• Indien alle maten niet op een vooraanzicht passen, aangezien er
inwendige dimensies aanwezig zijn (boringen, kamers, etc) die • Voorwerpen die te lang zijn mogen virtueel ingekort worden door
een maataanduiding vereisen, gaan we door middel van een volle- middel van een break-view. Hierdoor is het alsof lange stukken in
dige doorsnede of een plaatselijke doorsnede deze onzichtbare het midden ingekort worden. De maataanduiding blijft echter de-
elementen zichtbaar maken, waarna we ze een maataanduiding zelfde.
kunnen geven.
• Indien andere oplossingen niet helpen kan men opteren om een
• Indien we met een duidelijk gekozen vooraanzicht en/of een volle- tekening op een groter formaat te maken (A3; A2; A1; A0; ...). Het
dige of één of meerdere plaatselijke doorsneden nog steeds niet is natuurlijk belangrijk dat men altijd eerst kijkt of er een output mo-
alles kunnen aanduiden, gaan we over tot het bijplaatsen van een gelijk is voor deze grote formaten. Wie kiest voor een A1 formaat,
tweede aanzicht. In de meeste gevallen is dat een linker of een kan dan ook maar beter zorgen dat er een A0 plotter of printer in
rechter zijaanzicht. Deze keuze wordt opnieuw bepaald door de de school of het bedrijf is, anders heeft de keuze voor een groot
eerste regel, namelijk dat dit aanzicht ook zoveel mogelijk informa- papierformaat weinig zin.
tie moet bevatten.
• Een dimensie mag slechts 1 keer aangeduid worden met een
• Andere aanzichten vallen onder dezelfde regels en kunnen bijge- maataanduiding. Het is niet toegestaan om hetzelfde element een-
volg ook onderworpen worden aan een doorsnede. zelfde maat te geven op een ander aanzicht. Dit gaat voor verwar-
ring zorgen.
• Het is belangrijk om het geprojecteerde aanzicht altijd in het ver-
lengde van het vooraanzicht te plaatsen, in functie van de projec- • Zoals we al eerder hebben gezegd gaan we geen maten plaatsen
tie. Het is dus verboden op een linkerzijaanzicht onderaan een op onzichtbare lijnen. Ofwel kiezen we voor een volledige of ge-
28
deeltelijke (plaatselijke) doorsnede ofwel plaatsen we de maat op pen en het plaatsen van maten rekening te houden met de machi-
een ander aanzicht. Indien we een nieuw aanzicht moeten plaat- nes én gereedschappen die voor handen zijn.
sen, speciaal voor die ene maat, is het wenselijk om dit toch met
• De nominale maat mag de prijs van het voorwerp niet onnodig de
een doorsnede te doen. Enkel maten die niet met een doorsnede
hoogte in jagen. Op zo’n moment is het altijd beter om terug aan
kunnen worden aangeduid rechtvaardigen een nieuw aanzicht.
de tekentafel te gaan en het ontwerp aan te passen.

• De nominale maten moeten meetbaar zijn. Het heeft geen enkele


Maataanduiding zin om een diepte van een boring aan te duiden vanaf de bovenzij-
de tot in de punt van de boring. Ten eerste heeft die punt geen
Eenmaal een aanzicht is geplaatst (of meerdere aanzichten), is de
nut, er is ook geen meetgereedschap geschikt om dit te meten. Lo-
volgende stap om de nominale maten aan te duiden.
gischer is om de schacht van de boring aan te duiden, aangezien
De nominale maten zijn de dimensies die we wensen na te streven we daar eventueel schroefdraad gaan plaatsen.
om een goede werking van ons ontworpen object te bekomen. We
• De nominale maten moeten altijd worden afgetoetst aan de alge-
hebben er dus alle baat bij om te weten waar we met onze dimen-
mene werking van het geheel. Maten moeten ervoor zorgen dat
sies naartoe willen, zodat het geheel kan passen en functioneren zo-
dingen “in elkaar passen”, en de kans is klein dat een nominale
als we voorop hebben gesteld.
maat geen impact heeft op een andere. Het overzicht behouden is
De nominale maten moeten aan bepaalde eisen voldoen: dus zeer belangrijk.

• Een nominale maat moet relevant zijn en bijdragen tot de werking De exacte normen voor het plaatsen van een maataanduiding is te-
van het geheel. Maten plaatsen om een tekening vol te krijgen, rug te vinden in het tabellenboek, speciale literatuur alsook in het
doet er niet toe, en dan zijn deze maten overbodig. (bv: een gleuf CAD-pakket waar je mee tekent. Normaal gezien gaat elke school
laten steken op de buitenzijde van een voorwerp, zonder dat dit en/of bedrijf dat werkt met een CAD-programma de normen vastleg-
een functie heeft, doet er niet toe, en dan kan men dit beter wegla- gen in de software, zodat het toepassen van de plaatsing van de ma-
ten. ten automatisch volgens de juiste normen gebeurt.

• Een nominale maat moet te maken zijn. We moeten bij het tekenen Toleranties
van een voorwerp en het plaatsen van maten, rekening houden
Ook al plaatsen we nominale maten op een technische tekening, dit
met de productie ervan. Het heeft geen zin om een inwendige ka-
wil nog niet zeggen dat het eindresultaat ook effectief 100% alle no-
mer te tekenen met rechte scherpe hoeken, als we nadien deze
minale maten zal zijn. Er zijn heel wat factoren die ervoor zorgen dat
kamer gaan frezen. We weten dan dat we rekening moeten hou-
het eindresultaat zal afwijken van de nominale maat:
den met de radius van de frees. Het is belangrijk om bij het ontwer-
29
• Trillingen in de machine liefst een bijbehorende tabel. In veel gevallen gaan we uit-
gaan van de algemene tolerantie IT12 volgens NBN 602. 4
• Standtijd van het gereedschap

• Menselijke fouten Machinale bewerking vs. Tolerantieklasse


• Afwijkingen van de machine   IT klasse
↓Bewerking 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16
• Lengteverandering door temperatuur
Lappen                      
• ...
Honen                      
Het is dan ook logische dat we bovenop de nominale
maten een afwijking moeten toestaan. De afwijking Super finishen                        
moet ervoor zorgen dat we in normale omstandighe- Rondslijpen                    
den in staat zijn om de nominale maat te benaderen, Diamant draaien                      
zonder dat de werking van ons onderdeel in het ge-
Vlakslijpen                    
drang komt. De tolerantie is dus een foutmarge die
we mogen hanteren, waarbij we weten dat de uit- Brootsen                    
komst van de het onderdeel hetzelfde resultaat zal Ruimen                    
geven dan wanneer we exact alles op de nominale
maten zouden produceren.
Kotteren, draaien                

Zagen                        
Algemene tolerantie
Frezen                
Is het nodig om elke nominale maat van een strenge
tolerantie te voorzien? Neen, we gaan dit vooral toe- Extruderen                      
passen op de maten die echt van belang zijn en bij Boren                      
een samenstelling (montage) speciale eisen nodig
Spuitgieten                      
hebben. Alle andere maten geven we ook een tole-
rantie, maar dit is dat eerder algemeen, om te vermij- Smeden                      
den dat men een loopje zou nemen met de toegesta- Zandgieten                        
ne afwijking. De algemene tolerantie wordt op elke
tekening weergegeven aan de hand van de norm en Walsen, snijden                        

30
6

1
3

31
Toelaatbare afwijkingen voor een
Voor gebroken
Tolerantieklasse Toelaatbare afwijkingen voor de reeks nominale maten reeks lengten, in mm, van de korte
kanten
zijde van de betreffende hoek
>400 > 1000 > 2000 >50 > 120
0,5 > 3 > 6 tot > 30 > 120 0,5 > 3 > 6 tot > 10
Aanduiding Omschrijving tot tot tot t.m 10 t.m t.m. >400
t.m 3 tot 6 30 tot 120 tot 400 t.m 3 tot 6 30 t.m 50
1000 2000 4000 120 400
±0,0
f fijn ±0,05 ±0,1 ±0,15 ±0,2 ±0,3 ±0,5 nvt
5 ±0,2 ±0,5 ±1 ±1° ±0°30’ ±0°20’ ±0°10’ ±0°5’
m gemiddeld ±0,1 ±0,1 ±0,2 ±0,3 ±0,5 ±0,8 ±1,2 ±2
c grof ±0,2 ±0,3 ±0,5 ±0,8 ±1,2 ±2 ±3 ±4 ±1°30’ ±1° ±0°30’ ±0°15’ ±0°10’
±0,4 ±1 ±2
v zeer grof nvt ±0,5 ±1 ±1,5 ±2,5 ±4 ±6 ±8 ±3° ±2° ±1° ±0°30’ ±0°20’
Voor nominale maten kleiner dan 0,5mm moeten de afwijkingen direct naast de betreffende nominale maat worden aangegeven.

Voor grotere stukken waarbij tijdens de productie parameters aanwe-


zig zijn die het nauwkeurig afwerken bemoeilijken (zoals bij lassen)
Specifieke tolerantie
wordt de norm minder streng genomen, bijvoorbeeld IT14 of IT16.
Trouwens, een afwijking van 0,1mm op een werkstuk de grootte van Bovenop de algemene tolerantie bestaat er ook een specifieke tole-
een horloge, dat is een enorme afwijking. Dezelfde afwijking van rantie, speciaal voor de maten die aan strengere tolerantie-eisen
0,1mm op een metalen schuifpoort van 6m lengte, is een te verwaar- moeten voldoen dan diegene die worden vooropgesteld door de al-
lozen afwijking. Alles moeten we dus zien in de context van de be- gemene tolerantie. Er zijn verschillende aanduidingen moge-
werkingsmethode alsook in functie van het project zelf. lijk om aan te geven dat we te maken hebben met een speci- 1
fieke tolerantie.
Alle maten op de tekening, die niet in het bezit zijn van een specifie-
ke tolerantie, worden onderworpen aan een algemene tolerantie. • Een specifieke tolerantie met symmetrische aanduiding.
Grensmaten van het tolerantieveld liggen even ver van de
De bovenstaande tabel is een andere aanduiding voor de algemene 2
nominale maat af.
tolerantie, die de toelaatbare afwijkingen voor lineaire maten met uit-
zondering van gebroken kanten aangeeft. • Een asymmetrische specifieke tolerantie, met een aparte
boven en ondergrens, los te definiëren van elkaar. Hiermee
3
kan je zelf al voor een stuk bepalen of onderdelen los in el-

32
kaar moeten, vast of via een overgangspassing. teerd, waarbij er dikwijls ronde stukken in ronde openingen worden
gemonteerd. We denken hierbij aan een lager dat over een as komt,
• Een specifieke tolerantie met de 2 grensmaten uitgeschreven.
een trapas in een glijlager, een bevestiging van 

Deze toleranties gebruiken we vooral op lengtematen en andere di- 

mensies, los van de boringen of de assen. 



ISO-passingen 


Buiten de algemene tolerantie en de specifieke toleranties, bestaan 

er ook nog ISO-passingen. In de machinebouw worden vaak dingen

in

el-

kaar
ronde
ge-
delen
mon-
zoals
een
stalen
wiel
op een
as (denk aan een treinstel), ...

Voor dit soort van tolerantie gaan we gebruik maken van een ISO-
passing, en wel om de volgende redenen:

•Voor ronde stukken (assen, boringen, ronde kamers etc) bestaan


er speciale gereedschappen die rechtstreeks op de juiste maat
kunnen bewerken (denk aan een ruimer), waardoor men met grote
zekerheid kan zeggen dat de afgewerkte boring volgens de opge-
geven tolerantie is gemaakt. Dat is extra gemakkelijk voor de men-
sen die de stukken moeten vervaardigen. De passing van de rui-

33
mer is bijna altijd op de ruimer terug te vinden
 gemakkelijk. Eerst moeten we weten welk de nominale maat is, om
vervolgens met behulp van de tolerantie het tolerantieveld te bere-
kenen. Nadien moeten we met meetgereedschap (schuifmaat,
• Voor de ontwerper is er ook weinig rede voor discussie, aangezien
schroefmaat, binnenmicrometer, 3D-meetbank etc) bepalen of de
opgemeten maat binnen het tolerantieveld valt of
niet. Bovendien is het nameten van een passing met
een meetgereedschap tijdrovend. 

Het nameten van een ISO-passingen kan ook heel
eenvoudig met behulp van een kaliber, waarbij we
snel en efficiënt kunnen bepalen of we onze passing
de keuze voor een ISO-passing ook garant staat voor een bepaal- hebben gehaald.
de werking. Als je als ontwerper kiest voor een vaste passing, en
de persoon die het stuk moet vervaardigen houdt zich aan de pas- In de bovenstaande figuur zien we een kaliber voor het meten van
sing (wat uiteindelijk de bedoeling is), kan je nooit voor verrassin- assen, volgen de tolerantie 40h6. Voordeel van deze meetmethode
gen komen te staan en is snel, eenvoudig, zelfs een
weet je dat het een vaste eenvoudige controle op de
passing zal zijn. Het is als rondheid, ... Nadeel? Aan-
ontwerper dan ook zeer schaf van een kaliber voor
belangrijk om op voor- elk type passing. Dit wordt
hand duidelijk te bepalen dus vooral gebruikt voor
welk type passing je passingen die frequent voor-
wenst en waarom. Door komen.
zelf een specifieke toleran- Hieronder zien we een kali-
tie te bepalen weet je niet ber voor het meten van een
altijd met zekerheid of de boring van 24H7. De gepro-

Nominale maat
passing de uitkomst gaat duceerde boring moet zich
geven die je wenst. bevinden tussen de twee
• Het nameten van maten, grensgebieden. Dit is dus
Positie tolerantievelden (in dit geval van
en het bepalen van een eenvoudig en snel te meten.
een boring). Vooraan in het alfabet is los,
tolerantie is niet altijd even achteraan vaste passing.

34
Een ISO-passing wordt bepaald door de volgende parameters: We willen ons met deze bundel vooral focussen op het duidelijk ma-
ken van de normen en afspraken die er schuil gaan achter een tech-
• Nominale maat (hoe groter de maat, des te groter het tolerantie-
nische tekening.
veld zal zijn).

• De ligging van het tolerantieveld die wordt weergegeven door een


letter (Vooraan in het alfabet voor losse passingen, achteraan het Concrete voorbeelden ISO-passing.
alfabet voor vaste passingen en in het midden bevinden zich de
De kwaliteit van een ISO-passing.
overgangspassingen).
Het verschil tussen een H3, een H5, een H7 en een H13?
• De kwaliteit van het tolerantieveld dat wordt weergegeven door
een getal. Des te groter het getal, des te groter het tolerantieveld Het getal bepaalt de grootte van een tolerantieveld. Hier spreken we
en des te onnauwkeuriger de aangewende tolerantie. over de kwaliteit van de tolerantie. Bij een boring van 12mm wil een
H3 zeggen dat we een bovengrens toelaten van +3 micron. De on-
• Het eenheidsstelsel. Als referentie nemen we altijd de letter H, aan-
dergrens van de tolerantie H is natuurlijk altijd de nominale maat,
gezien deze met een grensmaat ligt op de nominale maat. Een
dus 0 micron afwijking. In ons geval ligt de tolerantie dan tussen
ISO-passing met een hoofdletter H in de passing is een eenheids-
12,000 en 12,003mm.
boringstelsel, aangezien we de boring als de referentie zien en de
as hiernaartoe werken. 
 Bij een H5 op een boring van +12mm zal het tolerantieveld al groter
Hebben we een kleine letter h, dan spreken we van een eenheids- zijn. Daar is de bovengrens 8 micron (micrometer of duizendsten
asstelsel, aangezien we de as als referentie beschouwen. In de van een millimeter!) en de ondergrens 0 micron. We hebben dan
meeste gevallen gaat de passing van de desbetreffende boring of een tolerantieveld dat effectief gelegen is tussen 12,008 en 12,000
as geen letter h of H meer zijn, maar iets anders, zodat je hiermee micron.
duidelijk kunt aangeven over welk type passing het gaat (los, vast
Bij een H7 is de bovengrens +18 en de ondergrens 0. Resultaat is
of overgang).
een tolerantieveld tussen 12,018 en 12,000 micrometer.

Bij een H13 is de bovengrens +270 en 0. Het tolerantieveld is dan


Voor meer gedetailleerde tabellen van de passingen alsook de lig- ook gelegen tussen 12,270 en 12,000 micrometer.
ging van de tolerantievelden, kan je ook altijd beroep doen op het
Het spreekt voor zich dat de kwaliteit van de beide passingen die
tabellenboek.
met elkaar verbonden zijn altijd nauw in elkaars buurt moeten lig-
gen. Zo heeft het geen zin om een kwaliteit 13 te combineren met
een kwaliteit 3!
35
Voorbeeld: beeld een glijlager maken voor een gekochte as. De as krijgt dan
een kleine letter h.
∅12H7/f6 is bijgevolg een zinnige passing
Voorbeeld: ∅F7/h6
∅12H3/f13 is een onzinnige passing, aangezien de kwaliteit te ver
uit elkaar ligt. Indien we de boring als referentie gebruiken, spreken we over een
eenheidsboringstelsel. Dit herkennen we aan de hoofdletter H.
In de praktijk komt een kwaliteitsverschil van meer dan 2 nauwelijks
voor. TOETS 4.1 Spurt-Toets

∅12H7/g9 zou dus nog kunnen


Vraag 1 van 12
∅12H7/g10 komt in principe niet voor, aangezien de kwaliteiten te Waarvoor gebruiken we een doorsnede op een tekening?
sterk van elkaar verschillen.

De meeste tabellen in tabellenboeken zijn ook op dat principe ge-


basseerd.

De ligging van een ISO-passing.


A. Om inwendige dimensies te zien en hier-
Een ISO-passing heeft altijd een ligging. Om duidelijkheid te schep-
op maten aan te duiden
pen gaan we altijd eerst een keuze maken of we de boring of de as
als referentie gaan gebruiken.
B. Voor een extra mooie weergave
Indien we de boring als referentie beschouwen, dan gaan we daar-
voor de letter H (hoofdletter reserveren). De as krijgt dan meestal C. Om onzichtbare lijnen te tonen
een andere letter en we gaan dan de as maken in functie van de bo-
ring. We denken hierbij aan een as maken waar een gekocht lager D. Om meer aanzichten te kunnen plaatsen.
moet op passen.

Voorbeeld: ∅H7/js6

Het kan ook zijn dat we de as beschouwen als een referentie, en dat
we de boring gaan maken in functie van de as. Als we zelf bijvoor-
Controleer ant-
woord
36
Indien we de as als referentie gebruiken, spreken we over een een- Oefeningen:
heidsasstelsel. Dit herkennen we aan de kleine letter h.
Los de volgende passingen op aan de hand van het tabellenboek.

Waarom de letter H of h? Omdat één van de twee grensmaten gelijk Geef de nominale maat, het eenheidsstelsel, de kwaliteit, het type
is aan de nominale maat, en we nog steeds de nominale maat willen passing en de 4 grensmaten (2 grensmaten voor de boring en 2
nastreven. grensmaten voor de as).

Eenmaal we het eenheidsstelsel hebben bepaald, kiezen we voor ∅ 32 H5/js6


de andere entiteit een letter, in functie van de passing die we wen-
∅ 28 H7/s6
sen. Vooraan in het alfabet geeft een losse passing, achteraan in het
alfabet een vaste passing. ∅ 42 H11/a11
Voorbeelden: ∅ 22 P6/h5
∅24H7/a6 is duidelijk een losse passing
∅ 32 H9/js8
∅36H7/zc6 is duidelijk een vaste passing
∅ 12 H6/r5
Er is een speciaal geval, namelijk js of JS. Deze passing is een sym-
∅ 26 F7/h6
metrische passing, waarbij de bovengrens en de ondergrens van
het tolerantieveld even ver van de nominale maat verwijderd zijn. ∅ 42 C11/h9

dus

∅20H7/js6 is bijgevolg altijd een overgangspassing. De oplossingen van deze oefeningen zijn terug te vinden op de vol-
gende pagina’s in de tabellen.
Andere overgangspassingen zitten in de buurt, maar het is altijd vei-
lig om hiervoor een tabellenboek te raadplegen om 100% zeker te
zijn.

ZC is de laatste passing in tabellen. Een ISO-passing zonder H of h


wordt niet gebruikt, aangezien er dan geen referentie is!

Altijd dus afwegen of er een referentie aanwezig is (H of h), of de


kwaliteit nooit te ver uit elkaar ligt (maximaal 2) en dat de letter be-
staat in de tabel (van A tot ZC).
37
∅ 32 H5 / js6 ∅ 42 H11 / a11
Bovengrens Ondergrens Bovengrens Ondergrens Bovengrens Ondergrens Bovengrens Ondergrens
Boring Boring As As Boring Boring As As
32,011 32,000 32,008 31,992 42,160 42,000 41,680 41,520

Nominale maat 32,000 Nominale maat 42,000


Eenheidsstelsel Eenheidsboring Eenheidsstelsel Eenheidsboring
Kwaliteit 5 tot 6 (zeer goed) Kwaliteit 11 (matig)
Type passing Overgang Type passing Los

∅ 28 H7 / s6 ∅ 22 P6 / h5
Bovengrens Ondergrens Bovengrens Ondergrens Bovengrens Ondergrens Bovengrens Ondergrens
Boring Boring As As Boring Boring As As
28,021 28,000 28,048 28,035 21,982 21,969 22,000 21,991

Nominale maat 28,000 Nominale maat 22,000


Eenheidsstelsel Eenheidsboring Eenheidsstelsel Eenheidsas
Kwaliteit 7 tot 6 (goed) Kwaliteit 5 tot 6 (zeer goed)
Type passing Vast Type passing Vast

38
∅ 32 H9 / js8 ∅ 26 F7 / h6
Bovengrens Ondergrens Bovengrens Ondergrens Bovengrens Ondergrens Bovengrens Ondergrens
Boring Boring As As Boring Boring As As
32,062 32,000 31,0195 31,9805 26,041 26,020 26,000 25,987

Nominale maat 32,000 Nominale maat 26,000


Eenheidsstelsel Eenheidsboring Eenheidsstelsel Eenheidsas
Kwaliteit 8 tot 9 (goed) Kwaliteit 7 tot 6 (goed)
Type passing Overgang Type passing Los

∅ 12 H6 / r5 ∅ 42 C11 / h9
Bovengrens Ondergrens Bovengrens Ondergrens Bovengrens Ondergrens Bovengrens Ondergrens
Boring Boring As As Boring Boring As As
12,011 12,000 12,031 12,023 42,290 42,130 42,000 41,938

Nominale maat 12,000 Nominale maat 42,000


Eenheidsstelsel Eenheidsboring Eenheidsstelsel Eenheidsas
Kwaliteit 5 tot 6 (zeer goed) Kwaliteit 11 tot 9 (matig)
Type passing Vast Type passing Los

39
Ruwheden

We hebben al geleerd dat een tekening bestaat uit 1 of meerdere FILM 4.1 Wegsnijden van materiaal onder de microscoop
aanzichten. We hebben ook gezien dat we deze aanzichten kunnen
maken onder de vorm van een doorsnede. Op deze aanzichten
plaatsen we nominale maten, welke de maten zijn die we kunnen na-
streven. Natuurlijk gaan we hierop toleranties voorzien, aangezien
we de nominale maat slechts kunnen benaderen.

Maar er is meer. Tijdens het produceren van een werkstuk zijn er


heel wat dingen die hier komen bij kijken en die ervoor zorgen dat
de oppervlakte niet zo glad en mooi afgewerkt is als we zouden wil-
len.

In sommige omstandigheden is een ruw oppervlak niet erg, maar in


heel wat gevallen wensen we toch een minimum aan oppervlakte-
kwaliteit. Dat is het ook goed dat we dit op een tekening plaatsen,
om duidelijk te maken dat we hier een bepaalde eis aan vast gaan
koppelen.

Net zoals bij de toleranties zal je een algemene oppervlakteruwheid Ook al snijden we met een beitel, het is meer losrukken van mate-
hebben, die meestal onderaan (apart) op de tekening wordt ver- riaal.
meld. Vervolgens kan je nog bijkomende vlakken aanduiden die een
Velen zullen denken dat bij het niet-verspanen, er geen ruwheid aan
extra (betere) oppervlaktekwaliteit moeten bezitten.
te pas komt. Dit is natuurlijk niet waar, aangezien het materiaal dat
Waarom bestaat er zoiets als oppervlakteruwheid? Omdat bij het be- we gaan gieten de ruwheid gaat aannemen van de gietvorm.
werken van een werkstuk we door het snijden (onder de microscoop
Een oppervlakteruwheid zal er dus altijd zijn en de mate van glad-
ziet er dat meer uit als losrukken van materiaal) pieken en dalen ach-
heid zal bepaald worden door het type bewerking dat we laatst uit-
ter laten (een microscopisch kraterlandschap). Bepaalde bewerkin-
voeren en de tijd dat we spenderen aan het bewerken.
gen, zoals zagen geven doorgaans een ruw oppervlak, terwijl draai-
en en frezen al een veel beter resultaat geven. Er zijn echter metho- Een tragere voeding kan een beter resultaat opleveren, maar een
den die nog veel betere oppervlaktekwaliteiten bekomen, zoals slij- langere productietijd. En dat moeten we afwegen tegenover elkaar.
pen.
40
we verspanen

• Het gereedschap dat we gebruiken

• ...

Niet elke bewerking is in staat om elke ruwheid aan te kunnen. Als


we op een tekening een ruwheid plaatsen van Ra=0,1 ; dan is fre-
De Ra-waarde is de gemiddelde ruwheid van een stuk. Dit is het cij- zen of draaien uitgesloten en zullen we onze toevlucht als laatste be-
fer dat we het meest tegen komen op een ruwheidssymbool. Het is werking bij bijvoorbeeld polijsten moeten nemen.
het gemiddelde van alle pieken en dalen, dus de som van alle pie-
ken en dalen gedeeld door hun aantal. We moeten ons natuurlijk altijd afvragen of we ten eerste het gereed-
schap hebben om dat te doen EN of het een meerwaarde biedt aan
De Ra-waarde wordt uitgedrukt in μm (micrometer of duizendsten het werkstuk en de werking door deze ruwheid op de tekening te
van een millimeter). plaatsen. We gaan altijd kijken wat we in praktijk kunnen doen. Een
Hoe kleiner het getal is, des te gladder is het oppervlak van het goede keuze van ruwheden is er een waarbij we de werking garan-
werkstuk. We spreken deren zonder de kost-
dan over een betere prijs en de productietijd
ruwheid. op te drijven.

De Ra-waarde die we Een zuiger die in een


gaan behalen is afhan- cilinder beweegt heeft
kelijk van verschillende een goede ruwheid no-
factoren (als we bijvoor- dig, de buitenzijde van
beeld kijken naar draai- een deur van een hout-
en en frezen) kachel niet. Daarom
worden cilinders gepo-
• De grootte van de lijst en deuren van hout-
neusradius van de kachels in gietijzer ge-
frees goten in een zandvorm.

• De voeding waarmee
41
Definitie van Ra-waarde sen de grootste piekhoogte en de grootste daldiepte binnen een be-
paalde referentielengte, die samen onderdeel uitmaken van de tota-
De Ra-waarde is de gemiddelde waarde van alle afwijkingen binnen
le evaluatielengte. In vele gevallen zijn er 5 referentielengtes, maar
een rechte lijn bij een bepaalde evaluatielengte, los van de verticale
dat aantal kan hiervan afwijken bij bijvoorbeeld moderne meetappa-
richting. In de praktijk wil dit zeggen dat het onmogelijk is om vast te
ratuur. De Rz-waarde in de referentielengten welke de grootste afwij-
stellen of de afwijkingen pieken of dalen zijn. Ra waarde wordt nau-
king aangeeft wordt aangeduid met Rzmax of Rmax.
welijks beïnvloed door individuele afwijkingen (plaatselijke afwijkin-
gen), wat betekent dat er een groot risico bestaat dat we een grote
piek of kras gaan missen.

De meest gangbare Ra-waarde voor metaaloppervlakken is gelegen


tussen 0,02 micrometer (µm) (spiegelglad) en 3,5 µm.

Ookal zijn de oppervlaktestructuren totaal verschillend, het blijft per-


fect mogelijk dat voor de twee gevallen de Ra-waarde dezelfde zal Definitie van Rt-waarde
zijn. We moeten dus meer dan alleen de algemene ruwheid kunnen
meten om een indicatie te krijgen van het werkelijke oppervlak. De totale hoogte van het profiel is gelijk aan de som van de grootste
profielpiek alsook de grootste profiel dalwaarde binnen onze voorop-
gestelde evaluatielengte (meestal bestaande uit 5 referentielengtes).
Definitie Rz-waarde. Gebruik maken van een Rt-waarde (niet gecombineerd met een Ra
of Rz) is één van de strengste eisen die we kunnen stellen aan een
De maximale hoogte van het profiel staat gelijk aan de gemiddelde R-profiel.
waarde van alle individuele profielhoogtes, Rz, die we verkrijgen tus-

42
Definitie van de Rmr: De materiaalratio (Abbot-Firestone curve)

De best geschikte methode voor het bekomen van de meetwaarde


voor slijtvastheid van een bepaald voorwerp is de evaluatie van de
materiaalratio van het oppervlak van dat werkstuk. Rmr wordt weer-
gegeven in %. Het evalueren van de materiaalratio is een eenvoudi-
Definitie van de Rp-waarde
ge methode die we gaan gebruiken om de mate van tekortkomingen
De maximale Rp-hoogte (profielpiekhoogte) is de gemiddelde waar- van een oppervlak aan de duiden.
de van de grootste individuele piekhoogtes die we kunnen verkrij-
gen binnen een referentielengte. Samen met de Rz-waarde, gaat de
Rp-waarde ons extra informatie kunnen bezorgen over de oppervlak-
te-eigenschappen van het werkstuk.

Verdere aanduidingen zijn terug te vinden in het tabellenboek!

43
Meting met een 3D-meetbank van een
werkstuk in onze school

VORM EN PLAATSTOLERANTIES
We hebben eerder gezien dat we heel wat aanduidingen op een Een boring kan pas correct werken als we, zoals eerder aangege-
technische tekening kunnen plaatsen, voornamelijk om de maat- ven, nauwkeurig naar de nominale maat toe werken alsook de opper-
nauwkeurigheid zo kort mogelijk op de nominale maat te krijgen. Al- vlaktekwaliteit respecteren, maar eveneens ervoor zorgen dat de bo-
le eerdere aanduidingen zeggen iets over de maatnauwkeurigheid, ring mooi rond is.
maar niet noodzakelijk iets over de werking van het geproduceerde
Aanduidingen van vorm en plaats kunnen we niet bepalen aan de
stuk binnen een assemblage.
hand van eenvoudige maataanduidingen.
Een werkstuk kan perfect glad zijn en zeer dicht op de nominale
Ook het nameten van de Vorm-en Plaatstoleranties (VP’s afgekort) is
maat zitten, maar toch niet bruikbaar zijn, aangezien er nog heel wat
via traditionele meetmethoden een haast onmogelijke opgave. Hier-
afwijkingen mogelijk zijn, namelijk op de vorm en/of de plaats van
voor komt een 3D-meetbank in aanmerking. Belangrijk is ook om te
een dimensie.
weten dat een 3D-meetbank ook andere dimensies kan meten, zoals

44
toleranties etc. De aanschaf van een 3D-meetbank is dus veel
meer dan alleen het nameten van VP’s.

Belangrijk om te weten is dat een VP er vooral moet voor zor-


gen dat we een geproduceerd werkstuk op de juiste manier
kunnen laten meedraaien in een groter geheel en dan is het
belangrijk om extra eisen te stellen aan de werkstuk, zodat we
zeker zijn dat dit onderdeel op de correcte manier zal werken.

Een boring die perfect glad is, en zeer dicht op de nominale


maat zit, kan een gemonteerde as toch doen slingeren als we
ook niet vermelden dat de vorm van deze boring moet vol-
doen aan bepaalde eisen.

Een as kan bijvoorbeeld perfect gedraaid zijn, met een zeer


goede oppervlaktekwaliteit. Bovendien kan deze as op alle
plaatsen een perfecte benadering kennen van de nominale
maat. Maar van zodra we de as in spannen en laten roteren,
kan deze beginnen slingeren als we geen extra VP opgeven
die er moet voor zorgen dat het stuk wordt geproduceerd met
ook oog voor een strenge VP.

We moeten natuurlijk ook zuinig zijn met het plaatsen van een
VP op elke tekening.

Het plaatsen van een Vorm-en Plaatstolerantie (VP) moet wel-


overwogen zijn en het moet ergens toe bijdragen. Indien we
met een VP geen beter stuk bekomen dat beter kan samen-
werken met andere onderdelen, dan is het zinvol om een VP
weg te laten op een tekening. Het plaatsen van een VP moet
dus een echte meerwaarde betekenen voor de kwaliteit van
het werkstuk.

45
In principe wordt de nauwkeurigheid van de vorm
van het element bepaald door de tolerantie op de
afmetingen van het element.

We kunnen onze Vp’s onderverdelen in 2 grote groe-


pen:

• Vormtoleranties: Deze geven de afwijking weer


van de geometrie van het stuk. Aangezien de geo-
metrie los staat als gegeven ten opzichte van de
rest, hebben we hier geen referentie nodig.

• Richtingstoleranties, Plaatstoleranties en Slagtole-


ranties geeft vooral een afwijking aan ten opzichte
van een bepaald vlak of dimensie. Bij het toepas-
sen van deze VP’s gaan we wel gebruik maken
van een referentievlak.

Geven we bijvoorbeeld de cilindriciteit op van een


werkstuk, dan is dat een losstaand feit dat we op de
tekening vermelden als een VP, maar waarbij de ci-
lindriciteit niet wordt bepaald ten opzichte van een
bepaalde dimensie of vlak. Hier is dan ook geen re-
ferentie nodig.

Geven we de loodrechtheid aan van een vlak, dan


is dat steeds ten opzichte van een ander vlak of an-
dere dimensie. Bijgevolg moeten we hier wel de VP
aanduiden en op een referentievlak de aanduiding
van de referentie.

Op de volgende tekening zien we een werkstuk met


46
hierop een VP en 2 referentiekaders. gaan we altijd terugvallen op een VP om deze extra eis voorop te
stellen en de werking van ons werkstuk te kunnen garanderen.
De referentiekaders worden aangeduid met een letter en een lijn
met een driehoek die rust op het vlak of de dimensie die we wensen We zien in de tekening ook een M staan in een cirkel. Dit staat voor
aan de duiden als referentie. het maximum materiaalprincipe.

Maximum materiaalprincipe.

Hoe twee werkstukken in elkaar passen (veel of


weinig speling, veel of weinig klemming) hangt
M
af van de werkelijke afmeting en vorm van beide
werkstukken.

Alle afmetingen zijn immers juist indien ze gelegen zijn bin-


nen de twee grenzen van de vormtolerantie.

Door combinatie van de maattolerantie en de vorm-en


plaatstolerantie kunnen er zich een oneindig aantal mogelijk-
heden voordoen. Een as met een zekere slag kan bijvoor-
beeld perfect in een boring passen, op voorwaarde dan de
slag niet groter is dan de speling tussen de as en de boring.

En ookal bevat de as een slag, toch kan deze in bepaalde


omstandigheden voldoen in een bepaalde opstelling.

Hieruit blijkt duidelijk dat de grootte van de vorm-en plaatsto-


lerantie eigenlijk afhankelijk is van de werkelijke afmeting van het
werkstuk. Alhoewel men op de tekening een rechtheidstolerantie
In deze tekening zien we een VP over plaatszuiverheid, ten opzicht
moet plaatsen van 0,005mm zal een werkstuk dat hieraan niet beant-
van de vlakken B en C. We gaan deze aanduiding doen indien het
woordt toch bruikbaar zijn indien de werkelijke asdiameter zoveel
voor de werking van groot belang is dat de boring zich exact op een
kleiner is dan de maximale grensmaat. Het afkeuren van werkstuk-
bepaalde positie bevindt ten opzicht van deze twee vlakken. Andere
ken enkel en alleen op basis van een overschrijding van hun recht-
aanduidingen zoals nominale maat, ISO-passing, tolerantie of ruw-
heid is economisch onverantwoord omdat de mogelijkheid bestaat
heid kunnen deze eis niet opleggen aan een werkstuk. Hiervoor

47
dat deze werkstukken het functioneren van het geheel helemaal niet We kunnen de maattolerantie verkleinen gaat een oplossing kunnen
in het gedrang brengen. bieden wat betreft de vormafwijking, maar die is uiteraard niet toege-
laten, aangezien we het werkstuk veel duurder zullen maken.
Bij het samenstellen van twee werkstukken verkrijgen we de minima-
le speling of maximale inklemming wanneer beide werkstukken hun Indien de rondheid van de cilinder nauwkeuriger moet zijn dan de
maximale materiaalwaarde bezitten (as maximaal en boring mini- toegelaten maattolerantie, zal men een vormtolerantie moeten plaat-
maal) en hun vorm-en plaatsafwijkingen (Geometric Tolerance) het sen op de rondheid.
grootst zijn.
Bijvoorbeeld kan bij een riemspanner de rondheid van de riemschijf
Het eventueel mogen vergroten van de vorm-of plaatstolerantie in van veel groter belang zijn dan de diameter.
functie van de werkelijke afmetingen noemen we het Maximum Mate-
In de volgende figuur beantwoordt de cilinder op alle plaatsen aan
riaalprincipe. Het aanduiden gebeurt door de hoofdletter M te plaat-
de maattolerantie. Op de hartlijn wordt een vormtolerantie geplaatst
sen in een cirkel hetzij:
die rechtheid van de hartlijn bepaalt.

Achter de tolerantiewaarde

Achter de referentiewaarde
0,1mm tolerantieveld
op de rechtheid
Achter allebei Men kan dit ook oplossen door de vormto-
lerantie te plaatsen op de cilinder (zoals
hierboven, met andere woorden, de verkregen cilinder moet gele-
gen zijn tussen twee cilinders, die dezelfde aslijn bezitten en waar-
van het straalverschil gelijk is aan de opgegeven vormtolerantie.

48
Rechtheid op rond stuk:

Bij rechtheid hebben we een toestand waarbij de hartlijn van het Deze tolerantie werkt niet met een referentievlak (alle VP bovenaan
voorwerp een rechte lijn is. De afwijking op de rechtheid wordt voor- in de overzichtstabel hebben geen referentievlak(ken). Enkel vanaf
gesteld door een cilinder rondom de hartlijn, waarbinnen de hartlijn de evenwijdigheid zal er een referentievlak worden weergegeven,
zich ten alle tijden moet bevinden. De grootte van deze denkbeeldi- aangezien we dan te maken hebben de een tolerantie op de ligging
ge cilinder wordt en niet op de vorm.
bepaald door Rechtheid, rond-
de afwijking die heid, cilindriciteit,
we voorop stel- vlakheid, ... zijn alle-
len op de VP maal vorm- toleran-
die op het ele- ties waar geen refe-
ment staat. rentie voor noodza-
kelijk is.

49
Rechtheid op een vlak:

We kunnen, net zoals op een rond stuk, de rechtheid gaan definië-


ren op een vlak. Alle elementen van dat vlak moeten zich bevinden
in een rechte lijn. De werkelijke lijn moet zich bevinden tussen twee
virtuele parallelle lijnen, die het tolerantieveld aangeven. De tus-
senafstand van deze tolerantielijnen die het tolerantieveld vormen,
wordt bepaald
door het getal
dat we vermel-
den in de VP.

M kan worden
toegepast.

50
Rondheid:

Rondheid is een toestand van een oppervlak waarin alle punten van
een vlak loodrecht ten opzicht van de as zich op een gelijke afstand
moeten bevinden van deze
as.

In een beschouwd vlak gaan


we twee denkbeeldige con-
centrische cirkels plaatsen,
met een onderlinge afstand
gelijk aan de afwijking van de
VP. Binnen deze twee cirkels
bevindt zich het tolerantieveld
en moeten alle punten van het
voorwerp zich bevinden.

Rondheid kan in heel wat ge-


vallen een belangrijkere aan-
duiding zijn dan de dimensie
zelf. Roterende onderdelen
waar een vlotte rotatie belang-
rijker is dan de maatnauwkeu-
righeid zijn hier vooral door-
slaggevend.

M wordt niet toegepast.

51
Vlakheid:

Tweemaal rechtheid, loodrecht op elkaar, vormt vlakheid.

Bij vlakheid moeten de elementen in één vlak liggen. We kunnen dit


beschouwen als twee evenwijdi-
ge vlakken die van elkaar ge-
scheiden zijn door het tolerantie-
veld en waarbinnen het werkelij-
ke vlak zich moet bevinden. De-
ze tolerantie heeft geen referen-
tievlak nodig, zoals rechtheid
en rondheid deze ook niet no-
dig hebben. De vlakheid wordt
voldoen als alle punten van een
vlak zich binnen het opgegeven
tolerantieveld bevinden, dat
zich situeert tussen de twee
evenwijdige vlakken die het tole-
rantieveld afbakenen.

M kan worden toegepast.

52
Cilindriciteit:

Rondheid en rechtheid vormen samen cilindriciteit!

De eisen die we aan een cilindrisch stuk stellen zijn dus hoger dan
wanneer we alleen de recht-
heid of rondheid beschouwen,
aangezien cilindriciteit de com-
binatie is van beiden en we op
beide toleranties (zijnde de
rechtheid en rondheid) vol-
doende moeten halen.

Bij cilindriciteit kunnen we stel-


len dat alle punten van het
vlak van het lichaam zich op
een gelijke afstand moeten be-
vinden van de as van dat li-
chaam.

Het tolerantieveld wordt be-


paald door twee denkbeeldige
concentrische cilinders die het
tolerantieveld bepalen, en
waarbinnen alle punten van
het werkelijke vlak van het
werkstuk zich moeten bevin-
den.

M kan worden toegepast.

53
Profielzuiverheid van een lijn:

Bij deze VP gaan we op een bepaalde 2-dimensionele lijn de punten


op een vlak beschouwen. Deze punten dienen zich te bevinden in
een zone, loodrecht op het beschouwde vlak, waarbij de punten van
dat vlak steeds binnen de tolerantie dienen
te blijven van de VP.

In dit voorbeeld bekijken we twee lijnen op


de zijkant van het voorwerp, waarbij de pun-
ten van het bovenvlak zich steeds moeten
bevinden tussen de twee richtlijnen van de
VP. Hierdoor blijft het vlak binnen het voorop-
gestelde profiel van de VP.

M kan worden toegepast.

54
Profielzuiverheid van een vlak:

Deze VP tolerantie is in wezen dezelfde als de profielzuiverheid van


een lijn, maar nu beschouwen we alle punten van het vlak ten op-
zichte van de twee tolerantielijnen, en
waarbinnen het oppervlak zich moet be-
vinden. We kunnen dit beschouwen als
een combinatie van profielzuiverheid
van een lijn + rechtheid. We hebben
hier in tegenstelling tot de voorgaande
een 3D-beschouwing van de VP.

M kan worden toegepast.

55
Naast de vorm van een element kan men ook spreken van de oriën- Deze VP duidt een zone aan ten opzicht van een referentie.
tatie van de elementen ten opzichte van elkaar. (de ligging of plaats)
M kan worden toegepast
Zo kunnen bijvoorbeeld vlakken van een bepaald lichaam perfect
vlak zijn, maar kan het zijn dat
ze niet evenwijdig staan ten
opzichte van elkaar, waar-
door het stuk toch kan wor-
den afgekeurd.

Evenwijdigheid of Parallellis-
me:

Met deze VP gaan we wel


werken met een referentie-
vlak, dat wordt aangeduid
met een letter in een vierkant
blokje en een driehoek op de Evenwijdigheid ten opzicht van
lijn in plaats van een pijl. een vlak A

Met een plaatstolerantie, zo-


als de evenwijdigheid, gaan 0,25 Maximum
we het tolerantievlak beschou-
wen ten opzichte van een re-
ferentievlak. De afwijking die
we hier weergeven, moet
zich dus bevinden in het tole-
rantieveld dat zich op zijn
beurt bevindt ten opzichte
van het referentievlak.
Referentievlak A Referentievlak A

56
Loodrechtheid (perpendicular): In dit voorbeeld hebben we een stuk met een boring, waarbij we op
de boring een VP aanduiden die stelt dat de boring loodrecht moet
Bij een loodrechtheid spreken we over dezelfde definitie als bij even-
staan ten opzicht van het bodemvlak. Dit is een voorbeeld dat in de
wijdigheid, met dat verschil dat bij loodrechtheid het referentievlak
praktijk vaak terug komt. Indien we deze VP ontleden, dan kunnen
op een element staat weergegeven dat zich loodrecht positioneert
we stellen dat er zich in de boring, rondom de hartlijn van de boring,
ten opzichte van het element met een VP.
een denkbeeldige cilinder moet zitten met een grootte gelijk aan de
tolerantie die is opgegeven op de VP. Zolang de hartlijn van de wer-
kelijke boring zich bevindt in de denkbeeldige cilinder met een afme-
ting van 0,25, is de VP goedgekeurd.

Het is belangrijk dat we altijd een referentievlak kiezen dat zich


op deze juiste plaats bevindt ten opzichte van de dimensie die
een VP heeft gekregen. Zo is het onzinnig om een referentievlak
aan de duiden in het verlengde van een VP als we gaan praten
over loodrechtheid.

M kan worden toegepast.

Referentievlak Referentievlak

0,25 maximum
Diameter 0,25
57
Hoekzuiverheid:

Bij de hoekzuiverheid hebben we een vlak, hartlijn van een boring


of ander afgeleide vlak dat zich onder een hoek bevindt met een re-
ferentievlak, waarbij de afwijking van deze hoek niet groter mag zijn
dan staat aangegeven op de VP die terug te vinden is op het te tole-
reren element.

M kan worden toegepast

0,25 Max

Referentievlak Referentievlak
58
Plaatszuiverheid:

De plaatszuiverheid is een tolerantie die is opgebouwd uit meerdere


controle-elementen die instaan voor het bepalen van de plaats of
oriëntatie of het centervlak, as of punt ten opzicht van één of meerde-
re referentievlakken.

Deze tolerantie is te vinden tus-


sen twee onafhankelijke referen-
tievlakken, die gescheiden zijn
door de grootte van de VP.

Ook kan de tolerantie terug te


vinden zijn tussen twee cilinders
of zelfs twee bollen die een on-
derlinge diameterafwijking heb-
ben die gelijk is aan de waarde
die staat weergegeven op de
VP.

In dit voorbeeld zien we een li- Referentievlak


chaam met twee boringen, waar-
bij we vastleggen dat de positie Referentievlak B
van de boring correct moet zijn, Referentievlak C Referentievlak B
maar eveneens de oriëntatie.

M kan worden toegepast

2x diameter0,25
Referentievlak A Max
Referen-

59
Concentriciteit:

Bij een concentriciteit gaan we eigenlijk een cilindriciteit samenvoe-


gen met een rechtheid. Een rond stuk wordt beschouwd in het ver-
lengde van een ander rond stuk, waarbij het belangrijk is dat de
rondheid en/of cilindriciteit wordt gerespecteerd en waarbij de hartlij-
nen perfect in elkaars verlengde moeten liggen. Hierdoor gaan bei-
de cilindrische onderdelen concentrisch gelegen zijn ten opzicht
van elkaar.

Als we de twee cilinders van het stuk denkbeeldig in elkaar schui-


ven, moet de loodrechte afstand tussen de kleine en grotere cilinder
steeds gelijk zijn over het ge-
hele oppervlak.

M wordt hier niet toegepast.

Referentievlak A
Referentievlak A

0,25 Max

60
Symmetrie:

Bij een symmetrie hebben we denkbeeldige middenpunten van te-


genovergestelde elementen van een voorwerp die congruent zijn
met de assen van het centervlak van het referentievlak.

We hebben in dit geval een duidelij-


ke tolerantiezone, die wordt bepaald
door 2 denkbeeldige vlakken, dit
zich symmetrisch bevinden ten op-
zichte van de as van het referentie-
vlak. De werkelijke middenpunten,
bepaald door de twee werkelijke
vlakken, moeten zich steeds bevin-
den tussen deze twee denkbeeldige
vlakken.

M wordt niet toegepast

Referentievlak A Referentievlak A
midden-punten midden-punten

0,25 Max

61
Slag (Runout)

Slag is een samenstelling van een rondheid en een coaxialiteit ten


opzicht van een referentievlak (in dit geval A).

Als we dit toepassing op een referentievlak, zoals A, dat loodrecht


staat ten opzicht van de VP, dan gaan
we hiermee het slingeren van het voor-
werp kunnen in kaart brengen.

M (Maximum materiaalprincipe) wordt


hier niet op toegepast.

Slag in een stuk

Referentievlak A

Referentievlak A

0,25 Maximum

62
Totale Slag:

De totale slag is een samenstelling van een rondheid, rechtheid,


coaxialiteit, hoek en profiel ten opzicht van de referentieas. Wanneer
we dit toepassen op 90° te opzicht van de referentieas, bekijken we
automatisch de loodrechtheid en de vlakheid. Wanneer we dit toe-
passen op stukken die rondom de as
draaien, kunnen we dit simuleren met
twee cilinders die concentrisch staan
ten opzichte van de referentie-as.

M wordt niet toegepast.

Referentie as A

Referentie as A

0,25 Maximum

63
Beschrijf de volgende tekening en haar normeringen:

64
Beschrijf de twee tekeningen en het verschil in VP en de impact hier-
van.

65
Beschrijf welk van de 3 aanduidingen mogelijk zijn en welke onmo-
gelijk zijn. Leg uit wat het verschil is en wanneer we dit gaan toe-
passen.

66
Leg de volgende tekening uit en verklaar hoe we dit onderdeel kun-
nen vervaardigen.

Leg alle normen uit, de gereedschappen die we gaan gebruiken om


zo’n stuk te vervaardigen, de werkvolgorde en op welke manier we
alle dimensies gaan nameten.

67
Leg de volgende te-
kening uit en ver-
klaar hoe we dit on-
derdeel kunnen ver-
vaardigen.

Leg alle normen uit,


de gereedschappen
die we gaan gebrui-
ken om zo’n stuk te
vervaardigen, de
werkvolgorde en op
welke manier we al-
le dimensies gaan
nameten.

68
Leg de volgende tekening uit en verklaar hoe we dit onderdeel kun-
nen vervaardigen.

Leg alle normen uit, de gereedschappen die we gaan gebruiken om


zo’n stuk te vervaardigen, de werkvolgorde en op welke manier we
alle dimensies gaan nameten.

69
Leg de volgende tekening uit en verklaar hoe we dit onder-
deel kunnen vervaardigen.

Leg alle normen uit, de gereedschappen die we gaan ge-


bruiken om zo’n stuk te vervaardigen, de werkvolgorde en
op welke manier we alle dimensies gaan nameten.

Teken ook de onderdelen in CAD.

70

You might also like