You are on page 1of 1

Het resultaat is hopelijk een tekst die ook voor de geïnteresseerde, niet-gespecialiseerde lezer toe-

gankelijk is. Mijn theoretisch-artistieke onderzoek heeft alvast mijn overtuiging gesterkt dat de ac-
tuele kunstpraktijk niet alleen maatschappelijke relevantie bezit als een kritische spiegel van de ‘con-
dition humaine’ (een functie die haar al te vaak wordt toegedicht en opgelegd), maar ook als een la-
boratorium voor menselijk handelen, waarnemen en ervaren. Aan de lezer het oordeel of dit proef-
schrift deze overtuiging kracht bijzet.

Afbakening van het onderzoek

In de meest formele zin stelt mijn onderzoek de vraag naar de status van het muziek uitvoerende li-
chaam voor de componist(e) die dit lichaam expliciet of impliciet in zijn of haar creatie betrekt. Het
onderzoek concentreert zich daarbij op de naoorlogse compositiepraktijk, en meer specifiek op de
gecomponeerde muziek die gericht is op een instrumentale en concertante uitvoering.

Hoewel het onderzoek uit een grote diversiteit aan kennisgebieden put, blijven voor de hand liggen-
de aanknopingspunten met de thematiek van het lichaam in andere kunstdisciplines (muziektheater,
performance, beeldende kunsten, dans,... ) grotendeels buiten beschouwing. Niet omdat ze geen
bruikbare invalshoeken bieden, maar integendeel omdat het lichamelijke discours in deze disciplines
dikwijls al dermate ontwikkeld is dat een projectie van hun referentiekaders op het muziek uitvoe-
rende lichaam vooral een toepassing of vertaling dreigt te worden. Hoe interessant die oefening ook
mag zijn, de grootste drijfveer voor het aanvatten van dit onderzoek was het blootleggen en evalue-
ren van een lichaams-potentieel dat specifiek is voor de hedendaagse gecomponeerde muziek en dat
naar mijn mening om de ontwikkeling van een aangepast begrippenkader vraagt.

Het musicerende lichaam mag dan wel zelden expliciet benoemd worden in de gecomponeerde mu-
ziek, het is daarom niet minder aanwezig op een impliciete, gemedieerde manier. Als de thematise-
ring van het lichaam in de compositiepraktijk met een zekere achterstand lijkt plaats te vinden ten
opzichte van andere podiumkunsten, dan is het misschien precies omdat de aurale directheid en de
alomtegenwoordigheid van het lichaam in de muzikale beleving weerstand biedt aan plaatsbepalen-
de of objectiverende benaderingen. Dat muziek een lichamelijke en zelfs tactiele dimensie bezit, is
een weinig controversiële stelling. Moeilijker is het om die lichamelijkheid van de muziek te lokalise-
ren en te benoemen. Het is een probleem waarmee ik tijdens mijn onderzoek herhaaldelijk gecon-
fronteerd werd. Zonder afbakening riskeert de zoektocht naar het lichaam in de muziek onmiddellijk
te stranden bij de omnipresentie van dat lichaam als datgene wat de muziek bedenkt, uitvoert en er-
vaart. We lopen dan het gevaar terecht te komen bij een lichaam dat tegelijk het object, het subject,
als de condities van zijn verschijning bepaalt. Mijn focus op het uitvoerende lichaam is in dat opzicht
in de eerste plaats een strategische en ruimtelijke aandachtsvernauwing, in de hoop om langs die
weg de symptomen van een door mij verondersteld lichaamsthema in de nieuwe muziek te kunnen
blootleggen en om het potentieel van het lichaam voor de actuele compositiepraktijk in kaart te
kunnen brengen.

De vraag naar de status van het uitvoerende lichaam impliceert een problematisering van zijn func-
tie. Mijn onderzoek zal hoofdzakelijk teruggrijpen naar voorbeelden waarin van dergelijke problema-
tisering reeds sprake is. Mijn aandacht zal daarom vooral uitgaan naar muziek die doorgaans het eti-
ket 'experimenteel' of 'avant-gardistisch' krijgt opgespeld. Om toch een minimale herkenbaarheid te
garanderen, zal ik mij beperken tot enkele iconische, min of meer bekende historische voorbeelden
uit het oeuvre van componisten met naam en faam als John Cage, Mauricio Kagel, Alvin Lucier, Hel-
mut Lachenmann of Luciano Berio. Wat de extrapolaties naar de actuele compositiepraktijk betreft,
zal mijn aandacht vooral uitgaan naar inhoudelijk relevante composities van jonge, talentvolle com-
ponisten die niet noodzakelijk al bekend zijn bij het grotere publiek.

10

You might also like