Professional Documents
Culture Documents
Je kunt live (face-to-face) observeren, maar je mag ook live online lessen en activiteiten
observeren. Opnames van lessen of concreten bv zijn uitgesloten.
A Observatiebewijzen
B Observatieverslagen
2) Observeer daarnaast telkens 1 van de volgende 5 aspecten bij een les (je kiest
dus bewust één aspect uit)
Per aspect zijn er een aantal vragen voorzien die als leidraad kunnen dienen. Het is niet
nodig om telkens alle vragen te beantwoorden.
1. Doelstellingen en beginsituatie
- Wat leren de leerlingen in deze les?
- Welke doelstellingen worden nagestreefd?
ORIENTERINGSSTAGE OPDRACHT
2. Leerinhoud
- Welke nieuwe begrippen, vaardigheden, … komen aan bod?
- Worden de nieuwe begrippen, vaardigheden, … duidelijk
uitgelegd/gedemonstreerd?
- Welke kennis/vaardigheden moeten de leerlingen al bezitten om de les
goed te kunnen volgen? Houdt de leerkracht hiermee rekening?
- Is de leerinhoud aangepast aan het niveau van de leerlingen?
- Hebben de leerlingen belangstelling voor de leerinhoud? Zo niet,
waaraan is dat te wijten?
3. Didactische aanpak
- Welke werkvormen gebruikt de leerkracht in deze les (uitleggen,
demonstreren, vertellen, onderwijsleergesprek, inoefenen, …)?
- Wat moeten de leerlingen precies doen?
- Worden de werkvormen goed toegepast? Waarom wel/niet?
- Welke media worden er gebruikt (bord, handboek, spiegel, CD-speler,
instrumenten, partituren, …)?
- Zijn deze media goed gebruikt?
- Zijn er voor de realisatie van de doelstellingen andere/betere
werkvormen of media mogelijk? Welke?
- Welke opdrachten/oefeningen… werken? Hoe komt dit?
- Hoe was de opstelling? Was er een specifieke opstelling? Met welk doel?
- Zouden er andere (betere) klasopstellingen mogelijk zijn? Welke?
- Zijn er andere tijd-ruimte elementen die de les beïnvloed hebben?
Welke?
4. Interactie
- Welke sfeer schept de leerkracht in de klas?
- Hoe betrekt de leerkracht de leerlingen in de les?
- Stelt de leerkracht veel vragen? Stellen de leerlingen vragen?
- In hoeverre hebben de leerlingen inbreng in de les?
- Geeft de leerkracht voldoende leiding?
- Heeft de leerkracht oog voor individuele leerlingen?
- Hoe verloopt de interactie tussen de leerlingen onderling?
- Zijn er opvallende leerling gedragingen? Reageert de leerkracht hierop?
- Wanneer zijn de leerlingen eerder actief/passief? Waaraan ligt dit?
5. Evaluatie
- Evalueert de leerkracht het leerproces van de leerlingen?
- Worden opdrachten/taken uit de vorige les besproken? Hoe?
- Hoe wordt er geëvalueerd/gecontroleerd?
- Hoe reageert de leerkracht op fouten?
- Hoe corrigeert de leerkracht de leerlingen?
ORIENTERINGSSTAGE OPDRACHT
Wat heb je uit de ganse observatie onthouden? Wat leerde je? Schrijf een bondige
reflectie over wat je geobserveerd hebt en formuleer een eindconclusie (max 2 A4).
Hou bij je reflectie tot slot rekening met het didactisch drieluikenschema in de
observatielessen
Wat stel ik vast? Wat denk ik daarbij? Wat voor een les is het?
Wat doen de leerlingen? Wat doet me dat? Waarom doet hij dat zo?
ORIENTERINGSSTAGE OPDRACHT
ORIENTERINGSSTAGE OPDRACHT