Erfelijkheid

De celkern Eukaryote cel

Kern= nucleus

Kernporie Nucleolus of kernlichaampje

Bevatten bouwsteentjes
voor aanmaak van
Doorheen deze poriën -> zo contact met cytoplasma ribosomen

Kerninhoud= bevat chromatine-> bevat DNA en eiwitten

Celdeling

Ontstaan van
chromosomen

Chromosomen
Chromatine bestaat uit lange DNA- Moleculen
Chromosomen ontstaat uit chromatine
Verdeling cel: eerst DNA verdubbelen (= kopie van DNA)

2 kopieën zitten in de 2
chromatiden

later

Zitten in centromeer
Centromeer
 Chromosoom van je vader =
heeft tegenhanger van
chromosoom van je moeder

Zuster-chromatide
Structuur: DNA-helix is rond histone- eiwitten

chromosoom

Chromatide

DNA rond histon

eiwitten

Gen
Stuk van DNA dat code draagt voor 1 eiwit
Elke chromosoom draagt een aantal genen

Genoom
Geheel van erfelijke info

Haploïd – Diploïd
In normaal lichaam= 2 chromosomen van elk type  diploïd
Dit stel je voor als 2n
In voorplantingscellen=> mag er van elk type 1 chromosoom zijn
1 eicel of zaadcel  haploïd
 Karyogram
Voorstelling van alle chromosomen
- Volgens grote
- 22 paar die 2 aan 2 gelijk zijn  autosomen
- 23ste paar (= geslachtschromosomen) kunnen van elkaar verschillen  hetrosomen

Man: 1 groot X-chromosoom en

kleine Y- chromosoom

Vrouw: 2 gelijke X-chromosomen

Geslachtbepaling

Man draagt XY Vrouw draagt XX

DNA- structuren
Nucleutiden

Desoxyribose

Samen 100% -> bv 20% en 20%

30% en 30%
Polynucleotidenketens

Bij 2 polynucleotidenketens = ladderstructuur

Opm: Tussen A en T is er een dubbele H- binding

Vormt complementaire basen
Tussen G en C zijn er drie waterstofbruggen
 DNA-fijn structuur

Fosfaatgroep

Suikergroep Base groep