Professional Documents
Culture Documents
JIMI GANTOIS
Overslag
Om deze complexe combinaties te kunnen turnen moet een Indien we wensen dat er een sterke
overslag ervoor zorgen dat er een sterke rotatie ontstaat en rotatie ontstaat, moet de afstand tus-
dat zoveel mogelijk de voorwaartse snelheid behouden sen de werklijn van de afstootkracht en
blijft. Om die reden moet de overslag eindigen met een het lichaamszwaartepunt zo groot
gestrekte lichaamshouding en ‘uit balans’. mogelijk zijn.
Om een overslag aan te leren die in de juiste houding landt, De hoeveelheid rotatie is gelijk aan de
moet men veel tijd en geduld investeren. grootte van de reactiekracht vermenig-
vuldigd met deze afstand. Hoe groter
de afstand , hoe meer rotatie ontstaat.
1. Overslag moet eindigen met een Dit wil zeggen dat de overslag ‘uit
gestrekte lichaamshouding: balans’ moet eindigen. Het lichaams-
zwaartepunt moet vóór de werklijn van
Door de gestrekte lichaamshouding ontstaat er een groot de reactiekracht liggen.
blokkage-effect en kan men met een grote kracht afstoten.
Indien een overslag eindigt op gebogen heupen of benen, zal
een deel van de afstootkracht wegvloeien. De gebogen
gewrichten zullen de afstootkracht gedeeltelijk absorberen.
FYSIEKE VOORBEREIDING
1. Brug
‘borst sluiten’: Hiervoor moet diep door het voorste been
Turners die over een goede lenigheid in schouders, heupen gebogen worden (vaak voorkomende fout = ‘stijf’ voorste
en wervelkolom (thoracaal of bovenrug) beschikken, zijn in been)
staat om een betere overslag uit te voeren. De eindhouding 1. Beide voeten en handen zijn bijna gelijktijdig op de
van een overslag vereist een goede mobiliteit. grond (eerst handen plaatsen, pas dan impuls afstoot-
been-zwaaibeen en handenafstoot).
Oefenstof: 2. Pas na dit volledig sluiten komt er de opzwaai naar
Brug opduwen handstand (eerst bekken dan been).
3. Kaatskracht
» Handstand kaatsen
23
2. Handstand AANDACHTSPUNTEN
Het aanleren van een perfecte hand- Het is belangrijk om tijdens het leerproces van de overslag
stand is hét fundament. steeds veel aandacht te geven aan volgende punten:
» Bolle romp en open bekken » Werk in eerste instantie uit stand of uit opsprong om de
» De ribben naar binnen duwen techniek te verbeteren. Snelheid breekt de techniek in de
(‘putje borst’) eerst aanleerfase.
» Open schouderhoek (°180) » Goede techniek opsprong (zie kader)
» Hoofd tussen de armen (‘oren verstoppen’) gedurende
gans de beweging, wel met oriëntatie naar de handen.
» Snel contact met de grond, diep door voorste been gaan
zodat een moment voeten en handen gelijktijdig bij de
grond zijn (vaak voorkomende fout = naar de handensteun
De opzwaai tot handstand is de ideale voorbereiding voor springen).
overslag: » Accent van armen (kaatsen) na het plaatsen van de han-
» Handen op de grond plaatsen tot een stevige steun = den en gelijktijdig met het openen.
» Krachtige afstoot en zwaai (hiel drive) na steun Indien de gymnast deze beweging tot op een mattenberg (2-
» ‘Hiel drive’ met een gestrekt been 3 matjes) perfect beheerst, zal hij makkelijk een overslag
» Eindhouding: landen ‘uit balans’, benen perfect gestrekt, kunnen uitvoeren met streksprong, salto, volt,…
naar handen kijken, armen op en gesloten.
OPSPRONG
Aandachtspunten:
» Gestrekte lichaamshouding (bekken open)
» Naar voren gericht.
» Benen lang samen
» Voorste been diep doorbuigen
Enkele oefeningen:
1. Vanuit gestrekte stand, armen
achter lichaam:
armen opzwaaien en blokkeren 25
(vlak voor het vertikale)
en gelijktijdig op tenen komen.