You are on page 1of 4

Deelopdracht 2 MKT LW1 B

GEGEVENS
Docent: OTTO
Klas: 1H
Groepsnummer H3
:
Merk/product: De Ruijter
Studenten:
Naam student Studentnummer
Jamie 23149485
Ting 23020830
Sharwien 23116072
Reyshano 23112417

MARKETING
In deze deelopdracht zullen jullie verder ingaan op de plek op het schap, invalshoeken van marketing,
de verschillende marketinggedachtes en het begrip behoefte. Bij iedere vraag staat een tekstvlak, je
vult je antwoorden hierin.

Invalshoeken van marketing: Lees 'Invalshoeken van marketing’ uit 'Wat is marketing?’ van
Verhage. Verhage heeft het in deze paragraaf over de invalshoeken van marketing.
2A Beschrijf het begrip mesomarketing voor jullie Mesomarketing voor De Ruijter is vooral
merk/organisatie. op promotie gericht op gezinnen en
kinderen of traditionele Nederlandse
doelgroepen. Dit is afhankelijk van de
doelstellingen. Deze aanpak zorgt voor
meer gerichte promoties
2B Beschrijf het begrip micromarketing voor jullie De Ruijter richt zich op specifieke
merk/organisatie. marktsegmenten, dit kan zowel
geografisch of demografisch zijn, zoals
online, of via productdifferentiatie
gebeuren.
Verhage heeft het in 'Wat is marketing?’ over de verschillende marketinggedachtes. Zoek deze
marketinggedachtes op en lees dit stuk theorie goed door. 
3A Wat zijn productiegerichte bedrijven? Bedrijven die efficiënt bezig zijn met het
produceren van goederen of diensten
zonder dat ze te veel aandacht besteden
aan de specifieke behoeften van hun
klanten
3B Wat zijn productgerichte bedrijven Dit zijn bedrijven die zich richten op een
bepaalde productgroep. Deze bedrijven
hebben vaak verschillende productlijnen.
Voor elk productgroep is er een team die
zich focust op het product.
3C Wat zijn verkoopgerichte bedrijven Bedrijven die zich erg focussen op het
verkopen van een product. Deze bedrijven
houden geen rekening met het belang van
de klant.
3D Wat zijn marketinggerichte bedrijven Dit zijn bedrijven die onderzoek doen naar
de markt. Zij verzamelen informatie over
de concurrenten, klanten, leveranciers en
andere belanggroepen. En op basis van dit
verkopen zij hun producten.
3E Welke marketinggedachte past het beste bij jouw De Ruiter past het best bij een
merk? Leg duidelijk uit waarom. productgerichte bedrijf. Dit komt omdat er
in het bedrijf verschillende soorten
broodbeleg wordt verkocht. Voor elk
broodbeleg is er een groep die beheert
over het product.
Behoefte: De eerste taak van een marketeer is om de wensen en behoeften in de markt op te
sporen en te inventariseren. Verhage bespreekt behoeften en wensen en de verschillen ertussen in
'Sleuteltaken van marketing’.  Zie ook de kennisclip op Blackboard over behoeften. In deze
paragraaf in Verhage wordt ook ingegaan op de termen zoekgedrag, koopgedrag en gebruik.
4A Wat zijn ‘wensen’? Verlangen, op iets hopen
4B Wat zijn ‘behoeften’? Sterk essentieel, niet zonder kunnen
4C Wat zijn de verschillen tussen ‘wensen’ en Je zou kunnen zegge dat een wens iets is
‘behoeften’? dat we als mensen graag willen, maar
waar we zonder kunnen. Een behoefte iets
sterk essentieel is, waar we echt niet
zonder kunnen
4D Wat wordt bedoeld met ‘de vraag’?
4D Wat is ‘zoekgedrag’? Gedrag dat mensen vertonen als ze
opzoek zijn naar iets specifieks
4E Wat is ‘koopgedrag’? Koopgedrag staat voor de manier waarop
consumenten denken, voelen, zoeken,
evalueren en beslissen over de aankopen
die ze doen.
4F Wat wordt bedoeld met ‘gebruik’? Een werkwijze of manier waarop iets moet
worden uitgevoerd
4G Welke soort behoefte wordt er door jouw product Honger, trek, smaak. Meestal hebben onze
bevredigd? Let op: vaak bevredigt een product consumenten zin in hagelslag oftewel:
meerdere behoeften. Wat voor wensen hebben zoetigheid. De behoefte aan variatie,
consumenten ten aanzien van jouw product?  smaak en genot in voeding wordt
bevredigd
4H Beschrijf het zoekgedrag, koopgedrag en gebruik Als onze consumenten zin hebben in een
voor het product waarvoor jullie dit project doen.  broodje met zoetigheid zoals hagelslag,
muisjes
De 3 R’s en non-profitmarketing
5A Marketeers moeten ook aandacht geven aan de 3 1. Reputatie: de indruk van een
R’s. Leg hieronder in eigen woorden uit wat er organisatie.
met de 3 R’s wordt bedoeld. 2. Relatie: de communicatie met de
klant.
3. Respons (ruil): vervolg van de
reputatie en relatie. Aankopen van
de klant.
5B Pas de 3 R’s toe op jullie merk. 1. De reputatie van ons merk is dat
het een goede kwaliteit heeft en
de klant tevreden is. Met dit
product willen wij de klant een
product geven wat voor hun nuttig
en fijn is om te gebruiken en te
kopen.
2. Voor een goede relatie met onze
klanten zorgen wij dat wij goed
bereikbaar zijn. Dat de klant ons
direct kan bereiken en vriendelijk
wordt geholpen als er wat is.
3. Wij zorgen dat de klant bereidt is
om ons product in het vervolg
nogmaals te kopen. Om dit te
stimuleren zorgen wij er
bijvoorbeeld voor dat klanten die
ons product vaker kopen een
korting krijgen bij de volgende
aankoop. Ook zorgen wij ervoor
dat klanten tevreden blijven met
ons product.
5C Kies een voorbeeld van een non-profitorganisatie Het Rode Kruis:
dat niet in het boek wordt genoemd en beschrijf
de P’s product, prijs en promotie van deze Product: maatschappelijk hulpverlening
organisatie Prijs: gratis, er staat geen prijs aan vast.
Het is bedoeld voor mensen in
noodsituaties.
Promotie: er is alleen reclame om geld in
te zamelen, een doneeractie.
5D Leg uit in hoeverre deze P’s afwijken van de P’s De Ruijter is een commercieel bedrijf, het
voor jullie merk. Waarin zitten de grote Rode Kruis is een non- profit organisatie.
verschillen? De Ruijter wil het merk zo veel mogelijk
promoten om zo meer te verkopen en een
grotere winst binnen te halen. Het Rode
Kruis heeft geen winst en wil alleen het
geld gebruiken dat gedoneerd is voor
mensen die echt hulp kunnen gebruiken.
Formatieve toets in Studiemeister
6 Maak de oefentoets over 'Wat is marketing?’ die klaar staat in Studiemeister. De docent
controleert of je deze oefentoets daadwerkelijk hebt gemaakt. De toetst telt niet mee voor een
cijfer.

You might also like