Dit document is niet bedoeld voor medische doeleinden; het is alleen informatief

Smetplekken
-Smetplekken in jargon is intertrigo
-Intertrigo: van Latijn [inter: tussen, terere: wrijven]
-waarschijnlijk door wrijven, transpiratie, incontinentie
-te herkennen aan (nattend) erytheem in de huidplooi (inflammatoire huidaandoening)
-twee soorten: primaire intertrigo en secundaire intertrigo
-vaak voorkomend bij bedlegerige patiënten met urine-incontinentie en/of obesitas, diabetes mellitus
-voorkeursplaatsen  in de liezen, tussen de buikhuidplooi, borstplooien
-zweet tussen huidplooi verergert beeld  scheurlinnen absorbeert transpiratie
-primair is een huidreaktie, huidirritatie, roodheid (ontsteking)
-secundair een bacteriële infectie  korsten, pus, felrode huidlesie met foetor, of een schimmelinfectie  roodheid en
kleine, felrode, ronde plekjes: “eilandjes voor de kust”; (dd: seborroϊsch eczeem, psoriasis inversa, erythrasma)

Primaire intertrigo:
(nattende) roodheid in de huidplooien.

Behandeling:
-Algemeen: droog houden (goed drogen na wassen, katoenen ondergoed)
-Sudocrem® of zinkoxide-vaselinecrème FNA (10%) 100 mg/g

Secundaire intertrigo:
(nattende) roodheid in de huidplooien, soms satelietlesies (“eilandjes voor de kust” bij schimmelinfectie). Soms met fissuren.
Soms gepaard gaande met jeuk of vieze geur.

Behandeling:
-bij schimmelinfectie is miconazol crème 20 mg/g middel van eerste keus
S/ 2dd smeren op aangedane huid. Tussen huidplooi eventueel scheurlinnen.
-bij jeuk of pijn: eventueel kan aan miconazol een klasse I corticosteroϊd (hydrocortisoncrème (1%) 10 mg/g)
toegevoegd worden  gedurende 5-10 dagen (niet langer dan 10 dagen) 2dd dun aanbrengen

In ieder geval geen hydrocortisoncrème gebruiken bij:

- bacteriële, virale of parasitaire huidaandoening
- dunne huid, beschadigde huid (wond)
- gebruik van orale corticosteroϊden (bv. Prednison)

N.B. hoewel miconazol oppervlakkig op de huid wordt aangebracht is er toch een geringe resorptie ( gering systemisch
effect) waardoor een het de stolling (INR) bij cumarinederivaten kan beïnvloeden en het effect van orale antidiabetica en
fenytoϊne kan versterken.
Bij gebruik van antistolling (bv. acenocoumarol), orale antidiabetica of fenytoϊne  clotrimazol crème 10 mg/g S/ 2dd
i.p.v. miconazol!

-bacteriële infectie:
- fusidinezuur zalf 20 mg/g S/ 2-3dd aanbrengen op aangedane huid, afdekken met steriel verband of
eventueel i.p.v hiervan: Inderm (erytromycine cutaan applicatievloeistof) 10 mg/ml S/ 2dd
Of:
-orale antibiotica (flucloxacilline, erythromycine)

Dit document is niet bedoelt voor medische doeleinden, ik ben niet verantwoordelijk fouten in de tekst of fouten voortvloeiend uit het gebruik hiervan.

Richard Pladdet