Professional Documents
Culture Documents
Leerinhoud:
grondwoord, samenstelling, afleiding en voor-en achtervoegsels
Lesdoelen:
1. reflecteren op de structuur van woorden: afleidingen, grondwoord, voor- en achtervoegsel en
samenstelling
2. De terminologie correct toepassen en gebruiken
3. Afleidingen en samenstellingen maken
1
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs
Materiaal / locatiewijziging:
woordenboek
computer
Tijd-over bundel
Lesopbouw
AFSTANDSLES
1. Herhaling zelfstandig naamwoord (10’)
oriënteren verwerven verwerken afronden
Ik geef ze de link mee van mijn website. Ik laat hun weten dat er een afstandsles gepland staat voor
de les taalbeschouwing. Ze gaan dus naar Nederlands en daarna taal. Ze volgen de volgorde van de
website, dus eerst het bovenste en daarna het onderste. Het eerste dat ze moeten doen is een
herhaling over wat een zelfstandig naamwoord is.
Ze kunnen daarna een powtoon bekijken waar op staat wat ze moeten doen en in welke volgorde.
De verbetersleutels wordt later online geplaatst zodat ze niet gewoon overschrijven.
3. Afronding aan de hand van een oefening
oriënteren verwerven verwerken afronden
Ze krijgen als afronding een oefening die ze moeten maken. Zo zien ze waar ze fouten maken en
kunnen ze nog eens verschillende voorbeelden aan hun inhoud koppelen. Als ze vroeger
klaar zijn mogen ze verder werken aan hun tijd over bundel.
2
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs
3
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs
4
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs
5
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs
Evaluatie: Evalueer hier je eigen pedagogisch, didactisch en/of organisatorisch handelen. Wat deed je goed en
waarom? Wat ging niet goed en waarom? (Denk aan voorbereiding en realisatie.) Doe een verbetervoorstel.