De 

start

1. voorbereiding algemeen
b idi   l
2. voorbereiding “naar de start”
3. starthouding “klaar”
4. reactie op schot
5. van stilstaan tot beweging
6. versnelling tot ongeveer 6m/sec
7. acceleratie naar topsnelheid

Aitske Ruben 1
1. voorbereiding

 algemeen –
algemeen  planning
 dagplanning
 eten
 hoe laat naar de baan etc.
 specifieke wedstrijdvoorbereiding
p j g
 voorbereiding op de start
 startlijst
 tijdschema
 starter observeren
 proefstart

Aitske Ruben 2
2.  naar de start
2. “naar de start”

Aitske Ruben 3
3.  klaar
3. “klaar”

Aitske Ruben 4
 4. boem!!

 zekerheid inbouwen tijdens de training
 geen spelletjes spelen
 reactietraining (spelvorm)
 de starthouding moet zo natuurlijk mogelijk zijn
g j g j j
 in de training ook “lang” wachten

Aitske Ruben 5
 5. van stilstaan tot 
beweging
 moment waarop de beweging begint
 welk been voor of achter
 waar plaats ik mijn eerste pas
 waar gaat mijn afzetkracht heen! 
g j
 gehaktmolen techniek …… % voor  ……% achter

Aitske Ruben 6
6. versnelling van 0 naar 
6. versnelling van 0 naar ‐‐‐

Aitske Ruben 7
van start naar schaatsen
 afzet tegen vast punt
 glijdende afzet
 afzet achterwaarts
 afzet zijwaarts
 armen kort  armen lang
 hoge frequentie
g q  iets lagere frequentie
 strekactie in   strekactie in heup zijwaarts
heupachterwaarts
 voorwaartse knieactie  bijhaalactie knieën
 romp rechterop (ook bij 3   romp zo horizontaal mogelijk
punts start  in s‐curve glijmoment
 geen glijmoment
g g j  LZP verplaatst zich
 LZP blijft in het midden  door diepe zit is bekken 
 bekken actief achterover  gekanteld (niet actief)
kantelen

Aitske Ruben 8
valse start

Hoe ga je er als trainer mee om!

Aitske Ruben 9
7. acceleratie naar 
topsnelheid
 wat zijn de voorwaarden om een goede 
  ij  d   d       d  
versnelling te maken
 kracht
k h
 coordinatie
 techniek
t h i k

Aitske Ruben 10