You are on page 1of 2

Hoofdstuk 5 Gynaecologie Overgang Deel 1

Sleutel

III Vocabulaire

A Hoe wordt het volgende in het gesprek gezegd?


1p Ik … lekker. r2
2p ik … buik. r3
3p Ik … ben, r 3-4
4p ik… ongesteld. r7
5a En … opvliegers? r 13
6p Dan … drijf. r 14
7p ik ben … tandvlees. r 22
8p Die kinderen … van. r 23
9p Dan … hebben. r 23-24
10 p En … verstoppen, r 29
11 p we … verstandhouding. r 32
12 p die … aanstellerij. r 33
13 a En … vrolijk? r 39-40
14 a Ik … familiegeschiedenis? r 58-59

D Geef het zelfstandig naamwoord en het lidwoord.


1 de menstruatie
2 de transpiratie
3 de bloeding
4 het onderzoek
5 de sterilisatie
6 de klacht
7 de hartslag
8 het urineverlies
9 de aanstellerij
10 de verandering

E Vul een werkwoord of een zelfstandig naamwoord in de juiste vorm in.


1 steriliseren
2 gemenstrueerd
3 klachten
4 transpireer
5 urineverlies
6 aanstellerij
7 veranderd
8 bloedingen
9 hartslag
10 onderzocht

IV Grammatica

A Verander de zinnen
1. … dat u minder pijn hebt bij het vrijen.
2. … dat uw stemmingswisselingen minder worden.

1
3. … dat de meeste overgangsklachten verdwijnen.
4. … dat de menstruatie regelmatiger wordt.
5. … dat de vaginale klachten verminderen.

B Combineer tot logische en grammaticaal correcte zinnen.


1 a, e
2 d, g
3 a, b, f
4 c, d, h
5f
6c
7a
8d

You might also like