Professional Documents
Culture Documents
EN ANDERE DIEREN OP
PRIKKELS?
CHECK IN 277
VERKEN 278
275
THEMASYNTHESE 321
CHECKLIST 323
PORTFOLIO
CHECK IT OUT 324
AAN DE SLAG 326
OEFEN OP DIDDIT
LABO'S 399
276
CHECK IN
1 In dit voorbeeld vind je in de borst van de moeder twee soorten reacties terug. Welke twee?
b Het spuiten van de melk gebeurt door het samentrekken van spiertjes rondom de
melkklieren.
?
` Waardoor trekken spieren samen?
` Welke soorten spierweefsel zijn er?
` Welke soorten klierweefsel zijn er?
OPDRACHT 1
Zijn de volgende reacties voorbeelden van spier- of klierwerking? Zet een kruisje in de juiste
kolom.
OPDRACHT 2
Je moet boven de bal knijpen om hem een stukje verder naar beneden te laten zakken.
3 Op dezelfde manier gebeurt dat in de slokdarm. De spieren boven de voedselbrok knijpen ritmisch samen en
duwen de brok steeds verder. Hoe noemen we die ritmische knijpbeweging?
5 Staat die ritmische knijpbeweging wel of niet onder controle van onze wil?
Worden bij de volgende klieren de klierproducten afgegeven aan ruimtes in contact met de
buitenwereld of afgegeven in het bloed? Zet een kruisje in de juiste kolom.
oorsmeerklieren X
bijnieren X
lever (galsap) X
eierstokken X
speekselklier X
traanklier X
schildklier X
melkklier X
Î Hoe reageren
spieren op
impulsen van
het zenuwstelsel?
LEERDOELEN
Je kunt al:
Je leert nu:
M dat reacties erop gericht zijn om een gewenste Sluit even je ogen, ontspan je en focus op wat er met
Nadat een prikkel door een receptor wordt geregistreerd, wordt informatie
prikkel
over die prikkel naar het zenuwstelsel doorgegeven. Het doorgeven
van de informatie gebeurt door het versturen van signalen; het is de
informatieoverdracht.
receptor
In de hersenen wordt die informatie in specifieke verwerkingscentra
signaal verwerkt. Daar worden signalen afkomstig van specifieke plaatsen in het
conductor lichaam beoordeeld.
Het zenuwstelsel zorgt dus voor het doorgeven van informatie en is ook een
signaal
verwerkingscentrum. Na de verwerking wordt de nodige informatie naar de
effector effectoren gestuurd, die een gepaste reactie uitvoeren.
Spieren zijn effectoren die door het zenuwstelsel worden aangestuurd. Voor
reactie tal van acties maak je gebruik van spieren.
Onder controle
van de wil?
• Leg je hand met de palm op tafel. Welke vingers kun je optillen zonder dat
de andere vingers van de tafel komen? X Ja Nee
allemaal
• Hoe komt het dat je huid wit wordt als je het koud hebt?
Ja X Nee
De bloedvaten in de huid vernauwen.
• Hoe verandert de diameter van je pupil als je naar een felle lichtbron kijkt?
Ja X Nee
De diameter van de pupil vernauwt.
` Maak oefening 1.
hartspierweefsel dwarsgestreept
spierweefsel
glad
spierweefsel
pees
spierschede
spierbuik
spierbundel
bundelschede
bot
pees
Afb. 158
Bouw van een skeletspier
3D
bundelschede
spierschede
biceps spierbuik spierbundel
met bundelschede bloedvat
pees
spiervezel
Afb. 159
Van spier naar spiervezel
OPDRACHT 6
vetweefsel
bloedvat spierschede
spier
spierbundel
bundelschede
` Maak oefening 2 en 3.
spiervezel kern
spierfibril
spierfibril
WEETJE
` Maak oefening 4, 5 en 6.
Spieren zijn effectoren die zorgen voor de reactie op een bepaalde prikkel.
Impulsen geven via het zenuwstelsel de informatie door. Op de hartspier na,
stuurt het zenuwstelsel de werking van onze spieren aan.
In opdracht 4 leerde je dat sommige bewegingen gecontroleerd worden door
de vrije wil en andere bewegingen niet.
OPDRACHT 7
1 prikkel
1 de voetbal
waarneembare verandering
2 receptor
2 ogen
herkent en vangt de prikkel op
3 conductor
3 zenuwstelsel
geleidt informatie
1 Beschrijf de weg die de informatie in de doelman aflegt (van receptor tot effector).
De beweging van de doelman is een bewuste beweging. Hij zal bewust in de richting van de
Elke spiervezel wordt aangestuurd door een aftakking van het axon van
een motorisch neuron. Het eindknopje van het axon dat met de spiervezel
contact maakt, wordt de motorische eindplaat genoemd. Ter hoogte van die
synaps wordt de impuls van de zenuwcel door een neurotransmitter omgezet
in een signaal dat de spiervezel aanstuurt. Alle spiervezels die onder
controle van één motorisch neuron staan, zullen dus tegelijkertijd worden
aangestuurd; ze ontvangen tegelijk een impuls en trekken tegelijk samen.
Daarom worden ze een motorische eenheid genoemd.
Dendrieten
ontvangen
signalen motorische
eindplaat
Axon geeft
signalen
door
spiervezel
Afb. 161
Spiervezels die door dezelfde motorische eindplaat
worden aangestuurd vormen een motorische eenheid.
De dikke en dunne eiwitdraden schuiven over elkaar en de uiteinden van de sarcomeren worden
spiervezel
myofibril
myofibril/
spierfibril
sarcomeer in sarcomeer in
opgespannen spier ontspannen spier
Afb. 162
Als een spiervezel een impuls opvangt,
worden de sarcomeren korter.
OPDRACHT 9
2 Vraag een klasgenoot om met gesloten ogen op één been te staan. Probeer de klasgenoot uit evenwicht
te brengen door een por tegen de schouders te geven, vanuit een willekeurig gekozen richting.
a Welke reacties om de gevraagde positie te bewaren neem je waar bij de leerling?
zwaaien met armen, verplaatsen steunbeen, bewegen van het andere been, openen van
Om een gewenste toestand te bereiken, werken spieren op een gecoördineerde manier samen
biceps biceps
spaakbeen
triceps
triceps
spaakbeen
ellepijp opperarmbeen
opperarmbeen
ellepijp
Afb. 163
De spieren aan de voorzijde (biceps)
en de achterzijde (triceps) van de
bovenarm zijn antagonisten.
OPDRACHT 10
de bovenste dijspier
Om te bewegen is er meer nodig dan alleen maar spieren. Er zijn botten nodig om de spieren op vast te
hechten en gewrichten om de botten ten opzichte van elkaar te laten bewegen.
Het gewricht waarmee de onderarm kan bewegen ten opzichte van de bovenarm is het ellebooggewricht. Dat
gewricht maakt beweging mogelijk in één vlak: op en neer. Het is een scharniergewricht. De uiteinden van
de botten zijn bedekt met een laag kraakbeen. Daardoor kunnen de botten soepel ten opzichte van elkaar
bewegen en wordt slijtage van de beenderen voorkomen.
triceps biceps
pees
spaakbeen
kraakbeen-
weefsel
gewrichtskom
ellepijp
gewrichtskop gewrichtskapsel
De beenderuiteinden van het gewricht zijn omhuld door het gewrichtskapsel dat aansluit op het
gewrichtskraakbeen. De gewrichtsholte is gevuld met een gewrichtssmeer dat wordt afgescheiden door het
gewrichtskapsel. Het gewrichtssmeer werkt als een soort vet waardoor de beenderen soepel kunnen bewegen.
Gewrichtsbanden aan de buitenkant van het gewricht zorgen voor extra stevigheid van het gewricht. Ze zijn
vastgehecht op de uiteinden van de beenderen van het gewricht en houden de beenderen op hun plaats.
OPDRACHT 11 ONDERZOEK
BEKIJK
DE VIDEO
gladde irisstraalspieren).
spieren De pupil wordt kleiner (samentrekken
iriskringspieren).
trekt samen).
(samentrekken lengtespieren).
lengtespieren
haarspiertje samentrekt.
haarspiertje
2 Kun je nog andere voorbeelden geven van organen waarin gladde spieren aanwezig zijn?
Afb. 165
Glad spierweefsel is opgebouwd uit spoelvormige cellen.
dunne eiwitdraden
Afb. 166
dikke eiwitdraden Samentrekken van
een gladde spiercel
Het deel van je zenuwstelsel dat al die automatische processen regelt, is het
autonome zenuwstelsel. Het zorgt onbewust voor een dynamisch evenwicht
in je lichaam.
WEETJE
Gladde spieren
worden niet alleen
aangestuurd door het
zenuwstelsel maar Hersenen geven
een signaal voor de
ook door hormonen.
afgifte van oxytocine.
Zo staat de contractie
van de baarmoeder
onder invloed van het
hormoon oxytocine
dat een belangrijke
rol bij de bevalling
speelt. Oxytocine
zorgt ook voor het
Oxytocine zorgt ervoor
samentrekken van de
gladde spieren rond
Rekreceptoren
in de baarmoeder
+ + dat de gladde spieren
van de baarmoeder
de melkkliertjes bij worden geactiveerd. samentrekken.
de borstvoeding.
Cellen van de hartspier zijn kort en vertakt. Ze bevatten één centraal gelegen
celkern. Net zoals skeletspieren vertonen ze een duidelijke dwarse streping
omdat de dunne en dikke eiwitdraden of myofilamenten sterk geordend zijn.
De hartspiercellen zijn eveneens georganiseerd in spierbundels.
Een hart moet geen signaal van het zenuwstelsel ontvangen om samen te
trekken. Het signaal ontstaat in het hart zelf en moet van cel tot cel worden
doorgegeven. Het is dus belangrijk dat hartspiercellen goed met elkaar
kunnen communiceren. Ze zijn daarom stevig met elkaar verbonden. Die
verbinding tussen twee hartspiercellen is zichtbaar als een donkere lijn.
WEETJE
OPDRACHT 13 ONDERZOEK
1 Onderzoeksvraag
2 Hypothese
2 Benodigdheden
wasknijper
elastiek
rekenmachine
laptop/computer
4 Werkwijze
5 Waarneming
seconde.
Raken Snelheid
Soort spier
vermoeid samentrekken
spieren om vingers te
skeletspier ja snel / traag
bewegen
spieren in de
gladde spieren nee snel / traag
spijsverteringsorganen
7 Besluit
ze samentrekken.
8 Reflectie
De uitvoering van de proef verliep vlot / niet vlot (schrap wat niet past), omdat:
persoonlijk antwoord
1
1 1
1 buiger
1
2 strekker
2
2
2
2
verticale
spier Door de antagonistische werking van de verticale spieren en de
lengtespieren bewegen de vleugels op en neer.
B Samentrekking van de verticale spieren duwt de rugplaat naar beneden,
lengtespier
waardoor de vleugels opslaan. Daarom noemt men de verticale spieren de
heffers.
Als de heffers zich ontspannen, veert het vervormde borststuk weer in
zijn normale stand, daarbij geholpen door de samentrekking van de
lengtespieren. Daardoor slaan de vleugels neer. De lengtespieren noemt
Afb. 171 men daarom ook de zinkers.
De vleugels zijn scharnierend
verbonden met het borststuk. De vliegspieren zijn dwarsgestreept, wat een snelle beweging mogelijk
A Het opslaan van de vleugels door
contractie van de heffers maakt. Daardoor kunnen huisvliegen 200 keer per seconde met hun
B Het neerslaan van de vleugels door
contractie van de zinkers vleugels klapperen.
De regenworm glijdt
over de bodem als een
peristaltische golf.
Regenwormen zijn ringwormen. Ze hebben een
gesegmenteerd lichaam; het lijkt wel of hun lichaam in
kleine, afzonderlijke kamertjes verdeeld is. Elk segment
is volledig gevuld met lichaamsvloeistof. Dat geeft de
regenworm een zekere stevigheid. De lichaamsvloeistof
is het hydroskelet van de regenworm.
De typische manier waarop de regenworm zich voortbeweegt, komt tot stand door een BEKIJK
DE VIDEO
samenwerking van de twee spierlagen in de lichaamswand, de lichaamsvloeistof en de borstels.
Afb. 172
Vereenvoudigde voorstelling van de segmentatie bij de regenworm
A B
opperhuid
kringspieren
lengtespieren
tussenschot
ø B
Afb. 174
Contractiegolf bij de voortbeweging
van de regenworm
A Resultaat van de contractie van
lengtespieren in het segment
B Resultaat van de contractie van
kringspieren in het segment
Skeletspieren
Skeletspieren staan wel / niet onder controle van de wil en worden aangestuurd door
het somatische zenuwstelsel.
Bouw Werking
• Skeletspieren bestaan uit meerdere een motorisch axon, dat eindigt op een
• Het bindweefsel verenigt zich buiten de gebruik van deze spieren kunnen we lichaamsdelen
van elkaar.
paren: de antagonisten .
door eiwitdraden of myofilamenten ,
Bouw Werking
Microscopisch verrichten.
Hartspier
Een hartspier trekt uit zichzelf samen.
Bouw Werking
• Net als bij gladde spieren is het bij de hartspier krachtig samen en is nagenoeg
dwarsgestreept zijn.
Î Hoe worden
klieren
aangestuurd?
LEERDOELEN
Je weet al:
Je leert nu:
Door het afscheiden van stoffen helpen klieren het lichaam
M hoe exocriene klieren zijn optimaal te functioneren. Zo helpen zweetklieren de
opgebouwd en werken; lichaamstemperatuur op peil houden en beschermt traanvocht
M hoe endocriene klieren zijn de ogen. Bij de spijsvertering zorgen verschillende klieren voor
opgebouwd en werken; spijsverteringssappen die nodig zijn voor het verkleinen van
voedsel tot deeltjes die doorheen de darmwand opgenomen
M de bouw en werking van exo- en kunnen worden. Andere klieren helpen ons lichaam dan weer om
endocriene klieren vergelijken; gepast te reageren op situaties. Adrenaline, bijvoorbeeld, wordt
M de rol van exo- en endocriene in de bijnieren aangemaakt en zorgt in een stresssituatie voor
klieren in het regelsysteem een snellere ademhaling, een hogere hartslag en een verhoogde
uitleggen. toevoer van energie naar de spieren zodat je kunt wegvluchten.
Welke klieren kunnen we nog meer ontdekken in ons lichaam?
OPDRACHT 14
porie
A talgklier B maagholte kliercel C
traanklier
neusholte
zweetklier
Afb. 175
Voorbeelden van exocriene klieren
A Traanklier
B Talgklier en zweetklier in de huid
C Kliercellen in de maagwand
- kliercel in de maagwand: maagsap, zorgt voor de vertering van eiwitten en doodt bacteriën
2 Waar scheiden die klieren hun producten af? Schrap wat niet past.
in ruimtes die in rechtstreeks contact staan met de buitenwereld / in het bloed
3 Welke klier zorgt zowel voor nuttige stoffen als voor uitscheiding?
De zweetklier heeft naast het afkoelen van het lichaam ook een uitscheidingsfunctie. Met het
OPDRACHT 15
Lees aandachtig de onderstaande tekst en teken zelf een doorsnede van een
speekselklier. Benoem de vetgedrukte woorden uit de tekst op je tekening.
Wanneer we lekker voedsel zien of ruiken, komt het water ons letterlijk in de mond. Speeksel is
een belangrijk onderdeel in de vertering van voedsel. Het zorgt ervoor dat zetmeel kan worden
afgebroken. Om dat goed te laten verlopen, is er altijd een voorraadje speeksel aanwezig in de
speekselklieren. Dat speeksel wordt opgeslagen in een bolvormig klierzakje met een afvoerbuis.
De wand van het klierzakje bestaat uit aaneengesloten cellen met daartussen gespecialiseerde
kliercellen, die het speeksel produceren. Om het speeksel uit het klierzakje te persen, ligt er aan de
buitenzijde van het klierzakje een laagje spierweefsel dat kan samentrekken om het speeksel via de
afvoerbuis naar de mondholte te laten vloeien. Om het speeksel te produceren, zijn er bouwstoffen
nodig die via het bloed in de haarvaten rond het klierzakje worden aangevoerd. Daarnaast moeten
de klieren ook signalen of impulsen kunnen ontvangen van het zenuwstelsel om speeksel aan te
maken of om de spieren te laten samentrekken. Een laagje zenuwvezels mag dus niet ontbreken op je
tekening.
kliercel
afvoerbuis
voor speeksel
Als je eet, wordt er een heleboel speeksel met je voedsel vermengd. Wat je
net getekend hebt, is maar een klein onderdeel van een speekselklier. De
volledige speekselklier kun je vergelijken met een tros druiven waarbij elke
druif overeenkomt met jouw tekening. Alle kleine afvoerbuisjes monden dan
uit in één grotere afvoerbuis.
OPDRACHT 16
afvoergang
afvoergang
Afb. 176
speekselklier oorsmeerklier Afvoergang speekselklier (links) en
afvoergang oorsmeerklier (rechts)
Als het klierproduct waterig is, zoals speeksel, volstaat een smalle afvoergang. Is het klierproduct
speeksel
mondslijmvlies uit de slagader ader
oorspeekselklier afvoergang
haarvaten
klierzakje
onderkaak- (doorsnede)
speekselklier klierzakje
ondertong- (buitenaanzicht) Afb. 178
speekselklier De wand van klierzakjes
bestaat uit kliercellen.
Afb. 177
Speekselklieren zijn exocriene klieren die trosvormig
zijn opgebouwd uit verschillende klierzakjes.
darmplooi
kliercel
spieren
OPDRACHT 17
haarvat
schildklier
luchtpijp slagader
klierblaasje
opname van
ader stoffen, o.a.
jodium afscheiding van
thyroxine
Afb. 181
De schildklier
A Ligging van de schildklier
B Afscheiding van het hormoon thyroxine door kliercellen in een klierblaasje
1 Vergelijk de bouw van de schildklier met jouw tekening van een exocriene klier uit opdracht 15. Welke
verschillen kun je opmerken?
2 Waar scheiden die klieren hun producten af? Schrap wat niet past.
3 Thyroxine, de stof die door de schildklier geproduceerd wordt, speelt een rol in de groei en
ontwikkeling van cellen in ons lichaam. Hoe noemen we stoffen die via het bloed getransporteerd
worden om dan ergens anders in het lichaam een bepaalde rol te vervullen?
signaalstoffen of hormonen
Sommige klieren geven hun klierproducten af in het bloed, dat deel uitmaakt
van het inwendig milieu. We noemen die klieren endocriene klieren. ‘Endo’
betekent ‘naar binnen’. Die klieren scheiden nuttige stoffen af; we spreken
van inwendige secretie.
De klierproducten van endocriene klieren noemen we hormonen. Ze worden
via de bloedsomloop door het hele lichaam getransporteerd. Ze zijn actief op
andere plaatsen in het lichaam dan daar waar ze geproduceerd worden. We
noemen ze chemische boodschappers of signaalstoffen.
hypothalamus
hypofyse
schildklier
bijschildklier
thymus
bijnier
alvleesklier
teelballen Afb. 182
De endocriene klieren in
eierstokken het menselijk lichaam
WEETJE
OPDRACHT 18
Voorbeeld Rol
2 Spelen endocriene en exocriene klieren dezelfde rol in het regelsysteem? Leg uit.
Neen, exocriene klieren zijn altijd effectoren. Endocriene klieren spelen meer een rol als
conductor: ze produceren hormonen of signaalstoffen die op een andere plaats in ons lichaam
een effector aan het werk zetten. Soms is een endocriene kliercel zowel sensor als conductor,
Vergelijk de microscopische bouw van endocriene en exocriene klieren aan de hand van
Labo 16 op p. 407.
OPDRACHT 20
Welke verschillen zijn er tussen exocriene en endocriene klieren? Schrap wat niet past.
secretie secretie
• plaats: uitwendig / inwendig milieu • plaats: uitwendig / inwendig milieu
• product: een hormoon / geen hormoon • product: een hormoon / geen hormoon
bouw bouw
• klierzakje: aanwezig / afwezig • klierzakje: aanwezig / afwezig
• afvoerbuis: aanwezig / afwezig • afvoerbuis: aanwezig / afwezig
• omgevende haarvaten: aanwezig / afwezig • omgevende haarvaten: aanwezig / afwezig
functie functie
• rol in het regelsysteem: • rol in het regelsysteem:
receptor / conductor / effector sensor / conductor / effector
• produceert een stof die: • produceert een stof die:
als conductor optreedt / een reactie voltrekt als conductor optreedt / een reactie voltrekt
voorbeelden voorbeelden
traanklier, schildklier, speekselklier, bijnier traanklier, schildklier, speekselklier, bijnier
Soms zijn endocriene klieren een schakel in een keten van verschillende
signaalstoffen die een evenwicht regelen. De hypothalamus stimuleert
bijvoorbeeld met haar hypofysestimulerend hormoon de hypofyse tot de
aanmaak van het schildklierstimulerend hormoon. Dat hormoon stimuleert
op zijn beurt de schildklier tot de aanmaak van thyroxine. De stofwisseling in
het lichaam wordt op die manier geregeld.
OPDRACHT 21
alvleessap
afvoerbuis alvleessap
productie van alvleessap,
in klierzakje
spijsverteringssappen
alvleessap en galsap
twaalfvingerige darm
Afb. 183
endocrien:
galbuis cellen in de eilandjes
bloedvat
van Langerhans produceren
glucagon en insuline
bloedvat
β-cel
afvoerbuis exocrien:
alvleessap kliercellen produceren
alvleessap voor
twaalfvingerige darm de vertering
α-cel
Afb. 184
De alvleesklier, een gemengde klier
Exocriene klieren:
• halen hun bouwstoffen uit het bloed;
• geven hun product af aan het uitwendig milieu;
• zijn klieren met klierzakjes en een afvoerbuis, maar soms ook
verspreid liggende kliercellen;
• spelen een rol als effector in ons lichaam.
Endocriene klieren:
• halen hun bouwstoffen uit het bloed;
• geven hun product, hormonen, af aan het inwendig milieu;
• geven hun product rechtstreeks af aan het bloed, geen afvoerbuis;
• spelen een rol als conductor in ons lichaam;
• sommige endocriene kliercellen zijn sensoren: ze kunnen een
verandering in concentratie van een stof waarnemen.
Is het je al opgevallen dat als een eend in het water De adder is een giftige slang die ook in België
duikt ze helemaal niet nat wordt? Heel wat vogels voorkomt. De slang beschikt over holle giftanden
beschikken over een stuitklier die een vettige stof die normaal gezien tegen het gehemelte liggen,
produceert. Die beschermt het verenkleed tegen maar bij een gifbeet uitgeklapt worden. Het gif
vocht, maakt het soepeler en beter bestand tegen wordt geproduceerd in een gifklier. Als de giftand
slijtage. Wanneer de vogel zijn veren reinigt, gaat die in de prooi steekt, trekt een spiertje rond de gifklier
eerst met zijn snavel over de stuitklier; het vet wordt samen en wordt het gif naar buiten geperst. Het gif
dan via de snavel over het hele verenkleed verspreid. zal een prooi snel verlammen zodat de adder die
Zo zijn vogels mooi beschermd, soms zelfs met een rustig naar binnen kan slikken.
geurtje dat vijanden afschrikt.
klierzakje kliercel
spierlaagje
zenuw-
haarvaten vezel
haarvat
schildklier
kliercel
luchtpijp slagader
klierblaasje
afvoerbuis ader
voor speeksel
Exocriene klieren geven hun klierproducten af aan Endocriene klieren geven hun klierproducten,
afbraak van voedsel worden afgegeven in het Voorbeeld: hormonen voor het regelen van de
Bouw: Bouw:
Exocriene klieren zijn altijd effectoren Endocriene klieren zijn meestal conductoren .
in het regelsysteem. Zij zorgen voor de Ze zijn een schakel tussen receptoren en effectoren
Voorbeeld: speekselklieren produceren speeksel voor aangestuurd door een zenuwimpuls of een ander
de afbraak van voedsel. hormoon. Soms kan een endocriene kliercel ook
werk.
spijsvertering. Dat alvleessap wordt aan het uitwendig milieu afgegeven via een afvoerbuis in de
twaalfvingerige darm;
• endocriene functie: eilandjes van Langerhans met kliercellen die insuline en glucagon
produceren voor de regeling van de bloedsuikerspiegel. Die hormonen worden in het bloed afgegeven.
4 kliercel
1 impuls impuls
neurotransmitter 3 membraan-
2 receptor
haarvat
axon eindknopje
schildklier
luchtpijp slagader
celmembraan klierblaasje
synaptische celmembraan
synaptisch blaasje ader spleet
BEKIJK DE
KENNISCLIP
JA NOG OEFENEN
1 Begripskennis
• Ik kan de verschillen in microscopische bouw tussen skeletspieren, gladde
spieren en hartspieren herkennen en benoemen.
• Ik kan de relatie bespreken tussen de verschillende soorten spieren en het
zenuwstelsel.
• Ik kan de macroscopische bouw van een skeletspier beschrijven.
• Ik kan het verschil in werking tussen skeletspieren, gladde spieren en
hartspier in verband brengen met de functies in het lichaam.
• Ik kan aantonen dat spierbewegingen een reactie zijn van een organisme
op een prikkel om een gewenste toestand te bereiken.
• Ik kan beschrijven hoe exocriene klieren zijn opgebouwd.
• Ik kan de werking van exocriene klieren uitleggen.
• Ik kan beschrijven hoe endocriene klieren zijn opgebouwd.
• Ik kan de werking van endocriene klieren uitleggen.
• Ik kan de bouw en werking van exo- en endocriene klieren vergelijken.
• Ik kan de rol van exo- en endocriene klieren in het regelsysteem uitleggen.
2 Onderzoeksvaardigheden
• Ik kan een hypothese en een waarneming formuleren.
• Ik kan een waarneming interpreteren of verklaren.
• Ik kan een besluit formuleren.
In de CHECK IN leerde je dat zoogdieren, en dus ook de mens, hun jongen zogen. Daarvoor wordt
melk aangemaakt in de melkklieren in de borst.
hypothalamus
voorkwab-
hypofyse
zenuwimpuls naar
de hypothalamus
achterkwab-
hypofyse
prolactine
oxytocine
Afb. 185
Regelsysteem borstvoeding
1 Vul aan.
Wanneer de baby zuigt aan de tepel worden receptoren geprikkeld. Daardoor ontstaat een zenuwimpuls die aan
de hersenen informatie doorgeeft. De hypofyse wordt door die zenuwimpuls gestimuleerd om hormonen aan te
maken.
Gladde spieren staan niet onder invloed van de wil. Ze worden aangestuurd door het autonome
zenuwstelsel.
zenuwimpuls
hersenen hypofyse
hormonen
spiertjes rondom melkklieren, kliercellen in de
effector
melkklier
!
De effectoren, spieren en klieren, ontvangen een impuls om een reactie uit te voeren. Spieren trekken
samen. Er zijn drie verschillende soorten spierweefsel: dwarsgestreept, glad en hartspierweefsel. Klieren
maken een klierproduct. Wanneer het klierproduct wordt afgegeven aan het uitwendig milieu is dat een
exocriene klier. Wanneer het klierproduct via het bloed wordt afgegeven aan het inwendig milieu, spreken
we van een endocriene klier.
De kliercellen van de melkklier in de borst van de moeder worden gestimuleerd door het hormoon
prolactine om melk aan te maken. Door het hormoon oxytocine worden de gladde spiertjes rond de
melkgangen samengetrokken zodat de melk spuit in het mondje van de baby. De melkklier is dan ook een
exocriene klier.
1 Zijn de spierwerkingen in de volgende voorbeelden bewuste of onbewuste reacties op een prikkel? Schrap
wat niet past.
a Wanneer er bij een inspanning te veel CO2 in het bloed aanwezig is, zullen de ademhalingsspieren
versneld beginnen te werken.
b Het ritme van de hartslag past zich voortdurend aan de activiteit van het lichaam aan.
d Het snel leren reageren op het startschot is voor een sprinter een belangrijk onderdeel van het
trainingsprogramma.
2 Skeletspieren hebben in doorsnede dezelfde opbouw. Met welk nummer zijn de delen op de figuur
aangeduid?
Naam Nummer
1
bundelschede 2
2
spiervezel 1
pees 4 3
4
spierschede 3
spierschede
bundelschede
spiervezels
5 Schrijf naast elk nummer in de tabel de naam van het aangeduide deel.
6 1 2 4 5 3
1 celkern
2 spierfibril
5 sarcomeer
6 spiervezel
HAM en RF
HAM en TA
X GMAX en VAS
RF en GMAX
X het korter worden van spiervezels in de spier aan de voorzijde van je bovenarm.
het korter worden van spiervezels in de spier aan de achterzijde van je bovenarm.
het langer worden van spiervezels in de spier aan de voorzijde van je bovenarm.
het langer worden van spiervezels in de spier aan de achterzijde van je bovenarm.
9 Welke bewering is correct? Als een spier een impuls ontvangt dan…
X zal ze samentrekken.
zal ze langer worden.
kan ze langer worden of samentrekken.
werken.
Nee, voor het knikken van het hoofd heb je antagonisten nodig, want knikken zelf houdt twee
tegengestelde bewegingen in. Ook voor het nee schudden van het hoofd heb je twee antagonistische
spieren nodig.
Z-plaat
Z-plaat
myosine myosine
actine
actine
b Wat is het belangrijkste verschil in de onderlinge positie van actine en myosine in een ontspannen
spierfibril? Vul in.
Bij een spierfibril in rust zijn de actine- en myosinefilamenten wat verder van elkaar geschoven
Ze schuiven in elkaar.
De nodige energie wordt geleverd door verbranding van energierijke stoffen (of glucose) in de
gladde spier
15 In de eerste kolom van de tabel vind je kenmerken van spierweefsel. Noteer in de tweede kolom of dit een
kenmerk is van dwarsgestreept spierweefsel (D), hartspierweefsel (H) of glad spierweefsel (G).
spoelvormige cellen G
vertakte spiervezels H
17 Noteer onder elke klier of het gaat om een endocriene of exocriene klier.
Verklaar je antwoord.
endocrien exocrien
18 Waarom zijn slijmbekercellen in de slijmvliezen die de binnenzijde van de luchtpijp bekleden exocriene
klieren?
Oestrogeen heeft zijn uitwerking op heel andere plaatsen in het lichaam dan waar het geproduceerd
wordt; het moet dus een hormoon zijn. Hormonen worden geproduceerd door endocriene klieren.
insuline X
thyroxine X
talg X
glucagon X
alvleessap X
adrenaline X
22 Zweetklieren doen aan uitscheiding of excretie, want ze scheiden afvalstoffen en overtollige stoffen uit.
Zweetklieren doen echter ook aan secretie. Leg dat uit.
Zweetklieren scheiden water af, dat een rol speelt bij het regelen van de lichaamstemperatuur. Het
afscheiden van producten met een functie voor het lichaam noemen we secretie.
exocriene kliercel
endocriene kliercel
Nee. De alvleesklier is een gemengde klier, omdat ze zowel exocrien als endocrien klierweefsel
bevat.
effector
b De eierstokken produceren progesteron om het baarmoederslijmvlies aan te zetten zich voor te bereiden
op een eventuele innesteling van het embryo.
conductor
effector
sensor
conductor
334